118Externe apparatenFilms afspelen
U kunt video's op een USB-apparaat
bekijken.
Let op
Voor uw eigen veiligheid werkt de
filmfunctie onderweg niet.
Filmfunctie activeren
Als het apparaat nog niet met het Info‐ tainmentsysteem verbonden is,
verbind het apparaat dan 3 113.
Druk op ; en selecteer vervolgens
Gallery om het mediahoofdmenu te
openen.
Druk op m om het filmhoofdmenu te
openen en een lijst met opgeslagen
afbeeldingen op het USB-apparaat
weer te geven. Selecteer de gewen‐
ste film. Als deze in een map is opge‐
slagen, moet u eerst de desbetref‐
fende map selecteren.
De film wordt afgespeeld.
Functietoetsen
Volledig scherm
Selecteer x om de film in de modus
Volledig scherm af te spelen. Druk op het scherm om de modus Volledig
scherm te verlaten.
Afspelen onderbreken en hervatten
Druk op = om het afspelen te onder‐
breken. De knop op het scherm
verandert in l.
Druk op l om het afspelen te hervat‐
ten.
Volgende of vorige track afspelen
Druk op c om het volgende filmbe‐
stand af te spelen.
Druk, zodra de film wordt afgespeeld, binnen vijf seconden op d om terug
te gaan naar het vorige filmbestand.
Terug naar het begin van de huidige
film gaan
Druk, wanneer de film wordt afge‐
speeld, na vijf seconden op d.
Snel vooruit en achteruit gaan
Houd d of c ingedrukt. Laat de toets
los om naar de normale afspeelmo‐
dus terug te keren.
Filmmenu
Selecteer Menu op de onderste regel
van het scherm om het Menu Film
weer te geven.
120SpraakherkenningSpraakherkenningAlgemene informatie..................120
Gebruik ...................................... 120Algemene informatie
Via de spraakdoorschakel-toepas‐ sing van het Infotainmentsysteem
hebt u toegang tot de spraakherken‐
ningscommando's op uw smart‐
phone. Raadpleeg de gebruiksaan‐
wijzing van uw smartphone om te
controleren of uw smartphone deze
functie ondersteunt.
Om de spraakdoorschakel-toepas‐
sing te kunnen gebruiken, moet de
smartphone op het infotainmentsys‐
teem zijn aangesloten via een USB-
kabel 3 113 of via Bluetooth 3 122.
Gebruik Spraakherkenning activeren
Houd g op het bedieningspaneel of
7w op het stuurwiel ingedrukt om een
spraakherkenningssessie te starten.
Er verschijnt een spraakcommando‐
bericht op het scherm.
Na de pieptoon kunt u direct een
commando geven. Raadpleeg voor
informatie over de ondersteunde
commando's de gebruiksaanwijzing
bij uw smartphone.Regelen van het volume van de
gesproken instructies
Draai aan m op het bedieningspaneel
of druk op + / - rechts op het stuurwiel
om het volume van de gesproken
instructies hoger of lager te zetten.
Spraakherkenning deactiveren Druk op xn op het stuurwiel. Het
spraakcommandobericht verdwijnt
en de spraakherkenningssessie
wordt beëindigd.
124TelefoonSelecteer Bluetooth en dan
Apparaatbeheer om het desbetref‐
fende menu weer te geven.
Selecteer het Bluetooth-apparaat dat u wenst te koppelen. Het apparaat is
verbonden.
Let op
Het verbonden toestel en de
beschikbare opties worden gemar‐
keerd.
Een apparaat loskoppelen
Druk op ; en selecteer dan
Instellingen .
Selecteer Bluetooth en dan
Apparaatbeheer om het desbetref‐
fende menu weer te geven.
Selecteer het momenteel verbonden
Bluetooth-apparaat. Er verschijnt een bericht dat u moet beantwoorden.
Selecteer Ja om het apparaat los te
koppelen.
Een apparaat wissen
Druk op ; en selecteer dan
Instellingen .Selecteer Bluetooth en dan
Apparaatbeheer om het desbetref‐
fende menu weer te geven.
Selecteer e naast het Bluetooth-
apparaat. Er verschijnt een bericht
dat u moet beantwoorden.
Selecteer Ja om het apparaat te
wissen.
Apparaatinfo
Druk op ; en selecteer dan
Instellingen .
Selecteer Bluetooth en dan Apparaat‐
informatie om het desbetreffende
menu weer te geven.
De weergegeven informatie omvat
Apparaatnaam , Adres en Pincode .
Noodoproep9 Waarschuwing
Het tot stand brengen van de
verbinding kan niet onder alle
omstandigheden worden gega‐
randeerd. Daarom is het belangrijk dat u bij gesprekken van levens‐
belang (bijv. bij het inroepen van
medische hulp) niet alleen op een
mobiele telefoon vertrouwt.
Voor sommige netwerken kan het
noodzakelijk zijn dat er op de juiste
manier een geldige simkaart in de
mobiele telefoon is aangebracht.9 Waarschuwing
Let erop dat u met uw mobiele
telefoon kunt bellen en ontvangen indien u zich in een gebied bevindt
met een voldoende sterk signaal.
Noodoproepen zijn niet onder alle
omstandigheden en in alle mobie‐ letelefoonnetwerken mogelijk: er
kunnen problemen optreden,
wanneer bepaalde netwerkdien‐ sten en/of telefoonfuncties actief
zijn. U kunt hierover uw lokale
netwerkexploitant raadplegen.
Het alarmnummer kan per land en regio variëren. We adviseren u het
juiste alarmnummer voor de rele‐
vante regio van tevoren op te
vragen.
Telefoon125Een noodoproep maken
Vorm het noodnummer (bijv. 112).
De telefoonaansluiting met het nood‐
oproepcentrum wordt ingesteld.
Beantwoord de vragen van het perso‐ neel over de noodoproep.9 Waarschuwing
Beëindig het gesprek pas als de
alarmcentrale u daarom vraagt.
Bediening
Zodra er een Bluetooth-verbinding
tussen uw mobiele telefoon en het
Infotainmentsysteem tot stand is
gebracht, kunt u tal van functies van
uw mobiele telefoon via het Infotain‐
mentsysteem bedienen.
Let op
In de handsfree-modus is bediening
van de mobiele telefoon nog steeds
mogelijk, bijv. een gesprek beant‐
woorden of het volume regelen.
Na het tot stand brengen van een verbinding tussen de mobiele tele‐
foon en het Infotainmentsysteem
worden er gegevens van de mobiele
telefoon naar het Infotainmentsys‐
teem verstuurd. Afhankelijk van de
mobiele telefoon en de hoeveelheid
over te dragen gegevens kan dit
enige tijd in beslag nemen. Tijdens
deze periode is het bedienen van de
mobiele telefoon via het Infotainment‐ systeem slechts beperkt mogelijk.
Let op
Niet alle mobiele telefoons bieden
volledige ondersteuning van de tele‐ foonfunctie van de auto. Daaromkan het bereik aan hieronder
beschreven functies afwijken.
Hoofdmenu Telefoon
Druk op ; en selecteer dan
Telefoon om het desbetreffende
menu weer te geven.
Let op
Het Telefoon hoofdmenu is alleen
beschikbaar als er via Bluetooth een
mobiele telefoon met het infotain‐
mentsysteem verbonden is. Voor
een gedetailleerde beschrijving
3 122.
Veel functies van de mobiele telefoon
kunt u nu bedienen via het hoofd‐
menu van de telefoon (en bijbeho‐
rende submenu's) en via de telefoon‐
specifieke knoppen op het stuurwiel.
Telefoongesprek initiëren
Een telefoonnummer invoeren
Druk op ; en selecteer dan Telefoon.
128TelefoonSnelkiesnummers gebruikenSnelkiesnummers die op de mobiele
telefoon zijn opgeslagen, kunt u ook
met het toetsenblok van het telefoon‐
hoofdmenu kiezen.
Druk op ; en selecteer dan Telefoon.
Houd het desbetreffende getal op het toetsenblok ingedrukt om de oproep
te starten.
Inkomend telefoongesprek
Een oproep aannemen
Als er bij een inkomende oproep een
audiomodus, bijv. de radio- of USB-
modus, actief is, wordt het geluid van
de audiobron onderdrukt en blijft dit
zo totdat het gesprek wordt beëin‐
digd.
Er verschijnt een melding met het
telefoonnummer of de naam van de
beller (indien beschikbaar).
Selecteer v in het bericht of druk op
qw op het stuurwiel om de oproep te
beantwoorden.
Een oproep weigeren
Selecteer J in het bericht of druk op
xn op het stuurwiel om de oproep
te weigeren.
Beltoon wijzigen
Druk op ; en selecteer dan
Instellingen .
Selecteer Bluetooth en dan Beltonen
om het desbetreffende menu weer te
geven. Er verschijnt een lijst met alle
gekoppelde apparaten.
Kies het gewenste apparaat. Er wordt
een lijst weergegeven met alle belto‐
nen voor dit apparaat.
Selecteer een van de beltonen.
Functies tijdens het gesprek
Tijdens een telefoongesprek
verschijnt het hoofdmenu op het display.
Handsfree-modus tijdelijk
deactiveren
Activeer m om het mobiele telefoon‐
gesprek te vervolgen.
Deactiveer m om terug te keren naar
de handsfree-modus.
Telefoon129Microfoon tijdelijk deactiveren
Activeer n om de microfoon uit te
schakelen.
Deactiveer n om de microfoon weer
te activeren.
Telefoongesprek beëindigen
Selecteer J om het gesprek te
beëindigen.
Voicemailbox
U kunt uw voicemailbox via het Info‐
tainmentsysteem bedienen.
Voicemailnummer
Druk op ; en selecteer dan
Instellingen .
Selecteer Bluetooth. Blader door de
lijst en selecteer Voicemailnummers .
Er verschijnt een lijst met alle gekop‐
pelde apparaten.
Kies de desbetreffende telefoon. Er
verschijnt een toetsenblok.
Voer het voicemailnummer van de
desbetreffende telefoon in.
Voicemailbox bellen
Druk op ; en selecteer dan Telefoon.Selecteer t op het scherm. De
voicemailbox wordt gebeld.
U kunt het voicemailnummer ook met de telefoontoetsen invoeren.
Mobiele telefoons en CB-zendapparatuur
Installatie-instructies en
bedieningsrichtlijnen
Bij de montage en het gebruik van
een mobiele telefoon moeten de
modelspecifieke montagehandlei‐
ding en de gebruiksvoorschriften van
de fabrikant van de telefoon en de
handsfree-carkit in acht genomen
worden. Anders kunt u de voertuigty‐
pegoedkeuring ongeldig maken (EU-
richtlijn 95/54/EC).Aanbevelingen voor probleemloze
werking:
● Professioneel geïnstalleerde buitenantenne om het grootst
mogelijke bereik te verkrijgen.
● Maximaal zendvermogen van 10 W.
● Installatie van de telefoon op een
daartoe geschikte plek, neem de
relevante opmerking in de
Gebruikershandleiding, hoofd‐
stuk Airbagsysteem , in aanmer‐
king.
Informatie inwinnen over de voor‐
ziene montageposities voor de
buitenantenne of de toestelhouder en de mogelijkheden tot het gebruik vanapparaten met een zendvermogenvan meer dan 10 W.
Het gebruik van een handsfree-carkit
zonder buitenantenne voor mobiele
telefoons type GSM 900/1800/1900
en UMTS is alleen toegestaan
wanneer het maximale zendvermo‐
gen van de mobiele telefoon niet
hoger is dan 2 W bij GSM 900 en niet
hoger is dan 1 W bij de andere types.
132TrefwoordenlijstAAfbeeldingen weergeven ............116
Afbeeldingsbestanden ................113
Afbeelding via USB activeren .....116
Algemene aanwijzingen .............121
Bluetooth ................................. 113
DAB ......................................... 111
Infotainmentsysteem .................92
Smartphone-applicaties ..........113
Telefoon .................................. 121
USB ......................................... 113
Algemene informatie ..........113, 120
Antidiefstalfunctie ........................93
Audio afspelen ............................ 115
Audiobedieningsknoppen aan stuurwiel .................................... 94
Audiobestanden ......................... 113
Audio via USB activeren .............115
Automatisch volume ...................104
B Basisbediening ........................... 101
Bediening.................................... 125 Externe apparaten ..................113
Menu ....................................... 101
Radio ....................................... 107
Telefoon .................................. 125
Bedieningselementen Infotainmentsysteem .................94
Stuurwiel ................................... 94Bedieningspaneel Infotainment ....94
Beginmenu ................................. 101
Bel Beltoon .................................... 125
Functies tijdens het gesprek ...125
Inkomend gesprek ..................125
Telefoongesprek initiëren ........125
Beltoon Beltoon wijzigen ......................125
Beltoonvolume ........................ 104
Bestandsindelingen Afbeeldingsbestanden ............113
Audiobestanden ......................113
Filmbestanden......................... 113
Bluetooth Algemene aanwijzingen ..........113
Apparaat aansluiten ................113
Bluetooth-verbinding ...............122
Koppelen ................................. 122
Menu Streaming audio via
Bluetooth ................................. 115
Telefoon .................................. 125
Bluetooth-verbinding ..................122
D DAB ............................................ 111
Digital Audio Broadcasting .........111
Display-instellingen ............116, 118
133F
Favoriete lijsten Zenders oproepen ...................109
Zenders opslaan .....................109
Favorietenlijst ............................. 109
Filmbestanden ............................ 113
Films afspelen ............................ 118
Film via USB activeren ...............118
G
Gebruik ......................... 98, 107, 120
Bluetooth ................................. 113
Menu ....................................... 101
Radio ....................................... 107
Telefoon .................................. 125
USB ......................................... 113
Geluidsinstellingen .....................103
I
Infotainmentsysteem inschakelen 98
Intellitext ..................................... 111
K Koppelen .................................... 122
M
Maximaal inschakelvolume......... 104
Menubediening ........................... 101
Mobiele telefoons en CB-zendapparatuur .................129
Mute.............................................. 98N
Noodoproep ................................ 124
O Oproepenhistorie ........................125
Overzicht bedieningselementen ...94
R Radio Afstemmen op zender .............107
Configureren DAB ...................111
Configureren van RDS ............110
DAB-berichten ......................... 111
Digital audio broadcasting
(DAB) ...................................... 111
Favoriete lijsten .......................109
Gebruik.................................... 107
Inschakelen ............................. 107
Intellitext .................................. 111
Kiezen van frequentiebereik ...107
Radio Data System (RDS) ......110
Regio-instelling........................ 110
Regionaal ................................ 110
Zender zoeken ........................ 107
Zenders oproepen ...................109
Zenders opslaan .....................109
Radio activeren........................... 107
Radio Data System .................... 110
RDS ............................................ 110
Regio-instelling ........................... 110
Regionaal ................................... 110S
Selectie van frequentiebereik .....107
Smartphone ................................ 113
Telefoonweergave ..................119
Smartphone-applicaties gebruiken ................................ 119
Snelkiesnummers .......................125
Spraakherkenning ......................120
Startmenu personaliseren ..........101
Stemherkenning ......................... 120
Streaming audio via Bluetooth activeren.................................. 115
Systeeminstellingen.................... 105
T
Telefoon Algemene aanwijzingen ..........121
Beltoon selecteren ..................125
Bluetooth ................................. 121
Bluetooth-verbinding ...............122
Een nummer invoeren .............125
Functies tijdens het gesprek ...125
Hoofdmenu Telefoon ..............125
Inkomend gesprek ..................125
Noodoproepen ........................ 124
Oproepenhistorie ....................125
Snelkiesnummer .....................125
Telefoonboek .......................... 125
Telefoon activeren ......................125