Page 89 of 135

89TMC-stations (verkeersinforma‐tiekanalen)................................. 44
Toepassingenbalk ........................16
Toetsenblok .................................. 17
Toetsenbord Alfabetisch toetsenbord ............17
Toetsenbord symbolen .............17
Toetsenborden ............................. 17
TP ................................................. 33
Treble ........................................... 26
Tijd ................................................ 28
U USB .............................................. 37
USB activeren......................... 39, 40
V
Valetmodus Ontgrendelen ............................ 28
Vergrendelen ............................ 28
Veelgestelde vragen .....................82
Verkeersincidenten .......................58
Verkeersinformatie .......................33
Volume Automatisch volume ..................27
Maximaal inschakelvolume .......27
Stiltefunctie................................ 11
Volume instellen ........................11
Volume-instellingen ......................27Z
Zenderlijst ..................................... 32
Zender zoeken.............................. 32
Page 90 of 135
Page 91 of 135
Inleiding....................................... 92
Basisbediening .......................... 101
Radio ......................................... 107
Externe apparaten .....................113
Spraakherkenning ......................120
Telefoon ..................................... 121
Trefwoordenlijst ......................... 132R 4.0 IntelliLink
Page 92 of 135

92InleidingInleidingAlgemene aanwijzingen...............92
Antidiefstalfunctie ......................... 93
Overzicht bedieningselementen ..94
Gebruik ........................................ 98Algemene aanwijzingen
Het Infotainmentsysteem biedt u
eersteklas Infotainment voor in uw
auto.
Met de radiofuncties kunt u maximaal 25 zenders op vijf favorietenlijsten
instellen.
U kunt externe gegevensopslagappa‐
raten als andere audiobronnen op het Infotainmentsysteem aansluiten; via
kabel of via Bluetooth ®
.
Ook biedt het Infotainmentsysteem
de mogelijkheid om uw mobiele tele‐
foon comfortabel en veilig in de auto
te gebruiken.
U kunt ook specifieke smartphone-
apps via het Infotainmentsysteem
bedienen.
Optioneel kunt u het Infotainmentsys‐
teem bedienen met de knoppen op
het aanraakscherm of stuurwiel, of
door middel van spraakherkenning
(indien uw mobiele telefoon dit onder‐
steunt).Door het goed doordachte design van de bedieningselementen, het
aanraakscherm en het overzichtelijke
display kunt u het systeem gemakke‐
lijk en intuïtief bedienen.
Let op
Deze handleiding beschrijft alle voor
de diverse Infotainmentsystemen beschikbare opties en functies.
Bepaalde beschrijvingen, zoals die
voor display- en menufuncties,
gelden vanwege de modelvariant,
landspecifieke uitvoeringen, speci‐
ale uitrusting en toebehoren wellicht niet voor uw auto.
Belangrijke informatie over de bediening en de
verkeersveiligheid9 Waarschuwing
Het Infotainmentsysteem moet
worden gebruikt zodat er te allen
tijde veilig met de auto kan worden gereden. Zet bij twijfel de auto aan de kant en bedien het Infotain‐
mentsysteem terwijl u stilstaat.
Page 93 of 135
Inleiding93Radio-ontvangst
Tijdens de radio-ontvangst kan gesis,
geruis, signaalvervorming of signaal‐
uitval optreden door:
● wijzigingen in de afstand tot de zender
● ontvangst van meerdere signa‐ len tegelijk door reflecties
● obstakels
Antidiefstalfunctie
Het Infotainmentsysteem is voorzien
van een elektronisch beveiligingssys‐ teem dat het systeem tegen diefstalbeveiligt.
De beveiliging houdt in dat het Info‐
tainmentsysteem alleen in uw auto
werkt en daarom voor een eventuele
dief waardeloos is.
Page 94 of 135
94InleidingOverzicht bedieningselementenBedieningspaneel
Page 95 of 135

Inleiding951Info-Display /
aanraakscherm ...................101
2 Beginmenu .......................... 101
Knoppen op het scherm
voor toegang tot:
Audio : audiofuncties
Gallery : afbeeldings- en
filmfuncties
Telefoon : mobiele-
telefoonfuncties
Weergave : telefoonweergave
Instellingen : systeeminstellingen
OnStar : OnStar Wi-Fi-
instellingen ............................ 98
3 Tijd-, datum- en tempera‐
tuuraanduiding ....................105
4 g
Kort indrukken:
telefoonmenu openen .........125of telefoonweergave‐
functie openen (indien
geactiveerd) ........................ 119
Lang indrukken:
spraakherkenning
activeren ............................. 120
5 v
Kort indrukken: naar de
volgende zender gaan
wanneer de radio actief is ...107
of naar het volgende
nummer gaan wanneer
externe apparaten actief
zijn ....................................... 115
Lang indrukken: omhoog
zoeken wanneer de radio
actief is ................................ 107
of snel vooruit als externe
apparaten actief zijn ............115
6 m
Kort indrukken: Infotain‐
mentsysteem inschakelen
indien uitgeschakeld .............98
of systeem onderdrukken
indien ingeschakeld .............98Lang indrukken: Infotain‐
mentsysteem uitschakelen ...98
Draaien: volume
aanpassen ............................ 98
7 t
Kort indrukken: ga naar de vorige zender wanneer de
radio actief is ....................... 107
of ga naar het vorige
nummer wanneer externe
apparaten actief zijn ............115
Lang indrukken: omlaag
zoeken wanneer de radio
actief is ................................ 107
of snel achteruit als
externe apparaten actief
zijn ....................................... 115
8 ;
Kort indrukken: startmenu
openen .................................. 98
Lang indrukken: telefoon‐
weergavefunctie openen
(indien geactiveerd) ............119
Page 96 of 135

96InleidingStuurbedieningsknoppen (type 1)
1qw
Kort indrukken: open
OnStar-menu mits geen
telefoon verbonden ...............98
of neem gesprek aan mits
telefoon verbonden .............121
of laatste nummer in
oproeplijst bellen wanneer
telefoonmenu wordt
weergegeven ...................... 125
of wisselen tussen
gesprekken als
gesprekken in de wacht
staan ................................... 125
Lang indrukken:
spraakherkenning
activeren ............................. 120
2 SRC (bron) ............................ 98
Drukken: audiobron
selecteren ............................. 98
Omhoog-/omlaagdraaien:
volgende/vorige
voorkeurszender
selecteren wanneer de
radio actief is ....................... 107
of volgende/vorige
nummer/hoofdstuk/
afbeelding selecteren
wanneer externe
apparaten actief zijn ............115of volgende/vorige
nummer in oproeplijst
selecteren wanneer de
telefoonportal actief en de
oproeplijst geopend is .........125
Omhoog-/omlaagdraaien
en vasthouden: snel door
de items in de oproeplijst
bladeren .............................. 125
3 +
Indrukken: harder zetten
4 –
Indrukken: zachter zetten
5 xn
Indrukken: oproep
beëindigen / weigeren .........125
of spraakherkenning
uitschakelen ........................ 120
of mutefunctie in- /
uitschakelen .......................... 98