24Sleutels, portieren en ruitenOm de storing te verhelpen, de positie
van de elektronische sleutel verande‐ ren.
Handmatig ontgrendelen 3 24.
Opgeslagen instellingen
Steeds wanneer het contact wordt
uitgeschakeld, worden de volgende
instellingen automatisch door de
elektronische sleutel opgeslagen:
● automatische klimaatregeling
● verlichting
● Infotainment-systeem
● centrale vergrendeling
● Instellingen sportmodus
● comfortinstellingen
De opgeslagen instellingen in het geheugen van de elektronische sleu‐
tel 3 21 worden automatisch toege‐
past wanneer het contact de
volgende keer wordt ingeschakeld.
Voorwaarde is wel dat Personalisatie
door bestuurder is geactiveerd in de
persoonlijke instellingen van het
Info-Display. Dit moet worden inge‐
steld voor elke elektronische sleuteldie in gebruik is. De gewijzigde status
is pas beschikbaar nadat de auto is
vergrendeld en ontgrendeld.
De in het geheugen opgeslagen
stand van de elektrisch bediende
stoelen wordt automatisch ingeno‐
men wanneer het contact wordt inge‐ schakeld en wanneer Automatisch
oproepen geheugen wordt geacti‐
veerd op het Info-Display voor de opgeslagen elektronische sleutel.
Elektrisch verstelbare stoel 3 49.
Persoonlijke instellingen 3 129.
Centrale vergrendeling Ontgrendelen en vergrendelen van
portieren, bagageruimte en tankvul‐
klep.
Door aan de binnenste portierhand‐
greep te trekken wordt het desbetref‐
fende portier ontgrendeld. Door nog
eens aan de handgreep te trekken
gaat het portier open.
Let op
Bij een ongeval waarbij de airbags of gordelspanners in werking treden,
wordt het voertuig automatisch
ontgrendeld.Let op
Wanneer na ontgrendeling met de
elektronische sleutel geen van de
portieren wordt geopend, worden
deze na korte tijd automatisch
opnieuw vergrendeld. Een voor‐
waarde is dat de instelling is geacti‐
veerd in de persoonlijke instellingen
3 129.
Centrale vergrendelingstoetsen
Vergrendel of ontgrendel alle portie‐
ren, de bagageruimte en de tankvul‐
klep vanuit het interieur met een
schakelaar in het paneel van het
bestuurdersportier.
Instrumenten en bedieningsorganen89Bedieningsorganen
Stuurwielverstelling
Hendel omlaagbewegen, stuurwiel
instellen, hendel omhoogbewegen en
vergrendelen.
Stuurwiel uitsluitend bij stilstaande
auto en ontgrendeld stuurslot verstel‐ len.
Stuurbedieningsknoppen
U kunt het Driver Information Center,
bepaalde rijhulpsystemen, het Info‐
tainmentsysteem en een aangesloten
mobiele telefoon bedienen met de
knoppen op het stuurwiel.
De illustraties tonen verschillende
versies.
Driver Information Center 3 114.
Rijhulpsystemen 3 193.
Meer informatie staat in de handlei‐ ding van het Infotainment-systeem.
96Instrumenten en bedieningsorganenBeschadig aansluitingen niet door hetgebruik van ongeschikte stekkers.
Stop/Start-systeem 3 170.
USB-poorten
Afhankelijk van het Infotainmentsys‐
teem zitten er onder de opklapbare armsteun één of twee USB-poorten
voor het opladen van apparaten.
Deze poorten hebben tevens een
gegevensverbinding met het Infotain‐
mentsysteem. Raadpleeg de handlei‐ ding Infotainment voor meer informa‐
tie.
USB-laadpoorten
Aan de achterkant van de midden‐
console zitten twee USB-aansluitin‐
gen die speciaal zijn bestemd voor
oplaadapparaten.
Let op
Houd de aansluitingen altijd schoon en droog.
Inductief opladen
9 Waarschuwing
Inductief opladen kan de werking
van geïmplanteerde pacemakers
of andere medische apparaten
nadelig kunnen beïnvloeden.
Raadpleeg vóór gebruik van een
inductieve oplader zo nodig een
arts.9 Waarschuwing
Neem vóór het opladen van een
mobiel apparaat alle metalen
voorwerpen van de oplader,
omdat deze voorwerpen zeer heet
kunnen worden.
Voor het opladen van een toestelmoet het contact ingeschakeld zijn.
114Instrumenten en bedieningsorganenBrandt geelDe afstand tot een voorligger wordt te
kort of wanneer u een ander voertuig
te snel nadert.
Adaptieve cruise control 3 197, fron‐
taanrijdingswaarschuwing 3 205.
Voetgangersdetectie
7 brandt geel.
Het systeem detecteert een voetgan‐
ger vóór de auto.
Snelheidsbegrenzer L brandt wit of groen.
Brandt wit
Het systeem is ingeschakeld.
Brandt groen
Snelheidsbegrenzer is actief. Inge‐
stelde snelheid wordt aangegeven bij
symbool L.
Snelheidsbegrenzer 3 195.Verkeersbordherkenning
L geeft gedetecteerde verkeersbor‐
den als controlelampje weer.
Verkeersbordherkenning 3 231.
Portier open
h brandt rood.
Een portier of de achterklep staat open.Displays
Driver Information Center Het Driver Information Center is
ondergebracht in de instrumenten‐
groep.
Afhankelijk van de versie en de instru‐
mentengroep is het Driver Informa‐
tion Center verkrijgbaar als Basele‐
vel-display, Midlevel-display of Uple‐
vel-display.
De indicatie op het Driver Information
Center is afhankelijk van de uitrus‐
ting:
● kilometerteller en dagteller
● boordinformatie en instellingen
● informatiemenu dagteller/brand‐ stof
● informatie over zuinig rijden
● waarschuwingen ter ondersteu‐ ning van de bestuurder
● waarschuwingsmeldingen
● audio- en Infotainmentinformatie
● telefooninformatie
● navigatie-informatie
Instrumenten en bedieningsorganen121brandstofverbruik. Tegelijkertijd
wordt de gemiddelde verbruiks‐
waarde weergegeven.
Afhankelijk van de autoversie toont de Eco-index waarden voor dagteller‐
pagina A/1 of de actuele rijcyclus. In
het laatste geval wordt de volgende
keer dat u het contact inschakelt de
indicator gereset.
Menu Audio
In het menu Audio kunt u naar muziek zoeken, uit favorieten selecteren of
van audiobron wisselen.
Zie handleiding bij het Infotainment.
Menu Telefoon In het menu Telefoon kunt u telefoon‐
gesprekken beheren en voeren, door contactpersonen scrollen of hands‐
free telefoneren.
Zie handleiding bij het Infotainment.
Menu Navigatie
In het menu Navigatie kunt u route‐
begeleiding inschakelen.
Zie handleiding bij het Infotainment.Menu Voertuiginformatie, ? of
Opties
De onderstaande lijst bevat alle
mogelijke pagina's van het Optie‐
menu. Sommige zijn voor uw speci‐
fieke auto wellicht niet beschikbaar. Afhankelijk van het display zijn
sommige functies weergegeven als
symbool.
Draai aan het stelwiel of druk op ä of
å om een pagina te selecteren en
volg de instructies in de submenu's op:
● eenheden
● displayonderwerpen
● infopagina's
● snelheidswaarschuwing
● draagvermogen band
● metertjes
● software-informatie
Eenheden
Druk op é terwijl de eenhedenpagina
wordt weergegeven. Selecteer Engelse of metrische eenheden door
op 9 te drukken.Displayonderwerpen
Druk tijdens het weergeven van
Displayonderwerpen op é. Selecteer
Sport- of Tourmodus door op 9 te
drukken. In de Sportmodus is er meer
boordinformatie, in de Tourmodus is
er meer media-informatie.
Deze instelling is alleen beschikbaar
bij een Uplevel-display.
Infopagina's
Druk tijdens het weergeven van Info‐
pagina's op é. Er verschijnt een lijst
met alle opties in het menu Info.
Selecteer de functies die op de
pagina Info moeten worden weerge‐
geven door op 9 te drukken. Gese‐
lecteerde pagina's hebben een 9 in
een aankruisvakje. Niet zichtbare
functies hebben een leeg aankruis‐
vakje. Zie Menu Info bovenstaand.
Snelheidswaarschuwing
Op het snelheidswaarschuwingsdis‐
play kunt u een snelheid instellen die
u niet wilt overschrijden.
Stel de snelheidswaarschuwing in
door op é te drukken terwijl de
pagina wordt weergegeven. Druk op
122Instrumenten en bedieningsorganenä of å om de waarde aan te passen.
Druk op 9 om de snelheid in te stel‐
len. Na het instellen van de snelheid
kan deze functie worden uitgescha‐
keld door tijdens het bekijken van
deze pagina op 9 te drukken. Als de
geselecteerde maximumsnelheid
wordt overschreden, verschijnt er een pop-upwaarschuwing en klinkt er een geluidssignaal.
Draagvermogen band
De categorie bandenspanning
volgens de huidige bandenspanning
kan worden geselecteerd 3 274.
Metertjes● Accuspanning
Geeft de accuspanning weer. Bij
een draaiende motor kan de
spanning variëren tussen 12 en
15,5 V. Bij een hoge elektrische
belasting is een tijdelijke span‐
ning lager dan 12 V mogelijk.
● Motorolietemperatuur
Geeft de motorolietemperatuur in
graden Celsius weer.
Software-informatie
Geeft informatie over open source-
software weer.
Info-Display
Het Info-Display zit in het instrumen‐ tenpaneel bij de instrumentengroep.
Afhankelijk van de configuratie is de
auto uitgevoerd met een
● 7" Colour-Info-Display met
aanraakschermfunctionaliteit
of
● 8" Colour-Info-Display met
aanraakschermfunctionaliteitOp de Info-Displays kan het volgende worden aangegeven:
● tijd 3 93
● buitentemperatuur 3 93
● datum 3 93
● Infotainmentsysteem, zie beschrijving in de handleiding
Infotainment
● instellingen klimaatregeling 3 157
● achteruitkijkcamera 3 227
● panoramazichtsysteem 3 225
● parkeerhulpinstructies 3 215
● kruisend verkeer achter 3 229
● visualisatiemenu Flex Ride 3 190.
● navigatie, zie beschrijving in de handleiding Infotainment
● systeemberichten
● persoonlijke instellingen 3 129
7 inch Colour-Info-Display Menu's en instellingen selecteren
Via het display krijgt u toegang tot de
menu's en instellingen.
124Instrumenten en bedieningsorganenSpraakherkenning
Raadpleeg de handleiding Infotain‐
ment voor de beschrijving.
Persoonlijke instellingen 3 129.
Valetmodus Indien geactiveerd gelden er beper‐
kingen voor bepaalde functies van
het Driver Information Center en het
Info-Display. De bagageruimte wordt
vergrendeld en kan niet worden
ontgrendeld.
Raadpleeg de handleiding Infotain‐
ment voor meer informatie.
Head-updisplay
Op het head-updisplay verschijnt
bestuurdersinformatie over de instru‐
mentengroep op de voorruit aan
bestuurderszijde.
De informatie verschijnt als een
geprojecteerd beeld vanuit een lens
in het instrumentenpaneel op de
voorruit recht vooruit in het zicht van
de bestuurder. Het beeld verschijnt
gericht naar buiten naar de voorkant
van de auto toe.Afhankelijk van de uitrusting kan het
head-updisplay aangeven:
● algemene rij-informatie
● waarschuwingen van rijhulpsys‐ temen
● stand keuzehendel automatische
versnellingsbak
● schakelindicatie
● audio-/telefooninformatie
● informatie over geleide navigatie mits uitgerust met Infotainment
met navigatie.
Er zitten drie knoppen boven de licht‐ schakelaar voor bedienen van het
head-updisplay.
Displayschermen
Op het head-updisplay kunt u
verschillende schermen selecteren
door op de toets / te drukken. Bij
elke druk verandert het display‐
scherm.
Scherm Snelheid
Geeft aan
● snelheidsmeter: digitale snel‐ heidsaanduiding
● verkeersborden: aanduiding van maximumsnelheden
Klantinformatie321Maximum output:
5,1 dBµA/m op 10 m
Infotainmentsysteem R 4.0 IntelliLink
LGE
LG Electronics European Shared
Service Center B.V., Krijgsman 1,
1186 DM Amstelveen, The Nether‐
landsBedrijfsfrequentie
(MHz)Maximum output
(dBm)2400,0 - 2483,542400,0 - 2483,5135725,0 - 5850,013
Infotainmentsysteem Navi 900
IntelliLink
Robert Bosch Car Multimedia GmbH
Robert-Bosch-Straße 200, 31139
Hildesheim, Germany
Bedrijfsfrequentie
(MHz)Maximum output
(dBm)2400,0 - 2480,0102400,0 - 2480,020
Delphi Deutschland GmbH
42367 Wuppertal, Germany
Bedrijfsfrequentie: n.v.t.
Maximum output: n.v.t.
OnStar-module
LGE
LG Electronics European Shared
Service Center B.V., Krijgsman 1,
1186 DM Amstelveen, The Nether‐
landsBedrijfsfrequentie
(MHz)Maximum output
(dBm)2402 - 248042412 - 246218880 - 915331710 - 1785241850 - 1910241920 - 1980242500 - 257023
Ontvanger bediening op afstand
parkeerverwarming
Webasto Thermo & Comfort SE
Friedrichshafener Str. 9, 82205
Gilching, Germany
Bedrijfsfrequentie: n.v.t.
Maximum output: n.v.t.
Zender bediening op afstand
parkeerverwarming
Webasto Thermo & Comfort SE
Friedrichshafener Str. 9, 82205
Gilching, Germany
Bedrijfsfrequentie: 869,0 MHz
Maximum output: 14 dBm
Radareenheid
Continental Automotive GmbH
ADC Automotive Distance Control
Systems GmbH, Peter-Dornier-
Strasse 10, 88131 Lindau, Germany
Bedrijfsfrequentie: 76-77 GHz
Maximaal vermogen: 35 EIRP dBm
Radareenheid
Hella KGaA Hueck & Co.
Rixbecker Straße 75, 59552 Lipp‐
stadt
Bedrijfsfrequentie: 24,05-24,25 GHz
Maximaal vermogen: 20 EIRP dBm
Afstandsbediening, zender
Robert Bosch GmbH