Page 134 of 505
134 1-7. Veiligheidsinformatie
86_EE (OM18071E)●Side airbagsensor
• Middenstijl rechts
• Middenstijl links
●Side airbagmodule
• Bestuurderszijde
• Voorpassagierszijde
●Curtain airbagsensor
• Wielkuip rechts achter
• Wielkuip links achter
●Curtain airbagmodule
•Rechts
•Links
●Satelliet safing-sensor (onder het midden van de achterstoelen)
●Gordelspanner
• Bestuurderszijde
• Voorpassagierszijde
●Alle bijbehorende bedrading
●Botsingssensor portier
•Rechts
•Links
●Aan-/uitschakelaar voorpassagiersairbag (passagierszijde van
dashboard)
●Controlelampje voorpassagiersairbag AAN of UIT
86_OM_Europe_OM18071E.book Page 134 Friday, August 26, 2016 9:44 AM
Page 233 of 505

233 2-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
2
Tijdens het rijden
86_EE (OM18071E)
■Dagrijverlichting
●Auto's met automatische transmissie: Om uw auto overdag beter zicht-
baar te maken voor andere weggebruikers, wordt de dagrijverlichting
automatisch ingeschakeld als de motor wordt gestart en de parkeerrem
wordt gedeactiveerd als de lichtschakelaar uit of in de stand AUTO staat.
(Brandt helderder dan de parkeerlichten voor.) Dagrijverlichting is niet
ontworpen voor gebruik in het donker.
●Auto's met handgeschakelde transmissie: Om uw auto overdag beter
zichtbaar te maken voor andere weggebruikers, wordt de dagrijverlich-
ting automatisch ingeschakeld als de motor wordt gestart en de parkeer-
rem wordt gedeactiveerd als de lichtschakelaar uit of in de stand AUTO
staat. (Brandt helderder dan de parkeerlichten voor.) Dagrijverlichting is
niet ontworpen voor gebruik in het donker.
■Sensor koplampregeling (indien aanwezig)
De sensor voor de automatische verlich-
ting bevindt zich aan passagierszijde.
De werking van de sensor kan in nega-
tieve zin beïnvloed worden als er iets
over de sensor heen geplaatst wordt of
als er iets op de ruit wordt aangebracht
waardoor de sensor wordt afgeschermd.
Hierdoor kan de sensor niet op de juiste
manier de hoeveelheid omgevingslicht
signaleren, waardoor het automatische
koplampsysteem mogelijk onjuist functio-
neert.
86_OM_Europe_OM18071E.book Page 233 Friday, August 26, 2016 9:44 AM
Page 236 of 505

236 2-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
86_EE (OM18071E)
■De dimlichten inschakelen wanneer de auto op een donkere plaats
geparkeerd staat
■Persoonlijke voorkeursinstellingen die bij een erkende Toyota-dealer
of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige kunnen worden geconfigureerd
De instellingen (bijv. gevoeligheid lichtsensor) kunnen worden gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen
→Blz. 487)
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de accu
Laat de verlichting niet langer branden dan noodzakelijk is als de motor niet
draait.
Schakel de motor uit terwijl de licht-
schakelaar in stand of UIT staat,
trek de lichtschakelaar naar u toe en
laat hem los. De dimlichten gaan gedu-
rende ongeveer 30 seconden branden
om de omgeving van de auto te verlich-
ten.
De lichten doven onder de volgende
omstandigheden:
●Auto's zonder Smart entry-systeem
en startknop: Het contact wordt
AAN gezet.
●Auto's met Smart entry-systeem en
startknop: Het contact wordt AAN
gezet.
●De lichtschakelaar wordt ingescha-
keld.
●U trekt de lichtschakelaar naar u toe
en laat hem los.
86_OM_Europe_OM18071E.book Page 236 Friday, August 26, 2016 9:44 AM
Page 262 of 505

262 2-5. Rij-informatie
86_EE (OM18071E)
WAARSCHUWING
■Als wordt gereden met sneeuwkettingen
●Auto's met een bandenreparatieset: Wanneer een band lek is, kan deze
tijdelijk worden gedicht. Gebruik bij een tijdelijk gedicht lek geen sneeuw-
ketting om de band. Als een van de achterbanden lek is en sneeuwkettin-
gen moeten worden gebruikt, neem dan contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
●Neem om de kans op ongevallen te beperken de volgende voorzorgs-
maatregelen in acht.
Anders kunnen een aanrijding en ernstig letsel het gevolg zijn.
• Rijd niet harder dan de maximaal toegestane snelheid voor de gebruikte
sneeuwkettingen of niet harder dan 30 km/h, afhankelijk van welke snel-
heid de laagste is.
• Vermijd het rijden over slechte wegdekken en over gaten.
• Vermijd plotseling accelereren, abrupte stuuracties, plotseling remmen en
schakelhandelingen die een plotselinge motorremwerking veroorzaken.
• Minder uw snelheid alvorens een bocht aan te snijden zodanig, dat u
zeker weet dat de auto bestuurbaar blijft.
Ga altijd uiterst voorzichtig te werk bij het rijden met sneeuwkettingen; over-
moedig rijden omdat u met sneeuwkettingen rijdt kan een ernstig ongeval tot
gevolg hebben.
OPMERKING
■Gebruik van sneeuwkettingen
Gebruik alleen sneeuwkettingen met het juiste formaat voor uw banden om
de carrosserie of wielophanging niet te beschadigen.
■Repareren of vervangen van winterbanden
Laat winterbanden repareren of vervangen door een Toyota-dealer of door
een bandenspecialist.
Het verwijderen en plaatsen van winterbanden heeft namelijk invloed op de
werking van de bandenspanningssensoren en -zenders.
■Monteren van sneeuwkettingen
Als er sneeuwkettingen gemonteerd zijn, werken de bandenspanningssen-
soren en -zenders mogelijk niet goed.
86_OM_Europe_OM18071E.book Page 262 Friday, August 26, 2016 9:44 AM
Page 342 of 505

342 4-3. Onderhoud, zelf uit te voeren
86_EE (OM18071E)
■Wisselen van banden
Auto's met compact reservewiel of bandenreparatieset
Wissel de banden zoals aan-
gegeven in de afbeelding.
Toyota beveelt aan om de ban-
den ongeveer elke 10.000 km
van plaats te wisselen om een
gelijkmatig slijtagepatroon en
een langere levensduur van de
banden te verkrijgen.
Auto's met een reservewiel van hetzelfde type als de gemon-
teerde wielen
Wissel de banden zoals aan-
gegeven in de afbeelding.
Toyota beveelt aan om de ban-
den ongeveer elke 10.000 km
van plaats te wisselen om een
gelijkmatig slijtagepatroon en
een langere levensduur van de
banden te verkrijgen.
■Bandenspanningswaarschuwingssysteem
Uw Toyota is uitgerust met een bandenspanningswaarschu-
wingssysteem dat gebruikmaakt van bandenspanningssensoren
en -zenders om een lage bandenspanning te signaleren voordat
deze tot ernstige problemen leidt. (→Blz. 399)
Voor
Voor
86_OM_Europe_OM18071E.book Page 342 Friday, August 26, 2016 9:44 AM
Page 343 of 505
343 4-3. Onderhoud, zelf uit te voeren
4
Onderhoud en verzorging
86_EE (OM18071E)
Plaatsen van bandenspanningssensoren en -zenders
Bij het vervangen van banden of velgen moeten de bandenspan-
ningssensoren en -zenders ook worden geplaatst.
Als er nieuwe bandenspanningssensoren en -zenders gemonteerd
worden, moeten de ID-codes van deze componenten worden gere-
gistreerd in de bandenspanningswaarschuwingssysteem-ECU en
moet het bandenspanningswaarschuwingssysteem worden geïnitiali-
seerd. Laat de identificatiecodes van de bandenspanningssensoren
en -zenders registreren door een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige. (→Blz. 345)
86_OM_Europe_OM18071E.book Page 343 Friday, August 26, 2016 9:44 AM
Page 345 of 505
345 4-3. Onderhoud, zelf uit te voeren
4
Onderhoud en verzorging
86_EE (OM18071E)Auto's met Smart entry-systeem en startknop: Laat het con-
tact enkele minuten AAN staan en zet het vervolgens UIT.
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop: Laat het
contact een paar minuten AAN staan en zet het vervolgens in
de stand ACC of UIT.
Registreren van identificatiecodes
De bandenspanningssensoren en -zenders zijn voorzien van een
unieke identificatiecode. Bij het vervangen van een bandenspan-
ningssensor en -zender is het noodzakelijk om de identificatiecode te
registreren. Laat de identificatiecodes registreren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
STAP5
86_OM_Europe_OM18071E.book Page 345 Friday, August 26, 2016 9:44 AM
Page 346 of 505

346 4-3. Onderhoud, zelf uit te voeren
86_EE (OM18071E)
■Wanneer moeten banden worden vervangen
Banden moeten worden vervangen als:
●De slijtage-indicatoren zijn te zien op een band.
●De banden beschadigingen vertonen, zoals insnijdingen, scheuren of
barsten die zo diep zijn dat het binnenmateriaal zichtbaar wordt en bulten
die duiden op een interne beschadiging
●Een band vaak leegloopt of niet goed kan worden gerepareerd vanwege
de grootte of plaats van de beschadiging
Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige als u er
niet zeker van bent.
■Vervangen van banden en velgen
Als de identificatiecode van de bandenspanningssensor en -zender niet is
geregistreerd, werkt het bandenspanningswaarschuwingssysteem niet cor-
rect. Na ongeveer 10 minuten rijden gaat het waarschuwingslampje voor de
bandenspanning branden nadat het gedurende 1 minuut geknipperd heeft
om aan te geven dat er een storing in het systeem aanwezig is.
■Levensduur van de banden
Banden die ouder zijn dan 6 jaar moeten altijd door gekwalificeerd werk-
plaatspersoneel worden gecontroleerd, zelfs als er niet of nauwelijks met de
banden is gereden en de banden niet lijken te zijn beschadigd.
■Periodieke controle van de bandenspanning
Het bandenspanningswaarschuwingssysteem vervangt de periodieke con-
trole van de bandenspanning niet. Controleer daarom ook zelf regelmatig de
bandenspanning.
■<0024004f005600030047004800030053005500520049004c0048004f0047004c004800530057004800030059004400510003005a004c005100570048005500450044005100470048005100030050004c00510047004800550003004c005600030047004400
5100030017000300500050>
In dat geval raakt de werkzaamheid van de winterbanden verloren.
■Brede banden (auto's met 17 inch banden)
In het algemeen slijten brede banden eerder en kan de grip op besneeuwde
en/of gladde wegen beperkt zijn in vergelijking met standaard banden.
Gebruik daarom winterbanden of sneeuwkettingen op besneeuwde en/of
gladde wegen en rijd voorzichtig waarbij u uw snelheid aanpast aan de toe-
stand van de weg en de weersomstandigheden.
■Als u per ongeluk op de resetknop van het waarschuwingssysteem
voor lage bandenspanning drukt
Als de initialisatie is uitgevoerd, breng dan de banden op de voorgeschreven
spanning en initialiseer het bandenspanningswaarschuwingssysteem
opnieuw.
86_OM_Europe_OM18071E.book Page 346 Friday, August 26, 2016 9:44 AM