
3734-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
Zet de selectiehendel in stand R.
Blijf wanneer het stuurwiel draait helemaal stilstaan.
Rijd langzaam achteruit wanneer het stuurwiel is gestopt met dr aaien.
Houd daarbij de veiligheid van het gebied achter de auto in het oog.
Houd ook de indicator die de mate van assistentie aangeeft in d e gaten.
Herhaal de stappen tot en met tot de Parking Assist-han-
deling voltooid is.
Als de Parking Assist-handeling voltooid is, klinkt de zoemer, gaat het
controlelampje S-IPA uit en verandert de weergave van het multi -infor-
matiedisplay.
Pas de positie en/of de hoek van de auto zo nodig aan om het pa rkeren
te voltooien.
■ Werkingsvoorwaarden modus fileparkeren
●Rijd langzaam (met een snelheid waarbij de auto snel tot stilst and kan wor-
den gebracht) om de modus fileparkeren goed te laten werken. Houd de
auto parallel aan de weg (of stoeprand) terwijl u een afstand van ongeveer
1 m tot de geparkeerde auto's aanhoudt.
● De functie kan niet worden gebruikt wanneer de rijsnelheid onge veer 30 km/
h of hoger is.
● De zijsensoren voor en zijsensoren achter worden gebruikt om ge parkeerde
auto's te signaleren en de parkeerplaats te bepalen. Daarom wor dt er geen
begeleiding gegeven wanneer signalering niet mogelijk is ( →Blz. 400).
● Als er geen geparkeerde auto's zijn, kan de parkeerplaats niet worden
bepaald. Daardoor kan de modus fileparkeren niet worden bediend .
● Wanneer de omgeving van de parkeerplaats niet kan worden gesignaleerd,
werkt de modus fileparkeren mogelijk niet.
10
11710
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 373 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

3794-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
Breng de auto volledig tot
stilstand wanneer de zoe-
mer klinkt.
Het multi-informatiedisplay ver-
andert wanneer de zoemer
begint te klinken.
Zet de selectiehendel in stand D.
Blijf wanneer het stuurwiel draait helemaal stilstaan.
Rijd langzaam vooruit als het stuurwiel niet meer draait en con troleer
daarbij tegelijkertijd of de zone voor de auto veilig is. Houd ook de indi-
cator die de mate van assistentie aangeeft in de gaten.
Breng de auto volledig tot st ilstand wanneer de zoemer klinkt.
Het multi-informatiedisplay verandert wanneer de zoemer begint te klin-
ken.
Zet de selectiehendel in stand R.
Blijf wanneer het stuurwiel draait helemaal stilstaan.
Rijd langzaam achteruit wanneer het stuurwiel is gestopt met dr aaien.
Houd daarbij de veiligheid van het gebied achter de auto in het oog.
Houd ook de indicator die de mate van assistentie aangeeft in d e gaten.
Herhaal de stappen tot en met tot de Parking Assist-han-
deling voltooid is.
Als de Parking Assist-handeling voltooid is, klinkt de zoemer, gaat het
controlelampje S-IPA uit en verandert de weergave van het multi -infor-
matiedisplay.
Pas de positie en/of de hoek van de auto zo nodig aan om het pa rkeren
te voltooien.
7
8
9
10
11610
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 379 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

3854-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
Zet de selectiehendel in stand D.
Blijf wanneer het stuurwiel draait helemaal stilstaan. Rijd langzaam
vooruit als het stuurwiel niet meer draait en controleer daarbi j tegelijker-
tijd of de zone voor de auto veilig is. Houd ook de indicator d ie de mate
van assistentie aangeeft in de gaten.
Breng de auto volledig tot
stilstand wanneer de zoe-
mer klinkt.
Het multi-informatiedisplay ver-
andert wanneer de zoemer
begint te klinken.
Zet de selectiehe ndel in stand R.
Blijf wanneer het stuurwiel draait helemaal stilstaan. Rijd langzaam
vooruit als het stuurwiel niet meer draait en controleer daarbi j tegelijker-
tijd of de zone voor de auto veilig is. Houd ook de indicator d ie de mate
van assistentie aangeeft in de gaten.
Herhaal de stappen tot en met tot de Parking Assist-han-
deling voltooid is.
Wanneer de auto bijna het punt voor wegrijden heeft bereikt, klinkt er
een zoemer en wordt de ondersteuningsregeling beëindigd. Pak ve rvol-
gens het stuurwiel vast en rijd naar voren.
6
7
8
948
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 385 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

3924-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E“IPA Cancelled, Take
Over. Timeout.” (IPA
uitgeschakeld, overne-
men. Time-out.)
Meer dan 6 minuten
zijn verstreken sinds de
S-IPA-schakelaar werd
aangezet voordat de
automatische bedie-
ning van het stuurwiel
kon beginnen.
Parkeer de auto hand-
matig of signaleer een
andere parkeerruimte.
Meer dan 6 minuten
zijn verstreken sinds de
selectiehendel in stand
R werd gezet en de
automatische stuur-
wielbediening begon,
voordat de Parking
Assist-handeling kon
worden voltooid.
Parkeer de auto hand-
matig of signaleer een
andere parkeerruimte.
Er zijn meer dan 3
minuten verstreken ter-
wijl “Wait For Room To
Maneuver” (wacht op
ruimte om te manoeu-
vreren) werd weerge-
geven.
Parkeer de auto hand-
matig of signaleer een
andere parkeerruimte.
“IPA Unavailable.” (IPA
niet beschikbaar)
De stuurbekrachtiging
is tijdelijk oververhit.
Zet het contact UIT,
wacht een poosje en
start vervolgens het
hybridesysteem weer.
Het hybridesysteem
werkt niet.Schakel het hybride-
systeem in.
MeldingOorzaakWat u moet doen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 392 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

3964-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E●
Wanneer er een auto geparkeerd staat achter de beoogde parkeerp laats,
wordt deze als gevolg van de afstand mogelijk niet gesignaleerd . Ook wordt,
afhankelijk van de vorm van de auto en andere omstandigheden, de detec-
tieafstand mogelijk korter of is signalering wellicht niet moge lijk.
● Het Simple Intelligent Parking Assist-systeem werkt mogelijk niet wanneer
roosters, traanplaten o.i.d. worden gesignaleerd op de parkeerp laats.
●
Het detectiegebied van de sensor bij het
gebruik van de modus fileparkeren
Beoogde parkeerplaats
● Het systeem werkt niet aangezien het de
parkeerplaats niet kan signaleren als er
andere objecten dan geparkeerde
auto's, zoals palen of muren, aanwezig
zijn.
Palen
Muur
● Ook wijkt de beoogde parkeerplaats
mogelijk af wanneer een voetganger,
enz. wordt gesignaleerd.
Voetganger
1
1
2
1
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 396 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

4014-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
OPMERKING
■Bij gebruik van de S-IPA
● Controleer of de parkeerruimte geschikt is. (Breedte van de rui mte, of er
obstakels aanwezig zijn, staat van het wegdek enz.)
● De S-IPA werkt niet naar behoren als het voertuig voor of achte r de par-
keerruimte beweegt of als er een obstakel in de parkeerruimte komt nadat
de sensoren de parkeerruimte hebben gesignaleerd. Controleer bi j
gebruik van de Parking Assist-functie ook altijd zelf de omgevi ng.
● Het kan gebeuren dat de sensoren stoepranden niet kunnen waarne men.
De auto kan in bepaalde situaties de stoeprand oprijden, bijvoo rbeeld als
een auto voor of achter de parkeerruimte op de stoeprand geparkeerd
staat.
Controleer de omgeving om te voorkomen dat de banden en wielen
beschadigd worden.
● De auto kan mogelijk niet in de beoogde parkeerruimte worden ge par-
keerd als de auto vooruit beweegt terwijl de selectiehendel in stand R
staat of achteruitrijdt als de selectiehendel in een andere sta nd dan R
staat, bijvoorbeeld bij het parkeren op een helling.
● Rijd bij het achteruitrijden altijd lang-
zaam om te voorkomen dat uw auto
een obstakel voor de auto raakt.
● Rijd bij het achteruitrijden altijd lang-
zaam om te voorkomen dat de voorzijde
van uw auto de auto voor de parkeer-
ruimte raakt.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 401 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

4064-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E■
Geluid EPS
Wanneer het stuurwiel bediend wordt, kan het geluid van een elektromotor
(zoemend geluid) hoorbaar zijn. D it is normaal en duidt niet op een storing.
■ Automatisch opnieuw inschakelen van de TRC- en VSC-systemen
Als de TRC- en VSC-systemen zijn uitgeschakeld, worden deze automatisch
opnieuw ingeschakeld in de volgende situaties:
● Het contact wordt UIT gezet.
● Als alleen het TRC-systeem wordt uitgeschakeld, wordt de TRC we er inge-
schakeld zodra de rijsnelheid toeneemt.
Als zowel het TRC- als het VSC-systeem is uitgeschakeld, worden deze
niet automatisch weer ingeschakeld als de rijsnelheid toeneemt.
■ Gereduceerde bekrachtiging door het EPS-systeem
De mate van bekrachtiging door het EPS-systeem wordt gereduceer d om het
systeem tegen oververhitting te beschermen als er gedurende lan gere tijd
veel stuurbewegingen worden uitgevoerd. Hierdoor kan de besturi ng zwaar
aanvoelen. Probeer als dat het geval is minder frequent te stur en of breng de
auto tot stilstand en schakel het hybridesysteem UIT. Het EPS-s ysteem moet
binnen 10 minuten weer normaal werken.
■ Voorwaarden voor werking Hill Start Assist Control
Als aan de volgende vier voorwaarden wordt voldaan, werkt de Hi ll Start
Assist Control:
● De selectiehendel staat in een andere stand dan P of N (bij het vooruit/ach-
teruit bergop wegrijden)
● De auto staat stil
● Het gaspedaal wordt niet ingetrapt
● De parkeerrem is niet geactiveerd
■ Automatisch uitschakelen van Hill Start Assist Control
De Hill Start Assist Control wordt in de volgende situaties uitgeschakeld:
● De selectiehendel staat in stand P of N
● Het gaspedaal wordt ingetrapt
● De parkeerrem wordt geactiveerd
● Er zijn ongeveer 2 seconden verstreken nadat het rempedaal is losgelaten
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 406 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

4074-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
WAARSCHUWING
■Het ABS werkt niet effectief als
● De maximale grip van de banden overschreden wordt (bijvoorbeeld ver-
sleten banden op een weg die bedekt is met sneeuw).
● De auto aquaplaning ondervindt terwijl met een hoge snelheid op een
natte of gladde weg wordt gereden.
■ De remweg met ABS in werking kan langer zijn dan onder normale
omstandigheden
Het ABS is niet ontworpen om de remweg van de auto te verkorten . Houd
altijd voldoende afstand tot uw voorligger, met name in de volgende geval-
len:
● Als wordt gereden op wegen met grind, zand en dergelijke, of op
besneeuwde wegen
● Als wordt gereden met sneeuwkettingen
● Als wordt gereden op slechte wegen
● Als wordt gereden over wegen met diepe gaten of andere grote oneffen-
heden
■ De TRC/VSC werkt mogelijk niet effectief als
Het insturen van de juiste richting en het overbrengen van de aandrijfkracht
kunnen op een gladde weg niet onder alle omstandigheden gereali seerd
worden, zelfs niet als het TRC/VSC-systeem in werking is.
Rijd voorzichtig met de auto onder omstandigheden waarbij de st abiliteit en
de aandrijfkracht verloren kunnen gaan.
■ De Hill Start Assist Control werkt niet effectief wanneer
● Vertrouw niet uitsluitend op de Hill Start Assist Control. De Hill Start Assist
Control werkt mogelijk niet effectief op steile hellingen en op met ijs
bedekte wegen.
● In tegenstelling tot de parkeerrem is de Hill Start Assist Cont rol niet
bedoeld om de auto gedurende langere tijd op zijn plaats te hou den.
Gebruik de Hill Start Assist Control niet om de auto op een hel ling op zijn
plaats te houden omdat dat kan leiden tot een ongeval.
■ Als de VSC is geactiveerd
Het controlelampje Traction Control knippert. Rijd altijd voorzichtig. Roeke-
loos rijgedrag kan leiden tot ongevallen. Wees bijzonder voorzichtig als het
controlelampje knippert.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 407 Friday, September 9, 2016 12:21 PM