Inleiding1271 RADIO................................. 135
Radio inschakelen of van
frequentiebereik wisselen ...135
2 CD ....................................... 147
Cd/mp3/wma-weergave
starten ................................. 147
3 Achteruit zoeken .................135
Radio: achteruit zoeken ......135
Cd/mp3/wma: informatie
achteruit overslaan .............145
4 Radiozendertoetsen 1...6 ....136
Lang drukken: station
opslaan ............................... 136
Kort drukken: station
selecteren ........................... 136
5 m......................................... 129
Indrukken: uit- en
inschakelen ........................ 129
Infotainment-systeem ......... 129
Draaien: volume
aanpassen .......................... 1296Vooruit zoeken ....................135
Radio: vooruit zoeken .........135
Cd/mp3/wma: nummer
vooruit overslaan ................145
7 AS 1/2 ................................. 136
Automatische
geheugenniveaus
(voorkeuzezenders) ............136
Kort indrukken: autostore-
lijst selecteren .....................136
Lang indrukken: zenders
automatisch opslaan ...........136
8 FAV 1/2/3 ............................ 136
Favorietenlijst
(voorkeuzezenders) ............136
9 TP ....................................... 140
Activeren of deactiveren
verkeersberichten ...............140
Als het infotainment‐
systeem uitgeschakeld is:
weergave van tijd en datum 140
10 Cd uitwerpen ....................... 14511 CONFIG.............................. 134
Instellingenmenu openen ....134
12 INFO ................................... 126
Radio: informatie over de
momenteel afspelende
zender ................................. 135
CD/MP3/WMA: informatie
over de momenteel
geplaatste cd ...................... 145
13 Multifunctionele toets ..........130
Draaien: menu-opties
markeren of numerieke
waarden instellen ...............130
Indrukken: de
gemarkeerde optie
selecteren/inschakelen;
ingestelde waarde
bevestigen; functie uit-/
inschakelen ......................... 130
14 Cd-sleuf ............................... 145
15 BACK .................................. 130
Menu: een niveau terug ......130
Invoer: laatste teken of
complete invoer wissen ......130
Inleiding1295xn
Kort indrukken: gesprek
beëindigen/weigeren ...........156
of gesprekslijst sluiten .........156
of mute in-/uitschakelen ......129Gebruik
Bedieningselementen
Het Infotainmentsysteem wordt
bediend met behulp van functietoet‐
sen, een multifunctionele knop en
menu's op het display.
Invoer kan naar keuze plaatsvinden
via:
● het bedieningspaneel op het Info‐
tainmentsysteem 3 126
● audioknoppen op het stuurwiel 3 126
Het Infotainmentsysteem in- of
uitschakelen
Druk kortstondig op X. Na het inscha‐
kelen wordt de laatst geselecteerde Infotainmentbron actief.
Druk opnieuw op X om het systeem
uit te schakelen.
Automatisch uitschakelen
Wanneer u het Infotainmentsysteem,
terwijl het contact uitgeschakeld is,
met behulp van X inschakelt, danwordt het 10 minuten na de laatste
invoer automatisch weer uitgescha‐
keld.
Volume instellen Draai m. De actuele instelling
verschijnt op het display.
Bij het inschakelen van het Infotain‐
mentsysteem wordt automatisch het
laatst geselecteerde volume inge‐
steld mits deze instelling het maxi‐
male volume bij het starten niet over‐ schrijdt (zie onderstaand).
U kunt het volgende afzonderlijk invoeren:
● het maximale inschakelvolume 3 134
● het volume van verkeersberich‐ ten 3 134
Voor snelheid gecompenseerd
volume
Na inschakelen van het voor snelheid
gecompenseerd volume 3 134 wordt
het volume automatisch zodanig
aangepast dat u geen geluid van het
wegdek of van de rijwind hoort.
130InleidingStiltefunctie
Druk op PHONE (als het telefoonpor‐
taal beschikbaar is: enkele seconden
indrukken) om het geluid van audio‐
bronnen te onderdrukken.
Mutefunctie annuleren: draai aan m of
druk op PHONE (indien telefoonpor‐
taal beschikbaar: enkele seconden indrukken).
Volumebegrenzing bij hoge
temperaturen
Bij erg hoge temperaturen binnen de
auto beperkt het infotainmentsys‐
teem het maximaal instelbare
volume. Indien nodig wordt het maxi‐
male volume automatisch verlaagd.
Bedieningsstanden
Radio
Druk op RADIO om het radiohoofd‐
menu te openen of te wisselen tussen de verschillende frequentiebereiken.
Druk op de multifunctionele knop om naar de frequentiebereikmenu's met
opties voor zenderselectie te gaan.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de radiofuncties 3 135.Audiospelers
Druk één of meerdere keren op CD of
AUX om naar het hoofdmenu USB,
iPod ®
of AUX (indien beschikbaar) te
gaan of om tussen deze menu's te
wisselen.
Druk op de multifunctionele knop om
naar de betreffende menu's met
opties voor trackselectie te gaan.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van CD-spelerfuncties 3 144, AUX-
functies 3 147, USB-poortfuncties
3 148 en functies voor streaming
audio via Bluetooth 3 151.
Telefoon
Druk kort op PHONE om het telefoon‐
menu te openen.
Druk op de multifunctionele knop om
naar het telefoonmenu met opties
voor het invoeren en selecteren van
nummers te gaan.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de telefoonportal 3 153.Systeeminstellingen
De taal aanpassen
De menuteksten op het display van
het infotainmentsysteem zijn beschik‐
baar in diverse talen.
Druk op CONFIG om het menu
Instellingen te openen.
Selecteer Talen (Languages) in het
menu Instellingen om het betreffende
menu weer te geven.
Kies de gewenste taal voor de menu‐ teksten.
Let op
Voor een gedetailleerde beschrij‐ ving van de menubediening 3 130.
Tijd- en datuminstellingen
Raadpleeg het Instructieboekje voor
een gedetailleerde beschrijving.
Basisbediening
Multifunctionele toets De multifunctionele knop is het
centrale bedieningselement voor de
menu's.
138RadioAlle ontvangbare FM-, AM- of DAB-
zenders in het actuele ontvangstge‐
bied worden getoond.
Let op
Als er van tevoren geen zenderlijst
is aangemaakt, zoekt het Infotain‐
mentsysteem automatisch naar
zenders.
Selecteer de gewenste zender. Let op
Het huidige station wordt gemar‐
keerd door i.
Zenderlijsten bijwerken
Druk in een radiohoofdmenu op de
multifunctionele knop om het betref‐
fende frequentiebereikmenu te
openen.
Als de zenders in de frequentiebe‐
reikspecifieke zenderlijst niet meer
kunnen worden ontvangen:
Selecteer de menuoptie Zenderlijst bijwerken in het betreffende frequen‐
tiebereikmenu, bijv. Lijst met FM-
zenders bijwerken .
Het zoeken naar zenders wordt
gestart. Als het zoeken is voltooid,
klinkt de laatst ontvangen zender.
Druk op de multifunctionele knop om
het zoeken naar zenders te stoppen.
Let op
Als het Infotainmentsysteem met
een dubbele tuner uitgevoerd is,
worden de zenderlijsten voortdu‐
rend op de achtergrond bijgewerkt.
U hoeft het systeem niet handmatig
bij te werken.Let op
Bij het bijwerken van een lijst van
een zender op een specifiek
frequentiebereik wordt de overeen‐
komstige categorielijst ook bijge‐
werkt.
Favorietenlijst
Druk terwijl u in een radiohoofdmenu
bent op de multifunctionele knop om
het betreffende frequentiebereik‐ menu te openen.
Selecteer Favorietenlijst . Alle
zenders die in de favorietenlijst zijn
opgeslagen, worden weergegeven.
Selecteer de gewenste zender.
Radio139Let op
Het huidige station wordt gemar‐
keerd door i.
Categorielijsten Talloze RDS 3 140 en DAB 3 142
zenders zenden een PTY-code uit,
die het uitgezonden programmatype
aangeeft (bijv. nieuws). Sommige
zenders wijzigen ook de PTY-code
afhankelijk van de inhoud die op dat
moment wordt uitgezonden.
Het Infotainmentsysteem slaat deze
zenders, gesorteerd op programma‐
type, in de desbetreffende categorie‐
lijst op.
Zoeken op een programmatype dat
door de zender wordt opgegeven:
selecteer de specifieke categorielij‐
stoptie van het frequentiebereik.
Er verschijnt een lijst met momenteel beschikbare programmatypen.
Selecteer het gewenste programma‐type.
Er verschijnt een lijst met zenders die
een programma van het geselec‐
teerde type uitzenden.
Selecteer de gewenste zender.
De categorielijst wordt tijdens de update van de zenderlijst die bij het
desbetreffende frequentiebereik
hoort eveneens bijgewerkt.
Let op
Het huidige station wordt gemar‐ keerd door i.
DAB-berichten
Naast muziekprogramma's zenden
tal van DAB-zenders 3 142 diverse
berichtcategorieën uit.
De momenteel ontvangen DAB-
service (programma) wordt onderbro‐
ken wanneer er een bericht van voor‐
heen geactiveerde categorieën in de
wacht staat.
Het activeren van berichtcategorieën
Selecteer in DAB-menu de optie
DAB-berichten om het betreffende
menu weer te geven.
140Radio
Activeer de gewenste berichtcatego‐
rieën.
Er kunnen diverse categorieën
aankondigingen tegelijk worden
geselecteerd.
Let op
De volgende opties zijn alleen
beschikbaar als RDS op Aan wordt
gezet.
Radio Data System (RDS)
Is een dienst voor FM-zenders die
ervoor zorgt dat de gewenste zender
aanzienlijk sneller wordt gevonden en zonder problemen wordt ontvangen.
Voordelen van RDS
● Op het display verschijnt de programmanaam van de gese‐
lecteerde zender i.p.v. de
frequentie.
● Tijdens het zoeken naar zenders
stemt het Infotainmentsysteem
alleen af op RDS-zenders.
● Het infotainmentsysteem stelt met behulp van AF (Alternative
Frequency) altijd automatisch af
op de zendfrequentie met de
beste ontvangst van de geselec‐
teerde zender.
● Afhankelijk van de ontvangen zender geeft het Infotainment‐
systeem radiotekst weer die bijv.
informatie over het actuele
programma kan bevatten.
Configureren van RDS
Druk op CONFIG om het menu
Instellingen te openen.
Selecteer Radio-instellingen en
vervolgens RDS-opties.
Zet RDS op Aan of Uit.
Let op
Na het uitschakelen van RDS wordt
deze functie automatisch weer inge‐ schakeld bij het afstemmen op een
andere zender (via de zoekfunctie of een voorkeuzeknop).
Let op
De volgende opties zijn alleen
beschikbaar als RDS op Aan wordt
gezet.
Radio141RDS-opties
In- en uitschakelen van regio-
instelling
Soms zenden RDS-zenders op
verschillende frequenties program‐
ma's uit die regionaal van elkaar
verschillen.
Zet Regionaal op Aan of Uit.
Als de regio-instelling is ingescha‐ keld, worden er uitsluitend alterna‐
tieve frequenties (AF) met dezelfde
regionale programma's geselecteerd.
Is de regio-instelling uitgeschakeld,
worden alternatieve frequenties voor
de zenders geselecteerd zonder
rekening te houden met regionale
programma's.
Lopende RDS-tekst
Sommige RDS-zenders verbergen
de naam van het actuele programma
om aanvullende informatie te kunnen
tonen.
Voorkomen dat aanvullende informa‐ tie wordt weergegeven:
Geen rollende displaytekst op Aan
zetten.Radiotekst
Als de RDS-functie wordt geactiveerd en er momenteel een RDS-zender
wordt ontvangen, verschijnt er infor‐
matie over het huidige programma en
de momenteel beluisterde muzeik‐
track onder de naam van het
programma.
Toon of verberg deze informatie door Radio-tekst op Aan of Uit te zetten.
TA-volume
Het volume van verkeersberichten
(TA) kan vooraf worden ingesteld.
Voor een gedetailleerde beschrijving
3 134.
Radioverkeerinformatieservice (TP = Traffic Programme)
Zenders met radioverkeerinformatie‐
service zijn RDS-zenders die
verkeerinformatie uitzenden.
Verkeersinformatie in- of
uitschakelen
Om de stand-by verkeersberichten‐
functie van het Infotainmentsysteem in- en uit te schakelen:
Druk op TP.● Als verkeersinformatie is inge‐
schakeld, verschijnt [ ] in het
radiohoofdmenu.
● Er worden alleen verkeersinfor‐ matiezenders weergegeven.
● Als de actuele zender geen verkeersinformatiezender is,
wordt er automatisch naar de
volgende verkeersinformatiezen‐ der gezocht.
● Wanneer een verkeersinforma‐ tiezender is gevonden, wordt
[TP] in het hoofdmenu van de
radio weergegeven.
● Verkeersberichten worden op het
van tevoren ingestelde TA-
volume 3 134 weergegeven.
● Als verkeersinformatie is inge‐ schakeld, wordt het afspelen vande cd-/mp3 voor de duur van het
verkeersbericht onderbroken.
Alleen naar verkeersberichten
luisteren
Schakel verkeersinformatie in en
draai het volume van het infotain‐
mentsysteem helemaal omlaag.
142RadioBlokkeren van verkeersberichten
Ga als volgt te werk om een verkeers‐
bericht, bijv. tijdens het afspelen van
cd/mp3, te blokkeren:
Druk op TP of de multifunctionele
knop om het annuleringsbericht op
het display te bevestigen.
Het verkeersbericht wordt geannu‐
leerd, maar de verkeersinformatie
blijft ingeschakeld.
Digital Audio Broadcasting
DAB zendt radiozenders digitaal uit.
DAB-zenders worden aangeduid met
de programmanaam i.p.v. met de
zendfrequentie.Algemene aanwijzingen
● Met DAB kunnen verschillende programma's (diensten) op
dezelfde frequentie worden
uitgezonden (ensemble).
● Naast hoogwaardige diensten voor digitale audio is DAB ook in
staat om programmagerela‐
teerde gegevens en een veelheid aan andere dataservices uit te
zenden, inclusief reis - en
verkeersinformatie.
● Zolang een bepaalde DAB- ontvanger een signaal van een
zender op kan vangen (ook al is
het signaal erg zwak), is de
geluidsweergave gewaarborgd.
● Bij een slechte ontvangst wordt het volume automatisch lager
gezet om onaangename gelui‐
den te vermijden.
● Als het DAB-signaal te zwak is om door de radio te worden
opgevangen, wordt de weergave
geheel onderbroken. Dit
probleem kan worden vermeden
door in het menu DAB-instellin‐gen Automatische groeplinks en/
of Automatische links DAB-FM te
activeren.
● Interferentie door zenders op naburige frequenties (een
verschijnsel dat typisch is voor
AM- en FM-ontvangst) doet zich
bij DAB niet voor.
● Als het DAB-signaal door natuur‐
lijke obstakels of door gebouwen
wordt weerkaatst, verbetert dit de
ontvangstkwaliteit van DAB,
terwijl AM- en FM-ontvangst in die gevallen juist aanmerkelijk
verzwakt.
● Na het inschakelen van DAB- ontvangst blijft de FM-tuner van
het Infotainmentsysteem op de achtergrond actief en zoekt
voortdurend naar de best
ontvangbare FM-zenders. Als TP 3 140 geactiveerd is, worden er
verkeersberichten doorgegeven
van de FM-zender die de beste
ontvangst heeft. Deactiveer TP
als DAB-ontvangst niet door FM- verkeersberichten moet worden
onderbroken.