Page 129 of 169

Inleiding1295xn
Kort indrukken: gesprek
beëindigen/weigeren ...........156
of gesprekslijst sluiten .........156
of mute in-/uitschakelen ......129Gebruik
Bedieningselementen
Het Infotainmentsysteem wordt
bediend met behulp van functietoet‐
sen, een multifunctionele knop en
menu's op het display.
Invoer kan naar keuze plaatsvinden
via:
● het bedieningspaneel op het Info‐
tainmentsysteem 3 126
● audioknoppen op het stuurwiel 3 126
Het Infotainmentsysteem in- of
uitschakelen
Druk kortstondig op X. Na het inscha‐
kelen wordt de laatst geselecteerde Infotainmentbron actief.
Druk opnieuw op X om het systeem
uit te schakelen.
Automatisch uitschakelen
Wanneer u het Infotainmentsysteem,
terwijl het contact uitgeschakeld is,
met behulp van X inschakelt, danwordt het 10 minuten na de laatste
invoer automatisch weer uitgescha‐
keld.
Volume instellen Draai m. De actuele instelling
verschijnt op het display.
Bij het inschakelen van het Infotain‐
mentsysteem wordt automatisch het
laatst geselecteerde volume inge‐
steld mits deze instelling het maxi‐
male volume bij het starten niet over‐ schrijdt (zie onderstaand).
U kunt het volgende afzonderlijk invoeren:
● het maximale inschakelvolume 3 134
● het volume van verkeersberich‐ ten 3 134
Voor snelheid gecompenseerd
volume
Na inschakelen van het voor snelheid
gecompenseerd volume 3 134 wordt
het volume automatisch zodanig
aangepast dat u geen geluid van het
wegdek of van de rijwind hoort.
Page 130 of 169

130InleidingStiltefunctie
Druk op PHONE (als het telefoonpor‐
taal beschikbaar is: enkele seconden
indrukken) om het geluid van audio‐
bronnen te onderdrukken.
Mutefunctie annuleren: draai aan m of
druk op PHONE (indien telefoonpor‐
taal beschikbaar: enkele seconden indrukken).
Volumebegrenzing bij hoge
temperaturen
Bij erg hoge temperaturen binnen de
auto beperkt het infotainmentsys‐
teem het maximaal instelbare
volume. Indien nodig wordt het maxi‐
male volume automatisch verlaagd.
Bedieningsstanden
Radio
Druk op RADIO om het radiohoofd‐
menu te openen of te wisselen tussen de verschillende frequentiebereiken.
Druk op de multifunctionele knop om naar de frequentiebereikmenu's met
opties voor zenderselectie te gaan.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de radiofuncties 3 135.Audiospelers
Druk één of meerdere keren op CD of
AUX om naar het hoofdmenu USB,
iPod ®
of AUX (indien beschikbaar) te
gaan of om tussen deze menu's te
wisselen.
Druk op de multifunctionele knop om
naar de betreffende menu's met
opties voor trackselectie te gaan.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van CD-spelerfuncties 3 144, AUX-
functies 3 147, USB-poortfuncties
3 148 en functies voor streaming
audio via Bluetooth 3 151.
Telefoon
Druk kort op PHONE om het telefoon‐
menu te openen.
Druk op de multifunctionele knop om
naar het telefoonmenu met opties
voor het invoeren en selecteren van
nummers te gaan.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de telefoonportal 3 153.Systeeminstellingen
De taal aanpassen
De menuteksten op het display van
het infotainmentsysteem zijn beschik‐
baar in diverse talen.
Druk op CONFIG om het menu
Instellingen te openen.
Selecteer Talen (Languages) in het
menu Instellingen om het betreffende
menu weer te geven.
Kies de gewenste taal voor de menu‐ teksten.
Let op
Voor een gedetailleerde beschrij‐ ving van de menubediening 3 130.
Tijd- en datuminstellingen
Raadpleeg het Instructieboekje voor
een gedetailleerde beschrijving.
Basisbediening
Multifunctionele toets De multifunctionele knop is het
centrale bedieningselement voor de
menu's.
Page 131 of 169

Inleiding131Draai aan de multifunctionele knop:● een menuoptie markeren
● een numerieke waarde instellen
Druk op de multifunctionele knop: ● de gemarkeerde optie selecteren
of inschakelen
● een ingestelde waarde bevesti‐ gen
● een systeemfunctie in- of uitschakelen
BACK-toets Druk kort op BACK:
● om een menu te verlaten ● om van een submenu naar het volgende, hogere menuniveau te
gaan
● om het laatste teken van een tekenreeks te wissen
Houd BACK enkele seconden inge‐
drukt om de hele invoer te wissen.Voorbeelden van de
menubediening
Een optie selecteren
Draai aan de multifunctionele knop
om de cursor (= gekleurde achter‐
grond) naar de gewenste optie te
verplaatsen.
Druk op de multifunctionele knop om
de gemarkeerde optie te selecteren.
Submenu's
Een pijltje aan de rechterkant van het menu geeft aan dat na er na het
selecteren van die optie een
submenu met verdere opties
verschijnt.
Een instelling activeren
Draai aan de multifunctionele knop
om de gewenste instelling te marke‐
ren.
Druk op de multifunctionele knop om de instelling te activeren.
Page 132 of 169
132InleidingEen waarde instellen
Draai aan de multifunctionele knop
om de actuele waarde van de instel‐
ling te wijzigen.
Druk op de multifunctionele knop om de ingestelde waarde te bevestigen.
De cursor gaat daarna naar de
volgende waarde. Als alle waarden
zijn ingesteld, gaat u automatisch
terug naar het naasthogere menuni‐
veau.
Een instelling aanpassen
Draai aan de multifunctionele knop
om de instelling aan te passen.
Druk op de multifunctionele knop om de instelling te bevestigen.
Een functie in- of uitschakelen
Draai aan de multifunctionele knop
om de functie die u in of uit wilt scha‐
kelen te markeren.
Druk op de multifunctionele knop om
tussen de instellingen Aan en Uit te
wisselen.
Page 133 of 169

Inleiding133Een tekenreeks invoeren
Tekenreeksen invoeren, bijv. pinco‐
des of telefoonnummers:
Draai aan de multifunctionele knop
om het gewenste teken te markeren.
Druk op de multifunctionele knop om het gemarkeerde teken te bevesti‐
gen.
Het laatste teken in de tekenreeks
kan worden gewist met k op het
display of door op BACK op het instru‐
mentenpaneel te drukken. Door
BACK ingedrukt te houden wordt de
complete invoer verwijderd.
Wijzig de positie van de cursor in de
al ingevoerde tekenreeks door ◀ of ▶
op het display te selecteren.
GeluidsinstellingenIn het geluidsinstellingenmenu kunt u
voor elk radiofrequentiebereik en
voor elke audiospeler afzonderlijk de
geluidskarakteristieken instellen.
Druk op TONE om het geluidsinstel‐
lingenmenu te openen.
Lage, middelhoge en hoge tonen
instellen
Blader door de lijst en selecteer Bas,
Midrange of Treble .
Stel voor de geselecteerde optie de
gewenste waarde in.
Volumeverdeling voor en achter
instellen
Blader door de lijst en selecteer
Fader .
Stel de gewenste waarde in.Volumeverdeling rechts en links
instellen
Blader door de lijst en selecteer
Balans .
Stel de gewenste waarde in.
Een geluidsstijl selecteren Blader door de lijst en selecteer EQ
(equalizer). Het EQ-instellingen -
menu verschijnt.
De getoonde opties bieden voor de
desbetreffende muziekstijl geoptima‐
liseerde voorkeursinstellingen voor
de lage, middelhoge en hoge tonen.
Selecteer de gewenste optie.
Page 134 of 169

134InleidingEén instelling op "0" zetten
Selecteer de gewenste optie en druk
enkele seconden op de multifunctio‐ nele knop.
De waarde wordt teruggezet op "0".
Terugzetten van alle instelling op
"0" of "UIT"
Druk enkele seconden op TONE.
Alle waarden worden op "0" terugge‐
zet, de EQ-voorkeuzeinstelling wordt
op " UIT" gezet.
Volume-instellingen
Snelheidsgecompenseerd
volume aanpassen
Druk op CONFIG om het menu
Instellingen te openen.
Selecteer Radio-instellingen en
vervolgens Autom. volumeregeling .
De functie Autom. volumeregeling
kan worden gedeactiveerd of de mate
van volumeaanpassing kan worden
geselecteerd in het getoonde menu.
Selecteer de gewenste optie.Maximaal opstartvolume
aanpassen
Druk op CONFIG om het menu
Instellingen te openen.
Selecteer Radio-instellingen en
vervolgens Maximaal startvolume .
Stel de gewenste waarde in.
Volume van verkeersberichten
aanpassen
Het volume van verkeersberichten
kan zodanig vooraf worden ingesteld
dat het met het normale audiovolume toe- of afneemt.
Druk op CONFIG om het menu
Instellingen te openen.
Selecteer Radio-instellingen , RDS-
opties en vervolgens TA-volume.
Stel de gewenste waarde in.
Volume van de beltoon
aanpassen
Druk op CONFIG om het menu
Instellingen te openen.
Selecteer Telefooninstellingen ,
Geluid & Signalen en vervolgens
Belvolume .Stel de gewenste waarde in.
Page 135 of 169

Radio135RadioGebruik...................................... 135
Zender zoeken ........................... 135
Autostore-lijsten .........................136
Favorietenlijst ............................. 136
Frequentiebereikmenu's ............137
Radio Data System (RDS) .........140
Digital Audio Broadcasting ........142Gebruik
Radio activeren
Druk op RADIO om het radiohoofd‐
menu te openen.
De laatst ten gehore gebrachte
zender wordt weergegeven.
Frequentiebereik selecterenDruk één of meerdere malen op
RADIO om het gewenste frequentie‐
bereik te selecteren.
De laatst ten gehore gebrachte
zender van dat frequentiebereik
wordt weergegeven.
Zender zoeken
Automatisch zender zoeken
Druk kort op s of u om de vorige
of volgende zender in het zenderge‐
heugen weer te geven.
Handmatig zender zoeken
Houd s of u ingedrukt. Laat de
betreffende toets los zodra de gewen‐ ste frequentie op de getoonde
frequentieweergave bijna is bereikt.
De volgende ontvangbare zender
wordt opgezocht en automatisch
afgespeeld.
Let op
Handmatig zender zoeken: Als de
radio geen station vindt, schakelt hij
automatisch naar een gevoeliger
zoekniveau. Als er dan nog geen
station wordt gevonden, zal de laatst
actieve frequentie weer worden
gekozen.
Let op
Frequentiebereik FM: Als de RDS-
functie is ingeschakeld, wordt er
alleen naar RDS-zenders 3 140
gezocht en als verkeersinformatie
Page 136 of 169

136RadioTP is ingeschakeld, wordt er alleen
naar zenders met verkeersinforma‐
tie 3 140 gezocht.
Handmatig zenders afstemmen
Druk in het hoofdmenu radio op de
multifunctionele knop om naar het
betreffende frequentiebereikmenu te
gaan en selecteer handmatig afstem‐
men, bijv. Handmatig afstemmen FM .
Draai op het frequentiedisplay dat
verschijnt aan de multifunctionele
knop om de optimale ontvangstfre‐
quentie in te stellen.
Autostore-lijsten
De ontvangen zenders in een
bepaald frequentiebereik kunnen met de autostorefunctie automatisch
worden opgezocht en opgeslagen.
Elk frequentiebereik heeft
2 Autostore-lijsten ( AS-zenders 1,
AS-zenders 2 ), waarin elk 6 zenders
kunnen worden opgeslagen.
Let op
Het huidige station wordt gemar‐ keerd door i.
Automatische zenderopslag
Houd AS 1-2 ingedrukt tot een auto‐
storemelding wordt weergegeven. De 12 sterkste zenders in het actuele
frequentiebereik worden in de
2 autostore lijsten opgeslagen.
Druk op de multifunctionele knop om de autostorefunctie te annuleren.
Zenders met de hand opslaan Zenders kunnen ook handmatig in de
autostorelijsten worden opgeslagen.
Selecteer de zenders die u wilt
opslaan.
Druk één of meerdere keren op
AS 1-2 om naar de gewenste lijst over
te schakelen.
De zender opslaan in een lijstpositie:
druk op de desbetreffende zender‐
knop 1... 6 tot een bevestigingsbericht
wordt weergegeven.
Let op
Handmatig opgeslagen zenders
worden bij het automatisch zenders
opslaan overschreven.
Een zender oproepen
Druk één of meerdere keren op
AS 1-2 om naar de gewenste lijst over
te schakelen.
Druk kort op één van de voorkeur‐
toetsen 1... 6 om de zender in de
bijbehorende lijstpositie op te roepen.
Favorietenlijst
Zenders van alle frequentiebereiken
kunnen handmatig in de favorieten‐
lijsten worden opgeslagen.