Page 173 of 663
4–13
Tijdens het rijden
Motor start/stop
Motornoodstop
Wanneer terwijl de motor draait of tijdens
het rijden de startdrukknop continu
ingedrukt wordt gehouden, of een aantal
malen achtereen snel wordt ingedrukt, zal
de motor onmiddellijk worden stopgezet.
Het contact schakelt over naar ACC.
Page 174 of 663

4–14
Tijdens het rijden
Motor start/stop
*Bepaalde modellen.
i-stop *
De i-stop functie zet de motor automatisch stop wanneer de auto bij een verkeerslicht stil
staat of in het verkeer vast komt te zitten en herstart vervolgens de motor automatisch om
het rijden te hervatten. Het systeem draagt bij tot een verminderd brandstofverbruik, minder
uitstoot van uitlaatgassen en doet het geluid van het stationair draaien verdwijnen wanneer
de motor is stopgezet.
Stoppen en herstarten van de motor
OPMERKING
Het i-stop indicatielampje (groen) gaat in onderstaande gevallen branden:
Wanneer de motor gestopt is.
(Behalve Europees model)
Wanneer tijdens het rijden aan de voorwaarden voor het stoppen van de motor is
voldaan.
Het i-stop indicatielampje (groen) gaat uit wanneer de motor herstart.
Handgeschakelde versnellingsbak
1. Breng de auto tot stilstand door eerst het rempedaal en vervolgens het koppelingspedaal
in te trappen.
2. Zet terwijl u het koppelingspedaal intrapt de versnellingshendel in de neutraalstand. De
motor stopt nadat het koppelingspedaal is losgelaten.
3. De motor herstart automatisch zodra het koppelingspedaal wordt ingetrapt.
Page 175 of 663

4–15
Tijdens het rijden
Motor start/stop
Automatische transmissie
1. De motor stopt wanneer tijdens het rijden het rempedaal wordt ingetrapt (behalve tijdens
het rijden in de stand R of M, blokkeermodus voor tweede versnelling) en de auto tot
stilstand is gebracht.
2. De motor herstart automatisch wanneer het rempedaal wordt losgelaten met de
keuzehendel in de stand D of M (niet in blokkeermodus voor tweede versnelling).
3. Als de keuzehendel in de stand N of P staat, herstart de motor niet wanneer het
rempedaal wordt losgelaten. De motor herstart wanneer het rempedaal nogmaals wordt
ingetrapt of de keuzehendel naar de stand D, M (niet in blokkeermodus voor tweede
versnelling) of stand R wordt verplaatst. (Houd met het oog op de veiligheid wanneer
de motor gestopt is tijdens het verplaatsen van de keuzehendel altijd het rempedaal
ingetrapt.)
Bedieningsvoorwaarden
Wanneer het systeem functioneert
In de volgende gevallen wordt de motor gestopt en gaat het i-stop indicatielampje (groen)
branden.
Wanneer de motor is warmgedraaid.
De motor is gestart en er is gedurende een bepaalde periode met de auto gereden.
De motor wordt gestart met de motorkap gesloten.
De accu is in goede toestand.
Alle portieren, het kofferdeksel en de motorkap zijn gesloten.
De veiligheidsgordel van de bestuurder is vastgemaakt.
(Handbediende airconditioning)
De regelknop voor de luchtstroomfunctie van de airconditioning staat in een andere
stand dan (
).
De luchtstroomhoeveelheid is anders dan de maximale luchtstroomhoeveelheid.
(Volledig automatische airconditioning)
De regelknop voor de luchtstroomfunctie van de airconditioning staat in een andere
stand dan (
).
De temperatuurinstelknop van de airconditioning staat in een andere stand dan de stand
voor maximale verwarming of maximale koeling (A/C ON).
De interieurtemperatuur van de auto en de temperatuur die voor de airconditioning is
ingesteld is nagenoeg hetzelfde.
Het i-stop waarschuwingslampje (oranje) brandt niet/knippert niet.
De functies van de afstandbediende portiervergrendeling & startdrukknopsysteem werken
normaal.
Het remvacuüm is voldoende hoog.
Het stuurwiel wordt niet gedraaid.
Page 176 of 663