1573-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren en de achterklep
3
Bediening van elk onderdeel
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
■Aanwijzing voor de startknopfunctie
●Zelfs wanneer de elektronische sleutel zich binnen het effectieve bereik (detectiegebied)
bevindt, werkt het systeem mogelijk niet goed wanneer de elektronische sleutel op het
dashboard, op de hoedenplank, op de vloer of in de portiervakken of het dashboard-
kastje ligt wanneer het hybridesysteem wordt gestart of de stand van het contact wordt
gewijzigd.
●Zelfs als de elektronische sleutel zich buiten de auto bevindt, kan het hybridesysteem
mogelijk worden gestart als de elektronische sleutel zich in de buurt van de ruit bevindt.
■Als er gedurende langere tijd niet met de auto wordt gereden
●Auto's met instapfunctie: Bewaar, om diefstal van de auto te voorkomen, de elektronische
sleutel niet binnen een afstand van 2 meter van de auto.
●Het Smart entry-systeem met startknop kan vooraf worden uitgeschakeld. (→Blz. 561)
■Voor een juiste bediening van het systeem
●Zorg ervoor dat u de elektronische sleutel bij u hebt als u het systeem bedient. Houd de
elektronische sleutel niet te dicht bij de auto als u het systeem van buitenaf bedient.
Afhankelijk van de positie en de conditie waarin de elektronische sleutel wordt bewaard,
wordt de sleutel mogelijk niet correct door het systeem gesignaleerd, waardoor het sys-
teem wellicht niet juist functioneert. (Het alarm kan per ongeluk afgaan of de functie die
voorkomt dat de portieren per ongeluk worden vergrendeld, werkt wellicht niet.)
●Laat de elektronische sleutel niet in de bagageruimte achter.
De beveiligingsfunctie tegen het insluiten van de sleutel functioneert mogelijk niet als de
sleutel zich op bepaalde locaties bevindt, zoals vlak bij een reservewiel (indien aanwe-
zig), in de binnenrand van de bagageruimte, of door de omstandigheden waarin de sleu-
tel zich bevindt (zoals in een tas van metaal(folie) of dicht bij een metalen voorwerp) of in
de buurt van storende radiogolven. (
→Blz. 148)
■Als het Smart entry-systeem met startknop niet goed werkt
●Vergrendelen en ontgrendelen van de portieren en het openen van de achterklep:
gebruik de mechanische sleutel. (→Blz. 527)
●Starten van het hybridesysteem: →Blz. 528
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen (van bijvoorbeeld het Smart entry-systeem met startknop) kunnen worden
gewijzigd. (Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen:
→Blz. 561)
■Als het Smart entry-systeem met startknop is uitgeschakeld via de persoonlijke
voorkeursinstellingen
●Vergrendelen en ontgrendelen van de portieren en openen van de achterklep:
Gebruik de afstandsbediening of de mechanische sleutel. (→Blz. 139, 147, 527)
●Starten van het hybridesysteem en wijzigen van de standen van het contact: →Blz. 528
●Uitschakelen van het hybridesysteem: →Blz. 218
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 157 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM
1773-3. Verstellen van de stoelen
3
Bediening van elk onderdeel
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
WA A R S C H U W I N G
■Bedienen van de voorpassagiersstoel vanaf de bestuurdersstoel (indien aanwezig)
Bedien de voorpassagiersstoel niet wanneer er iemand op de stoel zit. Zorg er boven-
dien voor dat niemand op de stoel gaat zitten op het moment dat deze wordt versteld.
Anders kan de voorpassagier met zijn/haar benen tussen het dashboard en de stoel
bekneld raken, waardoor letsel kan ontstaan.
■Wanneer de positie van de stoel of de verstelbare onderbeensteun wordt aangepast
(indien aanwezig)
Zorg ervoor voor dat er voldoende ruimte overblijft voor de voeten, zodat ze niet vast
komen te zitten.
■Wanneer de verstelbare onderbeensteun wordt gebruikt (indien aanwezig)
●Verstel de onderbeensteun niet tijdens het rijden.
Als u dit wel doet, kunnen de inzittenden bij plotseling remmen of een aanrijding ern-
stig letsel oplopen.
●Ga niet op een verstelbare onderbeensteun van de passagiersstoel zitten.
Als u dit wel doet, zitten de veiligheidsgordels mogelijk niet goed, wat bij plotseling
remmen of een aanrijding ernstig letsel tot gevolg kan hebben.
●Ga niet op de verstelbare onderbeensteun staan.
Hierdoor kan de verstelbare onderbeensteun beschadigen of kunt u struikelen,
waardoor u ernstig letsel kunt oplopen.
●Berg de verstelbare onderbeensteun wanneer u in of uit de auto stapt of wanneer de
verstelbare onderbeensteun niet wordt gebruikt, om te voorkomen dat u over de
steun struikelt.
●Zorg ervoor dat niemand zijn of haar handen of voeten onder de passagiersstoel
steekt wanneer u de onderbeensteun opbergt.
OPMERKING
■Bedienen van de voorpassagiersstoel vanaf de bestuurdersstoel (indien aanwezig)
Controleer voordat u de stoel van de voorpassagier verstelt of er zich geen bagage of
andere voorwerpen op de stoel of in de voetenruimte bevinden die het verstellen van
de stoel kunnen bemoeilijken.
Door dergelijke voorwerpen moet u bij het verstellen mogelijk te veel kracht uitoefe-
nen, waardoor de stoel en/of de bagage beschadigd kunnen raken.
■Voorkomen van storingen van de verstelbare onderbeensteun (indien aanwezig)
●Plaats geen voorwerpen in de voetenruimte van de voorpassagier die het gebruik
van de verstelbare onderbeensteun kunnen bemoeilijken.
●Plaats geen zware voorwerpen op de verstelbare onderbeensteun.
●Plaats geen voorwerpen onder de verstelbare onderbeensteun wanneer deze wordt
gebruikt.
Mogelijk blijft er een voorwerp vastzitten dat schade kan veroorzaken als u de ver-
stelbare onderbeensteun opbergt.
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 177 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM
1943-5. Openen en sluiten van de ruiten en het schuifdak
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
■Als de ruit niet kan worden geopend of gesloten
Wanneer de klembeveiliging of de knelbeveiliging niet goed werkt en de portierruit niet kan
worden geopend of gesloten, voer dan de onderstaande handelingen uit met de schakelaar van
de ruitbediening van dat portier.
●Breng de auto tot stilstand. Zorg ervoor dat het contact AAN staat en bedien de schakelaar
van de ruitbediening continu in de one-touch sluitpositie of de one-touch openpositie binnen
4 seconden nadat de klembeveiliging of knelbeveiliging werd geactiveerd, zodat de portier-
ruit kan worden geopend en gesloten.
●Als de portierruit ook na het uitvoeren van bovenstaande handelingen niet kan worden
geopend of gesloten, voer dan de onderstaande procedure uit voor initialisatie van de functie.
Zet het contact AAN.
Houd de schakelaar voor de ruitbediening omhoog getrokken in de one-touch sluitpositie
en sluit de portierruit volledig.
Laat de schakelaar voor de ruitbediening even los en houd vervolgens de schakelaar
gedurende ten minste ongeveer 6 seconden in de one-touch sluitpositie.
Houd de schakelaar van de ruitbediening ingedrukt in de one-touch openpositie. Blijf de
schakelaar, nadat de portierruit volledig is geopend, nog eens ten minste 1 seconde in die
positie vasthouden.
Laat de schakelaar voor de ruitbediening even los en houd vervolgens de schakelaar
gedurende ten minste ongeveer 4 seconden in de one-touch openpositie.
Houd de schakelaar voor de ruitbediening nogmaals omhoog getrokken in de one-touch
sluitpositie. Blijf de schakelaar, nadat de portierruit volledig is gesloten, nog eens ten minste
1 seconde in die positie vasthouden.
Herhaal de procedure vanaf het begin als u de schakelaar hebt losgelaten terwijl de ruit nog in
beweging was.
Als de ruit in de tegengestelde richting beweegt en niet volledig kan worden gesloten of
geopend, laat dan de auto nakijken door een erkende Lexus-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■Aan portierslot gekoppelde werking ruiten
●De elektrisch bedienbare ruiten kunnen worden geopend en gesloten met behulp van de
mechanische sleutel.* (→Blz. 527)
●De elektrisch bedienbare ruiten kunnen worden geopend en gesloten met behulp van de
afstandsbediening.
* (→Blz. 139)
*: Deze instellingen moeten aan de persoonlijke voorkeur worden aangepast door een
erkende Lexus-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
■Als de 12V-accu wordt losgekoppeld
De blokkeerschakelaar voor de ruitbediening wordt uitgeschakeld. Druk indien nodig na het
aansluiten van de 12V-accu op de blokkeerschakelaar voor de ruitbediening.
■Waarschuwingszoemer bij geopende elektrisch bedienbare ruiten
De zoemer klinkt en er verschijnt een melding op het multi-informatiedisplay op het dashboard
wanneer het contact UIT staat en u het bestuurdersportier opent terwijl de elektrisch bedien-
bare ruiten geopend zijn.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
Bepaalde instellingen (bijvoorbeeld de koppeling aan de portiervergrendeling) kunnen worden
gewijzigd. (Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen: →Blz. 561)
1
2
3
4
5
6
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 194 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM
1983-5. Openen en sluiten van de ruiten en het schuifdak
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
■Waarschuwingszoemer open schuifdak
De zoemer klinkt en er verschijnt een melding op het multi-informatiedisplay op het
dashboard wanneer het contact UIT wordt gezet en u het bestuurdersportier opent ter-
wijl het schuifdak geopend is.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
Bepaalde instellingen (bijvoorbeeld de koppeling aan de portiervergrendeling) kunnen
worden gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen: →Blz. 561)
WA A R S C H U W I N G
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot gevolg hebben.
■Openen van het schuifdak
●Laat geen van de inzittenden tijdens het rijden zijn/haar hand of hoofd buiten de auto
uit steken.
●Ga niet op het schuifdak zitten.
■Sluiten van het schuifdak
●De bestuurder is verantwoordelijk voor het openen en sluiten van het schuifdak.
Laat, om onbedoelde bediening, met name door kinderen, te voorkomen, het schuif-
dak niet door kinderen bedienen. Het kan gebeuren dat een lichaamsdeel van een
kind of een andere passagier klem komt te zitten tussen het schuifdak.
●Controleer of geen van de inzittenden een lichaamsdeel naar buiten steekt dat
bekneld zou kunnen raken als het schuifdak bediend wordt.
●Wanneer het schuifdak wordt bediend met de afstandsbediening of mechanische
sleutel, bedien dan het schuifdak nadat u hebt gecontroleerd of er geen risico is dat
een passagier met een lichaamsdeel bekneld kan raken tussen het schuifdak. Laat
kinderen het schuifdak niet bedienen via de afstandsbediening of mechanische sleu-
tel. Het kan gebeuren dat een lichaamsdeel van een kind of een andere passagier
klem komt te zitten tussen het schuifdak.
●Wanneer u uit de auto stapt, zet dan het contact UIT en neem de sleutel en het kind
met u mee. Anders kan het kind de auto mogelijk onbedoeld, uit kattenkwaad, enz.
bedienen, wat tot een ongeval kan leiden.
■Klembeveiliging
●Gebruik geen lichaamsdelen om de klembeveiliging opzettelijk te activeren.
●Het is mogelijk dat de klembeveiliging niet werkt als het schuifdak bijna gesloten is.
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 198 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM
2054-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
WA A R S C H U W I N G
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot gevolg hebben.
■Bij stilstaande auto
●Trap het gaspedaal niet onnodig in.
Als de selectiehendel in een andere stand dan P of N staat, kan de auto onverwacht
in beweging komen, waardoor er een ongeval kan ontstaan.
●Voorkom het ontstaan van ongevallen door het wegrollen van de auto, houd altijd het
rempedaal ingetrapt zolang het controlelampje READY brandt en activeer de par-
keerrem indien nodig.
●Voorkom voor- of achteruitrollen van de auto bij stoppen op een helling, waardoor
een ongeval kan ontstaan: trap altijd het rempedaal in en activeer de parkeerrem
indien nodig.
●Voorkom dat de motor met een te hoog toerental draait.
Als de motor met een hoog toerental draait terwijl de auto stilstaat, kan het uitlaatsys-
teem oververhit raken, hetgeen brand kan veroorzaken als er brandbaar materiaal
aanwezig is.
■Als de auto geparkeerd is
●Laat geen brillen, aanstekers, spuitbussen of blikken frisdrank in de auto liggen als deze
in de zon geparkeerd staat.
Dit kan resulteren in het volgende:
• Een aansteker of spuitbus kan gas gaan lekken, waardoor brand kan ontstaan.
• De temperatuur in de auto kan zo hoog oplopen dat kunststof brillenglazen en
kunststof monturen kunnen vervormen of barsten.
• Blikjes frisdrank kunnen openbarsten, waardoor de inhoud in het interieur terecht-
komt. Bovendien kan de vloeistof kortsluiting in de elektrische componenten van de
auto veroorzaken.
●Laat geen aanstekers achter in de auto. Als een aansteker in het dashboardkastje of op
de vloer ligt, kan deze per ongeluk gaan branden als er bagage wordt geplaatst of een
stoel wordt afgesteld en brand veroorzaken.
●Plak geen parkeerschijven op de voorruit of andere ruiten. Plaats geen reservoirs zoals
luchtverfrissers op het instrumentenpaneel of dashboard. Deze parkeerschijven of
reservoirs kunnen als een lens werken en brand veroorzaken in de auto.
●Laat geen portier of ruit open als het gebogen glas van naastliggende gebouwen voor-
zien is van een gemetalliseerde film, bijvoorbeeld een zilverkleurige folie. Weerkaatst
zonlicht kan van het glas een lens maken en brand veroorzaken.
●Activeer altijd de parkeerrem, zet de selectiehendel in stand P, schakel het hybridesys-
teem uit en vergrendel de auto.
Laat de auto niet onbeheerd achter als het controlelampje READY brandt.
Als de auto is geparkeerd met de selectiehendel in stand P, terwijl de parkeerrem niet is
geactiveerd, zou de auto in beweging kunnen komen, wat kan leiden tot een ongeval.
●Raak de uitlaatpijp niet aan als het controlelampje READY brandt of direct na het uit-
schakelen van het hybridesysteem.
Anders kunt u brandwonden oplopen.
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 205 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM
2084-1. Voordat u gaat rijden
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
Lading en bagage
Lees onderstaande informatie over voorzorgsmaatregelen, laadvermogen
en belading zorgvuldig door:
WA A R S C H U W I N G
■Zaken die niet in de bagageruimte vervoerd mogen worden
De volgende zaken kunnen brand veroorzaken als ze in de bagageruimte vervoerd
worden:
●Jerrycans met benzine
●Spuitbussen
■Voorzorgsmaatregelen bij opbergen
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ertoe leiden dat de pedalen
niet goed kunnen worden ingetrapt, dat het zicht van de bestuurder wordt gehinderd
of dat de bestuurder of passagiers door voorwerpen geraakt worden, wat een ongeval
kan veroorzaken.
●Vervoer lading en bagage indien mogelijk altijd in de bagageruimte.
●Leg geen lading of bagage op de volgende plaatsen:
• In de voetenruimte bij de bestuurder
• Op de voorpassagiersstoel of de achterstoelen (als er goederen op elkaar gesta-
peld worden)
• Op de hoedenplank
• Op het instrumentenpaneel
• Op het dashboard
• Voor het Remote Touch-scherm
●Zorg dat alle voorwerpen die zich in het passagierscompartiment bevinden zijn
opgeborgen of vastgezet.
■Lading en gewichtsverdeling
●Overlaad uw auto niet.
●Verdeel het gewicht gelijkmatig.
Een onjuiste belading kan de besturing en de remwerking in negatieve zin beïnvloe-
den, waardoor een ongeval met ernstig letsel zou kunnen ontstaan.
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 208 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM
237
4 4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Rijden
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
Lichtschakelaar
Draai aan het uiteinde van de hendel om de verlichting als volgt in te schakelen:
De parkeerlichten voor, achter-
lichten, kentekenplaat- en
dashboardverlichting gaan
branden.
De koplampen en alle hierbo-
ven genoemde verlichting
gaan branden.
De koplampen, dagrijverlich-
ting (→Blz. 240) en alle ver-
lichting die hierboven
genoemd is, worden automa-
tisch in- en uitgeschakeld.
(Wanneer het contact AAN
staat.)
De koplampen kunnen handmatig of automatisch worden bediend.
Bedieningsinstructies
1
2
3
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 237 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM
339
5Voorzieningen in het interieur
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
5-1. Remote Touch-scherm
Remote Touch/12,3 inch
display ......................................... 340
5-2. Gebruik van
de airconditioning en
de achterruitverwarming
Automatische
airconditioning voor...............346
Airconditioning achter............ 358
Stuurwielverwarming/
stoelverwarming/
stoelventilatoren ....................... 361
5-3. Gebruik van
de interieurverlichting
Overzicht
interieurverlichting .................366
• Interieurverlichting .............. 367
• Leeslampjes............................ 3675-4. Gebruik van
de opbergmogelijkheden
Overzicht van
opbergmogelijkheden .......... 369
• Dashboardkastje .................. 370
• Consolevak ............................ 370
• Bekerhouders.......................... 371
• Extra opbergvakken ........... 373
Vo o r z i e n i n g e n
bagageruimte ............................ 374
5-5. Gebruik van de overige
voorzieningen in
het interieur
Overige voorzieningen
in het interieur ...........................377
• Zonnekleppen .......................377
• Make-upspiegels ..................377
• Klok............................................ 378
• Asbakken ................................ 378
• Accessoire-
aansluitingen379
• Armsteun ............................... 380
• Zonnescherm achterruit/
zonneschermen
achterportieren ................... 380
• Kledinghaakjes ..................... 382
• Handgrepen...........................383
ERA-GLONASS.......................384
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 339 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM