
LAMPJES OP INSTRUMENTENPANEEL
Mogelijk gedetailleerde berichten en/of akoestische signalering kan worden gekoppeld aan een paar waarschuwingslampen en
symbolen.
Rode waarschuwingslampjes
Waarschuwingslampje Wat het betekent
ONVOLDOENDE REMVLOEISTOF / ELEKTRISCHE PARKEERREM INGESCHAKELD
Wanneer het waarschuwingslampje in de stand ON wordt gezet, gaat dit lampje branden en het moet doven kort nadat
de motor is gestart.
Remvloeistofniveau te laag
Dit lampje gaat branden wanneer het remvloeistofniveau in het reservoir zich onder het minimumpeil bevindt,
bijvoorbeeld door een lek in het remcircuit.
Neem contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk om het systeem zo spoedig mogelijk te laten controleren.
Elektrische parkeerrem ingeschakeld
Het waarschuwingslampje gaat branden wanneer de elektrische parkeerrem is ingeschakeld.
Schakel de elektrische parkeerrem uit, controleer daarna of het lampje gedoofd is.
Als het waarschuwingslampje blijft branden, neem dan contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
BELANGRIJK Als de auto op een helling van meer dan 30% is geparkeerd en/of de temperatuur van de remmen hoger is
dan 350°C, als de parkeerrem wordt ingeschakeld, gaat het waarschuwingslampje knipperen om een potentieel
onveilige situatie aan te geven.
STORING EBD
Wanneer de waarschuwingslampjes
(rood) and(geel) bij draaiende motor tegelijk gaan branden, dan is er een
storing in het EBD-systeem of is het systeem niet beschikbaar. In dit geval kunnen de achterwielen bij hard remmen
plotseling blokkeren waardoor de auto begint te slippen.
Rijd zeer voorzichtig naar het dichtstbijzijnde Alfa Romeo Servicepunt om het systeem onmiddellijk te laten
controleren.
52
KENNISMAKING MET HET INSTRUMENTENPANEEL

Waarschuwingslampje Wat het betekent
STORING AIRBAG
Wanneer het waarschuwingslampje in de stand ON wordt gezet, gaat dit lampje branden en het moet doven kort nadat
de motor is gestart. Als het lampje permanent blijft branden, dan is er een storing in het airbagsysteem.
27)
VEILIGHEIDSGORDELS VOOR NIET VASTGEMAAKT
Het lampje gaat continu branden wanneer bij stilstaande auto de veiligheidsgordel aan bestuurders- en passagierszijde
(indien een passagier aanwezig is) niet is omgelegd. Het lampje gaat knipperen en er klinkt een geluidssignaal als het
voertuig rijdt en de veiligheidsgordel van de bestuurder of de passagier voorin (indien aanwezig) niet goed is
vastgemaakt.
TE HOGE MOTOROLIETEMPERATUUR
Het waarschuwingslampje gaat branden als de motorolie oververhit is.
Als het probleem aanhoudt, contact op nemen met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
15)
BELANGRIJK
27)Een storing van het waarschuwingslampjewordt aangegeven door het inschakelen van het pictogramop het instrumentenpaneel. In
dergelijke gevallen kan het lampje mogelijk geen storingen in de veiligheidssystemen aangeven. Laat het systeem onmiddellijk controleren door
het Alfa Romeo Servicenetwerk alvorens verder te rijden.
28)Als het
waarschuwingslampje niet dooft wanneer de startinrichting naar ON wordt gedraaid of als het blijft branden tijdens het rijden
(terwijl er ook een bericht op het display wordt weergegeven), dan kan er iets mis zijn met de veiligheidssystemen; in dat geval kunnen de airbags of
gordelspanners niet in werking treden bij een ongeval of, in een zeer beperkt aantal gevallen, onbedoeld in werking treden. Laat het systeem
onmiddellijk controleren door het Alfa Romeo Servicenetwerk alvorens verder te rijden.
BELANGRIJK
15)Als het symbool tijdens het rijden gaat branden, het voertuig tot stilstand brengen en de motor onmiddellijk afzetten.
53
28)

Gele waarschuwingslampjes
Lampje Wat betekent dat?
STORING ABS
Wanneer de startinrichting in de stand ON wordt gezet, gaat dit lampje branden. Het moet doven kort nadat de motor is gestart.
Dit lampje gaat branden om een storing van het ABS aan te geven. In dat geval blijft het remsysteem normaal werken, maar met
uitsluiting van het ABS-systeem.
Rijd zeer voorzichtig en neem zo snel mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
STORING TPMS
Als dit lampje gaat branden, dan duidt dit op een storing van het TPMS-systeem. Als op een of meerdere wielen geen sensoren
zijn gemonteerd, verschijnt er een bericht op het display tot de oorspronkelijke condities zijn hersteld.
Rijd niet verder met een of meerdere lekke banden, dit kan de bestuurbaarheid van de auto in gevaar brengen. Breng het voertuig
tot stilstand, voorkom bruusk remmen en sturen. Herstel onmiddellijk de correcte spanning van de banden met behulp van de
speciale bandenreparatiekit (zie de paragraaf "Een wiel repareren" in het hoofdstuk "Noodgevallen") en neem zo snel mogelijk
contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
Lage bandenspanning
Het waarschuwingslampje gaat branden om aan te geven dat de bandenspanning lager is dan de aanbevolen waarde en/of dat de
band langzaam spanning verliest. Onder deze omstandigheden kunnen een optimale levensduur van de banden en een optimaal
brandstofverbruik niet gegarandeerd worden.
In elke situatie waarin op het display het bericht "Raadpleeg instructieboek" wordt weergegeven, is het VERPLICHT om de inhoud
van de paragraaf "Wielen en velgen" in het hoofdstuk "Technische gegevens" te raadplegen, en moeten de aanwijzingen die u
daarin vindt strikt worden opgevolgd.
ESC-SYSTEEM
Wanneer de startinrichting in ON wordt gezet, gaat het lampje branden maar het moet doven zodra de motor is gestart.
Inwerkingtreden ESC-systeem: inwerkingtreding van het systeem wordt aangegeven door het knipperen van het
waarschuwingslampje: dit geeft aan dat de stabiliteit en de grip van de auto in kritieke toestand verkeren.
Storing ESC-systeem: Als het lampje niet dooft, of blijft branden terwijl de motor loopt, is er een storing in het ESC-systeem
aangetroffen.
Neem in dit soort gevallen zo snel mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
Storing Hill Start Assist-systeem: het gaan branden van het lampje duidt op een storing van het Hill Start Assist-systeem.
Neem in dit soort gevallen zo snel mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
54
KENNISMAKING MET HET INSTRUMENTENPANEEL

Lampje Wat betekent dat?
GEDEELTELIJKE / VOLLEDIGE UITSCHAKELING VAN ACTIEVE VEILIGHEIDSSYSTEMEN (indien aanwezig)
Wanneer de startinrichting in ON wordt gezet, gaat het waarschuwingslampje branden maar het moet doven zodra de motor is
gestart.
Het lampje gaat branden om aan te geven dat sommige actieve veiligheidssystemen gedeeltelijk of volledig zijn uitgeschakeld.
Zie voor nadere details over de actieve veiligheidssystemen de paragraaf "Actieve veiligheidssystemen" in het hoofdstuk
"Veiligheid". Wanneer de actieve veiligheidssystemen weer worden ingeschakeld, gaat het lampje uit.
55

Lampje Wat betekent dat?
BRANDSTOFRESERVE / BEPERKTE ACTIERADIUS
Het waarschuwingslampje (of het pictogram op het beeldscherm) schakelt in als er ongeveer 8 liter brandstof in de tank voor de
Diesel versies aanwezig is, en ongeveer 9 liter brandstof voor benzine-versies.
29)
STORING INSPUIT-/EOBD-SYSTEEM
Onder normale omstandigheden, wanneer de startinrichting op de stand ON wordt gezet, gaat het lampje branden, maar dit moet
doven zodra de motor is gestart.
De verkeerspolitie beschikt over speciale apparatuur waarmee de werking van het lampje kan worden gecontroleerd. Neem in elk
geval de wettelijke voorschriften in acht van het land waarin u rijdt.
16)
Storing inspuitsysteem
Als het lampje blijft branden of tijdens het rijden gaat branden, werkt het inspuitsysteem niet goed. Een continu brandend lampje
duidt op een storing in het inspuit-/ontstekingssysteem die zou kunnen leiden tot overmatige uitlaatgasemissies, mogelijk
prestatieverlies, slechte rijeigenschappen en een hoog brandstofverbruik.
Het lampje dooft nadat de storing is verdwenen, maar de storing wordt toch door het systeem in het geheugen opgeslagen.
Onder deze omstandigheden kan met gematigde snelheid verder gereden worden, maar niet op hoge snelheid en zonder te veel
van de motor te eisen. Het langdurig rijden met continu brandend lampje kan tot schade leiden. Neem zo snel mogelijk contact op
met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
Katalysator beschadigd
Als het waarschuwingslampje knippert, betekent dit dat de katalysator beschadigd kan zijn.
Laat het gaspedaal los om het motortoerental te verlagen tot het lampje stopt met knipperen. Rijd verder met gematigde
snelheid en voorkom rijomstandigheden die kunnen leiden tot het opnieuw gaan knipperen van het lampje. Neem zo spoedig
mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
BELANGRIJK
29)Als, tijdens het rijden, het lampje gaat knipperen (of het pictogram op het display verschijnt), contact opnemen met het Alfa Romeo
Servicenetwerk.
56
KENNISMAKING MET HET INSTRUMENTENPANEEL

BELANGRIJK
16)Als, wanneer de startinrichting op ON wordt gedraaid, het waarschuwingslampjeniet gaat branden of tijdens het rijden continu blijft
branden of gaat knipperen (bij bepaalde versies verschijnt er ook een bericht op het display), neem dan zo snel mogelijk contact op met het Alfa
Romeo Servicenetwerk.
Lampje Wat betekent dat?
FORWARD COLLISION WARNING-SYSTEEM (FCW) (waar voorzien)
Dit waarschuwingslampje informeert de bestuurder dat de alarmfunctie voor frontale botsing niet ingeschakeld is.
MISTACHTERLICHT
Het lampje gaat branden wanneer het mistachterlicht wordt ingeschakeld.
57

Groene controlelampjes
Waarschuwingslampje Wat het betekent
STADSLICHT EN DIMLICHT
Het lampje gaat branden wanneer het stadslicht en het dimlicht worden ingeschakeld.
Functie "Follow me" ingeschakeld
Met deze functie kunnen de koplampen gedurende 30, 60 of 90 seconden blijven branden nadat de startinrichting in de
stand STOP werd gezet.
MISTLAMPEN VOOR
Het lampje gaat branden wanneer de mistlampen voor worden ingeschakeld.
RICHTINGAANWIJZER LINKS
Het lampje gaat branden wanneer de richtingaanwijzerhendel omlaag wordt gezet of, samen met de rechter
richtingaanwijzer, wanneer de knop voor de alarmknipperlichten wordt ingedrukt.
RICHTINGAANWIJZER RECHTS
Het lampje gaat branden wanneer de richtingaanwijzerhendel omhoog wordt verplaatst of, samen met de linker
richtingaanwijzer, wanneer de knop voor de alarmknipperlichten wordt ingedrukt.
AUTOMATISCH GROOTLICHt (op 3.5" TFT-display)
Dit lampje gaat branden wanneer het grootlicht automatisch wordt ingeschakeld.
Blauwe controlelampjes
Waarschuwingslampje Wat het betekent
GROOTLICHt (op 3.5" TFT display)
Het symbool gaat branden wanneer het grootlicht wordt ingeschakeld.
58
KENNISMAKING MET HET INSTRUMENTENPANEEL

OP HET DISPLAY WEERGEGEVEN SYMBOLEN
Rode symbolen
Symbool Wat betekent dat?
ONVOLDOENDE MOTOROLIEDRUK
Het symbool gaat branden als het systeem een te lage motoroliedruk waarneemt.
Gebruik het voertuig niet zolang de storing niet is verholpen. Het brandende symbool geeft niet de hoeveelheid olie in de motor
aan: het oliepeil kan bij het opstarten van het voertuig en op het display gecontroleerd worden door de functie “Oliepeil” in het
Connect-systeem te activeren. Op de Quadrifoglio versie, kan het oliepeil ook handmatig worden gecontroleerd.
17)
STORING DYNAMO
De dynamo vertoont een storing als dit symbool bij lopende motor gaat branden.
Neem zo snel mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
STORING STUURBEKRACHTIGING
Als het symbool blijft branden zou de elektrische stuurbekrachtiging niet meer kunnen functioneren waardoor aanzienlijk meer
inspanning nodig is om het voertuig te besturen; het sturen blijft echter wel mogelijk.
Neem zo snel mogelijk contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk.
STORING ALFA™ STEERING TORQUE-SYSTEEM (AST)
Het brandende symbool geeft aan dat het automatische stuurcorrectiesysteem een storing vertoont.
Neem contact op met het Alfa Romeo Servicenetwerk om de installatie te laten controleren.
BELANGRIJK
17)Als het symbooltijdens het rijden gaat branden, zet dan de motor onmiddellijk af en neem contact op met het Alfa Romeo
Servicenetwerk.
59