Verzorging van de auto269Nr.Stroomkring1Elektrisch bediende ruit links2Elektrisch bediende ruit rechts3Carrosserieregelmodule4Aircoventilator5Carrosserieregelmodule6Aanhangervoorzieningen7Elektrisch neerklapbare achter‐
bank8Carrosserieregelmodule9Motorregelmodule10Head-updisplay11NO x-reductie/leidingverwarming12NO
x-reductie/roetsensor13AdBlue-module14Verwarmd stuurwiel15Transmissieregelmodule16Versterker17Alarm18Carrosserieregelmodule19AdBlue-moduleNr.Stroomkring20Carrosserieregelmodule21Carrosserieregelmodule22Carrosserieregelmodule23Elektrisch stuurslot24Airbag25Diagnosestekker26Stekkerdoos bagageruimte27EBCM-klep28Politievoorziening29–30–31Stuurbedieningsknoppen32Contactslot33Verwarming en ventilatie34Centrale gateway-module35AUX-/USB-stekker36Draadloze oplader37Achterruitenwisser38Onstar39DisplayNr.Stroomkring40Parkeerhulp41Dakconsole42Radio
Verzorging van de auto275de referentiespanningswaarden voorwaarschuwingen over de banden‐
spanning.
Afhankelijk van het display verschijnt
het menu Draagvermogen band
alleen als de auto stilstaat en de handrem aangetrokken is. Bij auto's
met automatische versnellingsbak
moet de keuzehendel op P staan.
Selecteer:
● Licht voor een comfortabele
spanning tot 3 inzittenden.
● Eco voor een Eco-spanning tot
3 inzittenden.
● Max voor volledige belading.
Automatisch inleren
Nadat de wielen zijn vervangen of
onderling van positie zijn verwisseld
moet de auto ongeveer 20 minuten
blijven stilstaan alvorens het systeem
een herberekening uitvoert. Het daar‐ opvolgende inleerproces duurt max.
10 minuten bij een rijsnelheid van 40
tot 100 km/u. Rijd niet langere tijd
buiten dit bereik. Doe dit zo mogelijk
op een provinciale of soortgelijke weg
waarop u kunt doorrijden. Tijdens het
inleren ziet u mogelijk $ of wisse‐
lende spanningswaarden op het
Driver Information Center.
Bij eventuele problemen tijdens het
inleren verschijnt er een storingsmel‐ ding op het Driver Information Center.
w knippert gedurende 60 seconden
en blijft dan branden.
Herhaal als dit gebeurt het inleren.
Laat uw auto ongeveer 20 minuten
stilstaan en rijd dan weer gedurende
10 minuten zoals bovenstaand
beschreven.Profieldiepte
Regelmatig de profieldiepte controle‐
ren.
Om veiligheidsredenen de banden te
vervangen wanneer een profieldiepte
van 2–3 mm (4 mm voor winterban‐ den) is bereikt.
Om veiligheidsredenen wordt aanbe‐
volen om de profieldieptes van de
banden op één as niet meer dan
2 mm van elkaar af te laten wijken.
De wettelijk toegestane minimumpro‐
fieldiepte (1,6 mm) is bereikt wanneer het profiel tot aan één van de slijtage- indicatoren (TWI = Tread Wear Indi‐
cator) is afgesleten. De positie van de
Verzorging van de auto291LakschadeGeringe lakschade voordat er roest‐
vorming optreedt met een lakstift
herstellen. Grotere lakschade of
roestvorming door een werkplaats
laten herstellen.
Onderstel
Sommige delen van de bodemplaat zijn voorzien van een beschermende
pvc-laag, terwijl er op andere delen
een duurzame beschermende
waslaag is aangebracht.
De bodemplaat na het schoonspuiten controleren en zo nodig een nieuwewaslaag laten aanbrengen.
Bitumineuze/rubber materialen
kunnen de pvc-laag aantasten. Werk‐
zaamheden aan de bodemplaat door
een werkplaats laten uitvoeren.
De bodemplaat vóór en ná de winter
schoonspuiten en daarna de
beschermende waslaag laten contro‐ leren.Vloeibaar-gassysteem9 Gevaar
Vloeibaar gas is zwaarder dan
lucht en kan zich op lage punten
verzamelen.
Wees voorzichtig wanneer u in
een werkkuil aan het chassis
werkt.
Voor lakwerk en bij gebruik van een
droogcabine bij een temperatuur
boven 60 °C moet de LPG-tank
worden verwijderd.
Breng geen wijzigingen aan het vloei‐
baar-gassysteem aan.
Trekhaak Kogelstang niet met een stoom- of
hogedrukreiniger reinigen.
Verzorging interieur
Interieur en bekleding Interieur van de auto inclusief instru‐
mentenpaneel en bekleding alleen
met een droge doek of interieurreini‐
ger schoonmaken.
Reinig de lederen bekleding met
zuiver water en een zachte doek.
Gebruik een reinigingsmiddel voor
leder als de bekleding erg vuil is.
Instrumentengroep en de displays
alleen met een zachte, vochtige doek reinigen. Gebruik zo nodig water en
milde zeep.
Stoffen bekleding met een stofzuiger
en een borstel reinigen. Vlekken met een bekledingreiniger verwijderen.
Het weefsel van de stof is wellicht niet
kleurvast. Dit kan zichtbare verkleu‐
ringen veroorzaken, met name op
lichtgekleurde bekleding. Reinig
verwijderbare vlekken en verkleurin‐
gen zo spoedig mogelijk.
Veiligheidsgordels met lauw water of
een interieurreiniger schoonmaken.
Service en onderhoud293Service en
onderhoudAlgemene informatie ..................293
Service-informatie ...................293
Aanbevolen vloeistoffen, smeer‐ middelen en onderdelen ............294
Aanbevolen vloeistoffen en smeermiddelen .......................294Algemene informatie
Service-informatie
Het is voor de bedrijfs- en verkeers‐ veiligheid en voor het behoud van de
waarde van uw auto belangrijk dat
alle servicewerkzaamheden met de
voorgeschreven intervallen worden
uitgevoerd.
Het uitgebreide bijgewerkte service‐
schema voor uw auto is beschikbaar in de werkplaats.
Servicedisplay 3 106.
Europese service-intervallen
Aan het voertuig moet om de
30.000 km onderhoud gepleegd
worden, of na 1 jaar, wat het eerst
voorkomt, tenzij anders vermeld op
het service-display.
Bij een zwaardere belasting, bijv. bij
taxi's en politievoertuigen, geldt
wellicht een korter onderhoudsinter‐
val.
De Europese service-intervallen
gelden voor de volgende landen:Andorra, België, Bosnië-Herzego‐
vina, Bulgarije, Cyprus, Denemarken,
Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Groenland, Groot-Brit‐
tannië, Hongarije, Ierland, IJsland,
Italië, Kroatië, Letland, Liechtenstein,
Litouwen, Luxemburg, Macedonië,
Malta, Monaco, Montenegro, Neder‐
land, Noorwegen, Oostenrijk, Polen,
Portugal, Roemenië, San Marino,
Servië, Slovenië, Slowakije, Spanje,
Tsjechische Republiek, Zweden,
Zwitserland.
Servicedisplay 3 106.
Internationale service-intervallen Aan het voertuig moet om de
15.000 km onderhoud gepleegd
worden, of na 1 jaar, wat het eerst
voorkomt, tenzij anders vermeld op
het service-display.
Er is sprake van zware bedrijfsom‐
standigheden als een of meer van de
volgende situaties vaak voorkomt-/
en: Koude starts, vaak stoppen en
optrekken, rijden met een aanhanger,
rijden in de bergen, rijden op slechte
en rulle wegdekken, ernstige lucht‐
vervuiling, zand en veel stof in de
294Service en onderhoudlucht, rijden op grote hoogtes en
aanzienlijke temperatuurwisselingen.
In deze zware omstandigheden
moeten bepaalde onderhoudswerk‐ zaamheden wellicht vaker dan met
het reguliere service-interval worden
verricht.
De internationale service-intervallen zijn geldig in de landen die niet tot de groep behoren waarvoor de Euro‐
pese service-intervallen werden
opgesteld.
Servicedisplay 3 106.
Registraties Uitgevoerde service wordt geregi‐
streerd op de daarvoor bestemde plaatsen in het Service- en garantie‐
boekje. De datum en afgelezen kilo‐
meterstand worden bevestigd met
stempel en handtekening van de
uitvoerende werkplaats.
Zorg ervoor dat het Service- en
garantieboekje correct wordt inge‐
vuld, omdat een sluitend bewijs van
service essentieel is bij aanspraken
op garantie of goodwill en tevens een
pluspunt is bij verkoop van de auto.Service-interval met resterende
levensduur van motorolie
De service-interval is gebaseerd op
diverse parameters afhankelijk van
het gebruik.
Het service-display meldt wanneer de
motorolie moet worden ververst.
Servicedisplay 3 106.Aanbevolen
vloeistoffen,
smeermiddelen en
onderdelen
Aanbevolen vloeistoffen en smeermiddelen
Gebruik uitsluitend producten die aan
de aanbevolen specificaties voldoen.9 Waarschuwing
Bedrijfsvloeistoffen zijn gevaarlijk
en mogelijk giftig. Voorzichtig
hanteren. Informatie op de verpak‐ king in acht nemen.
Motorolie
Motorolie wordt ingedeeld op basis van kwaliteit en viscositeit. Bij de
keuze van motorolie is kwaliteit
belangrijker dan viscositeit. Door de
oliekwaliteit blijft o.a. de motor
schoon, is de slijtage minimaal en
veroudert de olie minder snel. De
326TrefwoordenlijstAAan/Uit-knop ............................... 166
Aanbevolen vloeistoffen en smeermiddelen ..............294, 299
Aanduidingen op banden ..........271
Aanhangerkoppeling ..................241
Aanhangerstabilisatie ................244
Aanhanger trekken ....................242
Accessoires en modificaties van auto ........................................ 247
Accu ........................................... 252
Achterlichten .............................. 258
Achterruitverwarming ................... 41
Achteruitkijkcamera ...................226
Achteruitrijlichten .......................147
Actieve motorkap ..........................71
Actieve noodrem......................... 207 Adaptieve cruise control .....113, 194
AdBlue ................................ 111, 174
Afmetingen auto ........................307
Afstand tot voorligger .................110
Airbag deactiveren ....................... 62 Airbag-deactivering .................... 109
Airbag en gordelspanners .........108
Airbaglabel.................................... 58
Airbagsysteem ............................. 58
Airconditioning ........................... 152
Airconditioning regelmatig aanzetten ............................... 163
Alarmknipperlichten ...................145Algemene informatie .................. 241
Algemene richtlijnen voor het rijden ....................................... 165
All-wheel drive ........................... 182
Andere auto slepen ...................288
Antiblokkeersysteem .................183
Antiblokkeersysteem (ABS) .......110
Armsteun ................................ 52, 54
Armsteun met opbergruimte ........75
Asbakken ..................................... 97
Autogegevens ............................ 299
Autokrik....................................... 270 Automatische dimfunctie .............38
Automatische verlichting ............ 139
Automatische versnellingsbak ...177
Automatisch vergrendelen ...........25
Auto ontgrendelen .........................6
Auto slepen ................................ 287
Auto stallen ................................. 247
Autostop ..................................... 169
B Bagageruimte ........................ 27, 75
Bagageruimte-afdekking .............78
Bandenreparatieset ...................277
Bandenspanning .......................271
Bandenspanningscontrolesys‐ teem ................................ 112, 273
Bandenspanningswaarden ........310
Baselevel-display........................ 114
328HHalogeenkoplampen .................255
Handgeschakelde versnellingsbak ......................182
Handmatige dimfunctie ................38
Handmatige stoelverstelling .........47
Handrem ............................. 183, 184
Handschoenenkastje ...................73
Head-updisplay........................... 124
Hellingrem ................................. 185
Hoofdsteunen .............................. 44
Hoofdsteunverstelling ....................8
Hulpverwarming.......................... 161
I Inbouwmaten trekhaak ..............315
Inbouwposities kinderveilig‐ heidssystemen ......................... 67
Indicatie afstand tot voorligger ...206
Inductief opladen ..........................96
Info-Display................................. 122
Info-Displays ............................... 114
Inhouden ................................... 309
Inklapbare spiegels .....................36
Inleiding ......................................... 3
Instapverlichting ......................... 149 Instrumentengroep ......................98
Instrumentenverlichting .............264
Interactief rijsysteem................... 188
Interieurverlichting ......................147K
Katalysator ................................. 174Kentekenverlichting ...................264
Kilometerteller ............................ 104
Kindersloten ................................. 26 Kinderveiligheids-systemen ..........64
Klimaatregeling ............................ 15
Klok............................................... 93
Koelvloeistof .............................. 250
Koelvloeistof en antivries ............294
Koelvloeistoftemperatuur ...........111
Koelvloeistoftemperatuurmeter . 106
Koplampinstelling in het buitenland .............................. 141
Koplampverstelling ....................141
L
Laadsysteem ............................. 109
Lane keep assist ................110, 234
LED-koplampen ..........113, 142, 257
Leeslampen ............................... 148
Lekke band ................................. 281
Lichtschakelaar .......................... 138
Lichtsignaal ................................ 141
Luchtinlaat ................................. 163
M Massage ....................................... 54
Meters......................................... 103
Midlevel-display .......................... 114
Mistachterlicht .................... 113, 146Mistlamp .................................... 113
Mistlampen ................................ 257
Mistlampen voor ........................146
Motorgegevens .......................... 302
Motor-ID...................................... 298
Motorkap .................................... 248
Motorolie .................... 249, 294, 299
Motoroliedruk ............................. 112
Motor starten ............................. 168
N Nieuwe auto inrijden ..................165
O Obstakeldetectiesystemen .........212
Olie, motor .......................... 294, 299
OnStar ........................................ 133
Ontlaadbeveiliging accu ............150
Opbergruimte................................ 73
Opbergruimte achter..................... 81
Opbergruimte voor........................ 74
Opbergvakken .............................. 73
Opbergvak middenconsole ..........75
Opgeslagen instellingen ...............21
Overzicht instrumentenpaneel .....10
P Panne ......................................... 287
Panoramazichtsysteem ..............224
Parkeerhulp ............................... 212
Parkeerlichten ............................ 147
329Parkeren .............................. 18, 171
Park pilot met ultrasoonsensoren 212
Partikelfilter ................................. 173
Persoonlijke instellingen ............129
Portieren ....................................... 27
Portier open ............................... 114
Prestaties ................................... 304
Profieldiepte ............................... 275
Q
Quickheat ................................... 161
R Radiofrequentie-identificatie (RFID) ..................................... 325
Regelbare instrumentenverlichting ...........147
Registreren van autogegevens en privacy ................................ 324
Remassistentie .......................... 185
Rem- en koppelingssysteem .....109
Rem- en koppelingsvloeistof ......294
Remmen ............................ 183, 252
Remvloeistof .............................. 252
Reparatie ongevalschade ...........319
Reservewiel ............................... 284
Richtingaanwijzer ......................107
Richtingaanwijzers ..................... 146
Roetfilter .................................... 173
Ruiten ........................................... 39
Rijgedrag en aanhangertips ......242Rijregelsystemen ........................186
Rijverlichting ........................ 12, 113
S Schakelen ................................... 110
Selectieve katalysatorreductie ....174
Service ............................... 163, 293
Service-display .......................... 106
Service-informatie ...................... 293
Sjorogen ...................................... 81
Slepen ................................ 241, 287
Sleutel, opgeslagen instellingen ...21
Sneeuwkettingen .......................276
Snelheidsbegrenzer ...........114, 193
Snelheidsmeter .......................... 103 Software-update .........................322
Spiegelverstelling ..........................8
Sproeiervloeistof ........................251
Startbeveiliging ....................35, 112
Starten en bedienen ...................165
Starthulp gebruiken ...................286
Stoelpositie .................................. 46
Stoelverstelling .............................. 6
Stoelverwarming Stoelverwarming, achter ...........55
Stoelverwarming, voor ..............53
Stop/Start-systeem .....................169
Storingsindicatielamp ................109
Sturen ......................................... 165
Stuurbedieningsknoppen .............89Stuurwiel instellen .......................... 9
Stuurwielverstelling ...................... 89
Symbolen ....................................... 4
T
Tanken ....................................... 238
Te laag brandstofpeil .................112
Toerenteller ............................... 105
Traction Control .........................186
Traction Control-systeem UIT..... 111
Trechter ...................................... 238
Trekhaak .................................... 243
Trekstang.................................... 241
Typeplaatje ................................ 297
U Uitlaatgassen ............................. 173
Uitrol-brandstofafsluiter .............169
Uitstapverlichting .......................150
Uplevel-display ........................... 114
Uw autogegevens ..........................3
V Valetmodus................................. 122Van banden- en velgmaat veranderen ............................. 276
Vaste luchtroosters ....................162
Veiligheidsgordel ...........................8
Veiligheidsgordels .......................55
Veiligheidsnet .............................. 82
Velgen en banden .....................271