Kort en bondig111Elektrisch bediende ruiten ....43
2 Buitenspiegels ......................41
3 Centrale vergrendeling .........25
4 Zijdelingse luchtroosters .....300
5 Cruise control .....................329
Snelheidsbegrenzer ............331
Adaptieve cruise control .....333
Frontaanrijdingswaar‐
schuwing ............................. 341
6 Richtingaanwijzers,
lichtsignaal, dim-/
grootlicht, grootlichtassis‐
tentie ................................... 149
Omgevingsverlichting ......... 152
Parkeerlichten .....................150
Knoppen voor Driver
Information Center ..............121
7 Instrumenten ...................... 109
Bestuurdersinformatie‐
centrum ............................... 121
8 Knoppen voor Driver
Information Center ..............121
9 Waarschuwingslamp voor
frontaanrijding ....................34110Wis-/wasinstallatie
voorruit, wis-/
wasinstallatie achter ............. 97
11 Middelste luchtroosters ......300
12 Info-Display ........................ 127
13 Status-led alarmsysteem .....38
14 Alarmknipperlichten ...........148
15 Handschoenenkastje ...........75
16 CD-speler
17 Bedieningsorganen voor
Info-Display ......................... 127
18 Verwarming en ventilatie ....293
19 Zekeringenkast ..................398
Elektriciteitsstekker ............103
20 Traction Control-systeem ...326
Elektronische stabiliteits‐
regeling .............................. 327
SPORT-modus ................... 329
Parkeerhulp/
Geavanceerde
parkeerhulp ........................ 348
Lane Keep Assist ...............363
Eco-knop voor Stop/Start-
systeem ............................... 309Brandstofkeuzeschakelaar . 111
21 Handgeschakelde
versnellingsbak ..................319
Automatische
versnellingsbak ..................316
Geautomatiseerde
versnellingsbak ...................320
22 Elektrische aansluiting ........102
23 Handrem ............................. 324
24 Aan/Uit-knop ....................... 305
25 Contactslot .......................... 304
26 Stuurwielverstelling ..............96
27 Claxon .................................. 97
28 Ontgrendelingshandgreep
motorkap ............................ 378
29 Opbergvak ............................ 76
30 Lichtschakelaar ..................142
Koplampverstelling ............144
Mistlampen/
mistachterlichten ................149
Instrumentenverlichting ......150
Instrumenten en bedieningsorganen95Instrumenten en
bedieningsorganenBedieningsorganen ......................96
Stuurwielverstelling ...................96
Stuurbedieningsknoppen ...........96
Verwarmd stuurwiel ...................97
Claxon ....................................... 97
Wis-/wasinstallatie voorruit ........97
Wis-/wasinstallatie achterruit .....99
Buitentemperatuur ...................100
Klok ......................................... 100
Elektrische aansluitingen .........102
Elektriciteitsstekker ..................103
Asbakken ................................. 105
Waarschuwingslampen, meters
en controlelampen .....................106
Instrumentengroep ..................106
Snelheidsmeter .......................109
Kilometerteller ......................... 110
Dagteller .................................. 110
Toerenteller ............................. 111
Brandstofmeter ........................111
Brandstofkeuzeschakelaar ......111
Koelvloeistoftemperatuurme‐ ter ........................................... 112
Service-display ........................ 113Controlelampen .......................114
Richtingaanwijzer ....................114
Gordelverklikker ......................114
Airbag en gordelspanners .......115
Airbag-deactivering .................115
Laadsysteem ........................... 116
Storingsindicatielamp ..............116
Rem- en koppelingssysteem ...116
Elektrische handrem ................116
Elektrische handrem defect .....116
Antiblokkeersysteem (ABS) .....117
Schakelen ................................ 117
Afstand tot voorligger ..............117
Lane keep assist .....................117
Elektronische stabiliteitsregeling UIT ............117
Elektronische stabiliteitsregeling en Traction Control-systeem ..117
Traction Control-systeem UIT . 118
Voorverwarming ......................118
Bandenspanningscontrolesys‐ teem ....................................... 118
Motoroliedruk ........................... 118
Te laag brandstofpeil ...............119
Startbeveiliging ........................119
Rijverlichting ............................ 119
Grootlicht ................................. 119
Grootlichtassistentie ................119
LED-koplampen .......................119
Mistlamp .................................. 119Mistachterlicht......................... 119
Cruise control .......................... 120
Adaptieve cruise control ..........120
Voorligger gedetecteerd ..........120
Snelheidsbegrenzer ................120
Verkeersbordherkenning .........120
Portier open ............................. 120
Informatiedisplays ......................121
Driver Information Center ........121
Info-Display ............................. 127
Boordinformatie ......................... 129
Geluidssignalen .......................130
Batterijspanning .......................131
Persoonlijke instellingen ............131
Telematicaservice ......................137
OnStar ..................................... 137
Instrumenten en bedieningsorganen109OverzichtORichtingaanwijzer 3 114XGordelverklikker 3 114vAirbags en gordelspanners
3 115VAirbag deactiveren 3 115pLaadsysteem 3 116ZStoringsindicatielamp 3 116RRem- en koppelingssysteem
3 116mElektrische handrem 3 116jStoring elektrische handrem
3 116uAntiblokkeersysteem (ABS)
3 117RSchakelen 3 117EAfstand tot voorligger 3 117aLane Keep Assist 3 117aElektronische stabiliteitsregeling
UIT 3 117bElektronische stabiliteitsregeling
en Traction Control-systeem
3 117kTraction Control-systeem uit
3 118!Voorverwarmen 3 118wBandenspanningscontrolesys‐
teem 3 118IMotoroliedruk 3 118YTe laag brandstofpeil 3 119dStartbeveiliging 3 1198Buitenverlichting 3 119CGrootlicht 3 119fGrootlichtassistentie 3 119fLed-koplampen 3 119>Mistlamp 3 119øMistachterlicht 3 119mCruise control 3 120 /Adaptieve
cruise control 3 120CAdaptieve cruise control 3 120AVoorligger gedetecteerd 3 120LSnelheidsbegrenzer 3 120LVerkeersbordherkenning 3 120hPortier open 3 120Snelheidsmeter
Aanduiding van de rijsnelheid.
Instrumenten en bedieningsorganen117KnippertElektrische handrem staat in de servi‐
cemodus. Stop de auto, trek de elek‐
trische handrem aan en zet deze los
om de rem te resetten.9 Waarschuwing
Oorzaak van de storing onmiddel‐
lijk door een werkplaats laten
verhelpen.
Antiblokkeersysteem (ABS)
u brandt geel.
Brandt na het inschakelen van de
ontsteking enkele seconden. Het
systeem is na het doven van het
controlelampje klaar voor gebruik.
Als de controlelamp na enkele secon‐
den niet dooft of als deze tijdens de rit gaat branden, dan zit er een storing inhet ABS-systeem. Het remsysteem
blijft normaal werken, maar zonder ABS-regeling.
Antiblokkeersysteem 3 323.
Schakelen
R of S met het getal van een hogere
of lagere versnelling verschijnt
wanneer wordt aanbevolen om
vanwege de brandstofbesparing op of
terug te schakelen.
Afstand tot voorligger E geeft met ingevulde afstandsbal‐
ken de gevoeligheid van de waar‐
schuwingstiming wat betreft de
afstand tot de voorligger voor de fron‐
taanrijdingswaarschuwing aan.
Frontaanrijdingswaarschuwing
3 341.
Lane keep assist a brandt groen of geel, of knippert
geel.
Brandt groen Het systeem wordt ingeschakeld en is
gebruiksklaar.Brandt geel
Het systeem nadert een waargeno‐
men rijstrookmarkering, zonder dat
de richtingaanwijzer naar die kant is
ingeschakeld.
Knippert geel
Het systeem herkent dat de auto de
rijstrook grotendeels heeft verlaten.
Lane keep assist 3 363
Elektronische
stabiliteitsregeling UIT
n brandt geel.
Het systeem wordt gedeactiveerd.
Elektronische stabiliteitsre‐geling en Traction Control- systeem
b brandt of knippert geel.
Rijden en bediening303Rijden en bedieningRijtips......................................... 304
Controle over de auto ..............304
Sturen ...................................... 304
Starten en bediening .................304
Nieuwe auto inrijden ................304
Contactslotstanden ..................304
Aan/Uit-knop ............................ 305
Vertraagde uitschakeling stroom .................................... 307
Motor starten ........................... 307
Uitrol-brandstofafsluiter ...........309
Stop/Start-systeem ..................309
Parkeren .................................. 312
Uitlaatgassen ............................. 314
Roetfilter .................................. 314
Katalysator .............................. 315
Automatische versnellingsbak ...316
Versnellingsbakdisplay ............316
Keuzehendel ........................... 316
Handmatige modus .................317
Elektronische rijprogramma's ..318
Storing ..................................... 318
Stroomonderbreking ................318
Handgeschakelde versnellings‐ bak ............................................. 319Geautomatiseerde versnellings‐
bak ............................................. 320
Versnellingsbakdisplay ............320
Keuzehendel ........................... 320
Handgeschakelde modus ........322
Elektronische rijprogramma's ..322
Storing ..................................... 322
Remmen .................................... 323
Antiblokkeersysteem ...............323
Handrem .................................. 324
Remassistentie ........................326
Hellingrem ............................... 326
Rijregelsystemen .......................326
Traction Control .......................326
Elektronische stabiliteitsregeling (ESC) ...................................... 327
Sportmodus ............................. 329
Bestuurdersondersteuningssys‐
temen ......................................... 329
Cruise control .......................... 329
Snelheidsbegrenzer ................331
Adaptieve cruise control ..........333
Frontaanrijdingswaarschu‐ wing ........................................ 341
Indicatie afstand tot voorligger 344
Actieve noodrem .....................344
Parkeerhulp ............................. 348
Blindehoeksysteem .................355
Achteruitkijkcamera .................357Verkeersbordherkenning .........359
Lane Keep Assist ....................363
Brandstof ................................... 366
Brandstof voor benzinemotoren .....................366
Brandstof voor dieselmotoren . 367
Brandstof voor het rijden op aardgas .................................. 367
Tanken .................................... 368
Brandstofverbruik - CO 2-uitstoot
........................... 370
Trekhaak .................................... 371
Algemene informatie ...............371
Rijgedrag en aanhangertips ....371
Aanhanger trekken ..................371
Aanhangerstabilisatie ..............375
Rijden en bediening363door een optische verkeersbordher‐
kenning of uit de kaartgegevens
afkomstig zijn.
Als het op dit moment weergegeven
verkeersbord uit de kaartgegevens
afkomstig is en de kaartinformatie
verandert, wordt er een ander
verkeersbord getoond. Dit kan bete‐
kenen dat er dan een nieuw verkeers‐
bord wordt geregistreerd, hoewel u
wellicht geen nieuw bord bent gepas‐ seerd.
Storing De Verkeersbordherkenning werkt
onder de volgende omstandigheden
mogelijk niet correct:
● Het deel van de voorruit waar de frontcamera zich bevindt, is nietschoon of er zijn bijvoorbeeld
stickers geplakt.
● Verkeersborden geheel of gedeeltelijk bedekt zijn of lastig
waarneembaar zijn.
● De omgevingsomstandigheden ongunstig zijn, bijv. harde regen,
sneeuw, direct zonlicht of scha‐
duwen.● De verkeersborden incorrect gemonteerd of beschadigd zijn.
● Verkeersborden niet voldoen aan
het Verdrag van Wenen inzake
de verkeerstekens (Wiener
Übereinkommen über
Straßenverkehrszeichen).Voorzichtig
Het systeem is bedoeld om de bestuurder binnen een vast snel‐
heidsbereik te helpen bij de waar‐
neming van bepaalde verkeers‐
borden. Negeer geen verkeers‐
borden die het systeem niet weer‐ geeft.
Het systeem herkent geen andere
verkeersborden dan de conventi‐
onele versies die een maximum‐
snelheid aangeven of beëindigen.
Laat u door dit speciale systeem
niet verleiden tot een roekeloze
rijstijl.
Pas uw snelheid altijd aan de staat van het wegdek aan.
De hulpsystemen ontnemen de
bestuurder niet zijn verantwoorde‐
lijkheid voor het besturen van de
auto.
Lane Keep Assist
Lane Keep Assist helpt bij het voor‐ komen van botsingen wanneer de
rijstrook per ongeluk werd verlaten.
De frontcamera observeert de
wegmarkeringen waar de auto tussen
rijdt. Wanneer de auto de markerin‐
gen nadert, wordt het stuurwiel licht
verdraaid om de auto binnen de
rijstrook te houden. Draai het stuur‐
wiel in dezelfde richting mee als het
systeem onvoldoende stuurt. Draai het stuurwiel rustig in de tegenover‐
gestelde richting als u van rijstrook
wilt wisselen.
Als een wegmarkering wordt over‐
schreden, geeft Lane Keep Assist
een zicht- en hoorbare waarschu‐
wing.
364Rijden en bedieningIn de volgende gevallen wordt aange‐nomen dat u de rijstrook per ongelukverlaat
● u gebruikt de richtingaanwijzer niet
● u gebruikt de richtingaanwijzer van de tegenovergestelde kant
dan dat u de rijstrook verlaat
● u remt niet
● u accelereert niet
● u stuurt niet actief.
Let op
Het systeem wordt uitgeschakeld als
er onduidelijke markeringen zijn, bijvoorbeeld bij wegwerkzaamhe‐
den.
Let op
Het systeem kan worden uitgescha‐ keld als het wegen waarneemt die te
smal, te breed of te kronkelig zijn.Inschakelen
U activeert Lane Keep Assist door
a in te drukken. De brandende led
in de knop geeft aan dat het systeem is ingeschakeld.
Wanneer het controlelampje a in de
instrumentengroep groen brandt, is
het systeem klaar voor ondersteu‐
ning.
Het systeem werkt bij snelheden
tussen 60 km/h en 180 km/h, en als
er wegmarkeringen aanwezig zijn.
Het systeem verdraait het stuurwiel
langzaam en het controlelampje a
wordt geel als de auto een waarge‐
nomen wegmarkering nadert en u de
richtingaanwijzer naar die kant niet
hebt ingeschakeld.
Het systeem waarschuwt de bestuur‐
der door a te laten knipperen en drie
waarschuwingstonen te laten horen
vanaf de kant waar u de wegmarke‐
ringen overschrijdt.
Het systeem werkt alleen als er een
wegbelijning wordt gedetecteerd.
Als het systeem alleen wegmarkerin‐
gen aan één kant van de weg waar‐
neemt, is er alleen ondersteuning
voor die kant.
Lane Keep Assist neemt waar
wanneer u de handen van het stuur‐ wiel haalt. In dat geval verschijnt er
een bericht op het Driver Information
Center en klinkt er een geluidssignaal zolang Lane Keep Assist waarneemt
dat u met de handen van het stuur
rijdt.
Rijden en bediening365Uitschakelen
U deactiveert het systeem door a in
te drukken. De led in de knop gaat
dan uit.
Storing
De werking van het systeem kan
worden beïnvloed door:
● Voorruit niet schoon of bedekt met vreemde voorwerpen, bijv.
stickers
● Voorliggers vlakbij
● Overhellende wegen
● Bochtige of heuvelachtige wegen
● Bermen
● Wegen met slechte wegmarke‐ ringen
● Plotselinge veranderingen in de lichtsterkte
● Ongunstige weersomstandighe‐ den, zoals zware regen- of
sneeuwval
● Wijzigingen aan de auto, bijv. banden.Schakel het systeem uit als het wordtverstoord door teersporen, schadu‐
wen, scheuren in het wegdek, tijde‐
lijke wegmarkeringen, wegwerk‐
zaamheden of andere onregelmatig‐
heden in het wegdek.9 Waarschuwing
Let altijd op de weg en houd de
auto op de juiste plaats op de
rijstrook. Doet u dit niet, dan kan
dit leiden tot schade aan de auto,
of letsel of de dood.
Lane Keep Assist stuurt de auto
niet continu.
Het systeem houdt de auto niet
noodzakelijkerwijs op de rijstrook.
Het hoeft ook geen waarschuwing te geven, zelf als worden er rijst‐
rookmarkeringen waargenomen.
De stuurbekrachtiging van de
Lane Keep Assist is mogelijk
ontoereikend om te voorkomen
dat de rijstrook wordt verlaten.
Het systeem neemt door invloe‐
den van buitenaf (staat van de
weg, type wegdek, het weer enz.)
wellicht niet waar dat u de handen
van het stuurwiel hebt. De
bestuurder is volledig verantwoor‐ delijk voor het besturen van de
auto en moet onderweg de
handen altijd op het stuurwiel
houden.
Als u het systeem gebruikt terwijl
u een aanhanger trekt of op een
gladde weg rijdt, dan kunt u de
controle over de auto verliezen en een ongeluk krijgen. Schakel het
systeem uit.