Werking van de bedieningselementen en instrumenten
3-6
3
DAUM3610
Multifunctionele meter
WAARSCHUWING
DWA12423
Zorg dat de machine stilstaat voordat u
wijzigingen in de instellingen van de
multifunctionele meter gaat aanbren-
gen. Het aanbrengen van wijzigingen tij-
dens het rijden kan u afleiden en
vergroot het risico op een ongeval.De multifunctionele meter biedt de volgen-
de voorzieningen:
een snelheidsmeter
een toerenteller
een brandstofniveaumeter
een eco-controlelampje
een aanduiding voor de ingeschakel-
de versnelling
een multifunctioneel displayOPMERKINGDraai de sleutel naar “ON” alvorens de
onderste en bovenste insteltoets te
gebruiken, behalve bij het wisselen
naar de helderheidsregeling of om de
klok weer te geven.
Voor Verenigd Koninkrijk: Om te wis-
selen tussen de kilometer- en mijlen-
weergave van de snelheidsmeter en
het multifunctionele display, zet u het
multifunctionele display in de kilome-
tertellermodus of een rittellermodusen houdt u vervolgens de onderste in-
steltoets drie seconden lang inge-
drukt.
Snelheidsmeter
De snelheidsmeter geeft de rijsnelheid van
het voertuig aan.
Toerenteller
Met de toerenteller kan de bestuurder het
motortoerental controleren en dit binnen
het ideale bereik houden.LET OP
DCA10032
Laat de motor niet draaien terwijl de toe-
renteller in de rode zone wijst.
Rode zone: 10000 tpm en hoger
1. Aanduiding ingeschakelde versnelling
2. Toerenteller
3. Eco-controlelampje “ECO”
4. Snelheidsmeter
5. Multifunctioneel display
6. Brandstofniveaumeter
1. Bovenste insteltoets
2. Onderste insteltoetsZAUM113281
2
34
5
6ZAUM1329
1
2
1. Toerenteller
2. Rode zone toerentellerZAUM133012
UB34D0D0.book Page 6 Wednesday, July 8, 2015 2:46 PM
Werking van de bedieningselementen en instrumenten
3-7
3
Brandstofniveaumeter
De brandstofniveaumeter geeft aan hoe-
veel brandstof in de tank aanwezig is. De
displaysegmenten van de brandstofniveau-
meter verdwijnen van “F” (volle tank) naar
“E” (lege tank) naarmate het brandstofni-
veau daalt. Als het laatste segment en de
omkadering beginnen te knipperen, dient u
zo snel mogelijk te tanken.OPMERKINGDeze brandstofniveaumeter is voorzien van
een zelfdiagnosesysteem. Als er een pro-
bleem wordt gedetecteerd in het elektri-
sche circuit van de brandstoftank, gaan de
segmenten en omkadering van de brand-stofniveaumeter en Ž knipperen. Als dit
zich voordoet, vraag dan een Yamaha-dea-
ler de machine te controleren.
Eco-controlelampje
Dit controlelampje gaat aan wanneer de
machine wordt gebruikt op een milieuvrien-
delijke, energiezuinige manier. Het contro-
lelampje gaat uit als u de machine stopt.OPMERKINGHierna volgen enkele tips om het brand-
stofverbruik te verlagen:
Voer het motortoerental tijdens acce-
lereren niet te hoog op.
Rijd met een constante snelheid.
Selecteer de versnelling die geschikt
is voor de snelheid van de machine.
Aanduiding ingeschakelde versnelling
Deze aanduiding geeft aan welke versnel-
ling is ingeschakeld. De vrijstand wordt
aangegeven door “–” en door het vrijstand-
controlelampje.
Multifunctioneel display
1. Frame
2. BrandstofniveaumeterZAUM1331
1
1
2
1. Eco-controlelampje
Werking van de bedieningselementen en instrumenten
3-8
3
Het multifunctionele display toont de vol-
gende voorzieningen:
een kilometerteller
twee rittellers
een ritteller brandstofreserve
een weergave huidig brandstofver-
bruik
een weergave gemiddeld brandstof-
verbruik
een weergave koelvloeistoftempera-
tuur
een weergave luchttemperatuur
een klok
een helderheidsregeling
De kilometerteller toont de totale afstand
die met de machine is afgelegd.
De rittellers tonen de afgelegde afstand
sinds de tellers voor het laatst werden te-
ruggesteld.OPMERKINGDe kilometerteller wordt vergrendeld
bij 999999 en kan niet worden terug-
gesteld.
De ritteller wordt teruggesteld naar 0
en blijft tellen nadat 9999.9 is bereikt.Druk op de onderste insteltoets om te wis-
selen tussen de weergaven voor kilometer-
teller “ODO”, rittellers “TRIP 1” en “TRIP 2”,
huidig brandstofverbruik “km/L” of“L/100 km”, gemiddeld brandstofverbruik
“AVE_ _._ km/L” of “AVE_ _._ L/100 km”,
koelvloeistoftemperatuur “_ _ °C”, omge-
vingstemperatuur “Air_ _ °C” en de klok
“_ _:_ _”, in de onderstaande volgorde:
ODO → TRIP 1 → TRIP 2 → km/L of
L/100 km → AVE_ _._ km/L of AVE_ _._
L/100 km → _ _ °C → Air_ _ °C → Clock _
_:_ _ → ODO
Voor Verenigd Koninkrijk:
Druk op de onderste insteltoets om te wis-
selen tussen de weergaven voor kilometer-
teller “ODO”, rittellers “TRIP 1” en “TRIP 2”,
huidig brandstofverbruik “km/L”, “L/100
km” of “MPG”, gemiddeld brandstofver-
bruik “AVE_ _._ km/L”, “AVE_ _._ L/100
km” of “AVE_ _._ MPG”, koelvloeistoftem-
peratuur “_ _ °C”, omgevingstemperatuur
“Air_ _ °C” en klok “_ _:_ _”, in de onder-
staande volgorde:
ODO → TRIP 1 → TRIP 2 → km/L,
L/100 km of MPG → AVE_ _._ km/L,
AVE_ _._ L/100 km of AVE_ _._ MPG → _ _
°C → Air_ _ °C → Clock _ _ :_ _ → ODO
OPMERKINGDruk op de bovenste insteltoets om in
omgekeerde volgorde te wisselen tus-
sen de weergaven.De brandstofreserve-ritteller en fout-
codes worden automatisch weerge-
geven, maar de helderheidsregeling
moet afzonderlijk worden geselec-
teerd.
Als het onderste segment en de omkade-
ring van de brandstofniveaumeter begin-
nen te knipperen, wisselt de weergave
automatisch naar de brandstofreserve-rit-
teller “TRIP F” en wordt de afgelegde af-
stand vanaf dat punt aangegeven. In dat
geval wordt door het indrukken van de on-
derste insteltoets in de onderstaande volg-
orde gewisseld tussen de diverse
weergaven van rittellers, kilometerteller en
brandstofverbruik:
TRIP F → km/L of L/100 km → AVE_ _._
km/L of AVE_ _._ L/100 km → _ _ °C →
Air_ _ °C → Clock _ _ :_ _ → ODO →
TRIP 1 → TRIP 2 → TRIP F
Voor Verenigd Koninkrijk:
TRIP F → km/L, L/100 km of MPG →
AVE_ _._ km/L, AVE_ _._ L/100 km of
AVE_ _._ MPG → _ _ °C → Air_ _ °C →
Clock _ _ :_ _ → ODO → TRIP 1 →
TRIP 2 → TRIP F
UB34D0D0.book Page 8 Wednesday, July 8, 2015 2:46 PM
Werking van de bedieningselementen en instrumenten
3-9
3
Om een ritteller op nul terug te stellen, se-
lecteert u deze door op de onderste instel-
toets te drukken en dan de bovenste
insteltoets een seconde lang ingedrukt te
houden.
Als u de brandstofreserve-ritteller niet
handmatig terugstelt, wordt deze automa-
tisch teruggesteld zodra u na het tanken
5 km (3 mi) hebt gereden. De ritteller ver-
dwijnt dan vanzelf van het display.
Huidig brandstofverbruik
De weergave van het huidige brandstofver-
bruik kan worden ingesteld op “km/L” of
“L/100 km”, en op “MPG” of “km/L” of
“L/100 km” voor het Verenigd Koninkrijk.
“km/L”: De afstand die onder de huidi-
ge rijomstandigheden kan worden af-
gelegd met 1.0 L brandstof.“L/100 km”: De hoeveelheid brandstof
die nodig is om onder de huidige rij-
omstandigheden 100 km af te leggen.
“MPG”: De afstand die onder de huidi-
ge rijomstandigheden kan worden af-
gelegd met 1.0 Imp.gal brandstof.
Houd de onderste insteltoets twee secon-
den lang ingedrukt om te wisselen tussen
de weergaven voor het huidige brandstof-
verbruik.
OPMERKINGBij snelheden onder 20 km/h (12 mi/h)
Gemiddeld brandstofverbruik
Deze weergave toont het gemiddelde
brandstofverbruik sinds de weergave op
nul is teruggezet.De weergave van het gemiddelde brand-
stofverbruik kan worden ingesteld op
“AVE_ _._ km/L”, “AVE_ _._ L/100 km” of
“AVE_ _._ MPG” (voor het Verenigd
Koninkrijk).
“AVE_ _._ km/L”: De gemiddelde af-
stand die kan worden afgelegd op
1.0 L brandstof.
“AVE_ _._ L/100 km”: De gemiddelde
hoeveelheid brandstof die nodig is om
100 km af te leggen.
“AVE_ _._ MPG”: De gemiddelde af-
stand die kan worden afgelegd op
1.0 Imp.gal brandstof.
Houd de onderste insteltoets twee secon-
den lang ingedrukt om te wisselen tussen
de weergaven voor het gemiddelde brand-
stofverbruik.
Om de weergave van het gemiddelde
brandstofverbruik terug te stellen, houdt u
de bovenste insteltoets een seconde lang
ingedrukt.
OPMERKINGNadat u de weergave van het gemiddelde
brandstofverbruik hebt teruggesteld, wordt
met de machine is afgelegd.
1. Weergave huidig brandstofverbruikZAUM1335
1
1. Weergave gemiddeld brandstofverbruikZAUM1336
1
UB34D0D0.book Page 9 Wednesday, July 8, 2015 2:46 PM
Werking van de bedieningselementen en instrumenten
3-10
3
Koelvloeistoftemperatuur
Dit display toont de koelvloeistoftempera-
tuur van 40 °C tot 116 °C in stappen van
1°C.
Als de melding “HI” knippert, stop de ma-
chine dan, stop vervolgens de motor en
laat deze afkoelen. (Zie pagina 6-38.)OPMERKINGAls de koelvloeistoftemperatuur lager
is dan 40 °C, wordt “Lo” weergege-
ven.
De koelvloeistoftemperatuur is afhan-
kelijk van de weersomstandigheden
en de motorbelasting.
Luchttemperatuur
Deze weergave toont de luchttemperatuur
van –9 °C tot 99 °C in stappen van 1 °C. De
weergegeven temperatuur kan afwijken
van de werkelijke omgevingstemperatuur.OPMERKINGBij een luchttemperatuur onder –9 °C
wordt “Lo” weergegeven.
De nauwkeurigheid van de tempera-
tuuraflezing kan worden beïnvloed
door langzaam rijden (onder 20 km/h
[12.5 mi/h]) of door het oponthoud bij
verkeerslichten, spoorwegovergan-
gen etc.
Klok
De klok geeft de tijd weer in een 12-uursin-
deling. Zelfs wanneer de sleutel niet in de
stand “ON” staat, kan de klok 10 seconden
worden weergegeven door op de onderste
insteltoets te drukken.
De klok instellen1. Draai de sleutel naar “ON”.
2. Houd de onderste insteltoets en bo-
venste insteltoets tegelijk twee secon-
den lang ingedrukt, en de
urenaanduiding begint te knipperen.
3. Druk op de bovenste insteltoets om
de uren in te stellen.
4. Druk op de onderste insteltoets en de
minutenaanduiding begint te knippe-
ren.
1. Weergave koelvloeistoftemperatuurZAUM1337
1
1. LuchttemperatuurweergaveZAUM1338
1
1. KlokZAUM1339
1
UB34D0D0.book Page 10 Wednesday, July 8, 2015 2:46 PM