2354-2. Rijprocedures
4
Rijden
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)
■S-modus
●Als het schakelbereik 4 of lager is en de selectiehendel naar + wordt bewo-
gen, wordt het schakelbereik 6.
● Om te voorkomen dat de motor met een te hoog toerental gaat draaien, kan
opschakelen automatisch gebeuren.
● Om de automatische transmissie te beschermen, kan automatisch een
hoger schakelbereik worden geselecteerd als de vloeistoftemperatuur te
hoog wordt.
■ Waarschuwingszoemer bij bepe rking terugschakelmogelijkheid
Uit veiligheidsoverwegingen en om het rijgedrag niet in negatieve zin te beïn-
vloeden, kan er onder bepaalde omstandigheden beperkt worden terugge-
schakeld. In sommige omstandigheden kan er helemaal niet worden
teruggeschakeld met de selectiehendel. (Er klinkt tweemaal een zoemer.)
■ Werking van de airconditioning in de ECO-modus
De ECO-modus regelt het verwarmen/koelen en de aanjagersnelheid
* van
de airconditioning om brandstof te besparen ( →Blz. 462, 470). Regel de aan-
jagersnelheid
* of schakel de ECO-modus uit om de prestaties van de aircon-
ditioning te verbeteren.
*: Alleen auto's met automatische airconditioning
■ Uitschakelen van de rijmodus
●De ECO-modus wordt niet uitgeschakeld totdat u op de toets ECO MODE
drukt, ook niet als het contact UIT is gezet na het rijden in de ECO-modus.
● De sportmodus wordt uitgeschakeld als de motor na het rijden in de sport-
modus wordt uitgezet.
■ Tijdens het rijden met de cruise control of de Dynamic Radar Cruise
Control ingeschakeld (indien aanwezig)
Ook wanneer de volgende handelingen worden uitgevoerd met als doel op de
motor af te remmen, wordt er niet op de motor afgeremd omdat de cruise
control of de Dynamic Radar Cruise Control niet wordt uitgeschakeld.
●Als er tijdens het rijden in stand S wordt teruggeschakeld naar stand 5 of 4.
(→Blz. 234)
● Als de sportmodus wordt ingeschakeld tijdens het rijden in stand D.
(→Blz. 247)
■ Als de selectiehendel niet in een a ndere stand dan P kan worden gezet
→Blz. 650
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 235 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM
2424-2. Rijprocedures
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)
■Paddle shift-schakelaars (indien aanwezig)
●Als in stand D de paddle shift-schakelaar “-” wordt bediend
Er wordt automatisch een schakelbereik geselecteerd. De hoogste versnel-
ling van het eerste schakelbereik is één versnelling lager dan de hoogste
versnelling van het normale schakelprogramma van stand D.
● Automatische blokkering van de selectie van het schakelbereik in stand D
De selectie van het schakelbereik in stand D wordt geblokkeerd in de vol-
gende gevallen:
• Paddle shift-schakelaar + wordt gedurende een bepaalde periode inge-
drukt
• Als in schakelbereik 5 de paddle shift-schakelaar “+” wordt bediend
• Als de auto tot stilstand komt
• Als in een schakelprogramma het gaspedaal gedurende langer dan een bepaalde tijd wordt ingetrapt
• Als de selectiehendel in een andere stand dan D wordt gezet
■ Waarschuwingszoemer bij bepe rking terugschakelmogelijkheid
Uit veiligheidsoverwegingen en om het rijgedrag niet in negatieve zin te beïn-
vloeden, kan er onder bepaalde omstandigheden beperkt worden terugge-
schakeld. In sommige omstandigheden kan er helemaal niet worden
teruggeschakeld met de selectiehendel of de paddle shift-schakelaar (indien
aanwezig). (Er klinkt tweemaal een zoemer.)
■ Werking van de airconditioning in de ECO-modus
De ECO-modus regelt het verwarmen/koelen en de aanjagersnelheid
* van
de airconditioning om brandstof te besparen ( →Blz. 462, 470). Regel de aan-
jagersnelheid
* of schakel de ECO-modus uit om de prestaties van de aircon-
ditioning te verbeteren.
*: Alleen auto's met automatische airconditioning
■ Uitschakelen van de rijmodus
●De ECO-modus wordt niet uitgeschakeld totdat u op de toets ECO MODE
drukt, ook niet als het contact UIT is gezet na het rijden in de ECO-modus.
● De sportmodus wordt uitgeschakeld als de motor na het rijden in de sport-
modus wordt uitgezet.
■ Tijdens het rijden met de cruise control of de Dynamic Radar Cruise
Control ingeschakeld (indien aanwezig)
Ook wanneer de volgende handelingen worden uitgevoerd met als doel op de
motor af te remmen, wordt er niet op de motor afgeremd omdat de cruise
control of de Dynamic Radar Cruise Control niet wordt uitgeschakeld.
●Als er tijdens het rijden in stand M wordt teruggeschakeld naar stand 5 of 4.
(→Blz. 241)
● Als er tijdens het rijden in stand D wordt teruggeschakeld naar stand 5 of 4.
(Alleen auto's met paddle shift-schakelaars: →Blz. 240)
● Als de sportmodus wordt ingeschakeld tijdens het rijden in stand D.
(→Blz. 239)
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 242 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM
2514-2. Rijprocedures
4
Rijden
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)■
Tijdens het rijden met de cruise control of de Dynamic Radar Cruise
Control ingeschakeld (indien aanwezig)
Ook wanneer de volgende handelingen worden uitgevoerd met als doel op de
motor af te remmen, wordt er niet op de motor afgeremd omdat de cruise
control of de Dynamic Radar Cruise Control niet wordt uitgeschakeld.
●Bij het rijden in de sequentiële shiftmatic-sportmodus met 7 versnellingen,
terugschakelend naar 6, 5 of 4. ( →Blz. 249)
● Als er tijdens het rijden in stand D wordt teruggeschakeld naar stand 6, 5 of
4. (Alleen bij auto's met paddle shift-schakelaars: →Blz. 248)
● Als tijdens het rijden in stand D de sportmodus wordt ingeschakeld.
(→Blz. 247)
■ Als de selectiehendel niet in een a ndere stand dan P kan worden gezet
→Blz. 650
■ Als het controlelampje M niet gaat branden of als het controlelampje D
brandt nadat de selectiehendel in stand M is gezet
Dit kan duiden op een storing in de automatische transmissie. Laat de auto
meteen nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
(In deze situatie werkt de transmissie alsof de selectiehendel in stand D
staat.)
■ Als de positie-indicator knippert of een waarschuwingszoemer* klinkt
Dit kan duiden op een storing in de automatische transmissie. Laat de auto
meteen nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
*: Behalve de waarschuwingszoemer bij beperking terugschakelmogelijkheid (→Blz. 250)
■ Als er een waarschuwingsmelding wordt weergegeven
*: Zet de selectiehendel tijdens het rijden in de normale stand D ( →Blz. 248)
als er in stand D een schakelbereik is geselecteerd. (alleen auto's met pad-
dle shift-schakelaars)
Wanneer de waarschuwingsmelding is verdwenen, kunt u weer gaan rijden.
Laat uw auto controleren door een erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige
als de waarschuwingsmelding niet verdwijnt na enige tijd. Als tijdens het rijden de waarschuwings-
melding temperatuur transmissievloeistof
verschijnt, moet stand D worden inge-
schakeld
* en het gaspedaal worden los-
gelaten om de rijsnelheid te verlagen.
Breng de auto op een veilige plaats tot
stilstand, zet de selectiehendel in stand P
en laat de motor stationair draaien totdat
de waarschuwingsmelding verdwijnt.
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 251 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM
281
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)
Toyota Safety Sense∗
◆PCS (Pre-Crash Safety-systeem)
→Blz. 290
◆LDA (Lane Departure Alert met stuurregeling)
→Blz. 305
◆Automatic High Beam-systeem
→Blz. 266
◆RSA (Road Sign Assist)
→Blz. 313
◆Dynamic Radar Cruise Control-systeem
→Blz. 318
∗: Indien aanwezig
Toyota Safety Sense bestaat uit de volgende ondersteunende
systemen en draagt bij aan een veilige en comfortabele rijerva-
ring:
WAARSCHUWING
■ Toyota Safety Sense
Toyota Safety Sense is ontworpen om te werken met als uitgangspunt dat
de bestuurder voorzichtig rijdt om te helpen de gevolgen van een aanrijding
voor de inzittenden en de auto te beperken of de bestuurder te assisteren
onder normale rijomstandigheden.
Vertrouw niet blindelings op het systeem, aangezien er een grens is aan de
mate van nauwkeurigheid bij de herkenning en de ondersteunende moge-
lijkheden die dit systeem kan bieden. Het is altijd de verantwoordelijkheid
van de bestuurder om de omgeving van de auto in de gaten te houden en
veilig te rijden.
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 281 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM
3184-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)
Dynamic Radar Cruise Control∗
Wanneer de afstandsregelmodus is ingeschakeld, accelereert en
decelereert de auto automatisch overeenkomstig de veranderingen in
snelheid van de voorligger, zelfs wanneer het gaspedaal niet wordt
ingetrapt. In de constante-snelheidsregelmodus rijdt de auto met een
constante snelheid.
Gebruik de Dynamic Radar Cruise Control op autowegen en snelwe-
gen.
● Afstandsregelmodus ( →Blz. 322)
● Constante-snelheidsregelmodus ( →Blz. 327)
Controlelampjes
Ingestelde snelheid
Display
Toets tussenafstand
Cruise cont rol-schakelaar
∗: Indien aanwezig
Overzicht van functies
1
2
3
4
5
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 318 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM
3194-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)
WAARSCHUWING
■Voor het gebruik van de Dynamic Radar Cruise Control
Voor veilig rijden is alleen de bestuurder verantwoordelijk. Vertrouw niet
alleen op het systeem en rijd voorzichtig door altijd goed op de omgeving te
letten.
Het Dynamic Radar Cruise Control-systeem biedt ondersteuning bij het rij-
den om de bestuurder te ontlasten. Er zijn echter grenzen aan de geboden
ondersteuning.
Zelfs als het systeem normaal werkt, kan de door het systeem gesigna-
leerde status van de voorligger afwijk en van de door de bestuurder waarge-
nomen status. Daarom moet de bestuurder altijd alert blijven, het gevaar
van elke situatie inschatten en veilig rijden. Volledig afgaan op het systeem
of aannemen dat het systeem de veiligheid garandeert tijdens het rijden kan
leiden tot een ongeval met ernstig letsel als gevolg.
■ Waarschuwingen met betrekking tot de ondersteunende systemen
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht, aangezien er grenzen
zijn aan de door het systeem geboden ondersteuning.
Als u dat niet doet, kunt u een ongeval veroorzaken, waardoor ernstig letsel
kan ontstaan.
● De bestuurder helpen bij het meten van de volgafstand
De Dynamic Radar Cruise Control dient alleen ter ondersteuning van de
bestuurder bij het bepalen van de volgafstand tussen de eigen auto en
een bepaalde voorligger. Het systeem is niet bedoeld om zorgeloos of roe-
keloos rijgedrag te rechtvaardigen en kan de bestuurder ook niet helpen
tijdens het rijden bij slecht zicht. Het blijft noodzakelijk dat de bestuurder
zelf de omgeving van de auto goed in de gaten houdt.
● De bestuurder helpen bij het bepalen van de juiste volgafstand
De Dynamic Radar Cruise Control bepaalt of de volgafstand tussen de
eigen auto en een bepaalde voorligger binnen een vastgelegd bereik ligt.
Het systeem kan geen andere beoordelingen maken. Het is daarom strikt
noodzakelijk dat u zelf alert blijft en inschat of een situatie mogelijk gevaar-
lijk is.
● De bestuurder helpen bij het bedienen van de auto
Het Dynamic Radar Cruise Cont rol-systeem kan geen aanrijdingen met
een voorligger voorkomen. Daarom dient u wanneer er gevaar dreigt
direct de controle over de auto te nemen en juist te handelen om de veilig-
heid van alle betrokkenen te garanderen.
■ Voorkomen van onbedoeld activeren van de Dynamic Radar Cruise
Control
Schakel het Dynamic Radar Cruise Control-systeem uit met de toets ON-
OFF als het niet wordt gebruikt.
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 319 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM
3204-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)
WAARSCHUWING
■Situaties die niet geschikt zijn voor gebruik van de Dynamic Radar
Cruise Control
Gebruik de Dynamic Radar Cruise Control niet in de volgende situaties.
Als u dat wel doet, wordt de snelheid mogelijk niet goed geregeld, waardoor
een ongeval met ernstig letsel kan ontstaan.
● Op wegen met voetgangers, fietsers, enz.
● In druk verkeer
● Op wegen met scherpe bochten
● Op slingerende wegen
● Op wegen die door regen, ijs of sneeuw glad zijn
● Op steile hellingen bergafwaarts of op afwisselend sterk dalende en sterk
stijgende wegen
Bij het afdalen van een steile helling kan de rijsnelheid de ingestelde snel-
heid overschrijden.
● Op invoegstroken van autowegen en snelwegen
● Als de weersomstandigheden zo slecht zijn dat ze een juiste signalering
door de sensoren onmogelijk zouden kunnen maken (mist, sneeuw, zand-
storm, zware regenval, enz.)
● Als er regen, sneeuw, enz. op de voorzijde van de radarsensor of de
camerasensor zit
● In verkeersomstandigheden waarbij her haaldelijk accelereren en decele-
reren noodzakelijk is
● Bij het rijden met een aanhangwagen of tijdens het slepen in een noodge-
val
● Als er vaak een naderingswaarschuwing hoorbaar is
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 320 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM
3224-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
RAV4_OM_OM42A45E_(EE)
Voorbeeld van acceleratie
Als er geen voorliggers meer zijn die langzamer rijden dan de inge-
stelde snelheid
Het systeem verhoogt de snelheid totdat de ingestelde snelheid bereikt
wordt. Het systeem schakelt vervolgens weer over op het rijden met con-
stante snelheid.
Schakel de cruise control in met
de toets ON-OFF.
Het controlelampje van de Dyna-
mic Radar Cruise Control gaat
branden en er wordt een melding
weergegeven op het multi-informa-
tiedisplay.
Druk nogmaals op de toets om de
cruise control uit te schakelen.
Als de toets ON-OFF gedurende
ten minste 1,5 seconden ingedrukt
wordt gehouden, schakelt het sys-
teem over op de constante-snel-
heidsregelmodus. (→Blz. 327)
Accelereer of decelereer met
behulp van het gaspedaal naar
de gewenste rijsnelheid (hoger
dan ongeveer 50 km/h) en druk
de hendel naar beneden om de
snelheid op te slaan.
Het controlelampje cruise con-
trol SET gaat branden.
De rijsnelheid op het moment dat
de hendel wordt losgelaten, wordt
de ingestelde snelheid.
Instellen van de rijsnelheid (afstandsregelmodus)
3
1
2
RAV4_OM_OM42A45E_(EE).book Page 322 Tuesday, October 20, 2015 11:26 AM