.
.
Traveller-VP_nl_Chap00a_sommaire_ed01-2016
Rijadviezen 192
Starten - afzetten van de motor, normale sleutel, sleutel met afstandsbediening
1
95
Starten - afzetten van de motor "Keyless entry and start"
1
98
Parkeerrem
201
Hill Start Assist
2
02
Handgeschakelde 5-versnellingsbak
2
03
Handgeschakelde 6-versnellingsbak
2
03
op
schakelindicator
204
Automatische transmissie
2
05
el
ektronisch gestuurde versnellingsbak
2
10
Stop & Start
2
14
Head-up display
2
18
Snelheden opslaan
2
20
Snelheidslimietherkenning
221
Snelheidsbegrenzer
2
25
Snelheidsregelaar
2
28
Adaptieve snelheidsregelaar
23
2
Waarschuwing kans op aanrijding en Active
Safety Brake
2
39
Lane Departure Warning System (LDWS)
2
45
Detectie verslapping aandacht
2
47
Dodehoekbewaking
249
Parkeerhulp
252
Achteruitrijcamera, binnenspiegel
2
54
180°-camerasysteem achter
2
55
Bandenspanningscontrolesysteem
258Brandstoftank
261
Tankbeveiliging diesel 2
62
Sneeuwkettingen
26
4
Trekken van een aanhanger
2
65
e
co-mode
266
Accessoires
2
67
Dakstangen/imperiaal
2
68
Wisserbladen vervangen
2
69
Motorkap
2
71
Dieselmotor
272
Niveaus controleren
2
73
Controles
276
AdBlue
® en SCR-systeem
(BlueHDi-dieselmotor) 278
ge
varendriehoek (opbergen)
2
82
ge
reedschapskist
282
Bandenreparatieset
285
Wiel verwisselen
2
91
een
lamp vervangen
2
98
Zekering vervangen
3
11
12V- ac c u
316
Slepen
320
Brandstoftank leeg (diesel)
3
22Afmetingen
3
23
Motoren 324
ge
wichten 324
Identificatie
3
27
Rijden
Praktische informatie
Storingen verhelpen Technische gegevens3
Noodoproep of Pechhulp 3
28
Pe ugeoT C onnect Nav 3 31
P
e
ugeo
T C
onnect Radio
4
19
Autoradio met Bluetooth
® 473
Audio en telematica
Index
Inhoud
7
Traveller-VP_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2016
Vergrendelen/ontgrendelen vanuit het interieur 6 4
el
ektrische
schuifdeur(en)
6
8-71
el
ektrische kinderbeveiliging
1
90
Alarmknipperlichten
158
Bandenspannings-
controlesysteem resetten
2
58 -260
Stop & Start uitschakelen
2
16
CDS/ASR uitschakelen
161
Stuurwiel verstellen
8
7
Cla xon
159
Head-up display
21
8 -219
Cockpit (vervolg)
Ruitenwisserschakelaar
154-156
Boordcomputer 3 8- 40
op
slaan van snelheden
2
20
Snelheidsbegrenzer
225-227
Snelheidsregelaar
228-231
Adaptieve cruise control
23
2-238
Instrumentenpanelen
13-14
Verklikkerlampjes
15-28
Koelvloeistoftemperatuur
29
ond
erhoudsindicator
29-31
Motorolieniveaumeter
32
AdBlue
®-actieradiusindicatoren 33-35
Kilometerteller 36
Schakelindicator
204
Dimmer dashboardverlichting
3
7
Boordcomputer
3
8- 40
Datum en tijd instellen
4
4
Detectie verslapping aandacht
2
47-248
el
ektrisch bedienbare ruiten
8
6
el
ektrische
buitenspiegelverstelling
141
gr
ip control
16
1, 162-163
Programmeerbare verwarming/ ventilatie
137-13 9
Alarm
83-85
Handmatige koplamphoogteverstelling
153
Lane Departure Warning System
24
5 -246
Dodehoekbewakingssysteem
2
49-251
gr
ootlichtassistent
1
51-152 Datum/tijd instellen (touchscreen)
4
4
Datum/tijd instellen (autoradio)
4
4
Achteruitrijcamera
255-257
op
slaan van snelheden
2
20
Snelheidslimietherkenning 2
21-224, 227, 230, 234
Waarschuwing kans op aanrijding 239 -242
Active Safety Brake
2 42-244
Stop & Start uitschakelen
2
16
Lichtschakelaar
144-147
Richtingaanwijzers
1
46
.
overzicht
13
Traveller-VP_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
1. Analoge snelheidsmeter (km/h of mph).
2. Brandstofniveaumeter.
3.
Koelvloeistoftemperatuurmeter.
4.
A
anwijzingen van de snelheidsregelaar of
de snelheidsbegrenzer.
5.
D
igitale snelheidsmeter (km/h of mph). A. R
esetten van de onderhoudsindicator. T
ijdelijk weergegeven informatie:
-
onderhoud,
-
a
ctieradius vloeistof emissieregeling
(AdBlue
®).
B. D
immer verlichting.
C.
R
esetten dagteller en tripmeter.
6.
op
schakelindicator.
I
ngeschakelde versnelling automatische
transmissie of elektronisch gestuurde
versnellingsbak.
7.
ond
erhoudsindicator en vervolgens
kilometerteller (km of miles), dagteller
(km of miles), weergave van meldingen, ...
8.
T
oerenteller (x 1000 t /min of rpm).
Meters en displays Bedieningstoetsen
Instrumentenpaneel met LCD Tekst-display
1
Instrumentenpaneel
14
Instrumentenpaneel met matrixdisplay
1. Analoge snelheidsmeter (km/h of mph).
2. Brandstofniveaumeter.
3.
Koelvloeistoftemperatuurmeter.
4.
A
anwijzingen van de snelheidsregelaar of
de snelheidsbegrenzer.
5.
op
schakelindicator.
I
ngeschakelde versnelling automatische
transmissie of elektronisch gestuurde
versnellingsbak. A. R
esetten van de onderhoudsindicator. W
eergave logboek
waarschuwingsmeldingen.
W
eergave van de volgende informatie:
-
onderhoud,
-
a
ctieradius vloeistof emissieregeling
(AdBlue
®).
B. D
immer verlichting.
C.
R
esetten van de dagteller.
6.
Z
one voor het weergeven van:
waarschuwingsmeldingen of
meldingen over de status van functies,
boordcomputer, digitale snelheidsmeter
(km/h of mph), ...
7.
o
nd
erhoudsindicator en vervolgens
kilometerteller (km of miles). Deze functies worden achtereenvolgend
weergegeven na het aanzetten van het contact.
8. D
agteller (km of miles).
9.
T
oerenteller (x 1000 t /min of rpm).
Meters en displays Bedieningstoetsen
Instrumentenpaneel
15
Traveller-VP_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
Verklikkerlampjes
De verklikkerlampjes geven de bestuurder informatie
over de werking van een systeem (ingeschakeld of
uitgeschakeld) of waarschuwen de bestuurder in het
geval van een storing (waarschuwingslampje).
Bij het aanzetten van het contact
Als het contact wordt aangezet, gaan bepaalde
waarschuwingslampjes enkele seconden
branden.
Zodra de motor wordt gestart, moeten deze
lampjes weer uitgaan.
Als een lampje blijft branden, controleer dan
voordat u gaat rijden welke functie het betreft.
Bijbehorende waarschuwingen
een aantal verklikkerlampjes kan op twee
manieren oplichten: permanent of knipperend.
Aan de manier van oplichten in combinatie met
het functioneren van de auto valt af te lezen of
er sprake is van een normale situatie of een
storing. Bij een storing kan het lampje gaan
branden in combinatie met een geluidssignaal
en/of een melding.
Waarschuwingslampjes
Als bij draaiende motor of tijdens het rijden
een van de volgende verklikkerlampjes
gaat branden, wijst dit op een storing in het
desbetreffende systeem en moet de bestuurder
actie ondernemen.
Lees in het geval van een storing waarbij
een waarschuwingslampje gaat branden
de aanvullende informatie, die via een
bijbehorende melding wordt weergegeven.
Raadpleeg indien nodig het P
e
ugeo
T
-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats.
Verklikkerlampjes ingeschakelde
functies
De volgende verklikkerlampjes op het
instrumentenpaneel en/of op het display van
het instrumentenpaneel geven aan dat de
desbetreffende functie is ingeschakeld.
Verklikkerlampjes uitgeschakelde
functies
De volgende verklikkerlampjes geven aan dat de
desbetreffende functie handmatig is uitgeschakeld.
Soms klinkt er ook een geluidssignaal en verschijnt
er een melding.
1
Instrumentenpaneel
22
ControlelampjeStatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Airbag vóór aan
passagierszijde permanent, op
het display van de
verklikkerlampjes voor
de veiligheidsgordels
en de airbag vóór aan
passagierszijde. De schakelaar op de zijkant van het
dashboard aan passagierszijde staat
in de stand "OFF"
.
De airbag vóór aan passagierszijde is
uitgeschakeld.
u
kunt een kinderzitje met de "rug
in de rijrichting" plaatsen, behalve
in het geval van een storing in het
airbagsysteem (verklikkerlampje
airbags brandt). Zet de schakelaar in de stand "ON"
om de airbag vóór
aan passagierszijde in te schakelen. Bevestig in dit
geval op deze zitplaats geen kinderzitje met de "rug in
de rijrichting".
Airbags
tijdelijk. Het lampje brandt gedurende enkele
seconden en dooft als het contact
wordt aangezet. Het lampje moet doven zodra de motor wordt gestart.
Raadpleeg het P
e
ugeo
T
-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats als dit niet het geval is.
permanent.
er i
s een storing in een van de
airbags of de pyrotechnische
gordelspanners. Laat dit controleren door het P
e
ugeo
T
-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
Passagiersairbag permanent. De schakelaar in het dashboard
aan passagierszijde staat in de
stand
"ON".
De passagiersairbag is ingeschakeld.
Plaats in dit geval geen kinderzitje
met de "rug in de rijrichting" op de
voorpassagiersstoel. Zet de schakelaar in de stand "OFF"
om de
passagiersairbag uit te schakelen.
u
kunt een kinderzitje met de "rug in de rijrichting"
plaatsen, behalve in het geval van een storing in het
airbagsysteem (verklikkerlampje airbags brandt).
Instrumentenpaneel
30
De afstand tot de eerstvolgende
beurt is 1000 tot 3000 km
Als het contact wordt aangezet, gaat gedurende
5 seconden de onderhoudssleutel branden. De
kilometerteller geeft de resterende kilometers tot
de eerstvolgende onderhoudsbeurt aan.
Voorbeeld: de afstand tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt bedraagt 2800 km.
Als het contact wordt aangezet, geeft het display
gedurende 5 seconden het volgende aan:
5 seconden na het aanzetten van het contact,
verdwijnt de sleutel ; de teller geeft de
kilometerstand aan.
De afstand tot de eerstvolgende
beurt is overschreden
5 seconden na het aanzetten van het contact
treedt de kilometerteller weer in werking en
blijft de sleutel branden .
Als het contact wordt aangezet, gaat gedurende
5 seconden de sleutel knipperen om aan te geven
dat de onderhoudswerkzaamheden zo spoedig
mogelijk uitgevoerd moeten worden.
Voorbeeld: u hebt de afstand tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt met 300 km overschreden.
Als het contact wordt aangezet, geeft het display
gedurende 5 seconden het volgende aan:
De afstand tot de eerstvolgende
beurt is minder dan 1000 km
5 seconden na het aanzetten van het contact
treedt de kilometerteller weer in werking en
blijft de sleutel branden om aan te geven
dat er binnenkort onderhoudswerkzaamheden
uitgevoerd moeten worden.
Bij de BlueHDi-uitvoeringen met dieselmotor
wordt deze waarschuwing, zodra het contact
is aangezet, gecombineerd met het permanent
branden van het verklikkerlampje Service.
De afstand tot de eerstvolgende
beurt is meer dan 3000 km
Als het contact wordt aangezet, verschijnt er
geen onderhoudsinformatie op het display. Voorbeeld:
de afstand tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt bedraagt 900 km.
Als het contact wordt aangezet, geeft het display
gedurende 5 seconden het volgende aan:
Instrumentenpaneel
31
Traveller-VP_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
Bij de berekening van de resterende
hoeveelheid af te leggen kilometers kan
ook de factor tijd worden meegewogen,
afhankelijk van de rijgewoontes van de
bestuurder.
De sleutel kan dus ook gaan branden
als het interval in tijd sinds de laatste
onderhoudsbeurt, zoals vermeld in het
onderhoudsschema van de fabrikant, is
overschreden.
Bij de BlueHDi-uitvoeringen met
dieselmotor kan de sleutel ook eerder gaan
branden, afhankelijk van de kwaliteit van de
motorolie (volgens land van bestemming).
De afname van de kwaliteit van
de motorolie is afhankelijk van de
rijomstandigheden van de auto.Op 0 zetten van de
onderhoudsindicatorAls u na deze handeling de accu wilt
loskoppelen, vergrendel dan de auto en
wacht minimaal 5 minuten. Het op
0 zetten van de onderhoudsindicator zal
anders niet worden opgeslagen.
u
kunt op elk moment de onderhoudsinformatie
weergeven.
De onderhoudsindicator moet na elke
onderhoudsbeurt op 0 gezet worden.
Als u zelf het onderhoud van uw auto uitvoert,
zet dan het contact af en:
Opnieuw weergeven van de
onderhoudsinformatie
F Druk op deze knop en houd
deze ingedrukt,
F
Z
et het contact aan; de kilometerteller
begint terug te tellen,
F
L
aat de knop los als het display "=0"
aangeeft; de sleutel verdwijnt. F
D
ruk op deze knop.
De onderhoudsinformatie wordt enkele
seconden weergegeven en verdwijnt
vervolgens weer.
1
Instrumentenpaneel