Navigatie99Spraak-voorkeuren
Een stem selecteren voor het geven
van gesproken aanwijzingen en men‐
selijke of kunstmatige stemmen se‐ lecteren.
De aanwijzingen met menselijke stem
geven alleen vereenvoudigde bege‐
leiding terwijl de aanwijzingen met kunstmatige stem wegaanwijzingen
plus aanvullende informatie geven
(bijv. verkeersborden en verkeersin‐
formatie enz.).Stem uitschakelen
De gesproken aanwijzingen uitscha‐ kelen en alleen het kaartscherm voor
begeleiding gebruiken.Zet geluid uit
Al het geluid uitschakelen, inclusief gesproken aanwijzingen en waar‐
schuwingen enz.. Om het geluid weer
aan te zetten selecteert u Zet geluid
aan .Veiligheids-voorkeuren
Om geluidswaarschuwingen tijdens
het rijden in te schakelen (bijv. bij het
overschrijden van een ingestelde
snelheid of bij het naderen van scho‐len enz. ). Deze optie kan ook worden
gebruikt om de menu's te vereenvou‐
digen.Planningvoorkeuren
Er zijn vijf soorten planningsvoorkeu‐
ren waaruit kan worden gekozen. De
aanbevolen voorkeur is Snelste
route .
Na het selecteren van de plannings‐ criteria kunt u via het systeem de
functie IQ Routes™ activeren. Na het activeren plant deze functie de beste
route met inachtneming van de gel‐
dende maximumsnelheden.
Tolwegvoorkeuren: Nadat een be‐
stemming is ingevoerd, vraagt het
systeem u of u dit verzoek wilt veran‐ deren. Selecteer een van de 3 types
planningsvoorkeuren en sluit vervol‐
gens af met de rechter schermtoets ⌟.
Wegtypes: Selecteer voorkeuren
m.b.t. specifieke opbouw van de reis,
zoals onverharde wegen en veer‐
overtochten.Toon rijstrookbeelden
Bij het naderen van een belangrijke
afslag kan het systeem omschakelen
naar een close-up van de afslag meteen richtingspijl en wegwijzers. U
kunt deze functie naar keuze uitscha‐ kelen.Zoom automatisch
Tijdens begeleiding zoomt het display
geleidelijk in voor elke richtingsveran‐ dering. Indien gewenst, kan deze mo‐
dus worden uitgeschakeld.Toon NP op kaart
Om de nuttige plaatsen (NP's) te se‐
lecteren die op de kaart worden weer‐ gegeven.Beheer NP's
Nuttige plaatsen (NP's) of NP-cate‐
gorieën toevoegen, aanpassen of
verwijderen.Kies eenheden
Maateenheden: Selecteer Mijl of
Kilometer en selecteer vervolgens
OK met behulp van de schermtoets.
Klok : Selecteer een van de 3 weer‐
gaveopties voor de klok en selecteer
vervolgens OK met behulp van de tip‐
toets om naar de volgende stap te gaan.
102Navigatie●Tolheffing per keer (Aan/Uit)
● Veerboten (Aan/Uit)
● Carpoolstroken/auto's met hoge
bezettingsgraad (Aan/Uit)
● Onverharde wegen (Aan/Uit)
Druk zo nodig op Opties en
Standaardinstellingen herstellen om
elk van deze opties terug te zetten
naar de fabrieksinstellingen.
Daarnaast kunt u, wanneer de kaart
wordt getoond (geen routebegelei‐
ding actief), naar het menu Route-
instellingen gaan door op Opties te
drukken.
Raadpleeg (NAVI 50) "Displayweer‐
gave", "Kaartscherm" hierboven voor
meer informatie.
Routeplanningsmethode : Selecteer
Snel om de snelste route naar de in‐
gevoerde bestemming in te stellen. Deze methode gaat ervan uit dat de
auto op alle wegen de maximumsnel‐
heid aanhoudt of nadert.
Selecteer Kort om de kortste route in
te stellen en de totale afstand naar de ingevoerde bestemming tot een mini‐
mum te beperken.Selecteer Eco om een compromis
tussen de methodes voor de snelste
en kortste route in te stellen. De route die wordt voorgesteld, kan korter zijn
dan de snelste route, maar hij hoeft
niet veel langzamer te zijn.
Snelwegen : Snelwegen opnemen of
uitsluiten van het routeplan.
Schakel deze optie uit, als bijv. een
auto wordt gesleept of als het niet is
toegestaan om op de snelweg te rij‐
den.
Let op
Volg de voorschriften van het land
op waarin u rijdt.
Periodieke heffing : Wegen opnemen
of uitsluiten waarvoor een speciale li‐
centie moet worden aangeschaft voor bepaalde perioden.
Tolheffing per keer : Wegen opnemen
of uitsluiten waarvoor iedere keer een
tolheffing moet worden betaald.
Veerboten : Gebruik van veerboten,
schepen en treinen opnemen of uit‐
sluiten.Carpoolstroken/auto's met hoge
bezettingsgraad : Carpoolstroken en
rijstroken voor auto's met een mini‐ maal aantal inzittenden opnemen of
uitsluiten.
Onverharde wegen : Gebruik van on‐
verharde wegen opnemen of uitslui‐
ten, bijv. zand- of gravelwegen.Kaartinstellingen
Selecteer Kaartinstellingen om het
volgende op te roepen:
● Weergavemodus (3D/2D/2D
noord)
2D noord is beschikbaar afhan‐
kelijk van de versie.
● Gezichtspunt (Laag/Normaal/
Hoog)
● Weergave snelweg (Aan/Uit)
● NP-markeringen
Daarnaast kunt u, wanneer de kaart
wordt getoond (geen routebegelei‐
ding actief), naar het menu
Kaartinstellingen gaan door op
Opties te drukken.
Raadpleeg (NAVI 50) "Displayweer‐
gave", "Kaartscherm" hierboven voor
meer informatie.
Navigatie103Weergavemodus: Selecteer
Weergavemodus om de standaard‐
kaartmodus te wisselen tussen een 2D-weergave van boven naar bene‐
den, een 3D-perspectiefweergave en
een 2D-weergave waarbij noord altijd
naar boven is gericht.
Daarnaast kunt u op de kompas op de kaart drukken om te wisselen tussende kaartweergavemodi.
Gezichtspunt : Selecteer
Gezichtspunt om het gezichtspunt
van de kaart te verhogen of te verla‐ gen.
Daarnaast kunt u, wanneer de kaart
wordt weergegeven (de routebegelei‐
ding is niet actief), op ⇧ of ⇩ drukken
om het gezichtspunt van de kaart te
verhogen of te verlagen. Ze worden
grijs weergegeven wanneer de maxi‐
mumstand wordt bereikt.
Weergave snelweg : Selecteer
Weergave snelweg om de weergave
van verkeersknooppunten in of uit te
schakelen voor routebegeleiding.
Raadpleeg (NAVI 50) "Displayweer‐
gave", "Kaartscherm" hierboven voor meer informatie.NP-markeringen : Selecteer l naast
NP-markeringen om een lijst van de
typen nuttige plaatsen (NP) weer te
geven.
Gebruik dit scherm om markeringen
voor bepaalde NP-typen op de kaart in of uit te schakelen (tonen of ver‐
bergen op de kaart), zoals verblijf,
luchthaven, café of bar.
Selecteer een NP-type om een lijst
met subcategorieën ervan te openen
en afzonderlijke subcategorieën in of
uit te schakelen.
Let op
Afhankelijk van het zoomniveau zul‐
len de nuttige plaatsen op de kaart
zichtbaar zijn.Steminstellingen
Selecteer Steminstellingen om de
taal van de stembegeleiding te wijzi‐
gen.
Blader door de lijst met talen met R/
S , selecteer vervolgens een taal en
druk op OK om de selectie te beves‐
tigen.Notatie coördinaten
Selecteer Notatie coördinaten om de
notatie van coördinateninvoer te wij‐ zigen in een van de volgende opties:
● DD.DDDDD
● DD MM.MMM
● DD MM SS.SGps
Selecteer GPS om de GPS-informa‐
tie te bekijken, bijv. beschikbare sa‐
tellieten, hun locatie en signaal‐
sterkte.Kaartupdate
Selecteer Kaartupdate om de vol‐
gende digitale kaartinhoud en de
nieuwste update-informatie weer te
geven.
● Aandachtspunten
● Weergave kruispunten
● Kaarten
● Plaatsen
● Voorbewerkt wegennet
Navigatie109Nadat u de bestemming hebt inge‐
voerd, moet u 10 seconden wachten tot het aftellen is voltooid of op OK
drukken om direct met de routebege‐
leiding te beginnen.Voer een adres in
Selecteer Adres en voer het adres ge‐
deeltelijk of in zijn geheel in, bijv.
● Land
● Plaats
● Straatnaam
● Nummer
● Kruising
Let op
U kunt adressen alleen volledig in‐
voeren als ze door het navigatiesys‐
teem worden herkend.
Wanneer u een adres de eerste keer
invoert, druk dan op Land en gebruik
het toetsenbord om de naam van het
gewenste land in te voeren. In plaats
daarvan kunt u ook het pictogram ó
voor de vervolgkeuzelijst gebruiken
en het gewenste land selecteren.Let op
Wanneer u een adres invoert, kun‐
nen bepaalde letters en nummers
niet geselecteerd worden (grijs
weergegeven), uitgaande van de
adressen die door het navigatiesys‐ teem worden herkend.
Ga op dezelfde wijze te werk om
Plaats , Straat , Huisnummer en
Kruising in te voeren.
Het adres wordt automatisch voor la‐
ter gebruik in het geheugen opgesla‐
gen.
Ga voor bediening van het toet‐
senbord naar ((NAVI 50)) "Toetsen‐
borden op het display bedienen" in
het hoofdstuk "Gebruik" 3 85.
Let op
Huisnummers en Kruisingen zijn pas
beschikbaar nadat een Straat is in‐
gevoerd.
Wanneer u een Straat invoert, is het
niet nodig om het wegtype te speci‐ ficeren (straat, laan, boulevard
enz.).Nuttige plaatsen (NP) selecteren
U kunt nuttige plaatsen als bestem‐
ming selecteren met behulp van de
volgende zoekopties:
● Vooringestelde NP-lijst
● NP-categorieën
● NP snel zoeken met de kaartVooringestelde NP-lijst
Selecteer Nuttige plaatsen om uit de
vaak gebruikte vooringestelde lijst
met categorieën te kiezen (bijv. tank‐
station, parkeren, restaurant).NP-categorieën
Selecteer Nuttige plaatsen , gevolgd
door Aangepaste zoekactie om een
keuze te maken uit de lijst met cate‐ gorieën en subcategorieën.
Het zoeken naar nuttige plaatsen ver‐ schilt, afhankelijk van de huidige situ‐ atie:
● Als de routebegeleiding actief is, worden nuttige plaatsen voor
Tankstations en Restaurants
langs de route gezocht, terwijl nuttige plaatsen voor Parkeren
juist bij de bestemming worden
gezocht.
112NavigatieGa voor bediening van het toet‐
senbord naar ((NAVI 50)) "Toetsen‐
borden op het display bedienen" in
het hoofdstuk "Gebruik" 3 85.
Favoriet verwijderen
Nadat een favoriet geselecteerd is,
drukt u op Opties voordat u routebe‐
geleiding start, gevolgd door Favoriet
verwijderen en bevestigt u de verwij‐
dering.
Om alle favoriete bestemmingen te
verwijderen, selecteert u het menu
Bestemming en dan Favorieten , ge‐
volgd door Opties en vervolgens Alles
verwijderen en bevestigt u de verwij‐
dering.
NAVI 80 - Invoer van de
bestemming
Bestemming selecteren
Druk in de startpagina op MENU, ge‐
volgd door Navigatie en Rijd naar...
op het displayscherm.
Selecteer een bestemming uit de on‐
derstaande opties op het display:
● Naar huis
● Opgeslagen locaties●Adres
● Recente bestemmingen
● Lokale zoekfunctie /TomTom-
plaatsen
● Laadstation (niet in gebruik)
● Nuttige plaats
● Locatie op de kaart
● Breedte- en lengtegraadNaar huis
Begeleidt u naar uw thuisadres.
Om uw thuisadres op te slaan vanuit
de startpagina, drukt u op MENU, ge‐
volgd door Navigatie en Instellingen
op het displayscherm.
Selecteer Thuislocatie instellen en
voer een adres in.
Raadpleeg (NAVI 80) "Navigatiesys‐
teem instellen" in het hoofdstuk "Ge‐
bruik" 3 85.Opgeslagen locaties
Maak een keuze uit een lijst met eer‐
der opgeslagen bestemmingen.Om vanuit de startpagina opgeslagen
bestemmingen te verwijderen of te
hernoemen, drukt u op MENU, ge‐
volgd door Navigatie en Instellingen
op het displayscherm.
Selecteer vervolgens Opgeslagen
locaties beheren en update zo nodig
de geselecteerde bestemming.
Raadpleeg (NAVI 80) "Navigatiesys‐
teem instellen" in het hoofdstuk "Ge‐
bruik" 3 85.Adres
Voer het adres of een deel ervan in
met behulp van het toetsenbord, bijv.:
● Land
● Postcode
● Plaats/stad
● Straatnaam
● Huisnummer
Let op
U kunt adressen alleen volledig in‐
voeren als ze door het navigatiesys‐ teem worden herkend.
Navigatie113Wanneer u de eerste keer een adres
invoert, wordt het land van de be‐
stemming gevraagd. Gebruik het
toetsenbord om de naam van het be‐
treffende land in te voeren.
Tijdens de invoer kunnen suggesties
op het display verschijnen. Druk
hierop om een bestemming op het
display te selecteren, of druk op Lijst
om naar de volledige lijst voor het hui‐
dige deel van het adres te gaan.
Let op
Wanneer u een adres invoert, kun‐
nen bepaalde letters en nummers
niet geselecteerd worden (grijs
weergegeven), uitgaande van de
adressen die door het navigatiesys‐
teem worden herkend.
Ga op dezelfde wijze te werk om een Postcode of gegevens voor de
Plaats/stad , Straat en Huisnummer in
te voeren.
Het adres wordt automatisch voor la‐
ter gebruik in het geheugen opgesla‐
gen.Ga voor bediening van het toet‐
senbord naar (NAVI 80) "Toetsenbor‐ den op het display bedienen" in het
hoofdstuk "Gebruik" 3 85.Recente bestemmingen
Maak een keuze uit een lijst met vo‐
rige bestemmingen die automatisch
zijn opgeslagen.Lokale zoekfunctie/
TomTom-plaatsen
Selecteer een nuttige plaats (NP) in
de buurt door trefwoorden in te voe‐
ren met het toetsenbord.
Let op
Deze functie is alleen beschikbaar als u zich abonneert op LIVE-servi‐
ces.
Ga voor meer informatie naar
(NAVI 80) "LIVE-services" in het
hoofdstuk "Gebruik" 3 85.Nuttige plaats
U kunt nuttige plaatsen als bestem‐
ming selecteren met behulp van de
volgende zoekopties:
● NP-categorieën: Selecteer een NP-categorie
(zoals een tankstation, restau‐rant of parkeerplaats) en selec‐
teer vervolgens het zoekgebied
(bijv. NP in de buurt , NP in de
stad of NP thuis ).
Voer de plaats-/stadsnaam in en
druk op Gereed om de selectie te
bevestigen.
● NP-namen: Voer de naam van de nuttige
plaats in en begin de zoekop‐
dracht.Locatie op de kaart
Selecteer een bestemming met be‐
hulp van de digitale kaart.
Om de kaart te verschuiven, sleept u
de cursor in de gewenste richting.
Vervolgens bevestigt u de locatie als de bestemming.Breedte- en lengtegraad
Voer de coördinaten van de bestem‐
ming in.
Bevestig de bestemming
Wanneer een bestemming is gese‐
lecteerd, verschijnt de route op de
kaart en wordt er een route-overzicht
gegeven onder het tabblad y.
114NavigatieDruk op het tabblad LIVE voor actuele
verkeersinformatie. Ga voor meer in‐
formatie naar (NAVI 80) "LIVE-servi‐
ces" in het hoofdstuk "Gebruik" 3 85.
Druk op Gereed om de route te be‐
vestigen.
Voeg favoriet toe en sla hem opToevoegen aan opgeslagen locaties Druk in de startpagina op MENU, ge‐
volgd door Navigatie en Rijd naar...
op het displayscherm.
Selecteer Recente bestemmingen en
kies een bestemming uit de lijst.
Druk op < (om een pop-upmenu te
openen), selecteer Toevoegen aan
opgeslagen locaties , geef een naam
aan de bestemming met behulp van
het toetsenbord en druk op Volgende.
Er verschijnt een bericht waarin wordt gevraagd of het adres als thuisadres
moet worden ingesteld. Selecteer Ja
of Nee . Er verschijnt een bericht om
te bevestigen dat het adres is opge‐
slagen.Favoriet toevoegen
Druk op de startpagina op f om het
menu Favorieten te openen en selec‐
teer Navigatie .
Druk op < (om een pop-upmenu te
openen) en selecteer Favoriet
toevoegen om een opgeslagen be‐
stemming als favoriet in te stellen.
Maak een keuze uit de lijst om een
opgeslagen bestemming toe te voe‐
gen aan de favorieten.
Ga voor meer informatie naar
(NAVI 80) "Favorieten" in het hoofd‐
stuk "Inleiding" 3 25.
Favoriet verwijderen
Druk op de startpagina op f om het
menu Favorieten te openen en selec‐
teer Navigatie .
Druk op < en selecteer Alle favorieten
verwijderen of selecteer een favoriet
uit de lijst en druk vervolgens op
Favoriet verwijderen . Er verschijnt
een bevestiging. Druk op
Verwijderen om te bevestigen.
Ga voor meer informatie naar
(NAVI 80) "Favorieten" in het hoofd‐
stuk "Inleiding" 3 25.Begeleiding
Route-informatie CD35 BT USB NAVI - Route-
informatie
Om de route te bekijken voordat de begeleiding begint, selecteert u Toon
route nadat een bestemming is inge‐
voerd.
Selecteer de routegegevens met de
volgende opties:Toon als tekst
Toont de routeplanning. Er verschij‐
nen verschillende routegegevens:
● pijlen die richtingsveranderingen aangeven
● wegtypes
● straatnamen
● afstand voor een splitsingToon als afbeeldingen
Toont wijzigingen in richtingen als af‐
beeldingen.Toon routekaart
Toont de kaart van de route.
116NavigatieLet op
Deze opties zijn ook tijdens de rou‐
tebegeleiding toegankelijk als u op
het gedeelte "Ritinformatie" van het
displayscherm drukt (bijv. verwachte aankomsttijd en totale resterende af‐
stand).
Raadpleeg (NAVI 50) "Displayweer‐
gave" in het hoofdstuk "Gebruik"
3 85.Navigatie simuleren
Met deze functie krijgt u snel een
beeld van de voorgestelde route.
U hebt de volgende opties:r:Routesimulatie starten
of pauzerenf:Naar vorige ma‐
noeuvree:Naar volgende ma‐
noeuvre1x / 4x / 8x:Snelheid van de route‐
simulatie verhogenr / q:Terug naar vorige
schermNAVI 80 - Route-informatie
Om de route te bekijken voordat de
begeleiding begint, drukt u op < (om
een pop-upmenu te openen), en se‐
lecteert u Details route nadat een be‐
stemming is ingevoerd.
U hebt de volgende opties: ● Aanwijzingen weergeven :
Toont de routeplanning.
De volgende gegevens verschij‐
nen:
● pijlen die richtingsverande‐ ringen aangeven
● wegtypes
● straatnamen
● afstand tot een wegsplitsing (km/mijl)
● Routekaart weergeven :
Een kaart van de route bekijken.
● Routedemo weergeven :
Een demonstratie van de route bekijken.
● Route-overzicht :
Terug naar het vorige scherm.
De gegevens van de reistijd, de
afstand en het rittype wordenweergegeven. Raadpleeg
(NAVI 80) "IQ routes™" in het
hoofdstuk "Invoer van de be‐
stemming" 3 105.
● Bestemming weergeven :
Bekijk richtingswijzigingen als af‐ beeldingen.
● Verkeer op route weergeven :
Er verschijnt een overzicht van
alle verkeersincidenten die van
invloed zijn op de huidige reis, in‐
clusief een gedetailleerde weer‐
gave van de afzonderlijke inci‐
denten.
Indien u op de LIVE-services
bent geabonneerd, biedt het tab‐ blad "Live" een gedetailleerder
overzicht van de reis (bijv. met
vertragingen, vaste en mobiele
snelheidscontroles).
Ga voor meer informatie naar
(NAVI 80) "LIVE-services" in het
hoofdstuk "Gebruik" 3 85.