116Rijden en bedieningRijden en bedieningRijtips......................................... 116
Economisch rijden ...................116
Controle over de auto ..............117
Sturen ...................................... 117
Starten en bediening .................118
Nieuwe auto inrijden ................118
Contactslotstanden ..................118
Aan/Uit-knop ............................ 118
Motor starten ........................... 120
Regeling stationair toerental ....121
Motor afzetten ......................... 121
Uitrol-brandstofafsluiter ...........122
Stop/Start-systeem ..................122
Parkeren .................................. 124
Uitlaatgassen ............................. 125
Roetfilter .................................. 125
Katalysator .............................. 125
AdBlue ..................................... 126
Handgeschakelde versnellings‐
bak ............................................. 130
Remmen .................................... 131
Antiblokkeersysteem ...............131
Handrem .................................. 132
Remassistentie ........................132
Hellingrem ............................... 132Rijregelsystemen.......................133
Traction Control .......................133
Elektronisch stabiliteitsprogramma (ESP) .. 134
Bestuurdersondersteuningssys‐
temen ......................................... 136
Cruise control .......................... 136
Snelheidsbegrenzer ................139
Parkeerhulp ............................. 139
Achteruitkijkcamera .................141
Brandstof ................................... 143
Brandstof voor dieselmotoren . 143
Tanken .................................... 143
Brandstofverbruik - CO 2-uitstoot
........................... 144
Trekhaak .................................... 145
Algemene informatie ...............145
Rijgedrag en aanhangertips ....145
Aanhanger trekken ..................146
Aanhangerstabilisatie ..............146Rijtips
Economisch rijden
Modus ECO De ECO-modus is een functie voor
een optimaal brandstofverbruik. Deze
is van invloed op het motorvermogen
en het koppel, het acceleratievermo‐
gen, de schakelindicatie, de verwar‐
ming, de airconditioning en de
stroomverbruikers.
Inschakelen
132Rijden en bedieninger een storing in het ABS. Controle‐lamp F 3 88 kan ook oplichten op de
instrumentengroep samen met een
bijbehorend bericht op het Driver In‐
formation Center (DIC). Het remsys‐
teem blijft zonder ingrepen van het
ABS werken.9 Waarschuwing
Bij een defect aan het ABS kunnen
de wielen bij krachtig remmen de
neiging hebben te blokkeren. De
voordelen van het ABS vallen dan
weg. De auto is bij een noodstop mogelijk niet meer bestuurbaar en kan uitbreken.
Als controlelampen u, F , R 3 88 en
C 3 88 branden, is er een storing in
het remsysteem. Er verschijnt ook
een bijbehorend bericht op het DIC
3 92. Laat de oorzaak van de storing
door een werkplaats verhelpen.
Boordinformatie 3 93.
Handrem9 Waarschuwing
Handrem altijd zonder indrukken
van de ontgrendelingsknop stevig
aantrekken, op op- of aflopende
hellingen altijd zo stevig mogelijk.
Om de handrem los te zetten, de
handremhendel iets optillen, de
ontgrendelingsknop indrukken en
de hendel helemaal omlaagzet‐
ten.
Trap om minder kracht te hoeven
uitoefenen bij het aantrekken van
de handrem tegelijkertijd het rem‐ pedaal in.
Controlelamp R 3 88.
Parkeren 3 124.
Remassistentie Bij het snel en krachtig intrappen van
het rempedaal wordt automatisch met de maximale remkracht (noodstop)
geremd.
De druk op het rempedaal niet ver‐
minderen, zolang er maximaal ge‐ remd moet worden. Bij het loslaten
van het rempedaal wordt de rem‐
kracht automatisch verminderd.
Tijdens een Autostop is remassisten‐
tie niet beschikbaar.
Stop-startsysteem 3 122.
Hellingrem Het systeem helpt ongewilde bewe‐
ging te voorkomen wanneer u vanop
een helling vertrekt.
211Lichtschakelaar ............................ 98
Lichtsignaal .................................. 99
Luchtinlaat ................................. 114
Luchtrecirculatie .................105, 181
M
Maximumsnelheidsbegrenzer ....139
Meldingen ..................................... 93
Meters........................................... 82
Mistachterlicht .......91, 98, 101, 161
Mistlamp ...................................... 91
Mistlampen ................... 98, 101, 158
Mistlampen voor ........................101
Modus ECO ................................ 116
Momentsleutel ............................ 167
Motoraanduiding .........................191
Motor afzetten ............................ 121
Motorgegevens .......................... 193
Motor-ID...................................... 191
Motorkap .................................... 149
Motorluchtfilter ............................ 151
Motorolie ............150, 188, 192, 201
Motorolieadditieven ....................188
Motoroliedruk ............................... 90
Motoroliepeil ................................ 94
Motorolieviscositeitsindexen .......188
Motor starten ........................ 17, 120
Muntenhouder .............................. 68N
Neerklapbare rugleuning midden. 69
Nieuwe auto inrijden ..................118
O Obstakeldetectiesystemen .........139
Octaangetal ................................ 193
Olie ............................................. 150
Oliedruk ........................................ 90
Olie, motor .................. 150, 188, 192
Ontwasemen en ontdooien ..........15
Opbergruimte................................ 68
Opbergruimte plafond ..................71
Opbergruimte voor........................ 69
Opbergvak .................................... 70
Opbergvakken .............................. 68
Opbergvakken instrumentenpaneel ..................68
Opbergvak onder passagiersstoel 70
Opschakelen................................. 89 Opwarmen van de turbomotor ....120
Overzicht instrumentenpaneel .....10
P Panne ......................................... 181
Parkeerhulp ............................... 139
Parkeerrem - zie Handrem .........132
Parkeren .............................. 18, 124
Park pilot met ultrasoonsensoren 139
Partikelfilter ................................. 125Passagiersstoel middenvoor
neerklappen .............................. 46
Pollenfilter .................................. 114
Portieren ....................................... 30
Portier open ................................. 92
Portiersloten ................................. 24
Profieldiepte ............................... 172
R Radiofrequentie-identificatie (RFID) ..................................... 206
Regelbare instrumentenverlichting ...........101
Regeling stationair toerental .......121
Registratie van voertuigdata en privacy ..................................... 205
Remassistentie .......................... 132
Rem- en koppelingsvloeistof ......188
Remmen ............................ 131, 153
Remsysteem ................................ 88
Remvloeistof .............................. 153
Reservewiel ............................... 178
Reservewielbevestiging ..............167
Richtingaanwijzer ........................86
Richtingaanwijzers ..................... 100
Richtingaanwijzers vooraan ......158
Ritverslag...................................... 94
Roetfilter .................................... 125
Rugleuning neerklappen .............46
Ruimte voor lang materiaal........... 70