Page 217 of 243

Service en onderhoud215Service en
onderhoudAlgemene informatie ..................215
Service-informatie ...................215
Aanbevolen vloeistoffen, smeer‐ middelen en onderdelen ............216
Aanbevolen vloeistoffen en smeermiddelen .......................216Algemene informatie
Service-informatie
Het is voor de bedrijfs- en verkeers‐ veiligheid en voor het behoud van de
waarde van uw auto belangrijk dat
alle servicewerkzaamheden met de
voorgeschreven intervallen worden
uitgevoerd.
Het uitgebreide bijgewerkte service‐
schema voor uw auto is beschikbaar in de werkplaats.
Servicedisplay 3 81.
Europese service-intervallen
Aan het voertuig moet om de
30.000 km onderhoud gepleegd wor‐
den, of na 1 jaar, wat het eerst voor‐
komt, tenzij anders vermeld op het
service-display.
Bij een zwaardere belasting, bijv. bij taxi's en politievoertuigen, geldt wel‐licht een korter onderhoudsinterval.
De Europese service-intervallen gel‐
den voor de volgende landen:Andorra, België, Bosnië-Herzego‐
vina, Bulgarije, Cyprus, Denemarken,
Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Groenland, Groot-Brit‐
tannië, Hongarije, Ierland, IJsland,
Italië, Kroatië, Letland, Liechtenstein, Litouwen, Luxemburg, Macedonië,
Malta, Monaco, Montenegro, Neder‐
land, Noorwegen, Oostenrijk, Polen,
Portugal, Roemenië, San Marino,
Servië, Slovenië, Slowakije, Spanje,
Tsjechische Republiek, Zweden,
Zwitserland.
Servicedisplay 3 81.
Internationale service-intervallen
Aan het voertuig moet om de
15.000 km onderhoud gepleegd wor‐
den, of na 1 jaar, wat het eerst voor‐
komt, tenzij anders vermeld op het
service-display.
De internationale service-intervallen
gelden voor de landen die niet tot de
groep behoren waarvoor de Euro‐
pese service-intervallen werden op‐
gesteld.
Servicedisplay 3 81.
Page 218 of 243

216Service en onderhoudRegistraties
Uitgevoerde service wordt geregi‐ streerd op de daarvoor bestemde
plaatsen in het Service- en garantie‐
boekje. De datum en afgelezen kilo‐
meterstand worden bevestigd met
stempel en handtekening van de uit‐
voerende werkplaats.
Zorg ervoor dat het Service- en ga‐
rantieboekje correct wordt ingevuld,
omdat een sluitend bewijs van ser‐
vice essentieel is bij aanspraken op
garantie of goodwill en tevens een
pluspunt is bij verkoop van de auto.
Service-interval met resterende
levensduur van motorolie
De service-interval is gebaseerd op
diverse parameters afhankelijk van
het gebruik.
Het service-display meldt wanneer de motorolie moet worden ververst.
Servicedisplay 3 81.Aanbevolen
vloeistoffen,
smeermiddelen en
onderdelen
Aanbevolen vloeistoffen en smeermiddelen
Gebruik uitsluitend producten die aan de aanbevolen specificaties voldoen.9 Waarschuwing
Bedrijfsvloeistoffen zijn gevaarlijk
en mogelijk giftig. Voorzichtig han‐ teren. Informatie op de verpakking in acht nemen.
Motorolie
Motorolie wordt ingedeeld op basis
van de kwaliteit en de viscositeit. Bij
de keuze van motorolie is kwaliteit be‐
langrijker dan viscositeit. Door de
oliekwaliteit blijft o.a. de motor
schoon, is de slijtage minimaal en
veroudert de olie minder snel. De vis‐
cositeit geeft informatie over de dikte
van de olie bij diverse temperaturen.
Dexos is de nieuwste kwaliteit motor‐ olie, en biedt optimale bescherming
voor benzine- en dieselmotoren. In‐ dien deze niet voorhanden is moetmotorolie van een andere gerenom‐
meerde kwaliteit worden gebruikt.
Aanbevelingen voor benzinemotoren
zijn ook geldig voor motoren met de
brandstoffen Compressed Natural
Gas (CNG), Liquified Petroleum Gas
(LPG) en Ethanol (E85).
Kies de juiste motorolie op basis van
zijn kwaliteit en de minimale omge‐
vingstemperatuur 3 220.
Motorolie bijvullen
Motoroliesoorten van verschillende
fabrikanten en merken kunnen wor‐
den gemengd zolang ze voldoen aan
de vereiste motoroliecriteria kwaliteit
en viscositeit.
Het gebruik van motorolie met alleen
de kwaliteit ACEA A1/B1 of alleen A5/ B5 is verboden, omdat deze onder
bepaalde omstandigheden langdu‐
rige motorschade kan veroorzaken.
Kies de juiste motorolie op basis van zijn kwaliteit en de minimale omge‐
vingstemperatuur 3 220.
Page 219 of 243

Service en onderhoud217Extra motorolieadditieven
Het gebruik van extra motorolieaddi‐
tieven kan schade tot gevolg hebben
en de garantie ongeldig maken.
Motorolieviscositeitswaarden
De SAE-viscositeitswaarde geeft in‐
formatie over de dikte van de olie.
Multigrade-olie wordt geklasseerd
door twee cijfers, bijv. SAE 5W-30.
Het eerste cijfer, gevolgd door een W,
geeft de viscositeit bij lage tempera‐
turen, het tweede cijfer de viscositeit
bij hoge temperaturen aan.
Selecteer de betreffende viscositeits‐
index afhankelijk van de minimumom‐ gevingstemperatuur 3 220.
Alle aanbevolen viscositeitswaarden
zijn geschikt voor hoge omgevings‐
temperaturen.
Koelvloeistof en antivries Alleen silicaatvrije antivries voor long‐
life-koelvloeistof (LLC) gebruiken. De hulp van een werkplaats inroepen.
Het systeem is af fabriek afgevuld
met koelvloeistof voor optimale cor‐
rosiebescherming en vorstbescher‐
ming tot een temperatuur van ca.–28 °C . In noordelijke landen met ex‐
treem lage temperaturen biedt de af
fabriek bijgevulde koelvloeistof vor‐
stbescherming tot ca. –37 °C. Deze
concentratie dient het gehele jaar in
stand te worden gehouden. Extra
koelvloeistofadditieven die bedoeld zijn om extra corrosiebestendigheid
te bieden of om kleine lekken te dich‐ ten kunnen functiestoringen veroor‐zaken. Aansprakelijkheid voor even‐
tuele gevolgen van het gebruik van
extra koelvloeistofadditieven wordt
niet aanvaard.
Rem- en koppelingsvloeistof
Remvloeistof absorbeert na verloop
van tijd vocht waardoor de remmen
minder efficiënt werken. De remvloei‐ stof moet daarom na het aangegeven interval worden ververst.
Page 220 of 243
218Technische gegevensTechnische
gegevensVoertuigidentificatie ...................218
Voertuigidentificatienummer ....218
Typeplaatje .............................. 219
Motor-ID .................................. 219
Autogegevens ............................ 220
Aanbevolen vloeistoffen en smeermiddelen .......................220
Motorgegevens ........................223
Prestaties ................................ 225
Voertuiggewicht .......................226
Afmetingen auto ......................227
Inhouden ................................. 228
Bandenspanningswaarden ......229Voertuigidentificatie
Voertuigidentificatienum‐mer
Het voertuigidentificatienummer staat op het typeplaatje en is bovendien in
de bodemplaat onder de vloerbedek‐
king, onder een afdekking geslagen.
Het voertuigidentificatienummer kan
op het instrumentenpaneel zijn ge‐
perst, zichtbaar door de voorruit, of in
de motorruimte op het rechter carros‐
seriepaneel.
Page 221 of 243

Technische gegevens219Typeplaatje
Het typeplaatje is aangebracht in de
linker of rechter voorportieropening.
Gegevens op het typeplaatje:1:fabrikant2:typegoedkeuringsnummer3:voertuigidentificatienummer4:toegelaten totaal voertuiggewicht
in kg5:toegelaten totaal treingewicht
in kg6:maximale toegelaten belading
van de vooras in kg7:maximale toegelaten belading
van de achteras in kg8:gegevens die specifiek zijn voor
de auto of voor het land waarin de auto wordt gebruikt
De som van de voor- en achterasbe‐
lasting mag niet groter zijn dan het
maximale totaalgewicht van de auto.
Indien bijv. de vooras maximaal wordt
belast, mag de achteras slechts met
een gewicht worden belast dat gelijk is aan het maximaal toelaatbare to‐
taalgewicht verminderd met de voor‐
asbelasting.
Deze technische gegevens zijn sa‐
mengesteld volgens EU-normen. Wij‐
zigingen voorbehouden. Specifica‐
ties in de voertuigdocumenten preva‐
leren altijd boven die in deze handlei‐
ding.
Motor-ID In de tabellen met technische gege‐vens wordt de motoraanduiding ge‐
hanteerd. In de motorgegevenstabel
staat ook de productiecode. Motorge‐ gevens 3 223.
Voor het bepalen van de betreffende
motor kunt u de EEG-conformiteits‐
verklaring die bij uw auto is geleverd,
of andere landelijke registratiedocu‐
menten raadplegen.
Op de conformiteitsverklaring staat
de motoraanduiding, op andere na‐
tionale papieren kan de productie‐
code staan. Meet de zuigerverplaat‐
sing en het motorvermogen om de betreffende motor te bepalen.
Page 222 of 243
220Technische gegevensAutogegevensAanbevolen vloeistoffen en smeermiddelen
Europees serviceschema Vereiste motoroliekwaliteitAlle Europese landen met Europees onderhoudsinterval 3 215MotoroliekwaliteitBenzinemotoren
(met inbegrip van CNG, LPG, E85)dexos 1–dexos 2✔
Wanneer er geen dexos-kwaliteit beschikbaar is, kunt u één keer tussen olieverversingen max. één liter motorolie van de
kwaliteit ACEA C3 bijvullen.
Motorolieviscositeitswaarden
Alle Europese landen met Europees onderhoudsinterval 3 215OmgevingstemperatuurBenzine- en dieselmotorentot –25 °CSAE 5W-30 of SAE 5W-40onder –25 °CSAE 0W-30 of SAE 0W-40
Page 223 of 243
Technische gegevens221Internationaal serviceschema
Vereiste motoroliekwaliteitAlle landen met internationaal onderhoudsinterval 3 215MotoroliekwaliteitBenzinemotoren
(met inbegrip van CNG, LPG, E85)dexos 1✔dexos 2✔
Wanneer er geen dexos-kwaliteit beschikbaar is, kunt u de onderstaande oliekwaliteiten gebruiken:
Alle landen met internationaal onderhoudsinterval 3 215MotoroliekwaliteitBenzinemotoren
(met inbegrip van CNG, LPG, E85)GM-LL-A-025✔GM-LL-B-025–Alle landen met internationaal onderhoudsinterval 3 215MotoroliekwaliteitBenzinemotoren
(met inbegrip van CNG, LPG, E85)ACEA A3/B3✔ACEA A3/B4✔ACEA-C3✔
Page 224 of 243
222Technische gegevensAlle landen met internationaal onderhoudsinterval 3 215API SM✔API SN bronbehoud✔
Motorolieviscositeitswaarden
Alle landen met internationaal onderhoudsinterval 3 215OmgevingstemperatuurBenzine- en dieselmotorentot –25 °CSAE 5W-30 of SAE 5W-40onder –25 °CSAE 0W-30 of SAE 0W-40tot –20 °CSAE 10W-30 1)
of SAE 10W-40 1)1)
Toegestaan, maar gebuik van SAE 5W-30 of SAE 5W-40 met dexos-kwaliteit is aanbevolen.