2016 OPEL ADAM Gebruikershandleiding (in Dutch)

Page 129 of 243

OPEL ADAM 2016  Gebruikershandleiding (in Dutch) Klimaatregeling127Onderhoud
Luchtinlaat
De luchtinlaat naar de motorruimte
onder aan de voorkant van de voorruit
moet voor voldoende luchttoevoer
vrijgehouden worden. Bladeren, vuil
of sneeuw verwijde

Page 130 of 243

OPEL ADAM 2016  Gebruikershandleiding (in Dutch) 128Rijden en bedieningRijden en bedieningRijtips......................................... 128
Controle over de auto ..............128
Sturen ...................................... 129
Starten en bedie

Page 131 of 243

OPEL ADAM 2016  Gebruikershandleiding (in Dutch) Rijden en bediening129Gebruik alleen vloermatten die goed
passen en met de houders aan be‐
stuurderszijde bevestigd zijn.
Sturen
Als de stuurbekrachtiging niet meer werkt doordat de motor stopt of d

Page 132 of 243

OPEL ADAM 2016  Gebruikershandleiding (in Dutch) 130Rijden en bediening● elektrisch bediende ruiten
● stekkerdozen
● elektrisch zonnedak
Het Infotainmentsysteem blijft van
stroom voorzien en zal 30 minuten
blijven werken of tot de sleutel uit

Page 133 of 243

OPEL ADAM 2016  Gebruikershandleiding (in Dutch) Rijden en bediening131Uitrol-brandstofafsluiterDe brandstoftoevoer wordt automa‐
tisch afgesloten bij overtoeren, d.w.z.
bij het tijdens het rijden loslaten van
het gaspedaal met een ingescha‐
kel

Page 134 of 243

OPEL ADAM 2016  Gebruikershandleiding (in Dutch) 132Rijden en bedieningMelding
Een Autostop wordt door de naald
aangegeven bij de  AUTOSTOP-
stand in de toerenteller.
Tijdens een Autostop blijven de ver‐
warmings- en remfunctie behouden.
Voorwaard

Page 135 of 243

OPEL ADAM 2016  Gebruikershandleiding (in Dutch) Rijden en bediening133Als de keuzehendel uit neutraal is ge‐
haald voordat u de koppeling hebt be‐
diend, gaat het lampje  - branden of
wordt het als symbool weergegeven
op het Driver Information

Page 136 of 243

OPEL ADAM 2016  Gebruikershandleiding (in Dutch) 134Rijden en bedieningSchakel als de auto op een af‐
lopende helling staat de achter‐
uitversnelling in voordat u de
contactsleutel lostrekt. Boven‐
dien de voorwielen naar de
stoeprand toedraai