OPMERKING
lOm te voorkomen dat de accu
uitgeput raakt, de audio-installatie
niet gedurende langere tijd aan laten
staan terwijl de motor niet draait.
lAls een mobiele telefoon of een CB
radio in of bij de auto wordt
gebruikt, kan dit tot gevolg hebben
dat de audio-installatie storing te
horen geeft, dit duidt er echter niet
op dat de installatie defect is.
Geen vloeistof op de audio-installatie
morsen.
Geen andere voorwerpen dan CD's naar
binnen in de gleuf steken.
qRadio-ontvangst
AM karakteristieken
AM signalen buigen rondom obstakels als
gebouwen en bergen en worden door de
ionosfeer weerkaatst.
Dit is de reden waarom deze signalen
langere afstanden kunnen overbruggen
dan FM signalen.
Echter dit kan ook tot gevolg hebben dat
twee zenders tegelijk op dezelfde
frequentie ontvangen worden.
IonosfeerIonosfeer
Zender 2 Zender 1 Ionosfeer
FM karakteristieken
Het bereik van een FM zender strekt zich
gewoonlijk uit over een afstand van
ongeveer 40―50 km vanaf de bron.
Aangezien voor FM stereo-uitzendingen
een extra codering nodig is om het geluid
in twee kanalen te splitsen, is het bereik
ervan zelfs nog korter dan dat van mono
(niet-stereo) FM uitzendingen.
FM zender
40—50 km
5-16
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
lDe bestandsextensie is mogelijk niet
aanwezig, afhankelijk van het
besturingssysteem van de computer,
versie, software of instellingen. Voeg in
dit geval de bestandsextensie“.ogg”
toe aan het einde van de bestandsnaam
en schrijf deze vervolgens op de disc.
qBedieningstips voor USB apparaat
Dit apparaat geeft audiobestanden als
volgt weer:
ExtensieAfspelen met dit
apparaat
.mp3 MP3
.wma WMA
.aac
AAC .m4a
.wav
*1
.ogg*1OGG
*1 Type C/Type D
OPGELET
Gebruik geen audiobestandsextensie
voor andere bestanden dan
audiobestanden. Ook de
audiobestandsextensie niet veranderen.
Anders zal het apparaat het bestand niet
correct herkennen wat ruis of een defect
kan veroorzaken.
OPMERKING
lOok al voldoet het audiobestand aan
bovenstaande norm, bestaat de kans
dat weergave niet mogelijk is,
afhankelijk van het type en de
toestand van het USB flash-
geheugen.
lEen door auteursrecht beschermd
WMA/AAC bestand kan in deze
installatie niet worden afgespeeld.
lDe volgorde van de muziekgegevens
die zijn opgeslagen in het apparaat
kunnen verschillen van de
weergavevolgorde.
lOm verlies of beschadiging van
opgeslagen gegevens te voorkomen
wordt het aangeraden altijd een
reservekopie van uw gegevens te
maken.
lAls een apparaat de maximale
waarde voor elektrische
stroomverbruik van 1.000 mA
overschrijdt, bestaat de kans dat het
apparaat niet werkt of oplaadt
wanneer dit wordt aangesloten.
lIn de USB modus het USB apparaat
niet uittrekken (trek dit enkel uit in
de FM/AM radio of CD modus).
lHet apparaat zal niet functioneren als
de gegevens door een wachtwoord
beveiligd zijn.
lMP3/WMA/AAC/OGG*1bestanden
die geschreven zijn onder andere dan
de aangegeven specificaties worden
mogelijk niet normaal weergegeven of
de bestands-/mapnamen worden
mogelijk niet correct getoond.
*1 Type C/Type D
5-28
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
Audioset [Type A/Type B (niet-aanraakscherm)]
Type A (RDS niet-compatibel) Type B (RDS compatibel)
Aan/uit/Volume/Geluidsregelaars ................................................................... pagina 5-32
Klok ................................................................................................................ pagina 5-36
Bediening van de radio (Type A) ................................................................... pagina 5-38
Bediening van de radio (Type B) .................................................................... pagina 5-40
Bediening van de compact disc (CD) speler ................................................... pagina 5-44
Gebruik van de ingang voor extra apparatuur/USB poort .............................. pagina 5-47
Foutaanduidingen ........................................................................................... pagina 5-47
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
5-31
AanduidingInstelwaarde
Linksom
draaienRechtsom
draaien
AF
*1
(Instellen van de
alternatieve
frequentie (AF))Uit Aan
REG
*1
(Instellen van het
regionaal
programma
(REG))Uit Aan
ALC
(Automatische
afstelling van het
volume)Niveau
verlagenNiveau
verhogen
BASS
(Lage tonen)Afname van de
lage tonenToename van
de lage tonen
TREB
(Hoge tonen)Afname van de
hoge tonenToename van
de hoge tonen
FADE
(Volumebalans
voor/achter)Verplaatsing
van het geluid
naar vorenVerplaatsing
van het geluid
naar achteren
BAL
(Volumebalans
links/rechts)Verplaatsing
van het geluid
naar linksVerplaatsing
van het geluid
naar rechts
BEEP
(Audiobedieningsgeluid)Uit Aan
BT SETUP
*2Selecteer modus
12Hr
24Hr
(12-uur/24-uur
tijdsinstelling)12Hr
(Knippert)24Hr
(Knippert)
*1 Type B
*2 Afhankelijk van het model is het
mogelijk dat deze functie niet
beschikbaar is.
OPMERKING
Als de display gedurende enkele
seconden niet wordt bediend, keert deze
terug naar de vorige display. Voor het
terugstellen van de lage tonen, hoge
tonen, fade en balans, de
audioregelknop gedurende 2 seconden
ingedrukt houden. Het apparaat geeft
een pieptoon en“CLEAR”wordt
getoond.
AF (Instellen van de alternatieve
frequentie (AF)) (Type B)
De AF functie van het Radio Data
Systeem (RDS) kan op aan of uit worden
ingesteld.
Zie Bediening van de radio (Type B) op
pagina 5-40.
REG (Instellen van het regionaal
programma (REG)) (Type B)
De REG functie van het Radio Data
Systeem (RDS) kan op aan of uit worden
ingesteld.
Zie Bediening van de radio (Type B) op
pagina 5-40.
ALC (Automatische afstelling van het
volume)
De automatische niveauregeling (ALC)
regelt automatisch het audiovolume
overeenkomstig de rijsnelheid. Naarmate
de rijsnelheid hoger wordt, neemt het
volume toe. ALC heeft ALC OFF en
modi ALC LEVEL 1 tot 7. ALC LEVEL
7 is het maximale niveau tot waarbij het
volume kan toenemen. Selecteer de
modus al naargelang de
rijomstandigheden.
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
5-33
qBediening van de radio (Type A)
BandkeuzetoetsenScan-toetsZenderaftasttoetsen
Voorkeuzezendertoetsen
Automatische geheugenopslagtoets Handbediende
afstemtoetsAudiodisplay
Radio AAN
Druk voor het inschakelen van de radio
op een bandkeuzetoets (
).
Bandkeuze
Door de bandkeuzetoets (
)
herhaalde malen in te drukken worden de
golfbanden als volgt overgeschakeld:
FM1→FM2→AM.
De geselecteerde modus wordt
aangegeven.
OPMERKING
Als het FM-zendsignaal zwak wordt,
verandert de ontvangst automatisch van
STEREO naar MONO om storing te
verminderen.
Afstemmen
De radio beschikt over de volgende
afstemmingsmethoden: Afstemming door
middel van handbediening,
zenderaftasting, scan, voorkeuzekanalen
en automatische geheugenopslag. De
gemakkelijkste manier voor het
afstemmen op zenders is om deze op de
voorkeuzekanalen te programmeren.Handbediende afstemming
Door het draaien van de handbediende
afstemtoets kan naar een hogere of lagere
frequentie overgeschakeld worden.
Afstemming door middel van
zenderaftasting
Door de zenderaftasttoets (
,)inte
drukken zal de tuner automatisch een
hogere of lagere frequentie zoeken.
OPMERKING
Als u de toets ingedrukt blijft houden,
zal de frequentie continu blijven
veranderen.
Afstemming via scan
Druk de scan-toets (
)inom
automatisch de sterke zenders af te tasten.
Het aftasten stopt bij elke zender
gedurende ongeveer 5 seconden. Voor het
vasthouden van een zender, de scan-toets
(
) tijdens dit interval van 5 seconden
nogmaals indrukken.
5-38
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
qBediening van de radio (Type B)
BandkeuzetoetsenScan-toets
Verkeersinformatietoets Zenderaftasttoetsen
Voorkeuzezendertoetsen
Handbediende
afstemtoets/audioregelknop
Audiodisplay
Programmatype
informatietoetsen
Radio AAN
Druk voor het inschakelen van de radio
op een bandkeuzetoets (
).
Bandkeuze
Door de bandkeuzetoets (
)
herhaalde malen in te drukken worden de
golfbanden als volgt overgeschakeld:
FM1→FM2→MW/LW.
De geselecteerde modus wordt
aangegeven.
OPMERKING
Als het FM-zendsignaal zwak wordt,
verandert de ontvangst automatisch van
STEREO naar MONO om storing te
verminderen.
Afstemmen
De radio beschikt over de volgende
afstemmingsmethoden: Afstemming door
middel van handbediening,
zenderaftasting, scan, voorkeuzekanalen
en automatische geheugenopslag. De
gemakkelijkste manier voor het
afstemmen op zenders is om deze op de
voorkeuzekanalen te programmeren.Handbediende afstemming
Door het draaien van de handbediende
afstemtoets kan naar een hogere of lagere
frequentie overgeschakeld worden.
Afstemming door middel van
zenderaftasting
Door de zenderaftasttoets (
,)inte
drukken zal de tuner automatisch een
hogere of lagere frequentie zoeken.
OPMERKING
Als u de toets ingedrukt blijft houden,
zal de frequentie continu blijven
veranderen.
Afstemming via scan
Druk de scan-toets (
)inom
automatisch de sterke zenders af te tasten.
Het aftasten stopt bij elke zender
gedurende ongeveer 5 seconden. Voor het
vasthouden van een zender, de scan-toets
(
) tijdens dit interval van 5 seconden
nogmaals indrukken.
5-40
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
Afstemmen op voorkeuzezenders
De zes voorkeuzekanalen kunnen worden
gebruikt voor het opslaan van 6 MW/LW
en 12 FM zenders.
1. Voor het instellen van een kanaal, eerst
MW/LW, FM1 of FM2 kiezen. Stem af
op de gewenste zender.
2. Houd een van de
voorkeuzezendertoetsen gedurende
ongeveer 2 seconden ingedrukt, totdat
u een pieptoon hoort. Het
voorkeuzezendernummer of de
zenderfrequentie wordt getoond. De
zender is nu in het geheugen
opgeslagen.
3. Herhaal deze procedure voor de
overige zenders en golfbanden die u
wilt opslaan. Voor het afstemmen op
een zender die in het geheugen is
opgeslagen, MW/LW, FM1 of FM2
kiezen en vervolgens de bijbehorende
voorkeuzezendertoets indrukken. De
zenderfrequentie of het
voorkeuzezendernummer wordt
getoond.
Radio data systeem (RDS)
OPMERKING
Het radio data systeem (RDS) werkt
niet als dit zich buiten het servicegebied
van het systeem bevindt.
Alternatieve frequentie (AF)
AF functioneert voor de FM zenders.
Druk op de audioregelknop en kies de AF
modus om deze in te schakelen en“AF”
wordt getoond. Als de radio-ontvangst
van de huidige zender zwakker wordt,
schakelt het systeem automatisch over
naar een andere zender.Wanneer u verder naar een regionaal
programma wilt luisteren, op de
audioregelknop drukken en kies de REG
modus om deze in te schakelen.“REG
ON”wordt op de display getoond. Druk
voor het annuleren op de audioregelknop
en kies de REG modus om deze uit te
schakelen.“REG OFF”wordt op de
display getoond.
Verkeersinformatie (TA)
Als u op de verkeersinformatietoets (
)
drukt, zal de installatie naar de TA modus
overschakelen en wordt“TA”getoond.
Als in de TA modus een TA uitzending
wordt ontvangen, krijgt de TA uitzending
voorrang, ook wanneer andere functies
(FM, CD, USB apparaat, AUX of BT
audio) worden gebruikt, en wordt“Traffic
Info”getoond.
Druk tijdens een TA uitzending op de
verkeersinformatietoets (
)omde
uitzending te beëindigen en naar de
voorheen ingestelde modus terug te keren.
Programmatype informatie (PTY)
Bepaalde FM zenders zenden
programmatype codes uit. Met behulp van
deze code kunnen alternatieve zenders die
dezelfde programmatype codes uitzenden
snel opgespoord worden.
Druk in de FM modus op de
programmatype informatietoets (
,).
De programmatype code en“PTY”wordt
tijdens ontvangst getoond. Als er geen
programmatype code is, wordt“None”
getoond.
(Kiezen van een programmatype:)
1. Druk op de programmatype
informatietoets (
,) wanneer de
programmatype code wordt getoond.
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
5-41
Schakelaars rondom de commanderknop
De volgende bedieningen kunnen worden uitgevoerd door het indrukken van de
schakelaars rondom de commanderknop.
: Toont het thuisscherm.
: Toont het Amusementscherm.
: Toont het navigatiescherm (Alleen voertuigen uitgerust met navigatie). Zie voor
bediening van het navigatiescherm de handleiding van het navigatiesysteem. Als de SD
kaart voor het navigatiesysteem niet is ingestoken, wordt het kompas getoond welke de
rijrichting van de auto aangeeft.
: Toont het Favorieten scherm. Lang indrukken voor het opslaan van bepaalde items in
Favorieten. (Radio, telefoonboek en bestemming van het navigatiesysteem kunnen worden
geprogrammeerd.)
: Keert terug naar het vorige scherm.
Gebruik van de commanderknop
(Selectie van pictogrammen op het scherm)
1. Kantel of draai de commanderknop en verplaats de cursor naar het gewenste pictogram.
2. Druk op de commanderknop en selecteer het pictogram.
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
5-49