Bij het rijden in het donker of bij sneeuw
of mist, of in andere situaties waarbij de
zichtbaarheid van de instrumentengroep
als gevolg van de grote helderheid van de
omgeving wordt verminderd, kunt u de
verlichtingsdimmer annuleren en de
intensiteit van de verlichting doen
toenemen.
Voor het annuleren van de
verlichtingsdimmer, de knop volledig
rechtsom draaien. U hoort dan een
zoemtoon en de verlichtingsdimmer wordt
geannuleerd.
OPMERKING
lDit symbool () geeft de knop aan
voor het afstellen van de helderheid
van de
instrumentenpaneelverlichting.
lAls u de knop van de
instrumentenpaneelverlichting in de
annuleerstand van de
verlichtingsdimmer laat staan, zal de
instrumentengroep niet gedimd
worden wanneer de
koplampschakelaar opnieuw naar de
stand
ofgedraaid wordt.
Voor het activeren van de
verlichtingsdimmer, de knop van de
instrumentenpaneelverlichting
linksom draaien.
qBuitentemperatuurdisplay
Wanneer het contact op ON wordt gezet,
wordt de buitentemperatuur getoond.
Type A
Type B
OPMERKING
Onder de volgende omstandigheden
kan de getoonde buitentemperatuur
afwijken van de werkelijke
buitentemperatuur, afhankelijk van de
directe omgeving en de
omstandigheden waarin de auto zich
bevindt:
lBeduidend lage of hoge
temperaturen.
lPlotselinge veranderingen in
buitentemperatuur.
lDe auto staat geparkeerd.
lTijdens het rijden met lage
snelheden.
Tijdens het rijden
Instrumentengroep en display
4-29
Buitentemperatuurwaarschuwingí
Type A
Wanneer de omgevingstemperatuur laag
is, verschijnt een bericht op de multi-
informatiedisplay en klinkt er een
zoemtoon om de bestuurder te
waarschuwen voor de kans op gladde
wegen.
Als de omgevingstemperatuur lager is dan
ongeveer 4 °C, verschijnt gedurende
ongeveer 10 seconden een bericht op de
multi-informatiedisplay en klinkt eenmaal
een zoemtoon.
Type B
Wanneer de buitentemperatuur laag is,
gaat de indikatie knipperen en klinkt er
een zoemtoon om de bestuurder te
waarschuwen voor de mogelijkheid van
gladde wegen.
Als de buitentemperatuur lager is dan
ongeveer 4 °C, gaat de
buitentemperatuurdisplay en het
symbool gedurende ongeveer tien
seconden knipperen en wordt er eenmaal
een zoemtoon gegeven.
OPMERKING
Als de buitentemperatuur lager is dan
_
20 °C, werkt de zoemer niet. Het
symbool gaat echter branden.
qWeergave van ingestelde rijsnelheid
van kruissnelheidsregelaar (Type A
instrumentengroep)
í
De rijsnelheid die met behulp van de
kruissnelheidsregelaar is ingesteld wordt
weergegeven.
qDisplay van afstelbare
snelheidsbegrenzer (Type A
instrumentengroep)
í
De instellingstatus van de afstelbare
snelheidsbegrenzer wordt getoond.
4-30
Tijdens het rijden
íBepaalde modellen.
Instrumentengroep en display
qOnderhoudsmonitor (Type A
instrumentengroep)
De volgende kennisgevingen voor
periodieke inspectie kunnen getoond
worden door de onderhoudsmonitor in te
schakelen.
lPeriodiek onderhoud
lBandenrotatie
lOlie verversen
Zie de Onderhoudsmonitor voor de
instellingsmethode en de indikaties van de
onderhoudsmonitor.
Zie Onderhoudsmonitor op pagina 6-21.
De onderhoudsmonitor toont de
informatie wanneer het contact op ON
gezet wordt.
OPMERKING
Deze functie is tijdens het rijden buiten
werking.
Foutmeldingendisplay
Wanneer de resterende tijd of de afstand 0
benaderen, wordt telkens wanneer het
contact op ON gezet wordt een bericht
gegeven.
OPMERKING
lAls terwijl een bericht getoond wordt
een van de INFO schakelaars
(omhoog
, omlaagof INFO
toets) wordt ingedrukt, zal het
bericht de volgende keer dat het
contact op ON gezet wordt niet meer
getoond worden.
lNadat onderhoud aan de auto is
uitgevoerd en de resterende tijd/
afstand is teruggesteld, wordt het
bericht voor de volgende
onderhoudsperiode getoond wanneer
de resterende afstand of tijd tot aan
de volgende onderhoudsperiode 0
benadert (wordt getoond wanneer de
motor gestart wordt).
lAls er meerdere berichten zijn,
worden deze getoond al naargelang
hun volgorde.
lAls OFF is ingesteld voor Berichten,
worden er geen berichten getoond.
qBoordcomputer en INFO schakelaar
De volgende informatie kan geselecteerd
worden door te drukken op het omhoog
of omlaaggedeelte van de INFO
schakelaar terwijl het contact op ON staat.
lGeschatte afstand die u kunt afleggen
met de voorradige brandstof
lGemiddeld brandstofverbruik
lHuidige brandstofverbruik
lGemiddelde rijsnelheid
lRijsnelheidsalarm modusí
lRijstrookassistent/
Rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS) display (Type A
instrumentengroep)í
Tijdens het rijden
Instrumentengroep en display
4-31íBepaalde modellen.
lDisplay van Mazda Radar Cruise
Control (MRCC) systeem (Type A
instrumentengroep)
í
lDisplay van
afstandherkenninghulpsysteem (DRSS)
(Type A instrumentengroep)
í
lWaarschuwing (Type A
instrumentengroep)
Raadpleeg een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda reparateur
indien u problemen heeft met de
boordcomputer.
Modus voor afstand die met voorradige
brandstof kan worden afgelegd
Bij gebruik van deze functie wordt de
afstand (bij benadering) berekend die u
met de voorradige brandstof kunt
afleggen, gebaseerd op het
brandstofverbruik.
De afstand die met de voorradige
brandstof kan worden afgelegd wordt
berekend en zal elke seconde worden
getoond.
Type A
Type B
(Europees model)
(Behalve Europees model)
OPMERKING
lAlhoewel de indicatie voor de
afstand die kan worden afgelegd met
de voorradige brandstof een
voldoende resterend aantal
kilometers aangeeft alvorens
bijtanken noodzakelijk wordt, zo
spoedig mogelijk bijtanken als het
brandstofpeil erg laag is of als het
waarschuwingslampje voor laag
brandstofpeil gaat branden.
lDe indikatie verandert alleen
wanneer u meer dan ongeveer 10
liter brandstof tankt.
lDe afstand die kan worden afgelegd
met de voorradige brandstof geeft bij
benadering de afstand aan die met de
auto gereden kan worden totdat alle
maatstrepen in de brandstofmeter die
de resterende brandstofvoorraad
aangeven verdwijnen.
4-32
Tijdens het rijden
íBepaalde modellen.
Instrumentengroep en display
OPMERKING
lAls er geen historische
brandstofverbruikgegevens zijn,
bijvoorbeeld nadat u uw auto zojuist
heeft aangeschaft of de gegevens als
gevolg van het losmaken van de
accukabels zijn gewist, is het
mogelijk dat de feitelijke afstand die
met de voorradige brandstof kan
worden afgelegd van de aangegeven
hoeveelheid verschilt.
Gemiddeld brandstofverbruik
Deze modus toont het gemiddelde
brandstofverbruik door het berekenen van
het totale brandstofverbruik en de totaal
afgelegde afstand sinds de aankoop van
de auto, het opnieuw aansluiten van de
accu na loskoppeling of het terugstellen
van de gegevens. Het gemiddelde
brandstofverbruik wordt berekend en elke
minuut getoond.
Type A
Type B
(Europees model)
(Behalve Europees model)
Houd de INFO toets langer dan 1,5
seconde ingedrukt om de informatie op de
display te wissen.
Na het indrukken van de INFO toets zal -
- - L/100 km gedurende ongeveer 1
minuut op de display verschijnen. Daarna
wordt het gemiddelde brandstofverbruik
opnieuw berekend en op de display.
Huidige brandstofverbruikmodus
Deze stand geeft het huidige
brandstofverbruik aan, berekend op basis
van de verbruikte brandstof en de
afgelegde afstand.
Het huidige brandstofverbruik wordt
berekend en zal elke 2 seconden worden
getoond.
Type A
Tijdens het rijden
Instrumentengroep en display
4-33
Type B
(Europees model)
(Behalve Europees model)
Wanneer u de snelheid heeft teruggebracht
tot ongeveer 5 km/h, zal- - - L/100 km op
de display worden aangegeven.
Modus voor gemiddelde rijsnelheid
Deze modus toont de gemiddelde
rijsnelheid door het berekenen van de
afgelegde afstand en de tijd sinds het
aansluiten van de accu of het terugstellen
van de gegevens.
De gemiddelde rijsnelheid wordt berekend
en zal elke 10 seconden worden getoond.
Type A
Type B
(Europees model)
(Behalve Europees model)
Houd de INFO toets langer dan 1,5
seconde ingedrukt om de informatie op de
display te wissen. Na het indrukken van
de INFO toets, zal gedurende ongeveer 1
minuut - - - km/h worden getoond,
alvorens de rijsnelheid opnieuw wordt
berekend en op de display wordt
aangegeven.
Rijsnelheidsalarm modusí
In deze modus wordt de huidige instelling
voor het rijsnelheidsalarm getoond.
U kunt de instelling van de rijsnelheid
waarbij de waarschuwing wordt gegeven
veranderen.
OPMERKING
De display van het rijsnelheidsalarm
wordt gelijktijdig geactiveerd met het
klinken van de pieptoon. De ingestelde
rijsnelheid knippert herhaalde malen.
4-34
Tijdens het rijden
íBepaalde modellen.
Instrumentengroep en display
Type A
Type B
Het rijsnelheidalarm kan worden ingesteld
met behulp van de INFO schakelaar.
OPMERKING
lStel de rijsnelheid altijd in
overeenkomstig de wetgeving van
het land/de stad waarin de auto wordt
gebruikt. Controleer daarnaast altijd
de rijsnelheid door naar de
snelheidsmeter te kijken.
lDe rijsnelheidsalarmfunctie kan
ingesteld worden tussen 30 en 250
km/h.Het rijsnelheidalarm kan worden
ingesteld aan de hand van
onderstaande procedure.
Type A
1. Druk op de INFO schakelaar op het
snelheidsalarmscherm.
2. Selecteer ON en druk op de INFO
schakelaar.
3. Stel de rijsnelheid in door het
indrukken van de INFO omhoog of
omlaag toets en druk vervolgens op de
INFO toets.
Type B
1. Houd de INFO toets gedurende 1,5
seconde of langer ingedrukt. De
rijsnelheid gaat knipperen.
2. Druk op het omhoog
of omlaag
gedeelte van de INFO schakelaar voor
het selecteren van de gewenste
rijsnelheid.
3. Houd de INFO toets gedurende 1,5
seconde of langer ingedrukt. De
rijsnelheid gaat branden.
Het rijsnelheidalarm kan worden
geannuleerd aan de hand van
onderstaande procedure.
Type A
1. Druk op de INFO schakelaar op het
snelheidsalarmscherm.
2. Selecteer OFF en druk op de INFO
schakelaar.
Type B
1. Houd de INFO toets gedurende 1,5
seconde of langer ingedrukt. De
rijsnelheid gaat knipperen.
Tijdens het rijden
Instrumentengroep en display
4-35
2. Druk op het omhoogof omlaag
gedeelte van de INFO schakelaar voor
het selecteren van - - - km/h.
3. Houd de INFO toets gedurende 1,5
seconde of langer ingedrukt. - - - gaat
branden.
Rijstrookassistent/
Rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS) display (Type A
instrumentengroep)í
Informatie betreffende de
rijstrookassistent/
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS) wordt getoond.
Zie Rijstrookassistent op pagina 4-186.
Zie
Rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem
(LDWS) op pagina 4-149.
Display van Mazda Radar Cruise
Control (MRCC) systeem (Type A
instrumentengroep)í
Informatie betreffende het Mazda Radar
Cruise Control (MRCC) systeem wordt
getoond.Zie het Mazda Radar Cruise Control
(MRCC) systeem op pagina 4-175.
Display van
afstandherkenninghulpsysteem (DRSS)
(Type A instrumentengroep)í
Informatie betreffende het
afstandherkenninghulpsysteem (DRSS)
wordt getoond.
Zie Afstandherkenninghulpsysteem
(DRSS) op pagina 4-163.
Waarschuwing (Displayaanduiding)
(Type A instrumentengroep)
Er wordt een bericht getoond dat de
gebruiker informeert over de
bedrijfstoestand van het systeem en van
defecten of afwijkingen.
Controleer het getoonde bericht.
4-36
Tijdens het rijden
íBepaalde modellen.
Instrumentengroep en display