Page 185 of 480

Auto’s met Keyless Enter-N-Go™
1. Druk op de knop ENGINE START/STOP enzet de contactschakelaar in de stand ON/
RUN zonder het rempedaal in te trappen
(maar start de motor niet).
2. Trap binnen 10 seconden het gaspedaal, langzaam, drie keer volledig in.
3. Druk, zonder het rempedaal in te trappen, eenmaal op de knop ENGINE START/STOP
om de contactschakelaar terug te zetten in
de stand OFF/LOCK.
OPMERKING:
Als het indicatiebericht wordt weergegeven
wanneer u de motor start, is de indicator
voor olieverversing niet gereset. Herhaal
deze procedure indien nodig.DID-berichten Front Seatbelts Unbuckled (voorste veilig-
heidsgordels niet vastgegespt)
Driver Seatbelt Unbuckled (bestuurdersgor-
del niet vastgegespt)
Passenger Seatbelt Unbuckled (passagiers-
gordel niet vastgegespt)
Service Airbag System (airbagsysteem ver-
eist onderhoud)
Traction Control Off (traction control uit)
Washer Fluid Low (ruitensproeiervloeistof
bijna op)
Oil Pressure Low (oliedruk laag)
Olieverversing vereist
Fuel Low (brandstof laag)
Service Antilock Brake System (antiblokkeer-
systeem vereist onderhoud)
Service Electronic Throttle Control (elektroni-
sche gasklepregeling vereist onderhoud)
Service Power Steering (stuurbekrachtiging
vereist onderhoud)
Cruise Off (cruisecontrol uitgeschakeld)
Cruise Ready (cruisecontrol gereed)
ACC onderdrukken
Cruise Set To XXX MPH (cruisecontrol inge-
steld op XXX mph)
Tire Pressure Screen With Low Tire(s) “In-
flate Tire to XX” (bandenspanning-scherm
met te lage bandenspanning(en) "band op-
pompen tot XX")
Service Tire Pressure System (bandenspan-
ningscontrolesysteem vereist onderhoud)
Waarschuwing voor te hoge snelheid
instellen
Waarschuwing voor te hoge snelheid
overschreden
Parking Brake Engaged (handrem
ingeschakeld)
Brake Fluid Low (remvloeistofpeil laag)
Service Electronic Braking System (elektro-
nisch remsysteem vereist onderhoud)
Engine Temperature Hot (motortemperatuur
hoog)
Battery Voltage Low (accuspanning laag)
Service Electronic Throttle Control (elektroni-
sche gasklepregeling vereist onderhoud)
Lights On (verlichting aan)
181
Page 191 of 480

MPH naar km/uDruk kort op de knop pijl OMHOOG
of OMLAAG totdat het pictogram
MPH naar km/u gemarkeerd is in
het DID. Druk kort op de toets OK
om tussen MPH en km/u om te
schakelen.
Voertuiginformatie (informatiefuncties voor
de klant)
Druk kort op de knop pijl OMHOOG
of OMLAAG-knop totdat het
pictogram/titel voor de Voertuigin-
formatie is gemarkeerd in het DID.
Druk kort op de knop pijl naar
rechts om de koelvloeistoftempera-
tuur weer te geven. Druk op de knop pijl naar
links of pijl naar rechts om de informatiesubme-
nu’s te doorlopen en druk op de knop OK om de
volgende resetbare submenu’s te selecteren of
terug te stellen: Tire Pressure (bandenspanning)
Druk kort op de pijl naar links of pijl naar rechts
tot
"Bandenspanning" is gemarkeerd in het DID.
Als de spanning van alle banden goed is, wordt
een voertuigpictogram getoond waarin in iedere
hoek de bandenspanning wordt aangegeven.
Als één of meer banden een lage spanning heeft,
wordt "Inflate Tire To XX" (Band oppompen tot
XX) weergegeven met het voertuigpictogram en
de bandenspanningen in elke hoek van het picto-
gram, waarbij de waarde van de lage banden-
spanning in een andere kleur dan de andere
bandenspanningen wordt weergegeven.Als het bandenspanningscontrolesysteem on-
derhoud vereist, wordt het bericht "Service Tire
Pressure System" (bandenspanningscontrole-
systeem vereist onderhoud) weergegeven.
De bandenspanning dient slechts als indicator
en kan niet worden gereset.
Raadpleeg voor meer informatie de paragraaf
"Bandenspanningcontrolesysteem (TPMS)" in
het hoofdstuk "Starten en rijden". Versnellingsbaktemperatuur
Toont de huidige temperatuur van de ver-
snellingsbak.
Olietemperatuur
Toont de daadwerkelijke temperatuur van de
olie
Oliedruk
Toont de huidige oliedruk.
Oil Life (levensduur olie)
Battery Voltage (accuspanning)
Engine Hours (bedrijfsuren motor)
Geeft het aantal uren weer dat de motor in
bedrijf is geweest.
187
Page 326 of 480

Het bandenspanningscontrolesysteem is
geen vervanging voor het juiste banden-
onderhoud en de bestuurder is er verant-
woordelijk voor om de juiste bandenspan-
ning te handhaven met gebruik van een
nauwkeurige bandenspanningsmeter,
zelfs als de onderspanning nog niet op
het peil is gekomen waarbij het banden-
spanningslampje gaat branden.
Het bandenspanningscontrolesysteem re-
gistreert altijd de werkelijke bandenspan-
ning, ook als die spanning onder invloed
van temperatuurverschillen verandert.Waarschuwingen van het
bandenspanningscontrolesysteem
Het bandenspanningslampje in de in-
strumentengroep gaat branden en er
klinkt een geluidssignaal als de span-
ning in één of meer van de vier gemon-
teerde banden laag is. Bovendien wordt op het
DID de melding "Tire Low"(lage bandenspan-
ning), de melding "Inflate to XXX"(oppompen
tot XXX) en een grafische weergave van de
spanningswaarde(n) van de band(en) met een lage spanning in een andere kleur weergege-
ven. Raadpleeg de paragraaf
"Bestuurdersin-
formatiedisplay (DID)" in het hoofdstuk"Het
instrumentenpaneel" voor meer informatie
hierover.
OPMERKING:
U kunt uw systeem instellen voor weergave
in PSI, BAR of KPA.
Als de spanning in één (of meer) van de vier
banden op de auto te laag is, dient u zo snel
mogelijk te stoppen om de band(en) die op het
display in een andere kleur worden weergege- ven op de aanbevolen koude bandenspanning
te brengen die wordt weergegeven in de mel-
ding
"Inflate to XXX" (oppompen tot XXX).
OPMERKING:
Bij het vullen van warme banden, moet de
bandenspanning mogelijk worden verhoogd
met 30 kPa (4 psi) boven de aanbevolen
waarde die in de bandenspanningstabel
(koud) staat vermeld, zodat het waarschu-
wingslampje voor lage bandenspanning
wordt uitgeschakeld.
Het systeem wordt automatisch bijgewerkt, het
display met de spanningswaarde(n) keert terug
naar zijn oorspronkelijke kleur en het banden-
spanningslampje gaat uit zodra de nieuwe ban-
denspanningswaarde is ontvangen. Om deze
informatie te verwerken moet het voertuig 20
minuten rijden met een minimum snelheid van
24 km/u.
Display van bandenspanningscontrolesysteem
322