Page 8 of 384
6
C5_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2015
Interieur
Voorzieningen bagageruimte (se dan) 9 1
-
sjorogen
Voorzieningen bagageruimte (
tou
rer)
9
2
-
sjorogen,
-
haken,
-
bagagenet,
ba
gageafdekscherm (
tou
rer)
9
3
ba
gagenet (
tou
rer)
9
4-95
ba
ndenreparatieset
1
81-184
to
egang tot het reservewiel/
gereedschap
185 -187
ki
nderzitjes
162-171
I
soF
IX-bevestigingspunten
1
72-175
ki
nderbeveiliging
176Achterzitplaatsen
71-72
Voorzieningen achterin
8
9-90
-
armsteun achter
-
skiluik
- 12V-aansluiting...
Voor stoelen
6 4 - 67
Veiligheidsgordels
154-156Airbags
1
57-161
Zonneschermen zijruiten
9
0
Voorzieningen voorin
8
6-88
-
zonneklep
-
dashboardkastje
-
matten
-
armsteun vóór
-
usb -/ j ack-aansluitingen...
overzicht
Page 9 of 384

7
C5_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2015
Cockpit
Instrumentenpanelen 14-16bo
ordcomputer 1 7, 19
Verklikkerlampjes
26-36
Meters
21-25
kno
ppen
25
-
dagteller
-
weerstand
sc
hakelindicator
114
Parkeerplaatsassistent
129-130
ru
itbediening
53-54
bu
itenspiegels
69
Motorkap openen
2
24
Zekeringen dashboard
2
04-207
Handgeschakelde versnellingsbak
1
09
Automatische transmissie
1
10-113
Hill
s
t
art Assist
1
08Plafonniers
83-85bi
nnenspiegel 70
sf
eerverlichting
84
Zonneklep
86
Handrem
1
00
el
ektrische handrem
1
01-107
el
ektronisch geregelde vering
"Hydractive III +"
1
34-135Multifunctionele displays
3
7-39, 40 - 44
bo
ordcomputer
18-19
Alarmverlichting
148
Ventilatie
73-74
Automatische airconditioning met centrale regeling
7
5 -78
Automatische airconditioning met gescheiden regeling
7
9-82
u
rgence-oproep
of Assistance-oproep
1
49, 251-252
to
uchscreen
253-314
Datum/tijd instellen
4
3 - 44
Autoradio
315-332
Datum/tijd instellen
3
8 -39
s
tuurwielverstelling
68 Dashboardkastje
8
6
uit
schakeling airbag vóór aan
passagierszijde
1
58-159, 164-167
.
overzicht
Page 11 of 384
9
C5_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2015
1. CHeCk (zelftest van de auto). 2 0
2.
In
terieurbeveiliging.
5
0-52
3.
Parkeerplaatsassistent.
1
29-130
Schakelaars aan de zijkant van het dashboard
4. stop & st art. 1 15 -118
Met Touchscreen
1. CHeCk (zelftest van de auto) 2 0
2.
In
terieurbeveiliging
5
0-52
3.
Parkeerplaatsassistent
1
29-130
4.
L
ane Departure Warning s
y
stem
1
28
5.
s
t
op & s
t
art
1
15 -118
6.
A
s
r
/
CD
s
15
1-153
Met Autoradio
.
overzicht
Page 27 of 384

25
C5_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Kilometerteller en dagtellerDimmer dashboardverlichting
F Druk op de knop A om de lichtsterkte van
de dashboardverlichting te verlagen.
F
D
ruk op de knop B om de lichtsterkte van
de dashboardverlichting te verhogen.
Inactief
De dashboardverlichting kan niet worden
ingesteld als de verlichting van de auto is
uitgeschakeld of, bij auto's met appèlverlichting,
in de dagstand staat.
Kilometerteller
Voor reizen in het buitenland kan
de eenheid van de afstand worden
aangepast: de snelheid moet namelijk
worden weergegeven in de officiële
eenheid van het land (km of mijl). De
eenheid kan bij stilstaande auto worden
gewijzigd via het configuratiemenu van
het display.
De kilometerteller en dagteller worden
gedurende 30
seconden weergegeven bij het
afzetten van het contact, bij het openen van het
bestuurdersportier en bij het vergrendelen en
ontgrendelen van de auto.
u
kunt de lichtsterkte van de
dashboardverlichting handmatig aanpassen
aan het licht van de omgeving.
Dagteller
Deze teller geeft de totale kilometerstand van
de auto aan.
Werking
Deze teller geeft het aantal gereden kilometers
weer sinds de bestuurder de teller op 0 heeft gezet.
F Druk bij aangezet contact op de knop tot de dagteller op 0 staat.
1
Controle tijdens het rijden
Page 36 of 384

34
C5_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Mistlampen vóórpermanent. De mistlampen vóór zijn ingeschakeld
met de ring van de lichtschakelaar. Draai de ring van de lichtschakelaar twee standen
naar achteren om de mistlampen vóór uit te
schakelen.
Mistachterlichten permanent. De mistachterlichten zijn
ingeschakeld. Draai de ring naar achteren om de mistachterlichten
uit te schakelen.
Controlelampjes ingeschakelde functies
Controlelampje
brandtOorzaak Acties / Opmerkingen
Richtingaanwijzer
linksknippert, met
geluidssignaal.Als u de lichtschakelaar omlaag
beweegt.
Richtingaanwijzer
rechtsknippert, met
geluidssignaal.Als u de lichtschakelaar omhoog
beweegt.
Parkeerlichten permanent. De lichtschakelaar staat in de stand
"Parkeerlichten".
Dimlicht permanent. De lichtschakelaar staat in de stand
" D imlic ht ".
Grootlicht permanent. Als u de lichtschakelaar naar u toe
trekt.
tr
ek aan de lichtschakelaar om terug te schakelen
naar dimlicht.
Alarmknipperlichtenknippert, met
geluidssignaal. De schakelaar voor de
alarmknipperlichten op het
dashboard is ingedrukt. De richtingaanwijzers links en rechts en de
bijbehorende verklikkerlampjes knipperen tegelijkertijd.
De volgende controlelampjes geven aan dat de desbetreffende functie is ingeschakeld.
Het lampje kan branden in combinatie met een geluidssignaal en een melding op het display.
Controle tijdens het rijden
Page 37 of 384

35
C5_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
ControlelampjebrandtOorzaak Acties / Opmerkingen
Voorgloeien
dieselmotor permanent.
Het contactslot staat in de tweede
stand (Contact). Wacht met starten tot het controlelampje is gedoofd.
De wachttijd is afhankelijk van de
weersomstandigheden.
Parkeerrem permanent. De parkeerrem is aangetrokken. Zet de parkeerrem vrij zodat het controlelampje
uitgaat; trap het rempedaal in.
Houd u aan de veiligheidsvoorschriften.
ra
adpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie over de parkeerrem.
knippert.
De parkeerrem is niet goed
aangetrokken of vrijgezet.
Airbag
voorpassagie rpermanent.
De schakelaar in het dashboardkastje
staat in de stand "ON".
De passagiersairbag is ingeschakeld.
Plaats in dit geval geen kinderzitje
met de "rug in de rijrichting". Zet de schakelaar in de stand "
OFF" om de
passagiersairbag uit te schakelen.
u
kunt nu een kinderzitje plaatsen met de "rug in de
rijrichting", behalve in het geval van een storing in de
airbags.
Stop & Star t permanent.
Het stop & st art-systeem heeft de motor
in de stoP -stand gezet (verkeerslicht,
stopbord, opstopping, enz.).Het lampje gaat uit en de motor wordt automatisch
gestart (s
tAr t- stand) als u wilt wegrijden.
knippert enkele
seconden en gaat
dan uit. De
sto
P
-stand is nu niet
beschikbaar.
of
De motor wordt automatisch in de
stAr
t
-
stand gezet.
ra
adpleeg voor meer informatie over de
bijzonderheden van de
sto
P
- en st
Ar
t
-
stand de
rubriek "
s
top & s
t
art".
1
Controle tijdens het rijden
Page 38 of 384
36
C5_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Verklikkerlampjes uitgeschakelde functies
ControlelampjebrandtOorzaak Acties / Opmerkingen
Passagiersairbag
vóór permanent.
De schakelaar in het dashboardkastje
staat in de stand "OFF".
De frontairbag aan passagierszijde is
uitgeschakeld.
u
kunt een kinderzitje met de "rug
in de rijrichting" plaatsen, behalve
in het geval van een storing in het
airbagsysteem. Zet de schakelaar in de stand "
ON" om de frontairbag
aan passagierszijde in te schakelen.
be
vestig in dit geval op deze zitplaats geen kinderzitje
met de "rug in de rijrichting".
De volgende verklikkerlampjes geven aan dat de desbetreffende functie handmatig is uitgeschakeld.
so
ms klinkt er ook een geluidssignaal en verschijnt er een bericht op het multifunctionele display.
Controle tijdens het rijden
Page 49 of 384

47
C5_nl_Chap02_ouverture_ed01-2015
F Draai de sleutel in het slot van het bestuurdersportier richting de achterzijde
van de auto om de portieren te
vergrendelen en houd de sleutel langer dan
2
seconden in deze stand om ook de ruiten
en het schuif-/kanteldak te sluiten.
F
D
raai binnen 5 seconden de sleutel
nogmaals richting de achterzijde van
de auto om de supervergrendeling in te
schakelen.
Met de sleutelDe supervergrendeling blokkeert het van
buitenaf en van binnenuit openen van de
portieren.
Als de supervergrendeling is ingeschakeld,
is ook de vergrendelingsschakelaar in het
interieur buiten werking.
sc
hakel daarom nooit de
supervergrendeling in als er zich iemand
in de auto bevindt.
Supervergrendeling
F Druk op het gesloten hangslot
om de auto te vergrendelen of
druk langer dan 2
seconden
op het gesloten hangslot om
ook de ruiten en het schuif-/
kanteldak te sluiten.
F
D
ruk binnen 5 seconden nogmaals
op het gesloten hangslot om de
supervergrendeling van de auto in te
schakelen.
Met de afstandsbediening
De supervergrendeling wordt bevestigd door
het gedurende ongeveer 2 seconden branden
van de richtingaanwijzers.
te
gelijkertijd worden de buitenspiegels
ingeklapt (afhankelijk van de uitvoering). Als de auto stilstaat en de motor is
afgezet, is aan het knipperen van het
controlelampje in de schakelaar van de
centrale vergrendeling op het dashboard
te zien dat de auto vergrendeld is.
Als een portier of de achterklep niet
goed gesloten is, zal de centrale
vergrendeling niet werken.
2
toegang tot de auto