Correcte werkingBij het inschakelen van het contact
gaat het waarschuwingslampje op het
instrumentenpaneel kort branden; op
die wijze wordt weergegeven dat het volledige
airbagsysteem en de gordelspanners bedrijfs‐
klaar zijn.
Storing in airbagsysteem▷Waarschuwingslampje gaat niet branden
bij het inschakelen van de ontsteking.▷Waarschuwingslampje brandt permanent.
Sleutelschakelaar voor
passagiersairbag
Algemeen
Front- en zij-airbag voor de passagier kunnen
met de geïntegreerde sleutel uit de afstands‐
bediening worden gedeactiveerd en opnieuw
geactiveerd.
Passagiersairbags deactiveren
1.Sleutel insteken en indien nodig aandruk‐
ken.2.Ingedrukt houden en tot de aanslag in de
stand OFF draaien. Aan de aanslag verwij‐
deren.3.Erop letten dat de sleutelschakelaar in de
betreffende eindstand staat, anders zodat
de airbags gedeactiveerd zijn.
De passagiersairbags zijn uitgeschakeld. De
bestuurdersairbags blijven actief.
Als op de passagiersstoel geen kinderzitje
meer is gemonteerd, dan de passagiersairbags
opnieuw activeren zodat deze bij een ongeval
zoals voorgeschreven in werking treden.
De status van de airbags wordt aangegeven
met het controlelampje aan de dakhemel, zie
pagina 106.
Passagiersairbags activeren
1.Sleutel insteken en indien nodig aandruk‐
ken.2.Ingedrukt houden en tot de aanslag in de
stand ON draaien. Aan de aanslag verwij‐
deren.3.Erop letten dat de sleutelschakelaar in de
betreffende eindstand staat, anders zodat
de airbags geactiveerd zijn.
De passagiersairbags zijn weer geactiveerd en
treden in werking indien de situatie dit vereist.
Controlelampje passagiersairbags
Het controlelampje van de passagiersairbag
geeft de status van de passagiersairbags aan.
Seite 106BedieningVeiligheid106
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 964 - VI/15
Na het inschakelen van het contact gaat het
lampje kort branden, daarna geeft het aan of
de airbags geactiveerd of gedeactiveerd zijn.▷Bij gedeactiveerde passa‐
giersairbags brandt het con‐
trolelampje voortdurend.▷Bij geactiveerde passagiers‐
airbags brandt het controle‐
lampje niet.
Bandenspanningscontrole
RDC
Principe
Het systeem bewaakt de bandenspanning in
de vier gemonteerde banden. Het systeem
waarschuwt wanneer in een of meer banden
de bandenspanning duidelijk lager is gewor‐
den. Daarvoor meten sensoren in de ventielen
van de banden de spanning en temperatuur
van de banden.
Opmerking
Voor de bediening van het systeem ook de
verdere gegevens en aanwijzingen onder Ban‐
denspanning, zie pagina 202, in acht nemen.
Voorwaarden voor een correcte
werking
Voor het systeem moet bij juiste bandenspan‐
ning een reset uitgevoerd worden, anders is
een betrouwbare melding van een verlies van
bandenspanning niet gewaarborgd.
Na een aanpassing van de bandenspanning op
een nieuwe waarde en na vervanging van een
band of wiel een reset van het systeem uitvoe‐
ren.
Altijd wielen met RDC-elektronica gebruiken,
zodat een storingsvrije werking van het sys‐
teem is gewaarborgd.
Statusweergave
De actuele status van de RDC bandenspan‐
ningscontrole kan op het Control Display weer‐
gegeven worden, bijv. of de RDC actief is.
Op het Control Display:1."Auto-info"2."Autostatus"3. "Bandenspanningscontrole"
De status wordt weergegeven.
Toestandweergave Op het Control Display wordt de status van de
banden en het systeem weergegeven door de
kleur van de wielen en een tekst.
Alle wielen groen Systeem is actief en meldt de laatste banden‐
spanning die is opgeslagen bij de reset.
Een wiel geel
Een lekke band of een aanzienlijk spannings‐
verlies in de aangegeven band.
Alle wielen geel
Meerdere lekke banden of banden met een
aanzienlijk spanningsverlies.
Wielen grijs
Het systeem herkent geen bandenpech. Rede‐
nen daarvoor zijn:
▷Reset van het systeem werd uitgevoerd.▷Storing.
Extra informatie
In de statusweergave worden bovendien de
actuele bandenspanning en modelspecifieke
bandentemperatuur weergegeven. De ge‐
toonde waarden zijn de huidige meetwaarden
en kunnen veranderen door het rijden of door
weersomstandigheden.
Seite 107VeiligheidBediening107
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 964 - VI/15
Alles van A tot Z
TrefwoordenregisterA
Aanbevolen bandenmer‐ ken 204
Aanbevolen brandstof 200
Aandrijfslipregeling, zie DSC 129
Aanhangergewicht 251
Aanhangerstabilisatierege‐ ling 184
Aanklempunt, starthulp 232
Aankomsttijd 93
Aanslaan van de motor 68
Aansluiting van elektrische apparaten 166
Aansteker 165
Aanvullende tekstmelding 85
Aanvullingen en wijzigingen na redactiesluiting 7
Aanwijzing brandstofme‐ ter 86
ABS, anti-blokkeersys‐ teem 129
ACC, actieve gewenste rij‐ snelheid met Stop & Go 135
Acceleratie-assistent, zie Launch Control 79
Accessoires en onderdelen 7
Accu, auto 227
Accu, vervangen 227
Achterlichten 223
Achterlichtlampen 226
Achterruitverwar‐ ming 160, 163
Achteruitkijkspiegel 57
Achteruitrijcamera 147
Actief-koolstoffilter 163
Actieradius 87
Actieve gewenste rijsnelheid met Stop & Go, ACC 135
Active Protection 126 Activeren, airbags 106
Actualiteit van de handlei‐ ding 7
Adaptief remlicht, zie Dynami‐ sche remlichten 126
Adaptieve bochtverlich‐ ting 100
Afdalingen 180
Afdichtmiddel 206
Afmetingen 244
Afstandsbediening/sleutel 32
Afstandsbediening, sto‐ ring 37
Afstandswaarschuwing, zie PDC 144
Afstand tot bestemming 93
Afvalverwerking, koelvloei‐ stof 217
Afzetten van de motor 69
Airbags 104
Airbagschakelaar, zie Sleutel‐ schakelaar voor passagiers‐
airbags 106
Airbags, controle-/waarschu‐ wingslampjes 105
Airconditioning, automa‐ tisch 158
Alarminstallatie 43
Alarm, ongewild 44
Alternatieve oliesoorten 214
Anti-blokkeersysteem, ABS 129
Anticipeerhulp 191
Antivries, sproeiervloei‐ stof 75
Aquaplaning 179
Asbak 165
Asbelastingen, gewich‐ ten 245
AUC automatische luchtrecir‐ culatiefunctie 162 Auto buiten bedrijf stel‐
len 240
Auto, inrijden 178
AUTO-intensiteit 162
Autokrik 226
Autolak 238
Automatisch dimmen, zie Grootlichtassistent 100
Automatische gewenste rij‐ snelheid met Stop & Go 135
Automatische luchtrecircula‐ tiefunctie AUC 162
Automatische start-stop- functie 69
Automatische verlichtingsre‐ geling 99
Automatische versnellings‐ bak, zie Steptronic versnel‐
lingsbak 76
Automatisch vergrende‐ len 42
Auto-onderhoud 238
AUTO-programma, aircondi‐ tioning 159, 161
AUTO-programma, intensi‐ teit 162
Autosleutel, zie Afstandsbe‐ diening 32
Autowasinstallaties 237
B Bagage 181
Bagagedrager, zie Dakdra‐ ger 182
Bagageruimte, opbergvak‐ ken 173
Bagageruimte vergroten 168
Bandbeschadiging 203
Bandenafdichtmiddel 206 Seite 260OpzoekenAlles van A tot Z260
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 964 - VI/15
Condenswater onder deauto 180
Condition Based Service CBS 218
ConnectedDrive 6
ConnectedDrive Services 6
Contact aan 67
Contactdoos 166
Contactdoos achterin 167
Contactdoos, On-Board Dia‐ gnose OBD 219
Contactloos openen van het kofferdeksel 41
Contactsleutel, zie Afstands‐ bediening 32
Contact uit 67
Control Display 16
Control Display, instellin‐ gen 94
Controle- en waarschuwings‐ lampjes, zie "Check-Con‐
trol" 82
Controlelampjes, zie "Check- Control" 82
Controller 17
Corrosie van de remschij‐ ven 180
Cosmeticaspiegel 165
Coverbanden 204
Cruise-control, zie Actieve gewenste rijsnelheid 135
Cruise-control, zie Snelheids‐ regeling 141
Cupholder, bekerhouder 172
D
Dagrijlicht 100
Dagteller 86
Dakbelasting 245
Dakdrager 182
Dakdrager, zie Dakdra‐ ger 182
Dakhemel 15
Dashboardkastje 170
Datum 87 Deactiveren, airbags 106
Defrost, zie Ruiten ont‐ dooien 162
Diefstalbeveiliging, wielbou‐ ten 227
Diefstalbeveiliging, zie Alarm‐ installatie 43
Diesel 201
Dieselroetfilter 179
Digitale klok 87
Dimlicht 98
Dimmende binnenspiegel 59
Dimmende buitenspiegel 58
Displays reinigen 240
Displayverlichting, zie Instru‐ mentenverlichting 102
Doorlaadsysteem 168
Door water rijden 179
Draaicirkel 244
Draai-drukregelaar, zie Con‐ troller 17
Driving Assistant, zie Intelli‐ gent Safety 113
DSC dynamische stabiliteits‐ controle 129
DTC dynamische tractiecon‐ trole 130
Dynamische remlichten 126
Dynamische schokdemper‐ controle 131
Dynamische stabiliteitscon‐ trole DSC 129
Dynamische tractiecontrole DTC 130
E
ECO PRO 188
ECO PRO, anticipeer‐ hulp 191
ECO PRO, bonusactiera‐ dius 190
ECO PRO-rijstijlanalyse 194
ECO PRO-tip 190
Edelhout, onderhoud 239
Eenheden, maten 95 Een wasstraat binnenrij‐
den 237
Eerstehulpset 231
EfficientDynamics 191
EHBO-tas 231
Eigen veiligheid 7
Elektrische glazen dak 46
Elektrische ruitbediening 44
Elektrische stuurwielvergren‐ deling 59
Elektronische weergaven, in‐ strumentenpaneel 81
Elektronisch stabiliteitspro‐ gramma ESP, zie DSC 129
Energieterugwinning 88
ESP elektronisch stabiliteits‐ programma, zie DSC 129
Externe start 231
F
Flessenhouder, zie Bekerhou‐ der 172
Foutmeldingen, zie "Check- Control" 82
Frontairbags 104
Frontlampen 221
G
Garantie 7
Gebruikte symbolen 6
Gedeeld scherm, split‐ screen 22
Gegevens, technische 244
Geïntegreerde gebruiksaan‐ wijzing in de auto 28
Geïntegreerde sleutel 32
Gemiddelde snelheid 93
Gemiddeld verbruik 93
Geparkeerde auto, condens‐ water 180
Gereedschap 220
Geschikte motoroliesoor‐ ten 214 Seite 262OpzoekenAlles van A tot Z262
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 964 - VI/15
Gesleept worden, zie Slepen/wegslepen 233
Gevarendriehoek 231
Gewichten 245
Gladheid, zie buitentempera‐ tuurwaarschuwing 86
Glazen dak, elektrisch 46
Gloeilampen vervangen, zie Vervangen van lampen 220
Goedgekeurde motoroliën, zie Geschikte motorolie‐
soorten 214
Gordelbrenger 55
Gordelherinnering voor be‐ stuurders- en passagiers‐
stoel 54
Gordelherinnering voor de achterbank 54
Gordels, veiligheidsgor‐ dels 53
Grootlicht 73
Grootlichtassistent 100
H
Handbediening, Steptronic versnellingsbak 77
Handgeschakelde versnel‐ lingsbak, zie Handgescha‐
kelde versnellingsbak 76
Handmatige bediening, ach‐ teruitrijcamera 148
Handmatige bediening, bui‐ tenspiegel 58
Handmatige bediening, Park Distance Control PDC 145
Handmatige bediening, por‐ tierslot 37
Handmatige bediening, Side View 151
Handmatige bediening, tank‐ dopklep 199
Handmatige bediening, Top View 152
Handmatige luchthoeveel‐ heid 159, 162 Handmatige luchtverde‐
ling 160, 162
Handmatige snelheidsbe‐ grenzer 124
Handmatige versnellings‐ bak 76
Handrem, zie Parkeerrem 71
Head-Up Display 96
Head-Up Display, verzor‐ ging 240
Heet uitlaatsysteem 179
Helderheid, van het Control Display 95
Hellingshoeksensor 44
Hoekverlichting 100
Homepage 6
Hoofdairbags 104
Hoofdsteunen 49
Hoofdsteunen, voorin 55
Hoogte, auto 244
Hoogwater 179
Houder voor dranken 172
Hout, onderhoud 239
HUD Head-Up Display 96
Hulp bij het wegrijden 134
Hulp bij pechgeval 230
I
IBA, geïntegreerde gebruiks‐ aanwijzing in de auto 28
Identificatienummer, zie Voer‐ tuigidentificatienummer 8
iDrive 16
IJswaarschuwing, zie buiten‐ temperatuurwaarschu‐
wing 86
In-/uitschakelen, zie Groot‐ lichtassistent 100
Individuele instellingen, zie Personal Profile 34
Info bestuurdersassistentie, op het Control Display 96
Info display, zie Boordcompu‐ ter 92
Inhaalverboden 90 Inhaalverbodinfo 90
Initialiseren, bandenpech‐ waarschuwing RPA 111
Initialiseren, bandenspan‐ ningscontrole RDC 108
Inklembeveiliging, glazen dak 47
Inklembeveiliging, ruiten 45
Inparkeerassistent 153
Inrijden, rijaanwijzingen 178
Inschakeltijden, interieurvoor‐ ventilatie 164
Instellingen op Control Dis‐ play 94
Instellingen opslaan van stoel, spiegels 56
Instellingen, stoelen/hoofd‐ steunen 49
Instellingen, ver-/ontgrende‐ len 42
Instrumentenpaneel 81
Instrumentenpaneel, elektro‐ nische weergaven 81
Instrumentenverlichting 102
Intelligente noodoproep 230
Intelligent Safety 113
Intensiteit, AUTO-pro‐ gramma 162
Interieurbeveiliging 44
Interieurverlichting 102
Interieurverlichting bij ont‐ grendelen 36
Interieurverlichting bij ver‐ grendelde auto 37
Internetpagina 6
Intervalmelding, servicebe‐ hoefte 88
Intervalmodus 74
ISOFIX kinderzitjesbevesti‐ ging 64
J Joystick, Steptronic versnel‐ lingsbak 76 Seite 263Alles van A tot ZOpzoeken263
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 964 - VI/15
Juiste plaats voor kinde‐ren 61
K Katalysator, zie Heet uitlaat‐ systeem 179
Kenmerken van aanbevolen banden 204
Keuzehendel, Steptronic ver‐ snellingsbak 76
Keuzelijst op instrumenten‐ paneel 91
Keyless-Go, zie Comforttoe‐ gang 39
Key Memory, zie Personal Profile 34
Kick-down, Steptronic ver‐ snellingsbak 76
Kilometerteller 86
Kinderen veilig vervoeren 61
Kinderzitje 61
Kinderzitjes, montage 62
Klank 6
Klassen van kinderzitjes, ISO‐ FIX 64
Kleerhaken 173
Kleinste draaicirkel 244
Klimaatregeling 158, 160
Klok 87
Knipperlicht, bediening 72
Knop, start-/stop 67
Koelen, maximaal 161
Koelfunctie 159, 161
Koelmiddel 216
Koelsysteem 216
Koelvloeistof 216
Koelvloeistofpeil 216
Koelvloeistoftemperatuur 86
Kofferdeksel, contactloos openen 41
Kofferdeksel, noodontgren‐ deling 39
Kofferdeksel openen 39
Kofferdeksel sluiten 39 Kofferklep via afstandsbedie‐
ning 37
Kogeldruk 251
Koplampen 221
Koplampen instellen 102
Koplampen, onderhoud 238
Koplampreinigingsinstallatie, zie Ruitenwisserinstalla‐
tie 73
Kort knipperen 72
Koude start, zie Starten van de motor 68
Kriksteunpunten 226
Kunststof, onderhoud 239
L Lading 181
Lak, auto 238
Lampen 220
Lampen vervangen, ach‐ ter 223
Lampglazen 221
Lampje in de buitenspiegel, zie Rijstrookwisselmel‐
ding 123
Lamp, passagiersairbags 106
Lamp vervangen 223
Lamp vervangen, LED-kop‐ lampen 222
Lamp vervangen, voor‐ zijde 221
Lamp vervangen, xenonkop‐ lamp 221
Launch Control 79
Leder, verzorging 239
LED-lampen 221
LED-licht, lampvervan‐ ging 222
Leeftijd van de banden 203
Leeggewicht 245
Lendewervelsteun 51
Lengte, auto 244
Letters en cijfers invoeren 23
Licht 98 Lichtdioden, LED-lam‐
pen 221
Lichten vervangen, ach‐ ter 223
Lichtmetalen velgen, verzor‐ ging 239
Lichtschakelaar 98
Lichtsignaal 73
LIM-toets, zie Handmatige snelheidsbegrenzer 124
Linksrijdend verkeer, instel‐ ling koplampen 102
Loos alarm, zie Ongewild alarm 44
Lordosesteun 51
Luchtcirculatie, zie Luchtre‐ circulatiefunctie 159, 162
Lucht drogen, zie Koelfunc‐ tie 159 , 161
Luchthoeveelheid, aircosys‐ teem 159
Luchthoeveelheid, automati‐ sche airconditioning 162
Luchtrecirculatiefunc‐ tie 159 , 162
Luchtuitstroomopening, zie Ventilatie 163
Luchtverdeling, handma‐ tig 160 , 162
Luchtverdeling, individu‐ eel 160 , 162
M
Maateenheden 95
Make-upspiegel 165
Manoeuvreerlijnen, achteruit‐ rijcamera 149
Markering, banden met nood‐ loopeigenschappen 205
Maten 244
Maximaal koelen 161
Maximumsnelheid, weer‐ gave 90
Maximumsnelheid, winter‐ banden 204 Seite 264OpzoekenAlles van A tot Z264
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 964 - VI/15
Ontgrendelen/vergrendelenmet afstandsbediening 36
Ontgrendelen/vergrendelen via portierslot 37
Ontgrendelen, instellin‐ gen 42
Oog om te slepen, zie "Sleep‐ oog" 235
Oog voor borgkabel, rijden met een aanhangwa‐
gen 186
Opbergmogelijkheden 170
Opbergvak achterin 172
Opbergvakken 170
Opbergvakken in de portie‐ ren 171
Openen/sluiten via portier‐ slot 37
Openen en sluiten 32
Openen en sluiten, met af‐ standsbediening 36
Openen en sluiten, zonder af‐ standsbediening 37
Opmerkingen 6
Opslag, banden 205
Oude accu verwerken 228
Overbruggen, zie Start‐ hulp 231
Oververhitting van de motor, zie Koelvloeistoftempera‐
tuur 86
P Park Distance Control PDC 144
Parkeerassistent 153
Parkeerfunctie 58
Parkeerlicht 99
Parkeerrem 71
Parkeerwaarschuwing, zie PDC 144
Passagiersairbags, deactive‐ ring/activering 106
PDC Park Distance Con‐ trol 144 Pech, bandenpechwaarschu‐
wing RPA 110
Pech, vervangen van een wiel 226
Personal Profile 34
Personal Profile, profiel ex‐ porteren 35
Personal Profile, profiel im‐ porteren 35
Persoonlijke gegevens wis‐ sen 23
Persoonswaarschuwing met City-remfunctie 119
Plaats voor kinderen 61
Pleister, zie EHBO-tas 231
Portiersleutel, zie Afstands‐ bediening 32
Portierslot 37
Praktische tips voor het rij‐ den 178
Profiel, banden 203
Profile, zie Personal Pro‐ file 34
R Raapoliemethylester RME 201
Radio 6
Radiografische sleutel, zie Af‐ standsbediening 32
RDC bandenspanningscon‐ trole 107
Rechtsrijdend verkeer, instel‐ ling koplampen 102
Recycling 219
Regelsystemen, koersstabili‐ teit 129
Regensensor 74
Reiniging displays 240
Reinigingsmiddel voor vel‐ gen 239
Reinigingsvloeistof 75
Reis-boordcomputer 93
Reisdoelafstand 93
Remassistent 129 Remlicht, adaptief 126
Remlichten, dynamisch 126
Remmen, aanwijzingen 179
Remschijven inrijden 178
Remvoeringen inrijden 178
Reservewaarschuwing, zie Actieradius 87
Reservezekering 228
Reset, bandenspanningscon‐ trole RDC 108
Resetten, bandenspannings‐ controle RDC 108
Resterende actieradius 87
RES-toets 138
RES-toets, zie Actieve snel‐ heidsregeling, ACC 135
RES-toets, zie Snelheidsre‐ geling 141
Richtingaanwijzer achter 223
Richtingaanwijzer, zie Knip‐ perlicht 72
Rijaanwijzing, ECO PRO 190
Rijaanwijzingen, alge‐ meen 178
Rijbaanbegrenzing, waar‐ schuwing 121
Rijbelevingsschakelaar 131
Rijmodus 131
Rijmodus ECO PRO 188
Rijprogramma configure‐ ren 133
Rijstabiliteitsregelsyste‐ men 129
Rijstijlanalyse 194
Rijstrookwisselmelding 123
Rijtips 178
RME raapoliemethyles‐ ter 201
Roetdeeltjesfilter 179
Roetfilter 179
RON, benzinekwaliteit 200
Rondom de dakhemel 15
Rondom de middencon‐ sole 14
Rondom het stuurwiel 12 Seite 266OpzoekenAlles van A tot Z266
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 964 - VI/15
RPA bandenpechwaarschu‐wing 110
RSC Runflat System Compo‐ nent, zie Banden met nood‐
loopeigenschappen 205
Rubber, verzorging 239
Rugleuning achterbank om‐ klappen, zie doorlaadsys‐
teem 168
Rugleuningbreedte 51
Rugleuningcontour, zie Len‐ densteun 51
Ruitbediening 44
Ruitensproeierinstallatie 73
Ruitensproeiermonden 75
Ruitensproeiers, ruiten 75
Ruitenwisserinstallatie 73
Ruitenwissers, zie Ruitenwis‐ serinstallatie 73
Ruitenwisser, uitgeklapte stand 75
Run Flat-banden 205
S
Schade, banden 203
Schakelaars, zie Bedienings‐ organen 12
Schakelaar voor rijdyna‐ miek 131
Schakeling, handmatige ver‐ snellingsbak 76
Schakelpaddels op het stuur‐ wiel 78
Schakelpuntindicator 89
Scherm tegen verblin‐ ding 165
Schminkspiegel 165
Schokdempercontrole, dyna‐ misch 131
Schroefdraad voor wegsleep‐ oog 235
Schroefdraad, zie Schroef‐ draad voor wegsleep‐
oog 235 Schroevendraaier, zie Boord‐
gereedschap 220
Schuif-/kanteldak 46
Sensoren, verzorging 240
Servicegeschiedenis 89
Services, ConnectedDrive 6
Servotronic 134
Sfeerverlichting 103
Side View 150
Sigarettenaansteker 165
Signalen bij het ontgrende‐ len 42
Sleepoog, zie "Sleep‐ oog" 235
Sleeptouw voor het slepen/ wegslepen 234
Slepen, zie Slepen/wegsle‐ pen 233
Sleutel/afstandsbediening 32
Sleutelschakelaar voor passa‐ giersairbags 106
Slingeren van de aanhanger, zie Aanhangerstabilisatie‐
regeling 184
Slot, portier 37
Sluiten/openen met afstands‐ bediening 36
Sluiten/openen via portier‐ slot 37
Sneeuwkettingen 209
Snelheidsbegrenzer, hand‐ matig 124
Snelheidsbeperking, weer‐ gave 90
Snelheidslimietinfo 90
Snelheidslimietinformatie, boordcomputer 93
Snelheidslimiet, zie Handma‐ tige snelheidsbegren‐
zer 124
Snelheidsregeling 141
Snelheidsregeling, actief met Stop & Go 135
Snelheidswaarschuwing 94
SOS-toets 230
Spanning, banden 202 Spanningscontrole, ban‐
den 107
Spanningwaarschuwing RPA, banden 110
Speciale uitrustingen, stan‐ daard uitrustingen 7
Speed Limit Device, zie Handmatige snelheidsbe‐
grenzer 124
Spiegels 57
Spiegels, memory 56
Splitscreen 22
SPORT+ - programma, rijdy‐ namiek 132
Sportbesturing, variabel 131
Sportmeldingen, koppelweer‐ gave, vermogensweer‐
gave 94
SPORT-programma, rijdyna‐ miek 132
Sportprogramma, versnel‐ lingsbak 77
Spraakgestuurd systeem 25
Sproeiervloeistof 75
Stabiliteitsregelsyste‐ men 129
Stadslicht 98
Standby-modus van de radio 68
Standventilatie 163
Stang voor het slepen/aansle‐ pen 234
Start/stop-knop 67
Starten van de motor 68
Starten van de motor bij sto‐ ring 33
Starten, zie Starten van de motor 68
Startfunctie bij storing 33
Starthulp 231
Starthulp, zie DSC 129
Stationair draaien van de mo‐ tor tijdens het rijden, uitrol‐
len 192
Stationair uitrollen 192
Statusinformatie, iDrive 21 Seite 267Alles van A tot ZOpzoeken267
Online Edition for Part no. 01 40 2 963 964 - VI/15