20Sleutels, portieren en ruitenDruk op de knop om uit te klappen.
Om in te klappen eerst toets indruk‐
ken.
Car Pass Op de Car Pass staan veiligheids‐
technische autogegevens. Daarom
moet deze goed worden bewaard.
Een eventueel ingeschakelde werk‐
plaats heeft voor het verrichten van
bepaalde werkzaamheden deze au‐
togegevens nodig.
HandzenderWordt gebruikt voor: ● Centrale vergrendeling
● Diefstalbeveiliging
● Diefstalalarmsysteem
De afstandsbediening heeft een be‐ reik van ongeveer 6 meter. Het bereik kan variëren door invloeden van bui‐
tenaf. Brandende alarmknipperlich‐
ten dienen als bevestiging.
Afstandsbediening met zorg behan‐
delen, vochtvrij houden, beschermen
tegen hoge temperaturen en onnodig
gebruik vermijden.
Storing
Als de centrale vergrendeling niet met
de afstandsbediening kan worden
vergrendeld of ontgrendeld, kan dit
het gevolg zijn van het volgende:
● Bereik overschreden.
● Batterijspanning te laag.
● Herhaald, opeenvolgend gebruik van de handzender buiten hetbereik, waardoor er opnieuw ge‐
programmeerd moet worden. De
hulp van een werkplaats inroe‐
pen.● Overbelasting van de centrale vergrendeling door herhaalde,
snel opeenvolgende activering
van de afstandsbediening, waar‐
door de stroomvoorziening voor korte tijd wordt onderbroken.
● Storing door radiogolven afkom‐ stig van externe zenders met eenhoog vermogen.
Ontgrendelen 3 21.
Batterij van de afstandsbediening
vervangen
Zodra de reikwijdte afneemt, de bat‐
terij meteen vervangen.
Batterijen horen niet in het huisvuil
thuis. Ze moeten via speciale inza‐
melpunten gerecycled worden.
78Instrumenten en bedieningsorganenKlok
Datum en tijd worden op het
Info-Display weergegeven.
Board-Info-Display 3 93.
Graphic-Info-Display,
Colour-Info-Display 3 96.
Automatische tijdsynchronisatie Board-Info-Display
Het RDS-signaal (Radio Data Sys‐
tem) van de meeste FM-zenders stelt de tijd automatisch in, te herkennen
aan } op het display.
Sommige RDS-zenders zenden geen
correct tijdsignaal uit. In dergelijke ge‐
vallen de automatische tijdsynchroni‐
satie uitschakelen en de tijd handma‐
tig instellen.
Automatische tijdsynchronisatie
deactiveren ( Clock Sync.Off ) of acti‐
veren ( Clock Sync.On ) met de pijltjes‐
toetsen op het "Infotainment"-sys‐
teem.
Voor handmatig instellen van datum
en tijd, menuoptie voor tijd- en datum‐
instellingen uit het menu Instellingen
selecteren en naar keuze instellen.
De in te stellen waarde wordt met pij‐ len gemarkeerd. Gewenste instelling
verrichten met de pijltjestoetsen. De
instelling wordt bij verlaten van de
menukeuzemogelijkheid overgeno‐
men.
Om de tijd met RDS gelijk te stellen in
het, de menuoptie uit het menu
Instellingen selecteren en naar keuze
instellen.
Board-Info-Display 3 93.
Instrumenten en bedieningsorganen95Systeeminstellingen
Op Settings op het Infotainmentsys‐
teem drukken. De menuoptie Audio
wordt weergegeven.
Met de linkerpijltjestoets System op‐
roepen en met OK selecteren.
De eerste functie van het menu
System wordt geaccentueerd. Som‐
mige functies verschijnen in verkorte
vorm op het beeldscherm.
De functies worden in de volgende
volgorde getoond:
● Tijdsynchronisatie
● Tijd, uren instellen
● Tijd, minuten instellen
● Datum, dag instellen
● Datum, maand instellen
● Datum, jaar instellen
● Ontstekingslogica
● Taal instellen
● Maateenheden instellen
Automatische tijdsynchronisatie
Het RDS-signaal (Radio Data Sys‐
tem) van de meeste FM-zenders stelt de tijd automatisch in, te herkennen
aan } op het display.
Sommige zenders zenden geen cor‐
rect tijdsignaal uit. In dergelijke geval‐
len de automatische tijdsynchronisa‐ tie uitschakelen en de tijd handmatig
instellen.
Automatische tijdsynchronisatie
deactiveren ( Clock Sync.Off ) of acti‐
veren ( Clock Sync.On ) met de pijltjes‐
toetsen.
Tijd en datum instellen
Voor handmatig instellen van datum
en tijd, menuoptie voor tijd- en datum‐ instellingen selecteren en naar keuzeinstellen.
218KlantinformatieKlantinformatieKlantinformatie........................... 218
Conformiteitsverklaring ............218
Reparatie ongevalschade ........219
Registratie van voertuigdata en
privacy ....................................... 219
Event Data Recorders (EDR) ..219
Radiofrequentie-identificatie (RFID) ..................................... 220Klantinformatie
Conformiteitsverklaring Radiozendsystemen
Deze auto heeft systemen die radio‐
golven conform Richtlijn 1999/5/EC
verzenden en/of ontvangen. Deze
systemen voldoen aan de essentiële
vereisten en alle andere relevante be‐ palingen van Richtlijn 1999/5/EC.Exemplaren van de originele Confor‐
miteitsverklaringen vindt u op onze
website.
Krik
Vertaling van de oorspronkelijke
conformiteitsverklaring
Conformiteitsverklaring conform EG-
richtlijn 2006/42/EC
Bij deze verklaren wij dat het product: Productaanduiding: Krik
Type/GM onderdeelnummer:
13590195
voldoet aan de bepalingen van richt‐
lijn 2006/42/EC.Gehanteerde technische normen:GMW 14337:Standaarduitrusting
krik - hardwaretestsGMW15005:Standaarduitrusting
krik en reserveband,
boordtestDe bevoegde persoon voor het sa‐
menstellen van de technische docu‐
mentatie is
Hans-Peter Metzger
Engineering Group Manager Chassis & Structure
Adam Opel AG
D-65423 RüsselsheimWas getekend
Daehyeok An
Engineering Group Manager Tyre
Wheel Systems
GM Korea
Bupyung, Incheon, 403-714, Korea
Incheon, Republiek Korea, 4 april
2014
220KlantinformatieBij gebruik van de auto kunnen zich
situaties voordoen waarin deze tech‐ nische gegevens die samenhangen
met andere informatie (rapport over
aanrijding, schade aan de auto, ver‐
klaring van getuigen enz.) in verband
kunnen worden gebracht met een
specifieke persoon - mogelijk met de
hulp van een expert.
Bij extra contractueel met de klant
overeengekomen functies (bijv. loka‐
liseren van de auto in noodgevallen)
mogen er bepaalde gegevens m.b.t.
de auto vanuit de auto worden ver‐
zonden.Radiofrequentie-
identificatie (RFID)
RFID-technologie wordt in sommige
voertuigen gebruikt voor functies
zoals de controle van de banden‐
spanning en beveiliging van het ont‐
stekingssysteem. Het wordt ook sa‐
men gebruikt met apparaten zoals ra‐
diogestuurde afstandsbedieningen
voor het vergrendelen/ontgrendelen
van de deuren en starten en zenders in de auto voor het openen van gara‐ gedeuren. RFID-technologie in Opel-
voertuigen gebruikt geen persoonlijke informatie, houdt ze niet bij of koppelt
deze niet aan andere Opel-systemen
die persoonlijke informatie bevatten.
225Mistlampen.................110, 111, 172
Mistlampen voor ........................110
Motorgegevens .......................... 212
Motor-ID...................................... 210
Motorkap .................................... 161
Motorolie .................... 162, 207, 211
Motoroliedruk ............................... 90
Motoroliepeil laag ........................91
Motorolie verversen .....................90
Motor starten ............................. 127
Motorvermogen verminderd .........91
Munthouder .................................. 57
N Nieuwe auto inrijden ..................126
O Olie ............................................. 162
Olie, motor .......................... 207, 211
Ontlaadbeveiliging accu ............115
Opbergruimte................................ 57
Opbergvak .................................... 59
Opbergvak in bagageruimte .........69
Opbergvakken .............................. 57
Opbergvakken instrumentenpaneel ..................57
Opbergvak middenconsole ..........59
Opbergvak onder passagiersstoel 59
Opbergvak onder passagiersstoel voorin ..............59Opschakelen ................................ 87
Overzicht instrumentenpaneel .....10
P Parkeerhulp ............................... 151
Parkeerlichten ............................ 111
Parkeren .............................. 18, 130
Partikelfilter ................................. 131
Pech ........................................... 201
Pollenfilter .................................. 123
Portieren ....................................... 23
Portier open ................................. 92
Prestaties ................................... 213
Profieldiepte ............................... 191
R Radiofrequentie-identificatie (RFID) ..................................... 220
Regelbare instrumentenverlichting ...........112
Regensensor ................................ 75
Registratie van voertuigdata en privacy ..................................... 219
Remassistentie .......................... 146
Rem- en koppelingsvloeistof ......207
Rem intrappen ............................. 92
Remmen ............................ 144, 165
Remsysteem ................................ 86
Remvloeistof .............................. 165
Reparatie ongevalschade ...........219
Reservewiel ............................... 198Richtingaanwijzer ........................84
Richtingaanwijzers ..................... 110
Roetfilter ............................... 89, 131
Rugleuning neerklappen .............38
Ruiten ........................................... 30
Rijgedrag en aanhangertips ......154
Rijklaar gewicht ....................72, 214
Rijverlichting ................................ 12
S Selectieve katalysatorreductie ....133
Service ............................... 123, 206
Service-display ......................82, 90
Service-indicatie ..........................86
Service-informatie ...................... 206
Sjorogen ...................................... 71
Slepen ................................ 154, 201
Sleutels ........................................ 19
Sleutels, sloten ............................. 19
Sneeuwkettingen .......................192
Snelheidsmeter ............................ 80
Snelheidswaarschuwing ...............92
Spiegels .................................. 28, 29
Spiegelverstelling ..........................9
SPORT-modus ............................ 88
SPORT-modus ........................... 139
Sproeiervloeistof ........................164
Startbeveiliging ......................27, 91
Starten en bedienen ...................126
Starthulp gebruiken ...................199