WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-3
3
DAU49398
Controlelampjes en waarschu-
wingslampjes
DAU11022
Controlelampje richtin gaanwijzers
“”
Dit controlelampje kn ippert wanneer een
richtingaanwijzer knippert.
DAU11061
Vrijstan dcontrolelampje “ ”
Dit controlelampje brandt terwijl de versnel-
lingsbak in de vrijstand staat.
DAU11081
Controlelampje grootlicht “ ”
Dit controlelampje brandt terwijl de kop-
lamp is ingeschakeld voor grootlicht.
DAU11255
Waarschuwin gslampje olieniveau “ ”
Dit waarschuwingslampje gaat branden als
het motorolieniveau laag is.
Het elektrisch circuit voor het waarschu-
wingslampje controleert u door de sleutel
naar “ON” te draaien. Het waarschu-
wingslampje moet enkele seconden oplich-
ten en dan uitgaan.
Licht het waarschuwingslampje niet met-
een op wanneer u de sleutel naar “ON”
draait of blijft het lampje branden, laat het
elektrisch circuit dan door een Yamaha
dealer controleren.OPMERKING Bij een voldoende hoog olieniveau kan
het waarschuwingslampje soms toch
knipperen bij rijden op een helling of
bij plotseling afremmen of optrekken,
er is dan echter geen sprake van een
storing.
Dit model is ook uitgerust met een
zelfdiagnosesysteem voor het circuit
van het waarschuwingslampje olieni-
veau. Als het waarschuwingscircuit
voor het olieniveau een probleem aan-
geeft, wordt de volgende cyclus her-
haald totdat de storing is opgeheven:
Het waarschuwingslampje olieniveau
knippert tien keer en dooft dan gedu-
rende 2.5 seconden. Als dit zich voor-
doet, vraag dan een Yamaha dealer
de machine te controleren.
DAU11367
Waarschuwin gslampje bran dstofniveau
“”
Dit waarschuwingslampje gaat branden
wanneer het brandstofniveau daalt tot be-
neden ca. 2.8 L (0.74 US gal, 0.62 Imp.gal).
Vul in dat geval zo snel mogelijk brandstof
bij.
Het elektrisch circuit voor het waarschu-
wingslampje controleert u door de sleutel
naar “ON” te draaien. Het waarschu-
wingslampje moet enkele seconden oplich-
ten en dan uitgaan.
Licht het waarschuwingslampje niet met-
een op wanneer u de sleutel naar “ON”
draait of blijft het lampje branden, laat het
elektrisch circuit dan door een Yamaha
dealer controleren.
1. Waarschuwingslampje olieniveau “ ”
2. Controlelampje startblokkering “ ”
3. Controlelampje richtingaanwijzers “ ”
4. ABS-waarschuwingslampje “ ”
5. Waarschuwingslampje brandstofniveau “”
6. Waarschuwingslampje motorstoring “ ”
7. Vrijstandcontrolelampje “ ”
8. Controlelampje grootlicht “ ”
1
35 42
8
7
6
ABS
UB33D0D0.book Page 3 Monday, December 1, 2014 2:33 PM
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-4
3
OPMERKINGDit model is bovendien uitgerust met een
zelfdiagnosesysteem voor het circuit van
het waarschuwingslampje brandstofni-
veau. Als het waarschuwingscircuit voor
het brandstofniveau een probleem aan-
geeft, wordt de volgende cyclus herhaald
totdat de storing is opgeheven: Het waar-
schuwingslampje brandstofniveau knippert
acht keer en dooft dan gedurende 3.0 se-
conden. Als dit zich voordoet, vraag dan
een Yamaha dealer de machine te contro-
leren.
DAU46443
Waarschuwingslampje motorstoring
“”
Dit waarschuwingslampje gaat branden
wanneer er een probleem wordt aangege-
ven in het elektrisch circuit dat de motor
controleert. Vraag in dat geval een Yamaha
dealer het zelfdiagnosesysteem te contro-
leren. (Zie pagina 3-6 voor uitleg over de
werking van het zelfdiagnosesysteem.)
Het elektrisch circuit voor het waarschu-
wingslampje controleert u door de sleutel
naar “ON” te draaien. Het waarschu-
wingslampje moet enkele seconden oplich-
ten en dan uitgaan. Licht het waarschuwingslampje niet met-
een op wanneer u de sleutel naar “ON”
draait of blijft het lampje branden, laat het
elektrisch circuit dan door een Yamaha
dealer controleren.
OPMERKINGDit waarschuwingslampje gaat branden als
de sleutel naar “ON” wordt gedraaid en de
startknop wordt ingedrukt. Dit wijst echter
niet op een storing.
DAU51662
ABS-waarschuwin
gslampje “ ”
Onder normale omstandigheden gaat het
ABS-waarschuwingslampje branden als de
sleutel naar “ON” wordt gedraaid en uit als
met een snelheid van 10 km/h (6 mi/h) of
hoger wordt gereden.
Als het ABS-waarschuwingslampje: niet gaat branden wanneer de sleutel
naar “ON” wordt gedraaid
gaat branden of knipperen tijdens het
rijden
niet uitgaat wanneer met een snelheid
van 10 km/h (6 mi/h) of hoger wordt
gereden
Werkt het ABS-systeem mogelijk niet goed.
Vraag als een van de bovenstaande geval-
len zich voordoet zo snel mogelijk een
Yamaha dealer het systeem te controleren.
(Zie pagina 3-10 voor uitleg over de wer- king van het ABS-systeem.)
WAARSCHUWING
DWA16041
Als het ABS-waarschuwing
slampje niet
uit gaat zo dra met een snelhei d van 10
km/h (6 mi/h) of ho ger wor dt g ere den, of
als het waarschuwin gslampje tij dens
het rij den gaat bran den of knipperen,
keert het remsysteem teru g naar con-
ventioneel remmen. Als een van de bo-
venstaan de gevallen zich voor doet, of
als het waarschuwin gslampje helemaal
niet gaat bran den, rij d an extra voorzich-
ti g om te voorkomen d at de remmen in
noo dsituaties blokkeren. Laat het rem-
systeem en de elektrische circuits zo
snel mo gelijk door een Yamaha d ealer
controleren.OPMERKINGAls de startknop wordt ingedrukt terwijl de
motor draait gaat het ABS-waarschu-
wingslampje branden, maar dit duidt niet
op een storing.
ABS
UB33D0D0.book Page 4 Monday, December 1, 2014 2:33 PM
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-6
3
Snelheidsmeter
De snelheidsmeter geeft de rijsnelheid van
het voertuig aan.
Kilometerteller, rittellers, ritteller voor
b ran dstofreserve en klok
Door indrukken van de “SELECT”-schake-
laar wisselt de weergave tussen de kilome-
tertellermodus “ODO”, de rittellermodi
“TRIP 1” en “TRIP 2” en de klokmodus, in
de onderstaande volgorde:
ODO → TRIP 1 → TRIP 2 → klok → ODO
Als het waarschuwingslampje brandstofni-
veau aangaat (zie pagina 3-3), wisselt de
weergave automatisch naar de brandstof-
reserve-rittellermodus “TRIP F” en wordt
de afgelegde afstand vanaf dat punt aan-
gegeven. In dat geval wordt door het in-
drukken van de “SELECT”-schakelaar in de onderstaande volgorde gewisseld tussen
de diverse weergaven van rittellers en kilo-
meterteller:
TRIP F →
TRIP 1 → TRIP 2 → klok → ODO
→ TRIP F
Om een ritteller op nul terug te stellen, se-
lecteert u deze door op de “SELECT”-
schakelaar te drukken en houdt u daarna
de “SELECT”-schakelaar minstens een se-
conde ingedrukt. Wanneer u de brandstof-
reserve-ritteller niet ze lf met de hand op nul
terugstelt, wordt deze automatisch terug-
gesteld zodra na het tanken 5 km (3 mi) is
gereden en verschijnt de vorige weergave-
modus weer.
Om de klok op tijd te zetten
1. Houd de “SELECT”-schakelaar min- stens 5 seconden ingedrukt. 2. Als de uuraanduiding begint te knip-
peren, druk dan op de “SELECT”-
schakelaar om de uren in te stellen.
3. Houd de “SELECT”-schakelaar min- stens een seconde ingedrukt en de
minutenaanduiding zal gaan knippe-
ren.
4. Druk op de “SELECT”-schakelaar om
de minuten in te stellen.
5. Houd de “SELECT”-schakelaar min- stens een seconde ingedrukt om de
klok te starten.
Zelf dia gnosesysteem
Dit model is uitgerust met een zelfdiagno-
sesysteem voor diverse elektrische circuits.
1. Kilometerteller/ritteller/ritteller brandstofre- serve/klok
1
1. Klok
1
1. Weergave foutcode
2. Waarschuwingslampje motorstoring “ ”
3. Controlelampje startblokkering “ ”
123
UB33D0D0.book Page 6 Monday, December 1, 2014 2:33 PM
GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE
5-1
5
DAU15952
Lees de gebruikershandleiding zorgvuldig
door om u vertrouwd te maken met alle be-
dieningselementen. Als u de werking van
een functie of bedieningselement niet be-
grijpt, vraag dan uw Yamaha dealer om uit-
leg.
WAARSCHUWING
DWA10272
Een onvol doen de vertrouw dhei d met de
b ed ienin gselementen kan lei den tot ver-
lies van d e controle, met mo gelijk een
on geval of letsel tot g evolg.
DAU48712
OPMERKINGDit model is uitgerust met:
een hellingshoeksensor, waarbij de
motor afslaat bij kanteling. In dit geval
geeft het display foutcode 30 weer,
maar dit is geen storing. Draai de sleu-
tel naar “OFF” en vervolgens naar
“ON” om de foutcode te wissen. Als u
dat niet doet zal de motor niet starten,
ondanks dat de motor wordt aange-
zwengeld als u op de startknop drukt.
een automatische motorstop. De mo-
tor stopt automatisch als deze 20 mi-
nuten stationair draait. Als de motor
stopt, druk dan simpelweg op de
startknop om de motor opnieuw te
starten.
DAU67591
Starten van d e motorDoor het startblokkeringssysteem is starten
alleen mogelijk als aan een van de volgen-
de voorwaarden is voldaan:
De versnellingsbak staat in de vrij-
stand.
De versnellingsbak staat in een ver-
snelling geschakeld terwijl de koppe-
lingshendel is ingetrokken en de
zijstandaard is opgeklapt.
Zie pagina 3-17 voor meer informatie.
1. Draai de contactsleutel naar “ON” en controleer of de startschake-
laar/noodstopschakelaar op “ ” is
gezet.
De volgende waarschuwingslampjes
en het controlelampje moeten enkele
seconden oplichten en dan uitgaan. Waarschuwingslampje olieni-
veau
Waarschuwingslampje brand-
stofniveau
Waarschuwingslampje motor-
storing
Controlelampje startblokkeringLET OP
DCA11834
Als een waarschuwin gs- of controle-
lampje niet gaat bran den wanneer de
sleutel naar “ON” wor dt ged raai d, of
UB33D0D0.book Page 1 Monday, December 1, 2014 2:33 PM
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-15
6
Banden verouderen, zelfs als ze niet of
slechts sporadisch zijn gebruikt. Scheuren
in het rubber van het loopvlak en de wang
van de band, soms in combinatie met ver-
vorming van het karkas, zijn een teken van
veroudering. Oude banden moeten worden
gecontroleerd door bandenspecialisten om
na te gaan of ze geschikt zijn voor verder
gebruik.
WAARSCHUWING
DWA10462
Monteer altijd voor- en achter ban den
van hetzelf de merk en type. Verschillen-
d e ban den kunnen het wegge dra g van
d e machine veran deren, wat kan lei den
tot een on geval.Na uitgebreide tests zijn alleen de hieron-
der vermelde banden door Yamaha goed-
gekeurd voor dit model.
DAU21963
GietwielenLet ten aanzien van de voorgeschreven
wielen op het volgende voor een optimale
prestatie, levensduur en veilige werking van
uw voertuig.
Voor elke rit moeten de velgranden
worden gecontroleerd op scheurtjes,
verbuiging, kromheid of andere scha-
de. Laat in geval van schade het wiel
door een Yamaha dealer vervangen.
Probeer het wiel nooit zelf te repare-
ren, hoe klein de reparatie ook is. Ver-
vang een wiel dat vervormd is of
haarscheurtjes vertoont.
Na het vervangen van een wiel of
band moet het wiel worden uitgeba-
lanceerd. Een niet uitgebalanceerd
wiel zal mogelijk slecht functioneren of
kan een slechte wegligging en een
verkorte levensduur van de banden
tot gevolg hebben.
DAU33892
Vrije sla g van koppelin gshen del
afstellenDe vrije slag van de koppelingshendel dient
5.0–10.0 mm (0.20–0.39 in) te bedragen,
zoals weergegeven. Controleer de vrije slag
van de koppelingshendel regelmatig en stel
indien nodig als volgt af.
Draai de stelbout van de koppelingsspeling
op de koppelingshendel richting (a) voor
meer vrije slag van de koppelingshendel.
Draai de stelbout richting (b) voor minder
vrije slag van de koppelingshendel.
Voor
ban d:
Maat: 100/90B19M/C 57H
Fabrikant/model:
MICHELIN/COMMANDER 2
Achter ban d:
Maat:
150/80B16M/C 71H
Fabrikant/model: MICHELIN/COMMANDER 21. Stelbout voor vrije slag koppelingshendel
2. Vrije slag van koppelingshendel
1
2
(a)
(b)
UB33D0D0.book Page 15 Monday, December 1, 2014 2:33 PM
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-24
6
DAU23292
Controleren van wiellagersDe voor- en achterwiellagers moeten wor-
den gecontroleerd volgens de intervalperi-
oden voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema. Als de wiel-
naaf speling vertoont of het wiel niet soepel
draait, vraag dan een Yamaha dealer de
wiellagers te controleren.
DAU50291
AccuDe accu bevindt zich onder het zadel. (Zie
pagina 3-15.)
Dit model is voorzien van een VRLA (Valve
Regulated Lead Acid)-accu. De elektrolyt
hoeft niet te worden gecontroleerd en er
hoeft geen gedistilleerd water te worden
bijgevuld. Het is echter wel nodig om de ac-
cukabelverbindingen te controleren en, in-
dien nodig, vast te zetten.
WAARSCHUWING
DWA10761
Elektrolyt is gifti g en gevaarlijk om-
d at het zwavelzuur b evat, een stof
d ie ernsti ge bran dwon den veroor-
zaakt. Vermij d contact met d e huid,
o gen of kle din g en b escherm uw o
gen altij d b ij werkzaamhed en na-
b ij accu’s. Voer als vol gt EERSTE
HULP uit als er lichamelijk contact
is geweest met elektrolyt.
UITWENDIG: Spoel overvloe dig
met water.
INWENDIG: Drink g rote hoeveel-
he den water of melk en roep d i-
rect de hulp in van een arts.
OGEN: Spoel g ed uren de 15 mi-
nuten met water en roep direct
me dische hulp in.
Accu’s pro duceren het explosieve
waterstof gas. Hou d daarom von-
ken, open vuur, sig aretten e.d. uit
d e buu
rt van d e accu en zor g voor
vol doen de ventilatie bij acculad en
in een af gesloten ruimte.
HOUD DEZE EN ALLE ACCU’S BUI-
TEN BEREIK VAN KINDEREN.
Om de accu op te la den
Vraag zo snel mogelijk een Yamaha dealer
de accu te laden als deze ontladen lijkt te
zijn. Vergeet niet dat de accu sneller ontla-
den raakt als de machine is uitgerust met
optionele elektrische accessoires.
1. Positieve accukabel (rood)
2. Accu
3. Negatieve accukabel (zwart)
1
2
3
UB33D0D0.book Page 24 Monday, December 1, 2014 2:33 PM
SPECIFICATIES
8-1
8
Afmetingen:Totale lengte:
2295 mm (90.4 in)
Totale breedte:
775 mm (30.5 in)
Totale hoogte: 1160 mm (45.7 in)
Zadelhoogte: 765 mm (30.1 in)
Wielbasis:
1570 mm (61.8 in)
Grondspeling: 135 mm (5.3 in)
Kleinste draaicirkel: 3300 mm (129.9 in)Gewicht:Rijklaar gewicht:251 kg (553 lb)Motor:Type motor:
Luchtgekoeld, 4-takt, SOHC
Cilinderopstelling: 2-cilinder, V-blok
Slagvolume: 942 cm3
Boring × slag:
85.0 × 83.0 mm (3.35 × 3.27 in)
Compressieverhouding: 9.0 : 1
Startsysteem: Elektrische startmotor
Smeersysteem:
Wet sump
Motorolie:Aanbevolen merk:YAMALUBE
Type:
SAE 10W-30, 10W-40, 10W-50, 15W-40,
20W-40 of 20W-50
Aanbevolen kwaliteit motorolie: Type API service SG of hoger, JASO MA
norm
Hoeveelheid motorolie:
Zonder vervanging van oliefilterpatroon: 3.70 L (3.91 US qt, 3.26 Imp.qt)
Met vervanging van oliefilterpatroon:
4.00 L (4.23 US qt, 3.52 Imp.qt)Luchtfilter:Luchtfilterelement:Papieren element met oliecoatingBran dstof:Aanbevolen brandstof:
Normale loodvrije benzine (Gasohol (E10)
acceptabel)
Inhoud brandstoftank: 12 L (3.2 US gal, 2.6 Imp.gal) Hoeveelheid reservebrandstof:
2.8 L (0.74 US gal, 0.62 Imp.gal)
Bran dstofinjectie:Gasklephuis:
Het teken van identificatie: 1TP1 01Bou gie(s):Fabrikant/model:
NGK/CPR7EA-9
Elektrodenafstand: 0.8–0.9 mm (0.031–0.035 in)Koppelin g:Type koppeling:
Nat, meervoudige plaatVersnellin gsb ak:Primaire reductieverhouding:
1.674 (72/43)
Eindoverbrenging: Riem
Secundaire reductieverhouding: 2.333 (70/30)
Type versnellingbak:
Constant mesh, 5 versnellingen
Bediening: Bediening met linkervoet
Overbrengingsverhoudingen: 1e: 3.067 (46/15)
2e: 2.063 (33/16)
3e:
1.579 (30/19)
4e: 1.259 (34/27)
–20 –10 0 1020 30 40 50 C
10 30 50 70 90 110
0 130 F
SAE 10W-30
SAE 15W-40SAE 20W-40SAE 20W-50
SAE 10W-40SAE 10W-50
UB33D0D0.book Page 1 Monday, December 1, 2014 2:33 PM