Starten en afzetten
RIJDEN4.7
Starten en afzettenModel S starten
Bij het openen van een portier worden het instrumentenpaneel en het touchscreen van de Model S ingeschakeld. In de cirkel in het midden van het instrumentenpaneel wordt de status van de portieren en het energieniveau weergegeven, alle bedieningsorganen kunnen bediend worden.
Rijden:
•TRAP OP HET REMPEDAAL - de cirkel in het midden van het instrumentenpaneel verandert in een snelheidsmeter en een energiemeter met weergave van de actieradius en de gekozen versnelling (P, R, N of D)
•KIES EEN VERSNELLING - helemaal naar beneden voor vooruit rijden (D) en helemaal omhoog voor achteruit rijden (R),
Alles wat van belang is tijdens het rijden met de Model S wordt op het instrumentenpaneel weergegeven.
Sleutel niet aanwezig
Als de Model S geen sleutel "ziet" als u op het rempedaal trapt, verschijnt er een bericht op het instrumentenpaneel dat er geen sleutel is gedetecteerd.
Plaats de sleutel in het bekerhouder in de middenconsole, daar kan de auto de sleutel het beste waarnemen.
Als de sleutel dan nog steeds niet wordt gezien, houd deze dan tegen de middenconsole, precies onder het 12V-stopcontact (zie blz. 5.19). Of probeer een andere sleutel. Neem contact op met Tesla als een andere sleutel ook niet werkt.
Of de auto de sleutel kan zien, hangt van verschillende factoren af. Voorbeelden daarvan zijn een lege batterij in de sleutel, interferentie van andere apparatuur die gebruik maakt van radiosignalen en fysieke obstakels tussen de zender en de ontvanger.
Houd de sleutel altijd bij u. Deze heeft u nodig om de Model S na een stop opnieuw te kunnen starten. En bij het verlaten van de auto moet u de sleutel meenemen om de auto handmatig of automatisch te vergrendelen (zie blz. 2.5).
Uitschakelen
Zet de auto na het rijden in stand P (Parkeren) door de toets op het uiteinde van de selectiehendel in te drukken. De parkeerrem wordt automatisch ingeschakeld en alle systemen blijven werken. Als u met de sleutel de auto verlaat, zal de Model S zichzelf automatisch uitschakelen en ook het touchscreen en het instrumentenpaneel gaan uit.
De Model S schakelt zichzelf ook automatisch uit als de auto meer dan 15 minuten in stand P(Parkeren) staat, ook als u nog achter het stuur zit.
Als u de auto wilt uitschakelen terwijl u nog achter het stuur zit, tik dan op het touchscreen op Controls > E-Brake & Power Off > Power Off. De Model S schakelt zichzelf automatisch weer in als u het rempedaal intrapt of op een willekeurige plaats het touchscreen aanraakt.
OPMERKING: Bij het verlaten van de auto wordt deze automatisch in stand P (Parkeren) gezet, ook al heeft u de selectiehendel zelf eerst in stand N (Neutraal) gezet. Model S in Neutraal laten staan, zie blz. 4.9.
VersnellingenVersnellingen
4.8GEBRUIKERSHANDLEIDING MODEL S
Ve r s n e l l i n g e nSchakelen
Als de auto in stand P (Parkeren) staat, moet ueerst het rempedaal intrappen om een andere versnelling in te schakelen.
Duw de hendel omhoog of omlaag om een versnelling te kiezen.
Als u onder het rijden probeert een versnelling in te schakelen die niet geschikt is vanwege de snelheid waarmee u op dat moment rijdt, dan klinkt er een waarschuwingssignaal en wordt de desbetreffende versnelling niet ingeschakeld.
Achteruit
Duw de hendel helemaal omhoog en laat deze dan los. Het inschakelen van de achteruit is alleen mogelijk als de auto stilstaat of rijdt met een snelheid van minder dan 8 km/h. Trap het rempedaal in als de snelheid lager is dan 1,6 km/h.
Neutraal
Duw de hendel één stand omhoog of omlaag en laat deze dan los om de auto in stand N (Neutraal) te zetten. In stand N (Neutraal) kan de Model S vrij rollen.
Als de auto in stand P (Parkeren) staat en u lost parkeerrem via het touchscreen (Controls > E-Brake & Power Off), dan wordt de Model S automatisch in stand N (Neutraal) gezet (zie blz. 4.25).
De Model S wordt automatisch in stand P (Parkeren) gezet als u de auto verlaat. Gebruik het touchscreen om de auto in de Tow-stand te zetten (zie blz. 4.9).
Rijden
Duw de hendel helemaal omlaag en laat deze dan los. Het inschakelen van stand D (Rijden) is alleen mogelijk als de auto stilstaat of achteruitrijdt met een snelheid van minder dan 8 km/h. Trap het rempedaal in als de snelheid lager is dan 1.6 km/h, om stand D (Rijden) in te schakelen.
Versnellingen
RIJDEN4.9
Parkeren
Zorg dat de auto helemaal stilstaat en druk op het uiteinde van de selectiehendel. Als de auto in stand P (Parkeren) staat, wordt ook altijd de parkeerrem aangetrokken.
De Model S wordt automatisch in stand P(Parkeren) gezet als u:
•Het bestuurdersportier opent en de auto achterlaat.
•De laadkabel aansluit.
Model S in Neutraal laten staan
(Tow-stand)
De Model S zet zichzelf automatisch in stand P(Parkeren) als u uit de auto stapt. Deze functie dient om dit te voorkomen zodat de auto in bijzondere situaties vrij kan rollen (bijvoorbeeld in een wasstraat, op een autotransporter takelen enz.):
1.Zet de selectiehendel in stand P.
2.Tr a p h e t r e m p e d a a l i n .
3.Tik op het touchscreen op Controls > E-Brake & Power Off > Tow Mode.
De auto geeft een piepje ter bevestiging, schakelt dan naar stand N (Neutraal) en zet de parkeerrem los (indien vastgezet).
Als de auto in de Tow-stand staat, gaat het controlelampje op het instrumentenpaneel branden en verschijnt er een bericht om aan te geven dat de auto vrij kan rollen.
OPMERKING: In de Tow-stand kan de auto niet in een versnelling gezet worden. Zet de selectiehendel in stand P (Parkeren) of tik nogmaals op "Tow mode" om de Tow-stand uit te schakelen. Als de auto in stand P (Parkeren) staat en u lost parkeerrem via het touchscreen (Controls > E-Brake & Power Off > Parking Brake), dan wordt de Tow-stand ook uitgeschakeld.
Remmen
RIJDEN4.25
Regeneratief remmen
Elke keer dat u tijdens het rijden de voet van het gas neemt, verliest de auto door regeneratief remmen snelheid terwijl de daarbij opgewekte energie wordt gebruikt om de batterij op te laden.
Door goed te anticiperen en tijdig uw voet van het gaspedaal te nemen, kunt u de voordelen van regeneratief remmen optimaal benutten en de actieradius vergroten. Natuurlijk is dit geen volwaardig alternatief voor het echte remmen om gevaarlijke situaties te voorkomen.
OPMERKING: Als de auto door het regeneratief remmen sterk afremt, bijvoorbeeld tijdens een afdaling, dan gaan de remlichten branden om het achteropkomend verkeer te waarschuwen.
De energiemeter op het instrumentenpaneel geeft real-time informatie over de hoeveelheid energie die wordt herwonnen
De hoeveelheid energie die op deze manier wordt herwonnen en in de batterij wordt opgeslagen, is afhankelijk van de staat van de batterij en het door u ingestelde laadniveau. Als het regeneratief remmen is beperkt, verschijnt er een gele stippellijn op de energiemeter. Het regeneratief remmen kan bijvoorbeeld beperkt worden omdat de batterij te koud of te heet is, de extra energie wordt dan gebruikt om de batterij te verwarmen of te koelen. Regeneratief remmen wordt ook beperkt als de batterij helemaal volgeladen is.
Niveau regeneratief remmen instellen
U kunt het niveau voor het regeneratief remmen via het touchscreen instellen.
1.Tik op "Controls".
2.U kunt kiezen uit 2 niveaus:
•Standard - maximaal regeneratief remmen Als u het gas loslaat, zal de Model S sterk afremmen, zo kunt u de remmen sparen.
•Low - beperkt regeneratief remmen Als u het gas loslaat, zal de auto minder sterk afremmen en langer doorrollen.
OPMERKING: Bij het starten van de Model S wordt het regeneratief remmen altijd automatisch op "Standard" gezet.
Parkeerrem
De parkeerrem wordt automatisch aangetrokken als u de selectiehendel in stand P (Parkeren) zet. De parkeerrem wordt automatisch gelost als u een andere versnelling kiest.
OPMERKING: De parkeerrem werkt alleen op de achterwielen en is onafhankelijk van de voetrem.
U kunt de parkeerrem handmatig lossen via het touchscreen (de Model S wordt tegelijkertijd in stand N (Neutraal) gezet):
1.Tik op het touchscreen op Controls > E-Brake & Power Off.
2.Tr a p h e t r e m p e d a a l i n e n t i k o p Parking Brake. Als de auto in stand P (Parkeren) stond, wordt deze nu automatisch in stand N (Neutraal) gezet.
Het controlelampje van de parkeerrem op het instrumentenpaneel gaat branden als u de parkeerrem via het touchscreen aantrekt.
Als er een elektrische storing wordt geconstateerd aan de parkeerrem, verschijnt er aan de bovenzijde van het touchscreen een oranje gekleurde foutmelding.
AANWIJZING: In het uitzonderlijke geval dat de Model S helemaal zonder stroom komt te staan, kunt u de parkeerrem niet lossen.
Touchscreen - Bedieningsorganen
TOUCHSCREEN5.5
1.Close
Tik op het kruisje in de cirkel aan de linker bovenzijde om het venster te sluiten. U kunt het venster ook sluiten door ergens buiten het venster op het scherm te tikken.
2.Sunroof
Tik op dit icoon om de stand het het open dak (indien aanwezig) in te stellen (zie blz. 2.12).
3.Driving
•Suspension
Tik op dit icoon om, als de auto is uitgerust met actieve luchtvering, de hoogte van de auto handmatig aan te passen (zie blz. 5.12). U moet het rempedaal intrappen om de instelling van de vering te kunnen veranderen. Auto's met actieve luchtvering hebben een automatische niveauregeling die ook werkt als de auto is uitgeschakeld. Deze niveauregeling moet uitgeschakeld worden als de auto wordt opgetakeld of gesleept (zie blz. 7.26 en 9.3).
•Steering mode
Vo o r h e t i n s te l l e n va n d e k ra c h t wa a r m e e het stuurwiel verdraaid moet worden. Sport geeft een betere respons terwijl Comfort zorgt voor een lichtere besturing en extra gemak bij het inparkeren (zie blz. 4.3).
•Regenerative braking
Als het gaspedaal wordt losgelaten, zal de auto snelheid verliezen door het regeneratief remmen. De energie die daarbij wordt opgewekt, wordt gebruikt om de batterij weer op te laden. Selecteer Low om het remmende effect te beperken, dit gaat echter wel ten koste van de actieradius (zie blz. 4.25).
OPMERKING: Ongeacht de instellingen is de hoeveelheid energie die met regeneratief remmen wordt herwonnen kleiner als de batterij vol is, of als het heel heet of heel heet is (de extra energie wordt gebruikt om de batterij te koelen of te verwarmen).
•Tr a c t i o n C o n t r o l
Als de Traction Control wordt uitgeschakeld, verschijnt er een waarschuwing op het instrumentenpaneel. Het systeem wordt
aan het einde van elke rit automatisch weer ingeschakeld (zie blz. 4.26).
•Creep
Selecteer ON als u wilt dat de auto in stand D (Rijden) en R (Achteruit) kruipt als u het rempedaal loslaat (net als bij een conventionele automatische transmissie). Om deze instelling te kunnen veranderen moet de selectiehendel in stand P (Parkeren) staan.
4.Cold weather-pakket
Als de Model S is uitgerust met het optionele Cold Weather-pakket beschikt u over stoelverwarming en verwarmde ruitenwissers. U kunt de verwarming van de beide voorstoelen ook instellen via het bedieningspaneel van de airco aan de onderzijde van het touchscreen (zie blz. 5.8).
5.Tr i p s
Het bekijken en resetten van de dagteller (zie blz. 4.22).
6.Displays
Vo o r h e t h a n d m a t i g i n s t e l l e n va n d e lichtsterkte en het selecteren van dag- (lichte achtergrond) of nachtweergave (donkere achtergrond). Als het scherm op Auto staat, wisselt het touchscreen automatisch tussen dag- en nachtweergave waarbij de lichtsterkte afhankelijk is van de hoeveelheid licht.
7.E-Brake & Power Off
U kunt handmatig:
•De parkeerrem vastzetten en lossen (blz. 4.24).
•Uitschakelen (zie blz. 4.7)
•De Model S in Neutraal laten staan door de Tow-stand in te schakelen (zie blz. 9.3).
8.Doors & locks (zie blz. 2.4)
9.Control lights (zie blz. 4.13)
WA A R S C H U W I N G : K i j k n i e t n a a r het touchscreen onder het rijden. Dit vergroot de kans op een aanrijding. Alles wat van belang is tijdens het rijden wordt op het instrumentenpaneel weergegeven.
Tijdelijke bandenreparatieTijdelijke bandenreparatie
7.10GEBRUIKERSHANDLEIDING MODEL S
Tijdelijke bandenreparatieBandenreparatiesetje
De model S heeft geen reservewiel. Afhankelijk van het land van bestemming wordt de auto al dan niet standaard afgeleverd met een bandenreparatiesetje. Als uw auto zonder bandenreparatiesetje is afgeleverd, kunt u er aanschaffen via Tesla.
Het bandenreparatiesetje bestaat uit een compressor en een busje met vulmiddel (genoeg voor één reparatie). Het vulmiddel is geschikt voor het dichten van kleine gaatjes tot maximaal 6 mm en deze reparatie dient slechts als tijdelijke oplossing.
OPMERKING: Neem contact op met de Tesla Assistance bij gaatjes groter dan 6 mm, bij beschadigingen en bij andere defecten aan de band.
WA A R S C H U W I N G : H e t r e p a r a t i e s e t j e is alleen bedoeld als tijdelijke oplossing. Laat een lekke band zo snel mogelijk repareren of vervangen.
WA A R S C H U W I N G : R i j d n i e t h a r d e r d a n 48 km/h met een band die met behulp van het bandenreparatiesetje tijdelijk is gerepareerd.
WA A R S C H U W I N G : L e e s e n v o l g d e aanwijzingen op de verpakking van het reparatiesetje.
AANWIJZING: Rijd niet door met een lekke band, hierdoor kan de band onherstelbaar beschadigd raken.
Busje met vulmiddel
Het vulmiddel in het bandenreparatiesetje van Te s l a i s g o e d g e k e u r d v o o r d e M o d e l S e n i s speciaal ontwikkeld om schade aan de bandenspanningsensoren van het TPMS te voorkomen. Vervang het lege busje dan ook alleen door eenzelfde busje setje met dezelfde inhoud (zie blz 7.13). Busjes met vulmiddel zijn verkrijgbaar via Tesla.
De uiterste houdbaarheidsdatum staat aan de buitenzijde op het busje. Na het verstrijken van de uiterste houdbaarheidsdatum, kan het vulmiddel minder goed werken. Vervang daarom een busje waarvan de uiterste houdbaarheidsdatum is verstreken.
WA A R S C H U W I N G : G e b r u i k g e e n a n d e r vulmiddel dan dat uit het bandenreparatiesetje van Tesla. Bij het gebruik van andere middelen kunnen de bandenspanningsensoren defect raken.
WA A R S C H U W I N G : L e e s e n v o l g de aanwijzingen van de fabrikant op het busje.
WA A R S C H U W I N G : H o u d v u l m i d d e l buiten het bereik van kinderen.
WA A R S C H U W I N G : H e t v u l m i d d e l k a n schadelijk zijn als het in de ogen komt of als het ingeslikt of ingeademd wordt. Als u vulmiddel in uw ogen krijgt, spoel ze dan direct met veel water en raadpleeg bij aanhoudende irritatie een arts. Als het middel werd ingeslikt, wek dan geen braken op maar neem direct contact op met arts. Zorg voor veel frisse lucht als u het vulmiddel hebt ingeademd. Inademen kan slaperigheid en duizeligheid veroorzaken. Als de ademhaling moeilijk gaat, neem dan onmiddellijk contact op met een arts.
Aanwijzingen voor sleepdiensten
TESLA ASSISTANCE9.3
Aanwijzingen voor sleepdienstenGebruik altijd een autoambulance.
Gebruik altijd een autoambulance, tenzij anders door Tesla wordt aangegeven. Sleep de Model S nooit met de wielen op de grond.
AANWIJZING: Schade tengevolge van transport valt niet onder garantie.
Vo l g d e vo l g e n d e i n s t r u c t i e s vo o r h e t t ra n s p o r t van de Model S nauwgezet.
Schakel de niveauregeling uit
(alleen auto's met luchtvering)
Als uw auto is uitgerust met actieve luchtvering, zal de auto uit zichzelf op de juiste hoogte komen, ook als de auto is uitgeschakeld. Zet de auto in de JACK-stand om de niveauregeling uit te schakelen en zo schade te voorkomen:
1.Tik op CONTROLS linksonder op het touchscreen.
2.Tr a p h e t r e m p e d a a l i n e n t i k d a n o p Controls > Very High om de auto in de hoogste stand te zetten.
3.Tik op Jack.
Als de auto in de Jack-stand staat, gaat het controlelampje op het instrumentenpaneel branden en verschijnt er een bericht om aan te geven dat de luchtvering is uitgeschakeld.
OPMERKING: De Jack-stand wordt automatisch uitgeschakeld als de auto harder dan 7 km/h rijdt.
AANWIJZING: Als de Jack-stand niet wordt ingeschakeld, kan de auto tijdens het transport losraken waardoor ernstige schade zou kunnen ontstaan.
Tow-stand inschakelen
Bij het verlaten van de auto wordt deze automatisch in stand P (Parkeren) gezet, ook al heeft u de selectiehendel zelf eerst in stand N (Neutraal) gezet. To keep Model S in Neutral (which disengages the parking brake), you must activate tow mode:
1.Zet de selectiehendel in stand P.
2.Tr a p h e t r e m p e d a a l i n e n t i k d a n o p Controls > E-Brake & Power Off > Tow Mode.
Als de auto in de Tow-stand staat, gaat het controlelampje op het instrumentenpaneel branden en verschijnt er een bericht om aan te geven dat de auto vrij kan rollen.
OPMERKING: De Tow-stand wordt automatisch uitgeschakeld als de selectiehendel in stand P (Parkeren) wordt gezet.
AANWIJZING: Als het elektrisch systeem van de auto niet werkt en u kunt daardoor de parkeerrem niet lossen, probeer het dan met een 12V-hulpaccu. Bel het nummer op de vorige bladzijde voor nadere aanwijzingen. Als u de parkeerrem om een of andere reden niet kunt lossen, gebruik dan een rijplateau of dollies om de auto over een korte afstand te slepen. Controleer vooraf altijd de specificaties van de fabrikant van de dollies en de maximum belasting.
Lierkabel bevestigen
1.Ve r w i j d e r d e g r i l l e - a f d e k p l a a t .
Steek een plat gereedschap aan de rechter bovenzijde tussen de plaat en het voorscherm zoals is aangegeven en wip de plaat voorzichtig naar voren toe los. Trek de afdekplaat vervolgens recht naar u toe,