13
Ion_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Controlelampjes uitgeschakelde functies
ControlelampjeStatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Passagiersairbag Brandt constant, op de
middenconsole. De schakelaar in het dashboardkastje
staat in de stand "
OFF".
De frontairbag aan passagierszijde is
uitgeschakeld. Zet de schakelaar in de stand "
ON" om de frontairbag
aan passagierszijde in te schakelen. Bevestig in dit
geval op deze zitplaats geen kinderzitje met de "rug in
de rijrichting".
Controleer altijd de status van de passagiersairbag
voordat u de motor start.
ESP/ASR Brandt constant. De ESP/ASR-schakelaar op het
dashboard (bestuurderszijde) is
ingedrukt.
Het ESP/ASR is uitgeschakeld.
ESP: Electornic Stability Program.
ASR: Anti Spin Regeling. Druk de ESP/ASR-schakelaar op het dashboard
nogmaals in om het ESP/ASR weer in te schakelen.
De systemen worden automatisch opnieuw
ingeschakeld bij het starten van de auto.
De volgende lampjes geven aan dat de desbetreffende functie handmatig is uitgeschakeld.
Soms klinkt er ook een geluidssignaal.
1
Controle tijdens het rijden
69
Ion_nl_Chap06_securite_ed01-2014
Uitschakelen
Alleen de airbag aan passagierszijde kan
worden uitgeschakeld:
F
z
et het contact af , steek de sleutel in de
schakelaar voor uitschakelen van de airbag
aan passagierszijde A ,
F
d
raai deze in de stand "OFF" ,
F
v
erwijder de sleutel. Het verklikkerlampje op de middenconsole
brandt zolang de airbag is uitgeschakeld, bij
ingeschakeld contact.
Schakel voor de veiligheid van uw kind
de airbag aan passagierszijde altijd uit
als u een kinderzitje met de rug in de
rijrichting op de voorstoel plaatst.
Anders kan een kind bij het afgaan
van de airbag levensgevaarlijk gewond
raken.
Opnieuw inschakelen
Als u het kinderzitje hebt ver wijderd, zet dan
de schakelaar A weer op "ON" om de airbag
opnieuw in te schakelen en zo de veiligheid van
uw passagier te garanderen.
Het verklikkerlampje gaat uit.
Storing
Als dit lampje op het instrumentenpaneel
gaat branden, raadpleeg dan zo snel
mogelijk het PEUGEOT-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats om het
systeem te laten controleren. De airbags
zouden niet meer geactiveerd kunnen
worden bij een ernstige aanrijding.
In dat geval mag u geen kinderzitje op
de voorpassagiersstoel plaatsen en
geen volwassene op deze stoel laten
plaatsnemen.
6
Veiligheid
75
Ion_nl_Chap07_securite-enfants_ed01-2014
Uitschakelen van de airbag vóór aan passagierszijde
Dit voorschrift wordt tevens vermeld op de
waarschuwingssticker aan beide zijden van
de zonneklep aan passagierszijde. Conform
de wettelijke voorschriften vindt u op de
volgende tabellen deze waarschuwing in
alle benodigde talen.
Plaats nooit een kind in een kinderzitje
"met de rug in de rijrichting" op de
voorpassagiersstoel als de airbag vóór
aan passagierszijde is ingeschakeld.
Het kind kan in dat geval bij een
aanrijding ernstig en zelfs dodelijk
gewond raken.
Raadpleeg de rubriek "Airbags" voor
meer informatie over het uitschakelen
van de airbag vóór aan passagierszijde.
Airbag aan passagierszijde OFF
Deze sticker is op de middenstijl, aan
passagierszijde, aangebracht.
7
Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
134
Ion_nl_Chap11a_BTA_ed01-2014
URGENCE-OPROEP OF A SSISTANCE - OPROEP
Druk in geval van nood langer dan 2 seconden op
deze toets. Het knipperen van het groene ledlampje en
een geluidssignaal bevestigen dat de oproep naar de
alarmcentrale "Peugeot Connect SOS" is verstuurd*.
Het groene ledlampje blijft branden (zonder te knipperen) wanneer de v\
erbinding
tot stand is gebracht. Aan het einde van het gesprek gaat het lampje uit.
Bij het aanzetten van het contact, gaat het
groene lampje 3 seconden branden. Dit duidt
op een goede werking van het systeem.
Door deze toets meteen opnieuw in te drukken, wordt de aanvraag geannule\
erd.
Dit wordt bevestigd door een gesproken bericht. Druk langer dan 2 seconden op deze toets voor het
aanvragen van hulp bij het stranden van de auto.
Een gesproken bericht bevestigt dat de oproep is verstuurd**.Door deze toets meteen opnieuw in te drukken, wordt de oproep geannuleer\
d. Het
groene ledlampje dooft. De annulering wordt bevestigd met een gesproken \
bericht.
Om een oproep te annuleren kunt u ook de alarmcentrale "Peugeot Connect \
SOS"
melden dat de oproep per vergissing werd verstuurd.
De alarmcentrale "Peugeot Connect SOS" lokaliseert onmiddellijk uw
auto, neemt in uw landstaal contact met u op** en roept indien nodig de \
hulp in van de bevoegde hulpdiensten**. In landen waar de alarmcentrale \
niet operationeel is of wanneer de lokalisatie uitdrukkelijk is geweiger\
d,
wordt de oproep meteen doorgestuurd naar de hulpdiensten (112), zonder
lokalisatie.
Wanneer de elektronische eenheid airbags een botsing heeft
waargenomen, wordt onafhankelijk van het eventueel afgaan van
de airbags, automatisch een noodoproep gedaan. Het oranje lampje knippert: er is een storing
in het systeem.
Het oranje lampje blijft branden: de
noodbatterij moet vervangen worden.
Raadpleeg in beide gevallen het
PEUGEOT-netwerk.
Wanneer u uw auto buiten het PEUGEOT-netwerk hebt gekocht, raden
wij u aan de aanwezigheid van deze diensten bij het netwerk te laten
controleren
en eventueel configureren. In een meertalig land kunt u het
systeem
laten configureren in de officiële landstaal van uw voorkeur.
Om technische redenenen, zoals het verbeteren van de diensten
PEUGEOT CONNECT, behoudt de constructeur zich het recht voor om op
elk willekeurig moment het telematicasysteem in de auto te wijzigen.
*
Afhankelijk van de algemene gebruiksvoorwaarden, die u bij uw verkooppun\
t
kunt opvragen, en de technische beperkingen van het systeem.
**
Afhankelijk
van de geografische dekking van "Peugeot Connect SOS"
en
"Peugeot Connect
Assistance"
en van de officiële landstaal die door
de eigenaar van de auto is gekozen.
De lijst van de landen waar het systeem werkzaam is en de lijst van
beschikbare diensten PEUGEOT
CONNECT kunt u bij uw verkooppunt
opvragen of op www.peugeot.nl bekijken.
Peugeot Connect SOS
Peugeot Connect Electric
Als u geabonneerd bent op PEUGEOT Electric, dan beschikt u over extra
services via uw persoonlijke pagina MyPeugeot van de internetsite van
PEUGEOT voor uw land; ga hiervoor naar www.peugeot.com.
Peugeot Connect Assistance
Werking van het systeem
164
Ion_nl_Chap13_index-alpha_ed01-2014
12V- ac c u ............................................... 93, 126
Aansluiting 12V ....................................... 37,
38
ABS
........
....................................................... 62
ABS met elektronische remdrukregelaar
..... 62
A
ccessoires ................................................. 120
Achtercompartiment
................................... 125
Achterlichten
............................................... 111
Achterruitverwarming
...................................45
Achteruitrijlicht
............................................ 112
Actieradius
.............................................. 20, 23
Afmetingen
.................................................. 13
1
Afstandsbediening
.................................. 24, 26
Airbags
.......................................................... 68
Airbags vóór
...............................
.............68, 71
Airconditioning
...............................
...41 , 42 , 44
Alarmknipperlichten
...................................... 56
Antiblokkeersysteem (ABS)
.......................... 62
A
ntispinregeling (ASR)
.................................64
Automatisch branden remlichten
..................56
Automatisch inschakelen verlichting
............53
Automatisch uitschakelen van de verlichting .....53
Autoradio
..................................................... 13 5CD MP3
................................................
140 -142
CD-/MP3 -speler
.................................
141, 142
Claxon
...........................................................
57
Controlepaneel
............................................. 87
C
ontroles
.............................................
124, 128
Derde remlicht
............................................. 11
3
Detectie te lage bandenspanning
..... 16,
23
, 58
Dimlicht
....................................................... 11
0
Dimmer dashboardverlichting
.................
20, 21
Display
....................................................
20, 21
Elektromotor ................................................
129
Elektronische remdrukregelaar (REF) .........62
Elektronische startblokkering
.................25, 26
Elektronisch stabiliteitsprogramma (ESP)
.....64
ESP/ASR
....................................................... 64
Gewichten
................................................... 13 0
Grootlicht
..................................................... 109
A
B
C
D
Banden .......................................................... 58
Bandenreparatieset ...................................... 97
Bandenspanning
................................... 58, 132
Bandenspanningscontrole (met set)
.............97
Bandenspanning te laag (detectie)
............... 58
B
ekerhouder
................................................. 37
Binnenspiegel
............................................... 36
Blokkering ruitbediening passagierszijde en achter
.......................... 29
B
luetooth (handsfree set)
........................... 14
6
Buitenspiegels ............................................... 35
E
G
Handrem ............................................... 48, 128
Handsfree set .............................................. 146
Hoofdsteunen
........................................... 31- 33
Hoofdsteunen verstellen
...............................31
Hulpoproep
................................... 57,
13 3, 13 4
H
Identificatiegegevens ..................................132
Identificatie (stickers) .................................. 13
2
Indeling interieur
........................................... 37
Inklappen/uitklappen buitenspiegels
............35
Instrumentenpaneel
........................................ 9
In
terieurfilter
................................................ 128
Interieurfilter (vervangen)
...........................128
ISOFIX (bevestigingen) ...........................81- 83
ISOFIX kinderzitjes
................................. 81- 83
Kentekenplaatverlichting
............................ 11
3
Kilometerteller
............................................... 20
K
inderbeveiliging
.................................... 83, 84
Kinderen
............................................ 79, 81 , 83
Kinderzitjes
.................................. 7
2 -74, 78, 79
Kinderzitjes (conventioneel)
.........................78
Klimaatregeling
....................................... 41, 42
Kofferdeksel sluiten
...................................... 28
Koplampen
...............................
...................10 6
Koplampverstelling
....................................... 53
Kri
k
.............................................................. 101
I
K
Index