Page 12 of 384

DS3_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2014
Interieur
Sfeerverlichting
Het gedimde licht van de sfeerverlichting
verbetert bij weinig buitenlicht het zicht
in het interieur. De verlichting bestaat uit
verscheidene lampen die in de voetenruimte en
in het onderste opbergvak van het dashboard
zijn aangebracht.
Opschakelindicator
Afhankelijk van de rijomstandigheden en
uw rijstijl kan dit systeem u adviseren op
te schakelen om het brandstofverbruik te
verminderen.
Parfumeur
De in het ventilatiesysteem opgenomen
par fumeur zorgt voor de verspreiding van een
aangename geur (naar keuze) in het gehele
i n t e r i e u r.
Automatische airconditioning
Deze functie maakt het mogelijk de airconditioning op
een bepaald comfortniveau in te stellen. Aan de hand
van deze instelling en de weersomstandigheden wordt
de airconditioning vervolgens automatisch geregeld.
14 4 11794
90
335 281
Audio- en
communicatiesystemen
Deze systemen zijn voorzien van de
nieuwste technologie: Autoradio met MP3-
afspeelmogelijkheid,
u
Sb-
aansluiting, b
lu
etooth
handsfree kit, eMyWay met 16
x 9 kleurenscherm,
A
uX
-aansluitingen, hifi-audiosysteem.
eMyWay
Autoradio
Page 18 of 384
DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Controle tijdens het rijden
om gebruik te kunnen maken van alle beschikbare rijinformatie,
geeft dit hoofdstuk u uitleg over de werking van de drie verlichte
dashboardinstrumenten, de exacte plaats en functie van de diverse
controlelampjes en signaleringen, en de informatie afkomstig van de
boordcomputer.
Page 20 of 384

DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Instrumentenpaneel benzine - diesel met handgeschakelde
versnellingsbak, e
G
S-versnellingsbak of automatische versnellingsbak
Het instrumentenpaneel is permanent verlicht en bevat alle instrumenten en signaleringen voor de werking van de auto.
1.
T
oerenteller .
G
eeft het motortoerental aan
(x 1000
t /min).
2.
Sn
elheidsmeter.
G
eeft de wagensnelheid aan
(km/h of mph).
3.
K
oelvloeistoftemperatuurmeter.
G
eeft de temperatuur van de koelvloeistof
van de motor aan.
Instrumenten
7. Dimmer dashboardverlichting. knop voor de instelling van de lichtsterkte van
de dashboardverlichting en de sfeerverlichting.4. Display.
5. Br andstofniveaumeter.
G
eeft de resterende hoeveelheid brandstof
in de tank aan.
6.
R
egelknop weergave display.
k
n
op voor de weergave van afwisselend
de actieradius en de dagteller.
k
n
op voor de weergave van de informatie
van de onderhoudsintervalindicator.
k
n
op voor de nulstelling van de
geselecteerde functie (dagteller of
onderhoudsintervalindicator).
ra
adpleeg voor meer informatie over
de werking en de weergave van een
bepaalde functie de desbetreffende
paragraaf.
Page 22 of 384

DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Instrumentenpaneel benzinemotor met handgeschakelde versnellingsbak rACInGHet instrumentenpaneel is permanent verlicht en bevat alle instrumenten en signaleringen voor de werking van de auto.
1.
Toerenteller.
G
eeft het motortoerental aan
(x 1000
t /min).
2.
Sn
elheidsmeter.
G
eeft de wagensnelheid aan
(km/h of mph).
3.
K
oelvloeistoftemperatuurmeter.
G
eeft de temperatuur van de koelvloeistof
van de motor aan.
Instrumenten
7. Dimmer dashboardverlichting.
kn op voor de instelling van de lichtsterkte
van de dashboardverlichting en de
sfeerverlichting.
4. Di
splay.
5. Br
andstofniveaumeter.
G
eeft de resterende hoeveelheid brandstof
in de tank aan.
6.
R
egelknop weergave display.
k
n
op voor de weergave van afwisselend
de actieradius en de dagteller.
k
n
op voor de weergave van de informatie
van de onderhoudsintervalindicator.
k
n
op voor de nulstelling van de
geselecteerde functie (dagteller of
onderhoudsintervalindicator).
ra
adpleeg voor meer informatie over
de werking en de weergave van een
bepaalde functie de desbetreffende
paragraaf.
Page 25 of 384

23
DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Controlelampjes ingeschakelde functies
De volgende controlelampjes geven aan dat de desbetreffende functie is ingeschakeld.Controlelampje brandtOorzaak Acties / Opmerkingen
Richtingaanwijzer
links knippert, met
geluidssignaal. Als u de lichtschakelaar omlaag
beweegt.
Richtingaanwijzer
rechts knippert, met
geluidssignaal. Als u de lichtschakelaar omhoog
beweegt.
Parkeerlichten permanent. De lichtschakelaar staat in de stand
"Parkeerlichten".
Dimlicht permanent. De lichtschakelaar staat in de stand
" D imlic ht ".
Grootlicht permanent. Als u de lichtschakelaar naar u toe
trekt.
tr
ek aan de lichtschakelaar om terug te schakelen
naar dimlicht.
Mistlampen vóór permanent. De mistlampen vóór zijn ingeschakeld
met de ring van de lichtschakelaar. Draai de ring van de lichtschakelaar twee standen naar
achteren om de mistlampen vóór uit te schakelen.
Mistachterlichten permanent. De mistachterlichten zijn
ingeschakeld. Draai de ring naar achteren om de mistachterlichten uit
te schakelen.
Alarmknipperlichtenknippert, met
geluidssignaal.De schakelaar voor de
alarmknipperlichten op het
dashboard is ingedrukt. De richtingaanwijzers links en rechts en de
bijbehorende verklikkerlampjes knipperen
tegelijkertijd.
Controle tijdens het rijden
Page 28 of 384
DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Verklikkerlampjes uitgeschakelde functies
De volgende verklikkerlampjes geven aan dat de desbetreffende functie handmatig is uitgeschakeld.
Soms klinkt er ook een geluidssignaal en verschijnt er een bericht op het multifunctionele display.Controlelampje brandtOorzaak Acties / Opmerkingen
Passagiersairbag permanent. De schakelaar in het dashboardkastje
staat in de stand "OFF".
De frontairbag aan passagierszijde is
uitgeschakeld.
u
kunt een kinderzitje met de "rug
in de rijrichting" plaatsen, behalve
in het geval van een storing in het
airbagsysteem (verklikkerlampje
airbags brandt). Zet de schakelaar in de stand "
ON" om de frontairbag
aan passagierszijde in te schakelen.
be
vestig in dit geval op deze zitplaats geen kinderzitje
met de "rug in de rijrichting".
Page 43 of 384

41
DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Black-panelfunctie
Met dit systeem kan de verlichting van
bepaalde displays worden uitgeschakeld voor
een rustiger beeld tijdens nachtelijke ritten.
op
het instrumentenpaneel blijft uitsluitend
de wagensnelheid en de informatie van
de snelheidsregelaar/-begrenzer (indien
ingeschakeld) verlicht.
De black-panelfunctie wordt uitgeschakeld
als er een waarschuwingsmelding wordt
doorgegeven en bij het wijzigen van functies of
instellingen.Inschakelen
F Druk als de verlichting brandt meerdere keren op de linkerknop van het
instrumentenpaneel om de lichtsterkte
van de dashboardverlichting geleidelijk te
verminderen.
F
D
ruk nogmaals op de knop om de
lichtsterkte tot het minimumniveau te
beperken en de sfeerverlichting uit te
schakelen.
F
D
ruk nogmaals op de knop om de
black-panelfunctie in te schakelen.
u
kunt de lichtsterkte van de
dashboardverlichting handmatig aanpassen
aan het licht van de omgeving.
Dimmer dashboardverlichting
Actief
Als de verlichting van de auto is ingeschakeld:
F d ruk op de knop om de sterkte van de
dashboardverlichting te variëren,
F
l
aat de knop los zodra de gewenste
lichtsterkte is bereikt.
Inactief
De dashboardverlichting kan niet worden ingesteld
als de verlichting van de auto is uitgeschakeld of, bij
auto's met verlichting overdag, in de dagstand staat.
Controle tijdens het rijden
Page 66 of 384

DS3_nl_Chap03_ouvertures_ed01-2014
na het losnemen en weer aansluiten van de
accukabels, het vervangen van de batterij
van de afstandsbediening of een storing in de
afstandsbediening kan de auto niet meer met
de afstandsbediening ontgrendeld, vergrendeld
en gelokaliseerd worden.
F o
n
tgrendel of vergrendel de auto eerst met
de sleutel in het slot.
F
S
ynchroniseer vervolgens de
afstandsbediening.
ra
adpleeg zo snel mogelijk het
CI
t
ro
Ën-
netwerk als de storing niet is verholpen.
Storing afstandsbediening
Synchroniseren
F Zet het contact af.
F Z et de sleutel in de stand 2 (Contact).
F
D
ruk zo snel mogelijk gedurende enkele
seconden op de vergrendelknop (gesloten
hangslot) van de afstandsbediening.
F
Z
et het contact af en ver wijder de sleutel
uit het contactslot.
De afstandsbediening werkt nu weer.
Batterij vervangen
batterij ref.: Cr1 620 / 3 V.
F W ip het huis los door een muntstuk in de
opening te steken en dit vervolgens te
verdraaien.
F
V
erwijder de lege batterij.
F
S
chuif de nieuwe batterij in de juiste
richting op zijn plaats.
F
k
l
ik eerst het huis vast en daarna het
verchroomde deel.
F
S
ynchroniseer de afstandsbediening.
Als de batterij van de afstandsbediening
leeg is, wordt u gewaarschuwd door
dit waarschuwingslampje op het
dashboard, een geluidssignaal, en een melding op
het multifunctionele display.
F klap de sleutel uit.
F
on tgrendel het verchroomde deel door op
het nokje A te drukken.
F
H
oud het nokje A ingedrukt en schuif het
verchroomde deel 45° uit.