Page 89 of 114
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-26
6
DAU23203
Zijstandaar d controleren en
smerenDe werking van de zijstandaard moet voor-
afgaand aan elke rit worden gecontroleerd
en het scharnierpunt en de metaal-op-me-
taal contactvlakken moeten indien nodig
worden gesmeerd.
WAARSCHUWING
DWA10732
Als de zijstan daar d niet soepel omhoo g
en omlaa g beweeg t, vraa g dan een
Yamaha dealer deze te controleren of te
repareren. Een slecht functioneren de
zijstan daar d kan het we gdek raken en u
aflei den, waar door u d e controle over de
machine kunt verliezen.
DAUM1653
Achter bru gscharnierpunten
smerenDe achterbrugscharnierpunten moeten
worden gesmeerd door een Yamaha dealer
volgens de intervalperioden vermeld in het
periodieke smeer- en onderhoudsschema.
Aan
bevolen smeermi ddel:
Siliconenvet
Aan bevolen smeermi ddel:
Lithiumvet
Aan bevolen smeermi ddel:
Lithiumvet
U2BSD0D0.book Page 26 Thursday, September 19, 2013 8:48 AM
Page 90 of 114

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-27
6
DAU23273
Voorvork controlerenDe conditie en de werking van de voorvork
moeten als volgt worden gecontroleerd vol-
gens de intervalperioden vermeld in het pe-
riodieke smeer- en onderhoudsschema.
Om de con ditie te controleren
Controleer de binnenste vorkbuizen op
krassen, beschadigingen en overmatige
olielekkage.
Om de werkin g te controleren
1. Zet de machine op een vlakke onder- grond en houd deze rechtop.
WAARSCHUWING! On dersteun de
machine zor gvul dig om omvallen
en mo gelijk letsel te voorkomen.
[DWA10752]
2. Bekrachtig de voorrem en druk het
stuur een paar keer stevig naar bene-
den om te controleren of de voorvork
soepel in- en uitveert.
LET OP
DCA10591
Als scha de wor dt gevon den of de voor-
vork niet soepel beweeg t, vraag d an een
Yamaha dealer te repareren of te con-
troleren.
DAU23284
Stuursysteem controlerenLosse of versleten balhoofdlagers kunnen
gevaarlijk zijn. De werking van het stuursy-
steem moet als volgt worden gecontroleerd
volgens de intervalperioden vermeld in het
periodieke smeer- en onderhoudsschema. 1. Plaats een standaard onder de motor
zodat het voorwiel los is van de grond.
(Zie pagina 6-36 voor meer informa-
tie.) WAARSCHUWING! On dersteun
d e machine zorg vuldig om omval-
len en mo gelijk letsel te voorkomen.
[DWA10752]
2. Houd de voorvorkpoten aan het on-
derste uiteinde beet en probeer ze
naar voren en achteren te bewegen.
Als speling wordt gevoeld, vraag dan
een Yamaha dealer het stuursysteem
te inspecteren of repareren.
U2BSD0D0.book Page 27 Thursday, September 19, 2013 8:48 AM
Page 91 of 114

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-28
6
DAU23292
Controleren van wiellagersDe voor- en achterwiellagers moeten wor-
den gecontroleerd volgens de intervalperi-
oden voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema. Als de wiel-
naaf speling vertoont of het wiel niet soepel
draait, vraag dan een Yamaha dealer de
wiellagers te controleren.
DAU34226
AccuDe accu bevindt zich achter stroomlijnpa-
neel A. (Zie pagina 6-8.)
Dit model is voorzien van een VRLA (Valve
Regulated Lead Acid)-accu. De elektrolyt
hoeft niet te worden gecontroleerd en er
hoeft geen gedistilleerd water te worden
bijgevuld. Het is echter wel nodig om de ac-
cukabelverbindingen te controleren en, in-
dien nodig, vast te zetten.
WAARSCHUWING
DWA10761
Elektrolyt is gifti g en gevaarlijk om-
d at het zwavelzuur b evat, een stof
d ie ernsti ge bran dwon den veroor-
zaakt. Vermij d contact met d e huid,
o gen of kle din g en b escherm uw o
gen altij d b ij werkzaamhed en na-
b ij accu’s. Voer als vol gt EERSTE
HULP uit als er lichamelijk contact
is geweest met elektrolyt.
UITWENDIG: Spoel overvloe dig
met water.
INWENDIG: Drink g rote hoeveel-
he den water of melk en roep d i-
rect de hulp in van een arts.
OGEN: Spoel g ed uren de 15 mi-
nuten met water en roep direct
me dische hulp in.
Accu’s pro duceren het explosieve
waterstof gas. Hou d daarom von-
ken, open vuur, sig aretten e.d. uit
d e buu
rt van d e accu en zor g voor
vol doen de ventilatie bij acculad en
in een af gesloten ruimte.
HOUD DEZE EN ALLE ACCU’S BUI-
TEN BEREIK VAN KINDEREN.
Om de accu op te la den
Vraag zo snel mogelijk een Yamaha dealer
de accu te laden als deze ontladen lijkt te
zijn. Vergeet niet dat de accu sneller ontla-
den raakt als de machine is uitgerust met
optionele elektrische accessoires.
1. Positieve accukabel (rood)
2. Negatieve accukabel (zwart)
3. Accu1
3
2
U2BSD0D0.book Page 28 Thursday, September 19, 2013 8:48 AM
Page 92 of 114

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-29
6
LET OP
DCA16522
Voor het opladen van een VRLA (Valve
Re gulate d Lea d Aci d)-accu is een speci-
ale acculad er (met constante spannin g)
vereist. Bij geb ruik van een conventione-
le acculad er raakt de accu b eschadigd.Om de accu op te b ergen
1. Verwijder de accu als het voertuig lan-
ger dan een maand niet wordt ge-
bruikt, laad hem volledig bij en zet dan
weg op een koele en droge plek. LET
OP: Draai voor dat u d e accu verwij-
d ert de sleutel naar “OFF” en haal
d an eerst d e negatieve ka bel en
d aarna de positieve ka bel los.
[DCA16303]
2. Als de accu langer dan twee maanden
wordt weggeborgen, moet deze min-
stens eenmaal per maand worden ge-
controleerd; laad de accu dan indien
nodig steeds volledig bij.
3. Laad de accu volledig bij alvorens te installeren. LET OP: Draai voor dat u
d e accu plaatst de sleutel naar
“OFF” en sluit vervolg ens eerst de
positieve ka bel en d aarna de neg a-
tieve ka bel aan.
[DCA16841]
4. Controleer na installatie of de accuka-
bels correct zijn aangesloten op de
accupolen.LET OP
DCA16531
Hou d d e accu stee ds op gelad en. Stallen
van een ontla den accu kan lei den tot
permanente accuscha de.
DAU58960
Zekerin gen vervan genDe zekeringenkastjes en de zekering van
de ABS-motor bevinden zich achter
stroomlijnpaneel A, en de hoofdzekering,
de cruise-controlzekering en de remlichtze-
kering bevinden zich achter stroomlijnpa-
neel B. (Zie pagina 6-8.)1. Zekering ABS-motor
2. Reservezekering ABS-pompmotor
3. Hoofdzekering
4. Reservezekering
5. Cruise control zekering
6. Zekering remlicht
7. Zekeringenkastje123
5
4
67
U2BSD0D0.book Page 29 Thursday, September 19, 2013 8:48 AM
Page 93 of 114

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-30
6
Vervang een zekering als volgt als deze is
doorgebrand.1. Draai de contactsleutel naar “OFF” en
schakel het betreffende elektrische
circuit uit. 2. Verwijder de doorgebrande zekering
en breng een nieuwe zekering met de
voorgeschreven ampèrewaarde aan.
WAARSCHUWING! Ge bruik geen
zekerin gen met een ho gere ampe-
ra ge dan aan bevolen om ernsti ge
scha de aan het elektrische systeem
en mo gelijk bran d te voorkomen.
[DWA15132]
1. Koplampzekering
2. Zekering van de ABS-solenoïdeklep
3. Zekering elektronische smoorklep
4. Zekering brandstofinjectiesysteem
5. Backup-zekering (voor klok en startblok-
keersysteem)
6. Zekering radiatorkoelvin
7. Zekering ontstekingssysteem
8. Zekering signaleringssysteem
9. Zekering ABS-regeleenheid
10.Circuitzekering aansluitcontact voor acces- soires
11.Zekering parkeerlichten
12.O/P (optie) zekering
13.Reservezekering
13456
2
7
8
9
10
13
11
12
13
Voor geschreven zekerin gen:
Hoofdzekering: 50.0 A
Koplampzekering:
20.0 A
Remlicht zekering: 1.0 A
Zekering parkeerlichtcircuit: 7.5 A
Zekering signaleringssysteem:
7.5 A
Zekering ontstekingssysteem: 20.0 A
Zekering radiatorkoelvin: 20.0 A
Backup-zekering:
7.5 A
Zekering elektronische smoorklep: 7.5 A
Zekering brandstofinjectiesysteem: 20.0 A
Zekering van de ABS-solenoïde-
klep: 20.0 A
Zekering ABS-regeleenheid: 7.5 A
Zekering ABS-motor: 30.0 A
Zekering cruise control: 1.0 A
Circuitzekering aansluitcontact voor
accessoires: 3.0 A
O/P (optie) zekering:
20.0 A
U2BSD0D0.book Page 30 Thursday, September 19, 2013 8:48 AM
Page 94 of 114

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-31
6
3. Draai de contactsleutel naar “ON” enschakel het betreffende elektrische
circuit in om te zien of de apparatuur
werkt.
4. Als de zekering direct opnieuw door-
brandt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrisch systeem te controleren.
DAU39014
Koplampg loeilamp vervan genDe koplampen op dit model hebben halo-
geen gloeilampen. Vervang een koplamp-
gloeilamp als volgt als deze is
doorgebrand.LET OP
DCA10651
Pas op en zor g d at de vol gen de on der-
d elen niet wor den bescha digd:
Koplampg loeilamp
Raak het glas van d e koplamp gloei-
lamp niet aan zo dat dit vetvrij b lijft,
an ders kan d e doorzichti ghei d van
het glas, de lichtintensiteit en de le-
vens duur na deli g wor den beïn-
vloe d. Wrijf eventuele
verontreini gin gen en vin geraf druk-
ken op het g loeilampglas we g met
een doekje ged renkt in alcohol of
thinner.
Koplamplens
Plak geen kleurfolie of stickers op
d e k
oplamplens.
Ge bruik geen koplamp gloeilamp
met een ho ger watta ge dan is voor-
g eschreven.
1. Verwijder de gloeilampkap door deze
linksom te draaien.
2. Maak de koplampstekker los.1. Raak het glas van de gloeilamp niet aan.
1. Gloeilampkap
1
U2BSD0D0.book Page 31 Thursday, September 19, 2013 8:48 AM
Page 95 of 114
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-32
6
3. Haak de gloeilamphouder los en ver-wijder dan de defecte gloeilamp.
4. Breng een nieuwe koplampgloeilamp aan en zet deze dan vast met de gloei-
lamphouder.
5. Sluit de koplampstekker aan. 6. Monteer de gloeilampkap door deze
rechtsom te draaien.
7. Vraag indien nodig een Yamaha dea- ler de koplamplichtbundel af te stel-
len.
DAU58590
Richtin gaanwijzer en achter-
licht/remlichtDit model is voorzien van richtingaanwij-
zers en een achterlicht/remlicht van het
LED-type.
Als een richtingaanwijzer of het achter-
licht/remlicht niet gaat branden, vraag dan
een Yamaha-dealer het elektrisch circuit te
testen.
1. Koplampstekker
1. Koplampgloeilamp
2. Gloeilamphouder
1
1
2
U2BSD0D0.book Page 32 Thursday, September 19, 2013 8:48 AM
Page 96 of 114
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-33
6
DAU49722
Gloeilamp kentekenverlichting
vervan gen1. Verwijder de bouten van kentekenver-
lichtingunit.
2. Verwijder de gloeilampfitting van de kentekenverlichting (samen met de
gloeilamp) door deze eerst linksom te
draaien en daarna eruit te trekken. 3. Verwijder de defecte gloeilamp door
deze uit te trekken.
4. Steek een nieuwe gloeilamp in de fit- ting.
5. Breng de fitting (samen met de gloei- lamp) aan door deze eerst in te druk-
ken en daarna rechtsom te draaien
totdat hij stuit. 6. Plaats de kentekenverlichtingunit in
de oorspronkelijke positie en breng
dan de bouten aan.1. Kentekenverlichtingsunit
2. Bout kentekenverlichtingsunit
2
1
1. Gloeilampfitting kentekenverlichting
1. Gloeilamp kentekenverlichting
1
1
U2BSD0D0.book Page 33 Thursday, September 19, 2013 8:48 AM