
2695-5. Gebruik van een extern apparaat
5
Audiosysteem
YARIS_F_WE_52D53E
Wanneer (RDM) wordt ingedrukt, wijzigen de standen in de vol-
gende volgorde:
Muziekstuk in
willekeurige volgorde album in willekeurige volgorde UIT.
Druk op .
Titel van het muziekstuk, naam van de artiest en albumtitel worden op het
display weergegeven.
Druk op of om terug te keren naar de vorige weergave.
Druk op om het iPod-menu weer te geven.
Door te draaien, veranderen de geluidsinstellingen.
(Blz. 250)
■Informatie over iPod
●“Made for iPod” (gemaakt voor iPod) en “Made for iPhone” (gemaakt voor
iPhone) houden in dat een elektronisch accessoire speciaal is ontworpen
voor de iPod respectievelijk iPhone en dat de ontwikkelaar garandeert dat
het product aan de prestatienormen van Apple voldoet.
●Apple kan niet verantwoordelijk worden gehouden voor de werking van dit
apparaat of de mate waarin dit apparaat voldoet aan de eisen voor veilig-
heid en regelgeving. Let erop dat het gebruik van dit accessoire in combina-
tie met een iPod of iPhone de werking van de afstandsbediening negatief
kan beïnvloeden.
●iPod is een handelsmerk van Apple Inc., geregistreerd in de VS en in
andere landen.
Afspelen in willekeurige volgorde
Overschakelen naar een andere weergave
Regelen van de geluidskwaliteit en de balans van het volume
1
2

2705-5. Gebruik van een extern apparaat
YARIS_F_WE_52D53E■iPod-functies
●Wanneer een iPod is aangesloten en de audiobron wordt gewijzigd in iPod-
modus, gaat de iPod verder met het laatst afgespeelde bestand.
●Afhankelijk van de iPod die op het systeem is aangesloten, zijn bepaalde
functies mogelijk niet beschikbaar. Als een functie niet beschikbaar is van-
wege een storing (in tegenstelling tot een systeemspecificatie), kan het hel-
pen om het apparaat even los te koppelen en weer aan te sluiten.
●Als de iPod is aangesloten op het systeem, kan de iPod niet meer op de
normale wijze worden bediend. In dat geval moeten de bedieningselemen-
ten van het audiosysteem van de auto worden gebruikt.
●Als de batterijspanning van de iPod erg laag is, werkt de iPod wellicht niet.
In dat geval moet de iPod eerst worden opgeladen.
●Ondersteunde modellen (Blz. 271)
■iPod-problemen
Om de meeste problemen tijdens het gebruik van uw iPod te verhelpen, kunt
u de iPod losnemen van de iPod-aansluiting in de auto en het apparaat reset-
ten.
Raadpleeg voor het resetten van uw iPod de handleiding van de iPod.
■Display
Blz. 260
■Foutmeldingen
Als een foutmelding wordt weergegeven, raadpleeg dan de volgende tabel en
onderneem de juiste acties. Als het probleem niet is verholpen, breng de auto
dan naar een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
MeldingOorzaak/correctieprocedures
ERROR (fout)Dit geeft aan dat er een probleem is met de
iPod of de aansluiting ervan.
NO SONGS
(geen muziekstukken)Dit geeft aan dat de iPod geen audio-opna-
mes bevat.
NO PLAYLIST
(geen afspeellijst)Dit geeft aan dat sommige beschikbare
muziekstukken niet kunnen worden gevon-
den in de geselecteerde afspeellijst.
UPDATE YOUR IPOD
(update uw iPod)Dit geeft aan dat de versie van de iPod niet
compatibel is. Actualiseer uw iPod-software
naar de nieuwste versie.

2765-5. Gebruik van een extern apparaat
YARIS_F_WE_52D53E■USB-geheugen
●Compatibele apparaten
USB-geheugen dat kan worden gebruikt voor het afspelen van MP3- en
WMA-bestanden
●Compatibele apparaatformaten
De volgende apparaatformaten kunnen worden gebruikt:
• USB-communicatieformaten: USB2.0 FS (12 mbps)
• Bestandsformaten: FAT12/16/32 (Windows)
• Klasse: massaopslag
MP3- en WMA-bestanden die in een ander formaat geschreven zijn, kun-
nen mogelijk niet op de juiste manier worden afgespeeld, en de bestands-
namen en mapnamen kunnen mogelijk niet correct worden weergegeven.
Onderwerpen waarop de standaards en beperkingen betrekking hebben,
zijn als volgt:
• Maximale mapstructuur: 8 niveaus
• Maximaal aantal mappen in een apparaat: 999 (inclusief de root)
• Maximaal aantal bestanden in een apparaat: 9.999
• Maximaal aantal bestanden per map: 255
●MP3- en WMA-bestanden
MP3 (MPEG Audio LAYER 3) is een standaard audiocompressieformaat.
Met deze MP3-techniek kunnen bestanden worden gecomprimeerd tot
ongeveer 1/10 van hun oorspronkelijke grootte.
WMA (Windows Media Audio) is een audiocompressieformaat van
Microsoft.
Audiobestanden die met deze techniek worden gecomprimeerd, zijn kleiner
dan bestanden van het MP3-formaat.
Er is een limiet aan de MP3- en WMA-bestandsstandaards en aan de
media/formaten waarmee bestanden zijn opgenomen.
●Compatibiliteit MP3-bestanden
• Compatibele standaarden
MP3 (MPEG1 AUDIO LAYERII, III, MPEG2 AUDIO LAYERII, III, MPEG2.5)
• Compatibele samplingfrequenties
MPEG1 AUDIO LAYERII, III: 32, 44,1, 48 (kHz)
MPEG2 AUDIO LAYERII, III: 16, 22,05, 24 (kHz)
MPEG2.5: 8, 11,025, 12 (kHz)
• Compatibele bitrates (compatibel met VBR)
MPEG1 AUDIO LAYERII, III: 32-320 (kbps)
MPEG2 AUDIO LAYERII, III: 32-160 (kbps)
MPEG2.5: 32-160 (kbps)
• Compatibele weergavemogelijkheden: stereo, meerkanaalsstereo,
tweekanaalsweergave en monoweergave

2775-5. Gebruik van een extern apparaat
5
Audiosysteem
YARIS_F_WE_52D53E●Compatibiliteit WMA-bestanden
• Compatibele standaarden
WMA versie 9
• Compatibele samplingfrequenties
HIGH PROFILE 32, 44,1, 48 kHz
• Compatibele bitrates
HIGH PROFILE 32-320 (kbps, VBR)
●Bestandsnamen
De enige soort bestanden die kunnen worden herkend als MP3/WMA en
die kunnen worden afgespeeld, zijn bestanden met de extensie .mp3 of
.wma.
●ID3- en WMA-tags
ID3-tags kunnen worden toegevoegd aan MP3-bestanden, waardoor het
mogelijk wordt de naam van het muziekstuk, de naam van de artiest, enz.
op te nemen.
Het systeem is compatibel met ID3 versie 1.0, 1.1, en versie 2.2, 2.3, 2.4
ID3-tags. (Het aantal karakters is gebaseerd op ID3 versie 1.0 en 1.1.)
WMA-tags kunnen worden toegevoegd aan WMA-bestanden, waardoor het
mogelijk wordt de titel van het muziekstuk en de naam van de artiest op te
nemen op dezelfde manier als met de ID3-tags.
●Afspelen van MP3- en WMA-bestanden
• Wanneer er een apparaat met MP3- of WMA-bestanden is aangesloten,
worden eerst alle bestanden op het USB-geheugen gecontroleerd. Als
deze controle voltooid is, wordt het eerste MP3- of WMA-bestand afge-
speeld. Om de bestandscontrole niet langer te laten duren dan nodig is,
adviseren wij u geen andere bestanden dan MP3- of WMA-bestanden in
het USB-geheugen op te nemen en geen onnodige mappen te creëren.
• Als een USB-geheugen is aangesloten en de audiobron is gewijzigd naar
afspeelmodus voor USB, zal het USB-geheugen beginnen met het afspe-
len van het eerste bestand in de eerste map. Als hetzelfde apparaat
wordt verwijderd en weer aangesloten (en de inhoud ervan niet is veran-
derd), zal het USB-geheugen het afspelen hervatten vanaf het punt waar
de speler is geëindigd.
●Extensies
Als de bestandsextensies .mp3 en .wma worden gebruikt voor andere
bestanden dan MP3- en WMA-bestanden, zullen deze bestanden worden
overslagen (en niet worden afgespeeld).

3487-3. Zelf uit te voeren onderhoud
YARIS_F_WE_52D53E
Toyota beveelt aan om de banden ongeveer elke 10.000 km van
plaats te wisselen om een gelijkmatig slijtagepatroon en een langere
levensduur van de banden te verkrijgen.
Uw auto is uitgerust met een bandenspanningswaarschuwingssys-
teem dat gebruik maakt van bandenspanningssensoren en -zenders
om een lage bandenspanning te signaleren voordat deze tot proble-
men leidt.
Als de bandenspanning onder een bepaalde waarde komt, wordt de
bestuurder door middel van een waarschuwingslampje gewaar-
schuwd. (Blz. 409)
Bij het vervangen van banden of velgen moeten de bandenspan-
ningssensoren en -zenders ook worden geplaatst.
Als er nieuwe bandenspanningssensoren en -zenders geplaatst wor-
den, moeten de identificatiecodes van deze componenten worden
geregistreerd in de ECU van het bandenspanningswaarschuwings-
systeem en moet het bandenspanningswaarschuwingssysteem wor-
den geïnitialiseerd. Laat de ID-codes van de bandenspanningssenso-
ren en -zenders registreren door een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige. (Blz. 350)
■Het bandenspanningswaarschuwingssysteem moet worden
geïnitialiseerd onder de volgende omstandigheden:
●Verwisselen van voor- en achterwielen met een verschillende
bandenspanning
●Bij het wijzigen van de bandenspanning (bijvoorbeeld omdat u de
rijsnelheid aanzienlijk gaat veranderen)
●Als de bandenmaat wordt aangepast
Als het bandenspanningswaarschuwingssysteem wordt geïnitiali-
seerd, wordt de actuele bandenspanning als referentiespanning
beschouwd.
Bandenspanningswaarschuwingssysteem (indien aanwezig)
Plaatsen van bandenspanningssensoren en -zenders (auto's met
bandenspanningswaarschuwingssysteem)
Initialiseren van het bandenspanningswaarschuwingssysteem
(auto's met bandenspanningswaarschuwingssysteem)

3497-3. Zelf uit te voeren onderhoud
7
Onderhoud en verzorging
YARIS_F_WE_52D53E■
Initialiseren van het bandenspanningswaarschuwingssys-
teem (auto's met bandenspanningswaarschuwingssysteem)
Parkeer de auto op een veilige plaats en zet het contact UIT.
Er kan niet worden geïnitialiseerd wanneer de auto rijdt.
Breng de banden op de voorgeschreven spanning. (Blz. 483)
Breng de banden op de voorgeschreven spanning voor de banden in
koude toestand. Deze spanning vormt de referentiespanning voor het
bandenspanningswaarschuwingssysteem.
Zet het contact AAN.
Houd de resetknop inge-
drukt tot het waarschuwings-
lampje lage bandenspanning
drie keer langzaam knippert.
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop: Laat het con-
tact een paar minuten AAN staan en zet het vervolgens in de
stand ACC of UIT.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop: Laat het contact
enkele minuten AAN staan en zet het vervolgens UIT.
1
2
3
4
5

4398-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
8
Bij problemen
YARIS_F_WE_52D53E
Trek de slang uit de compres-
sor.
Sluit de voedingsaansluiting
aan op de accessoireaanslui-
ting of aanstekerfitting.
(Blz. 311, 312)
Bevestig de 2 stickers zoals
aangegeven.
Verwijder vuil en vocht van het wiel
voordat u de sticker bevestigt. Als
de sticker niet kan worden beves-
tigd, laat dan wanneer u de band
laat repareren of vervangen de
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige weten dat ban-
denreparatievloeistof is ingespo-
ten.
7
8
9

4418-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
8
Bij problemen
YARIS_F_WE_52D53E
Vul de band tot de voorge-
schreven bandenspanning
bereikt is.
De bandenreparatievloeistof
wordt ingespoten, de druk
loopt op en daalt vervolgens
geleidelijk.
De bandenspanningsmeter
geeft ongeveer 1 minuut (5
minuten bij lage temperatu-
ren) nadat de schakelaar aan
is gezet de werkelijke ban-
denspanning weer.
Vul de band tot de voorge-
schreven bandenspanning.
• Als de bandenspanning nog
steeds lager is dan voorge-
schreven nadat de schakelaar
35 minuten aan staat, is de band
te veel beschadigd om nog
gerepareerd te worden. Scha-
kel de compressor uit en neem
contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
• Laat wat lucht ontsnappen wanneer de bandenspanning de voorge-
schreven waarde overschrijdt. (Blz. 443,483)
Maak terwijl de compressor is uitgeschakeld de spuitmond los van
het ventiel en trek vervolgens de voedingsstekker uit de accessoi-
reaansluiting of de aanstekerfitting.
Mogelijk ontsnapt er bij het verwijderen van de slang wat bandenreparatie-
vloeistof.
Plaats het ventieldopje op het ventiel van het gerepareerde wiel.
14
1
2
3
15
16