Page 147 of 760

1473-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
3
Bediening van elk onderdeel
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
WAARSCHUWING
■Waarschuwing met betrekking tot beïnvloeding van elektronische
apparatuur
●Mensen met geïmplanteerde pacemakers, CRT-pacemakers of geïmplan-
teerde hartdefibrillatoren moeten voldoende afstand bewaren tot de anten-
nes van het Smart entry-systeem met startknop. (Blz. 129)
Radiosignalen kunnen de werking van dergelijke apparatuur beïnvloeden.
Indien nodig kan de instapfunctie worden uitgeschakeld. Neem voor meer
informatie over bijvoorbeeld de frequentie van de radiogolven en de
momenten waarop deze worden uitgezonden, contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige. Raadpleeg vervolgens uw arts om na
te gaan of de instapfunctie mag worden gebruikt.
●Gebruikers van elektrische medische apparatuur anders dan geïmplan-
teerde pacemakers, CRT-pacemakers en geïmplanteerde hartdefibrillato-
ren moeten contact opnemen met de fabrikant van deze producten om te
informeren of radiosignalen invloed uitoefenen op de werking van deze
apparatuur.
Radiogolven kunnen onverwachte effecten hebben op de werking van der-
gelijke medische apparatuur.
Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige voor
meer informatie over het uitschakelen van de instapfunctie.
Page 149 of 760

1493-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
3
Bediening van elk onderdeel
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
■Feedbacksignalen
Portieren:
De alarmknipperlichten knipperen om aan te geven dat de portieren zijn ver-
grendeld/ontgrendeld. (Vergrendeld: eenmaal; ontgrendeld: tweemaal)
Elektrisch bedienbare achterklep (indien aanwezig):
De zoemer klinkt en de alarmknipperlichten knipperen tweemaal om aan te
geven dat de achterklep wordt geopend/gesloten.
■Zoemer centrale vergrendeling (auto's met Smart entry-systeem en start-
knop)
Als geprobeerd wordt de portieren te vergrendelen wanneer een portier niet
geheel gesloten is, klinkt er gedurende 5 seconden een zoemer. Sluit het por-
tier volledig om de zoemer uit te schakelen en vergrendel de portieren
opnieuw.
■Beveiligingsfunctie
Als er niet binnen 30 seconden na het ontgrendelen van de auto een portier
wordt geopend, zorgt de beveiligingsfunctie ervoor dat de auto weer automa-
tisch wordt vergrendeld.
■Alarm (indien aanwezig)
Het alarmsysteem wordt ingeschakeld als de afstandsbediening wordt
gebruikt om de portieren te vergrendelen. (Blz. 95)
■Omstandigheden die de werking van het systeem kunnen beïnvloeden
Auto's zonder Smart Entry-systeem en startknop
De afstandsbediening werkt in de volgende situaties mogelijk niet goed.
●In de buurt van een televisiezendmast, radiozender, elektriciteitscentrale,
luchthaven of andere locatie waar sterke radiogolven aanwezig zijn
●Als u een draagbare radio, mobiele telefoon of ander draadloos communi-
catiemiddel bij u draagt
●Als er meerdere elektronische sleutels in de buurt zijn
●Wanneer de elektronische sleutel tegen een metalen voorwerp wordt
gehouden of erdoor wordt bedekt
●Als er een andere sleutel met afstandsbediening (die ook radiogolven uit-
zendt) in de buurt wordt gebruikt
●Als de elektronische sleutel in de buurt heeft gelegen van een elektrisch
apparaat, zoals een computer
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Blz. 133
Page 322 of 760

3224-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)■Detectie-informatie sensoren
●Het detectiegebied van de sensoren is beperkt tot het gebied rond de ach-
terbumper van de auto.
●De staat van de auto en de omgeving kunnen van invloed zijn op de capaci-
teit van de sensor om een obstakel correct te signaleren. Specifieke situa-
ties waarin dit voor kan komen ziet u hieronder.
• De sensor is bedekt met vuil, sneeuw of ijs. (Het reinigen van de senso-
ren zal het probleem oplossen.)
• De sensor is bevroren. (Het ontdooien van de sensor zal het probleem
oplossen.)
• Een sensor wordt ergens door afgedekt.
• De auto helt sterk over naar één zijde.
• De auto rijdt op een bijzonder hobbelige weg, op een helling, op grind of
op gras.
• Er is veel omgevingslawaai rond de auto van claxons, motorfietsmotoren,
luchtremmen van vrachtwagens of andere geluidsbronnen die ultrasone
geluidsgolven produceren.
• Er is een andere auto uitgerust met Parking Assist-sensoren in de nabije
omgeving.
• Een sensor is bedekt met een waterfilm of er is sprake van zware regen-
val.
• De auto is uitgerust met een staafantenne of een radioantenne.
• Een bumper of sensor krijgt een harde klap.
• De auto nadert een hoge of rechthoekige stoeprand.
• In fel zonlicht of zeer koud weer.
• Objecten direct onder de bumper worden niet gesignaleerd.
• Als het obstakel zich te dicht bij de sensor bevindt.
• Als er geen originele Toyota-wielophanging is gemonteerd (verlaagde
wielophanging, enz.).
• Mogelijk worden mensen die bepaalde soorten kleding dragen niet gesig-
naleerd.
Naast bovenstaande voorbeelden zijn er situaties waarin verkeersborden en
andere objecten vanwege hun vorm door de sensor dichterbij worden gezien
dan ze in werkelijkheid zijn.
Page 367 of 760

367
5
Voorzieningen
in het interieur
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)5-1. Gebruik van de
airconditioning en de
achterruitverwarming
Handmatig bediende
airconditioning ................. 368
Automatische
airconditioning ................. 375
Achterruit- en buitenspiegel-
verwarming ...................... 385
Voorruitverwarming ........... 387
Extra verwarming ............... 388
5-2. Gebruik van het
audiosysteem
Soorten audiosystemen ..... 390
Gebruik van de radio ......... 393
Gebruik van de CD-speler . 400
Afspelen van discs met MP3-
en WMA-bestanden ......... 408
Bedienen van een iPod ..... 417
Bedienen van een
USB-geheugen ................ 428
Optimaal gebruikmaken
van het audiosysteem...... 438
Gebruik van de
AUX-aansluiting ............... 441
Gebruik van de audiotoetsen
op het stuurwiel ............... 442
Bluetooth
®-audio/
telefoon ............................ 445
Gebruik van Bluetooth
®-
audio/telefoon .................. 452
Bedienen van een draagbare
speler met Bluetooth
®-
ondersteuning .................. 458Bellen ................................. 462
Gebruik van het menu SETUP
(instellingen)
(Bluetooth
*-menu) ........... 467
Gebruik van het menu SETUP
(instellingen)
(menu PHONE of TEL) .... 474
5-3. Gebruik van de
interieurverlichting
Overzicht
interieurverlichting ........... 481
• Interieurverlichting ......... 482
• Leeslampjes .................. 482
5-4. Gebruik van de
opbergmogelijkheden
Overzicht van
opbergmogelijkheden ...... 484
• Dashboardkastje ........... 485
• Consolevak.................... 486
• Bekerhouders ................ 487
• Fleshouders................... 488
Voorzieningen in de
bagageruimte................... 489
5-5. Overige voorzieningen
in het interieur
Zonnekleppen en
make-upspiegels ............. 499
Klok .................................... 500
Uitneembare asbak............ 501
Accessoireaansluiting ........ 502
Stoelverwarming ................ 503
Armsteun ........................... 505
Kledinghaakjes .................. 506
Handgrepen ....................... 507
*: Bluetooth is een geregistreerd handelsmerk van Bluetooth SIG, Inc.
Page 390 of 760
3905-2. Gebruik van het audiosysteem
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Soorten audiosystemen
Auto's met navigatiesysteem en multimediasysteem
Raadpleeg de handleiding voor het navigatie- en multimediasysteem.
Auto's zonder navigatiesysteem of multimediasysteem
CD-speler met AM/FM-radio
●Ty p e A
●Ty p e B
Deze afbeelding heeft betrekking op een auto met linkse besturing.
Voor auto's met rechtse besturing is de positie van de knoppen omge-
keerd.
: Indien aanwezig
Page 391 of 760
3915-2. Gebruik van het audiosysteem
5
Voorzieningen in het interieur
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
●Ty p e C
TitelBladzijde
Gebruik van de radioBlz. 393
Gebruik van de CD-spelerBlz. 400
Afspelen van discs met MP3- en WMA-bestandenBlz. 408
Bedienen van een iPodBlz. 417
Bedienen van een USB-geheugenBlz. 428
Optimaal gebruikmaken van het audiosysteemBlz. 438
Gebruik van de AUX-aansluitingBlz. 441
Gebruik van de audiotoetsen op het stuurwielBlz. 442
Page 393 of 760
393
5
5-2. Gebruik van het audiosysteem
Voorzieningen in het interieur
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Gebruik van de radio
Ty p e A
: Indien aanwezig
Aan/uit
Vo l u m e
Afstemmen op frequentie
Zoeken naar te ontvangen
zendersTo e t s A M / F M
Voorkeuzetoetsen
Zoeken van frequentie1
2
3
4
5
6
7
Page 396 of 760

3965-2. Gebruik van het audiosysteem
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)■
Voorkeuzezenders zoeken
Houd de toets SCAN ingedrukt totdat u een pieptoon hoort.
Het systeem laat 5 seconden van iedere voorkeuzezender horen.
Druk nogmaals op de toets om de functie uit te schakelen.
Druk nogmaals op de toets als de gewenste zender is bereikt.
■Alle zenders binnen het bereik zoeken
Druk op de toets SCAN.
Het systeem laat 5 seconden van iedere zender binnen het bereik
horen.
Druk nogmaals op de toets om de functie uit te schakelen.
Druk nogmaals op de toets als de gewenste zender is bereikt.
■Bijwerken van de zenderlijst
Druk op de toets LIST.
De zenderlijst wordt weergegeven.
Druk op (UPDATE) om de lijst bij te werken.
Tijdens het zoeken wordt “Updating” (bijwerken) weergegeven. Vervol-
gens worden op het display de beschikbare zenders weergegeven.
Druk op de terugtoets om het bijwerken af te breken.
■
Selecteren van een zender in de zenderlijst
Druk op de toets LIST.
De zenderlijst wordt weergegeven.
Draai aan om een zender te selecteren.
Druk op de knop om op de zender af te stemmen.
Druk op de terugtoets om terug te keren naar de vorige weergave.
Radiozenders zoeken (alleen type A en C)
Gebruik van de zenderlijst (alleen type B)
1
2
1
2
1
2
1
2
3