Page 13 of 225

Kort en bondig11
1Lichtschakelaar ..................111
Instrumentenverlichting ......116
Mistachterlicht .....................115
Mistlampen ......................... 114
Koplampverstelling ............112
2 Zijdelingse luchtroosters .....126
3 Richtingaanwijzers,
lichtsignaal, dimlicht en
grootlicht ............................ 114
Omgevingsverlichting .......... 117
Parkeerlichten .....................115
Cruisecontrol ........................ 95
4 Stuurbedieningsknoppen ......80
5 Claxon ................................... 81
Bestuurdersairbag ................61
6 Instrumenten ........................ 86
7 Voorruitwissers,
voorruitsproeiers,
koplampsproeiers ................. 81
8 Middelste luchtroosters .......1269Linker stoelverwarming .........50
Drukverliesdetectie‐
systeem ............................... 182
Bandenspanningscontro‐
lesysteem ............................ 181
Park pilot met
ultrasoonsensoren ...............92
Alarmknipperlichten ............114
Centrale vergrendeling .........31
SPORT-modus ...................... 92
Rechter stoelverwarming ......50
Brandstofkeuzeschakelaar ..87
10 Info-Display ........................... 96
Tripcomputer ....................... 106
Elektronische
klimaatregeling (ECC) .........123
11 Passagiersairbag ..................61
12 Handschoenenkastje ...........69
13 Infotainmentsysteem .............10
14 Verwarming en ventilatie ....11915 Schakelpook,
handgeschakelde
versnellingsbak ..................137
Geautomatiseerde
versnellingsbak ...................138
Automatische
versnellingsbak ...................132
16 Asbak .................................... 85
17 Knop Start/Stop .................... 28
18 Gaspedaal .......................... 128
19 Contactslot met stuurslot ....129
Sensorpaneel voor
noodmodus van het
Open&Start-systeem ............ 28
20 Rempedaal .......................... 142
21 Koppelingspedaal ...............128
22 Stuurwiel instellen .................80
23 Ontgrendelingshandgreep
motorkap ............................. 160
Page 82 of 225
80Instrumenten en bedieningsorganenInstrumenten en
bedieningsorganenBedieningsorganen ......................80
Waarschuwingslampen, meters
en controlelampen .......................86
Informatiedisplays ........................96
Boordinformatie ......................... 103
Tripcomputer .............................. 106Bedieningsorganen
Stuurwielverstelling
Hendel omlaagbewegen, stuurwiel
instellen, hendel omhoogbewegen en
vergrendelen.
Stuurwiel uitsluitend bij stilstaande
auto en ontgrendeld stuurslot verstel‐ len.
Stuurbedieningsknoppen
Bepaalde functies van het
infotainment-systeem en het
Info-Display kunnen via de afstands‐
bediening op het stuurwiel worden
bediend.
Meer informatie staat in de handlei‐
ding van het infotainment-systeem.
Page 108 of 225

106Instrumenten en bedieningsorganenTripcomputerBoordcomputer op
Board-Info-Display
Om de gegevens van de boordcom‐
puter weer te geven, BC-toets van het
infotainment-systeem of het linker
stelwiel op het stuurwiel indrukken.
Sommige functies verschijnen in ver‐korte vorm op het display.
Als er een audiofunctie werd geselec‐
teerd, blijft de onderste regel van de
geselecteerde boordcomputerfunctie
zichtbaar.Momentaan verbruik
Weergave van het actuele verbruik.
Bij lage snelheden wordt het verbruik per uur aangegeven.
Gemiddeld verbruik
Weergave van het gemiddelde ver‐
bruik. De meting kan op elk moment
opnieuw worden gestart.
Absoluut verbruik Weergave van de verbruikte hoeveel‐
heid brandstof. De meting kan op elk
moment opnieuw worden gestart.
Gemiddelde snelheid
Weergave van de gemiddelde snel‐
heid. De meting kan op elk moment opnieuw worden gestart.
Ritonderbrekingen met uitgescha‐
kelde ontsteking worden niet meege‐
rekend.
Afgelegde weg Weergave van de afgelegde weg. De
meting kan op elk moment opnieuw
worden gestart.
Actieradius