Instrumenten en bedieningsorganen131
U maakt uw selecties via:■ de menu's
■ de functietoetsen en de multifuncti‐
onele toets van het infotainment- systeem
Selecteren met het infotainment-
systeem
Selecteer een functie via de knoppen
van het infotainment-systeem. Het menu van de geselecteerde functie
wordt weergegeven.
U gebruikt de multifunctionele toets
voor het selecteren en bevestigen
van een item.
Multifunctionele knop
De multifunctionele toets is het cen‐
trale bedieningselement voor de me‐
nu's:
Draaien ■ Voor het markeren van een menu‐ optie
■ Voor het instellen van een nume‐ rieke waarde of het weergeven vaneen menuoptie
Drukken (op de buitenste ring) ■ Voor het selecteren of activeren van de gemarkeerde optie
■ Voor het bevestigen van de inge‐ stelde waarde
■ Voor het in-/uitschakelen van een systeemfunctie
BACK -knop
Druk op de toets om: ■ een menu te verlaten zonder de in‐
stellingen te wijzigen
■ vanuit een submenu naar een ho‐ ger menuniveau terug te keren
■ het laatste teken van een teken‐ reeks te wissenDruk op de knop en houd deze enkele
seconden vast om de gehele invoer
te wissen.
Persoonlijke instellingen 3 138.
Opgeslagen instellingen 3 25.
Regeleenheid smartphone
Via de regeleenheid smartphone hebt u via een smartphone toegang tot
boordgegevens via WLAN of een
Bluetooth-verbinding. Daarna kunt u
deze gegevens op de smartphone
weergeven en analyseren.
335
O
Olie, motor .......................... 295, 299
Ontlaadbeveiliging accu ............158
Opbergruimte................................ 63
Opbergruimte achter..................... 90
Opbergruimte voorin .....................64
Opbergvakken .............................. 63
Opbergvak middenconsole ..........66
Opbergvak onder passagiersstoel 65
Opgeslagen instellingen ...............25
Opschakelen............................... 120
Overzicht instrumentenpaneel .....12
P Panoramadak .............................. 40
Parkeerhulp ............................... 206
Parkeerlichten ............................ 155
Parkeren .............................. 21, 175
Park pilot met ultrasoonsensoren 206
Partikelfilter ................................. 176
Pech ........................................... 288
Persoonlijke instellingen ............138
Pollenfilter .................................. 169
Portieren ....................................... 28
Portier open ............................... 124
Prestaties ................................... 305
Profieldiepte ............................... 273
Q Quickheat ................................... 168R
Radiofrequentie-identificatie (RFID) .................................... 330
Regelbare instrumentenverlichting ...........155
Regeleenheid smartphone .........131
Registreren van autogegevens en privacy ................................ 329
Remassistentie .......................... 184
Rem- en koppelingssysteem .....119
Rem- en koppelingsvloeistof ......295
Remmen ............................ 181, 238
Remvloeistof .............................. 238
Reservewiel ............................... 282
Richtingaanwijzer ......................118
Richtingaanwijzers ..................... 153
Richtingaanwijzers vooraan ......248
Roetfilter ............................. 122, 176
Rugleuning neerklappen .............46
Ruiten ........................................... 35
Rijgedrag en aanhangertips ......228
Rijverlichting ................14, 123, 146
S
Service ............................... 169, 294
Service-display .......................... 115
Service-indicatie ........................119
Service-informatie ...................... 294
Sjorogen ...................................... 95Slepen................................ 228, 288
Sleutel, opgeslagen instellingen ...25
Sleutels ........................................ 23
Sleutels, sloten ............................. 23
Sneeuwkettingen .......................275
Snelheidsbegrenzer ...................191
Snelheidsmeter .......................... 112
Spiegelverstelling ........................10
Sproeiervloeistof ........................237
Startbeveiliging ....................33, 123
Starten en bediening ..................171
Starthulp gebruiken ...................287
Stoelpositie .................................. 43
Stoelverstelling ........................7, 43
Stop/Start-systeem .....................173
Storing ....................................... 179
Storing elektrische handrem .......120
Storingsindicatielamp ................119
Stroomonderbreking ..................180
Sturen ......................................... 170
Stuurbedieningsknoppen ...........105
Stuurbekrachtiging .....................121
Stuurwiel instellen ........................ 11
Stuurwielverstelling .................... 105
Symbolen ....................................... 4
T
Tanken ....................................... 224
Te laag brandstofpeil .................123
Toerenteller ............................... 113