ASR SYSTEEM
ASR systeem uitschakelen
Het ASR systeem kan worden uitgeschakeld door
op de knop ASR OFF te drukken (zie de paragraaf
"ASR systeem" in het hoofdstuk "Kennismaking
met de auto"). Bij versies met herconfigureerbaar
multifunctioneel display, wordt bij uitschakeling
van het systeem een melding en een symbool op de
display weergegeven; tegelijk gaat ook de led op
de ASR OFF knop branden.SERVICE (GEPROGRAMMEERD
ONDERHOUDSSCHEMA) VERVALLEN
Wanneer het onderhoudsinterval bijna is vervallen
en de sleutel in de stand MAR wordt gedraaid,
verschijnt de melding "Service" op het
herconfigureerbaar multifunctioneel display,
gevolgd door het aantal resterende kilometers of
mijlen. Neem contact op met het Lancia
Servicenetwerk om de werkzaamheden van het
"Geprogrammeerd onderhoudsschema" te laten
verrichten en de melding te resetten.
171WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENLAMPJES EN
BERICHTENNOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
ONDERHOUD EN ZORG
GEPROGRAMMEERD ONDERHOUDJuist onderhoud is uiterst belangrijk voor een
lange levensduur van de auto onder optimale
omstandigheden.
Lancia heeft een reeks controles en
onderhoudsbeurten opgesteld die elke 30.000
kilometer (benzineversies) of elke 35.000
kilometer (dieselversies) uitgevoerd moeten
worden.
Vóór 30.000/35.000 km en vervolgens tussen elke
twee servicebeurten is het sowieso nodig om
bepaalde items van het Geprogrammeerde
Onderhoudsplan te controleren (bijv. periodieke
controle van het niveau van de vloeistoffen,
bandenspanning, etc.).
De servicebeurten van het Geprogrammeerde
Onderhoud worden volgens een vast tijdsschema
door het Lancia Servicenetwerk uitgevoerd.
Eventuele reparaties die nodig blijken tijdens het
uitvoeren van de diverse inspecties en controles
van het geprogrammeerd onderhoud, mogen
uitsluitend worden uitgevoerd na toestemming van
de klant. Als de auto dikwijls gebruikt wordt
voor het trekken van aanhangers, dan moet een
korter interval tussen de onderhoudsbeurten
worden aangehouden.WAARSCHUWING
Op 2000 km vóór de volgende servicebeurt zal de
display een melding tonen.
De servicebeurten van het Geprogrammeerde
Onderhoud zijn door de fabrikant voorgeschreven.
Het niet uitvoeren ervan kan het vervallen van
de garantie tot gevolg hebben.
Het is raadzaam het Lancia Servicenetwerk
onmiddellijk te informeren over eventuele kleine
defecten en niet te wachten tot de volgende
servicebeurt.
210WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
INHOUDSOPGAVE
INLEIDING .............................................................263
TIPS ......................................................................263
TECHNISCHE GEGEVENS .................................265
Luidsprekers voor Basic Audio specificatie .............265
Luidsprekers voor 360° HI-FI MUSIC specificatie ..265
SNELGIDS ..............................................................266
Algemene functies ..................................................267
Radiofuncties .........................................................268
CD-functies ............................................................268
Media Player functies (alleen bijBlue&Me™) ......269
BEDIENINGSTOETSEN OP STUURWIEL .............270
INLEIDING .............................................................272
FUNCTIES EN AFSTELLINGEN ............................273
INSCHAKELING AUTORADIO .............................273
UITSCHAKELING AUTORADIO ..........................273
RADIOFUNCTIES KIEZEN...................................273
CD-FUNCTIE KIEZEN .........................................274
GEHEUGENFUNCTIE AUDIOBRON ....................274
VOLUMEREGELING ............................................274
MUTE/PAUSE FUNCTIE ......................................274
GELUIDSINSTELLINGEN....................................274
TOONREGELING (lage/hoge tonen) .....................275
BALANSREGELING..............................................275
FADERREGELING ................................................275
LOUDNESSFUNCTIE ...........................................275
EQ-FUNCTIE .......................................................276
FUNCTIE USER EQ SETTINGS ..........................276
MENU....................................................................276
AF SWITCHING functie .......................................277
TRAFFIC INFORMATION functie .........................278REGIONAL MODE functie ...................................279
MP3 DISPLAY functie ...........................................279
SPEED VOLUME functie .....................................279
RADIO ON VOLUME functie ................................280
TELEFOON...........................................................280
AUX OFFSET functie ...........................................281
RADIO OFF functie ..............................................281
SYSTEM RESET functie ........................................282
VOORBEREIDING VOOR INBOUW TELEFOON .282
DIEFSTALBEVEILIGING......................................282
RADIO (TUNER) .....................................................283
INLEIDING ...........................................................283
KEUZE GOLFBAND .............................................283
VOORKEUZETOETSEN .......................................284
OPSLAG VAN LAATST BELUISTERDE
STATION ...............................................................284
AUTOMATISCHE AFSTEMMING .........................284
HANDMATIGE AFSTEMMING .............................284
AUTOSTORE FUNCTIE .......................................284
ONTVANGST VAN NOODBERICHTEN ................285
EON FUNCTIE (Enhanced Other Network)...........285
STEREO-UITZENDINGEN ...................................286
CD-SPELER ............................................................286
INLEIDING ...........................................................286
KEUZE VAN DE CD-SPELER ..............................286
INBRENGEN/UITWERPEN VAN DE CD ..............287
DISPLAY-INFORMATIE ........................................287
KEUZE VAN NUMMER (vooruit/achteruit)...........288
SNEL VOORUIT-/TERUGSPOELEN VAN
NUMMERS ............................................................288
PAUZE-FUNCTIE .................................................288
261
AUTORADIO
CD MP3-SPELER ....................................................288
INLEIDING ...........................................................288
MP3 WERKING .....................................................288
KEUZE VAN MP3-SESSIES OP HYBRIDE
DISKS ....................................................................289
DISPLAY-INFORMATIE ........................................289
KEUZE VAN VOLGENDE/VORIGE MAP.............289
STRUCTUUR VAN DE MAPPEN ..........................290AUX (uitsluitend bij hetBlue&Me™ systeem) ........290
INLEIDING ...........................................................290
AUX MODUS .........................................................290
PROBLEEMOPLOSSING .......................................291
ALGEMEEN ..........................................................291
CD-SPELER ..........................................................291
LEZEN VAN MP3-BESTAND ................................291
262
AUTORADIO
INLEIDINGDe autoradio biedt de volgende functies:
Radio
❒PLL-tuner met FM/AM/MW golfbanden;
❒RDS (Radio Data System) met TA-functie
(verkeersinformatie) - TP (verkeersprogramma's)
- EON (Enhanced Other Network) - REG
(regionale programma's);
❒AF: zoeken naar alternatieve frequenties in RDS;
❒voorbereiding voor noodberichten;
❒automatisch/handmatig afstellen op stations;
❒FM Multipath detector;
❒handmatige opslag van 30 stations: 18 op FM-
golfband (6 op FM1, 6 op FM2, 6 op FMT), 12 op
MW-golfband (6 op MW1, 6 op MW2);
❒automatische programmering (Autostore-functie)
van 6 stations op betreffende FM-golfband;
❒SPEED VOLUME functie (behalve uitvoeringen
met 360° HI-FI MUSIC-systeem): automatische
snelheidsafhankelijke volume-aanpassing;
❒automatische Stereo/Mono selectie.CD-speler
❒Directe keuze van de CD;
❒Keuze van nummer (vooruit/achteruit);
❒Nummers snel vooruit-/terugspoelen;
❒Functie CD-display: weergave van CD-naam en
verstreken tijd vanaf begin van het nummer;
❒Afspelen van audio CD, CD-R en CD-RW.
Multimedia CD's bevatten naast
audiotracks ook tracks met gegevens. Het
afspelen van dit type CD kan ruis met een
zodanig volume veroorzaken, dat niet alleen de
verkeersveiligheid in gevaar komt, maar ook de
eindversterker en de speakers beschadigd
kunnen raken.
MP3 CD-speler
❒Functie MP3-Info (ID3-TAG);
❒Keuze van map (vorige/volgende);
❒Keuze van nummer (vooruit/achteruit);
❒Nummers snel vooruit-/terugspoelen;
❒Functie MP3-Display: weergave van mapnaam,
ID3-TAG informatie, verstreken tijd vanaf het
begin van het nummer, bestandsnaam;
❒Afspelen van audio- of gegevens-CD, CD-R en CD-
RW.
272
AUTORADIO
CD-FUNCTIE KIEZEN
Door kortstondig op de MEDIA toets te drukken, kan
de CD-functie gekozen worden.
GEHEUGENFUNCTIE AUDIOBRON
Als een andere functie (bijv. de radio) wordt gekozen,
terwijl naar een CD wordt geluisterd, dan wordt de
weergave onderbroken en weer vanuit hetzelfde punt
hervat als naar de CD-bron wordt teruggekeerd.
Als een andere functie wordt gekozen terwijl naar de
radio wordt geluisterd, dan wordt afgestemd op het
laatst gekozen station als weer naar de radio wordt
teruggekeerd.
VOLUMEREGELING
Draai de
(ON/OFF) toets/knop om het volume te
regelen.
Als het volumeniveau wordt gewijzigd tijdens het
uitzenden van verkeersinformatie, dan blijft deze
nieuwe instelling slechts gehandhaafd tot het einde
van deze verkeersinformatie.
MUTE/PAUSE FUNCTIE
(reset van volume)
Druk opnieuw op de
toets om de Mute-functie uit
te schakelen. Het volume wordt geleidelijk verhoogd
tot het eerder ingestelde niveau.
Wanneer het volumeniveau wordt gewijzigd met de
hiervoor bestemde toetsen, dan wordt de Mute-
functie uitgeschakeld en het volume ingesteld op het
nieuwe gekozen niveau.Bij geactiveerde Mute-functie, wordt deze genegeerd
wanneer verkeersinformatie binnenkomt (als de TA-
functie is geactiveerd) of als een noodbericht wordt
ontvangen. De functie wordt weer ingeschakeld
wanneer het bericht beëindigd is.
GELUIDSINSTELLINGEN
De functies van het audiomenu zijn afhankelijk van
de geactiveerde bron: AM/FM/CD/Media Player
(alleen metBlue&Me™) /AUX (alleen met
Blue&Me™, voor bepaalde uitvoeringen/markten,
indien aanwezig).
Druk kortstondig op de
toets om de audiofuncties
te veranderen.
Na de eerste druk op detoets, toont het display de
waarde van het bass-niveau voor de op dat moment
ingeschakelde bron (bijv. bij gebruik van FM, toont
het display het opschrift "FM Bass +2").
Gebruik de
of
toets om door de menufuncties te
lopen. Gebruik voor het wijzigen van de instelling
van de gekozen functie de
of
toets.
De huidige status van de gekozen functie verschijnt
op het display.
De functies waarin het menu voorziet zijn:
❒BASS (regeling van lage tonen);
❒TREBLE (regeling hoge tonen);
❒BALANCE (regeling balans rechts/links);
❒FADER (regeling balans voor/achter);
❒LOUDNESS (behalve uitvoeringen met 360° HI-FI
MUSIC-systeem) (inschakelen/uitschakelen functie
LOUDNESS);
274
AUTORADIO
❒EQUALIZER (behalve uitvoeringen met 360°
HI-FI MUSIC-systeem) (inschakelen en selectie
fabrieksinstelling equalizer);
❒USER EQUALISER (behalve uitvoeringen met
360° HI-FI MUSIC-systeem) (gepersonaliseerde
equaliser-instellingen).
TOONREGELING (lage/hoge tonen)
Ga als volgt te werk:
❒Gebruik de
of
toets om “Bass” of “Treble” in
het AUDIO-menu in te stellen;
❒druk op de
of
toets om de lage of hoge tonen
te verhogen/verlagen.
Door kortstondig op de toetsen te drukken, zullen de
niveaus in stappen veranderen. Door ze langer
ingedrukt te houden, zullen de niveaus sneller
veranderen.
BALANSREGELING
Ga als volgt te werk:
❒Gebruik de
of
toets om de "Balance" in het
AUDIO-menu in te stellen;
❒druk op de
toets om het volume van de rechter
speakers te verhogen of op de
toets om het
volume van de linker speakers te verhogen.
Door kortstondig op de toetsen te drukken, zullen de
niveaus in stappen veranderen. Door ze langer
ingedrukt te houden, zullen de niveaus sneller
veranderen.
Kies de waarde "
0
" om de audio-uitgangen
rechts en links op dezelfde waarde in te stellen.FADERREGELING
Ga als volgt te werk:
❒Gebruik de
of
toets om de "Fader" in het
AUDIO-menu in te stellen;
❒druk op de
toets om het volume van de achterste
speakers te verhogen of op de
toets om het
volume van de voorste speakers te verhogen.
Door kortstondig op de toetsen te drukken, zullen de
niveaus in stappen veranderen. Door ze langer
ingedrukt te houden, zullen de niveaus sneller
veranderen.
Kies de waarde "
0
" om de audio-uitgangen
achter en voor op dezelfde waarde in te stellen.
LOUDNESSFUNCTIE
(behalve uitvoeringen met 360° HI-FI MUSIC-
systeem)
De loudnessfunctie verbetert het geluidsvolume
wanneer naar een laag volume wordt geluisterd, door
de bassen en de hoge tonen te versterken.
Kies voor het inschakelen/uitschakelen van de
functie, de instelling Loudness in het AUDIO-menu
m.b.v. de
of
toets.
De toestand van de functie (in- of uitgeschakeld)
wordt enige seconden op de display getoond door het
opschrift “Loudness On” of "Loudness Off”.
275
AUTORADIO
EQ-FUNCTIE
(equaliser inschakelen/uitschakelen)
(behalve uitvoeringen met 360° HI-FI MUSIC-
systeem)
De ingebouwde equaliser kan in- of uitgeschakeld
worden. Wanneer de equaliserfunctie is
uitgeschakeld, kunnen uitsluitend de audio-
instellingen “Bass” (lage tonen) en “Treble” (hoge
tonen) geregeld worden, terwijl als de functie is
ingeschakeld tevens de geluidscurven geregeld
kunnen worden. Kies voor het uitschakelen van de
equaliser, de "EQ OFF" functie met de
of
toets.
Gebruik voor het inschakelen van de equaliser de
of
toets om een van de instellingen te kiezen:
❒"FM/AM/CD...EQ User" (instelling van 7
equaliserbanden die door de gebruiker veranderd
kunnen worden);
❒"Classic" (vooraf ingestelde equaliserinstelling
voor optimaal geluid van klassieke muziek);
❒"Rock" (vooraf ingestelde equaliserinstelling voor
optimaal geluid van rock- en popmuziek);
❒"Jazz" (vooraf ingestelde equaliserinstelling voor
optimaal geluid van jazzmuziek);
Wanneer een van de equaliserinstellingen
ingeschakeld is, licht het opschrift “EQ” op.FUNCTIE USER EQ SETTINGS
(equaliserinstellingen alleen als de
USER-instelling gekozen is)
(behalve uitvoering met 360° HI-FI MUSIC-
systeem)
Selecteer voor een persoonlijke equaliserinstelling
met de
of
toets "User" en druk op de MENU-
toets.
Op het display verschijnt een grafiek met 7 staafjes,
waarbij elk staafje een frequentie voorstelt.
Kies het te veranderen staafje met de
of
toets;
het gekozen staafje begint te knipperen en kan
geregeld worden met de
of
toets.
Druk opnieuw op de
toets om de instelling op te
slaan.
Op het display wordt de op dat moment
ingeschakelde bron weergegeven, gevolgd door de
tekst "User". Als bijvoorbeeld “FM” wordt gebruikt,
wordt op het display de tekst "FM EQ User"
weergegeven.
MENU
Functies menutoetsen
Druk kortstondig op de MENU-toets voor het
inschakelen van de MENU-functie. Het display toont
het eerste instelbare menu-item (AF) ("AF Switching
On" op het display).
Gebruik de
of
toets om door de menufuncties te
lopen. Gebruik voor het wijzigen van de instelling
van de gekozen functie de
of
toets.
276
AUTORADIO