SYSTEM RESET functie
Deze functie wordt gebruikt om alle instellingen naar
de fabriekswaarden terug te stellen.
De opties zijn:
❒NO: geen restore-bewerking;
❒YES: de defaultparameters zullen hersteld worden.
Het display toont "Resetting" tijdens deze
bewerking. Na de bewerking wijzigt de bron niet
en wordt de voorgaande situatie weergegeven.
VOORBEREIDING VOOR INBOUW TELEFOON
Als een handsfree-systeem in de auto geïnstalleerd is,
wordt bij een inkomend telefoontje de audio van de
autoradio met de uitgang van de telefoon verbonden.
Het geluid van het inkomende telefoontje heeft altijd
een vast volume, maar dit kan tijdens het gesprek
aangepast worden met de toets/knop
ON/OFF.
Het vaste geluidsvolume van de telefoon kan
geregeld worden met de "SPEECH VOLUME"
functie in het Menu (waar de functie aanwezig is).
Het woord "PHONE" verschijnt op het display
tijdens de uitschakeling van de audio voor het
telefoongesprek.
Als er geen “SPEECH VOLUME” functie in het
menu aanwezig is, wordt de volume-instelling op
dezelfde manier uitgevoerd als voorBlue&Me™.DIEFSTALBEVEILIGING
De autoradio is uitgerust met een diefstalbeveiliging
die gebaseerd is op de informatie-uitwisseling tussen
de autoradio en de elektronische regeleenheid (Body
Computer) in de auto.
Dit systeem garandeert maximale veiligheid en
voorkomt dat elke keer dat de stroomvoorziening van
de autoradio uitvalt, de geheime code opnieuw
ingevoerd moet worden.
Als de controle een positief resultaat oplevert, dan
begint de autoradio te werken. Als de codes bij de
vergelijking echter niet overeenkomen of als de
elektronische regeleenheid (Body Computer) wordt
vervangen, dan zal het systeem de gebruiker vragen
om de geheime code in te voeren op de manier die in
de volgende paragraaf is beschreven.
De geheime code invoeren
Wanneer de autoradio wordt ingeschakeld, toont het
display, als de code wordt gevraagd, ongeveer 2
seconden het opschrift "Radio code", gevolgd door
vier streepjes "- - -".
De geheime code bestaat uit vier cijfers van 1 t/m 6,
waarbij elk streepje met een cijfer overeenkomt.
Druk voor het invoeren van het eerste cijfer op de
betreffende toets van het voorkeuzestation (1 t/m 6).
Voer de overige cijfers van de code op dezelfde
manier in.
Als de vier cijfers niet binnen 20 seconden worden
ingevoerd, verschijnt op de display "Enter code---
-". Als dit gebeurt, wordt dit niet als het invoeren
van een verkeerde code beschouwd.
282
AUTORADIO
INBRENGEN/UITWERPEN VAN DE CD
Steek de CD voorzichtig in de sleuf, zodat het
automatische laadysteem ingeschakeld wordt dat de
CD correct zal plaatsen.
De CD kan ook worden ingebracht bij uitgeschakelde
radio en contactsleutel in de stand MAR: in dit geval
blijft de radio uitgeschakeld. Wanneer de autoradio
wordt ingeschakeld, wordt de laatst beluisterde
audiobron vóór het uitschakelen geactiveerd.
Wanneer een CD wordt ingebracht, verschijnt op het
display het symbool "CD-IN" en het opschrift "CD
Reading". Deze blijven weergegeven totdat de
autoradio de op de CD aanwezige nummers heeft
gelezen. Hierna begint de autoradio automatisch het
eerste nummer af te spelen.
Druk op de
toets (EJECT) bij ingeschakelde radio
om het automatisch uitwerpen van de CD te
activeren. Na het uitwerpen wordt de audiobron
ingeschakeld die beluisterd werd voordat de CD werd
afgespeeld.
Als de CD niet uit de autoradio wordt verwijderd,
dan wordt de CD na circa 20 seconden automatisch
opnieuw geladen en wordt afgestemd op de Tuner
(Radio).
De CD kan niet worden uitgeworpen als de autoradio
uitgeschakeld is.
Als de uitgeworpen CD weer in de speler wordt
geplaatst zonder dat hij volledig uit de sleuf is
verwijderd, dan schakelt de radio niet over op de
CD-speler.Mogelijke foutmeldingen
Als de geladen CD niet kan worden gelezen (bijv. als
een CD-ROM is ingebracht of een CD andersom is
ingebracht, of als er een leesfout is), verschijnt op de
display het opschrift "CD Disc error".
Daarna wordt de CD uitgeworpen en hoort men de
audiobron die ingeschakeld was voordat de CD-
speler werd gekozen.
Wanneer een externe audiobron is ingeschakeld (TA,
ALARM of Phone), wordt de CD die niet gelezen kan
worden niet uitgeworpen zolang deze functies niet
beëindigd zijn. Hierna toont het display bij
ingeschakelde CD-speler enkele seconden het
opschrift "CD Disc error" en wordt de CD
uitgeworpen.
Als de CD-speler oververhit raakt, kan het afspelen
van de CD tijdelijk onderbroken worden. De
autoradio zal automatisch overschakelen op de Radio
(Tuner) en het display zal “CD hot” en vervolgens
“CD disc error” tonen.
DISPLAY-INFORMATIE
Wanneer de CD-speler werkt, verschijnt op het
display de volgende informatie:
❒"CD Track 5": geeft het tracknummer op de CD
aan;
❒"03.42": geeft de verstreken speelduur vanaf het
begin van het nummer aan (als de betreffende
menufunctie is ingeschakeld).
287
AUTORADIO