Page 31 of 177

1
Controle tijdens het rijden
29
Onderhoudsindicator
Druk na het aanzetten van het contact een paar keer achter elkaar op de knop Atot deonderhoudsindicator in de gewenste eenheden wordt aangegeven. - het aantal no
g af te leggen kilometers,
- de resterende tijd in maanden tot de
eerstvolgende beurt.
Werking
1.
De indicator geeft aan dat er nog 1000 km
of 1 maand resteer t tot de eerstvolgendeonderhoudsbeurt. 2.De indictator geeft aan dat de termijn tot het eerstvolgende onderhoudsbeurt is
verstreken.
Elke keer als u het contact aanzet, verschijnt de onderhoudssleutel enkele seconden
om aan te geven dat u op korte termijn eenonderhoudsbeurt moet laten uitvoeren.3.Na het uitvoeren van de onderhoudsbeurt is de indicator gereset en wordt het aantal
af te leggen kilometers/de resterende
termijn tot de volgende onderhoudsbeurt
opn
ieuw aangegeven.
De onderhoudsindicator
geeft aan hoever u nog ver wijderd bent van de eerstvolgende
onderhoudscontrole volgens het onderhoudsschema van de fabrikant.
Dit wordt berekend vanaf de laatste nulstelling
van de onderhoudsindicator. Deze informatie kan op twee manieren wordenaangegeven:
U kunt de lichtsterkte van dedashboardverlichting handmatig aanpassen
aan het licht van de omgeving.
Druk op de knop A en houd de knop dan
ingedrukt om de lichtsterkte in te stellen op
"dag" of "nacht" ongeacht of de verlichting van
de auto is ingeschakeld of niet.
De lichtsterkte neemt elke keer als er op de
kno
p Awordt gedrukt, in stapjes toe.
Druk, wanneer de verlichting het maximale niveau heeft bereikt, nogmaals op de knop om naar het minimale niveau te gaan.
Laat de knop Alos zodra u de gewenste
lichtsterkte hebt bereikt.
De instelling wordt opgeslagen zodra u de knop Aloslaat en blijft behouden als het contact instand OFF gezet wordt.
Dimmer
dashboardverlichting
Page 32 of 177

Controle tijdens het rijden
30
Deze functie geeft een schatting van het
aantal kilometers dat u nog kunt rijden totde accu leeg is, daarbij rekening houdend met de omstandigheden (rijstijl, gebruik van
ver warming, airconditioning…).
Actieradiusindicator
Als de actieradius te klein is geworden,wordt er "---"op het display aangegeven.
De aanduiding "---"
die betekent dateen onderhoudsbeurt al uitgevoerd hadmoeten worden, verander t na verloopvan een bepaalde tijd en een bepaaldaantal verreden kilomters automatisch in de resterende tijd tot de volgendeonderhoudsbeurt.
Nulstelling van de onderhoudsindicator
Na elke beurt moet de onderhoudsindicator op0 gezet worden.
Voer hiervoor de volgende procedure uit: )Zet het contact af (contact in stand
LOCK of ACC). )Druk een paar keer op de resetknop A totde onderhoudsindicator op het scherm
wordt weergegeven. )Druk op de resetknop en houd deze
enkele seconden ingedrukt tot de
onderhoudssleutel op het displaybegint te knipperen
. )Druk op de resetknop als de sleutel knipper t om de aanduiding "---"te laten
veranderen in "CLEAR".
Vervolgens wordt de resterende
afstand (of tijd) tot de eerstvolgende
onderhoudscontrole weer
gegeven.
Page 90 of 177

Praktische informatie
88
12V- ac c u
(met uitzondering van de elektromotor, de
ver warming en de airconditioning) worden door een 12V-accu gevoed.
Deze accu bevindt zich in de ruimte onder
de voorklep en wordt door de tractiebatterij
geladen als de elektromotor werkt (lampje
"Ready" op het instrumentenpaneel) en tijdens het opladen.
Als de 12V-accu leeg is, kan deelektromotor niet meer wordeningeschakeld en wordt de tractiebatterijniet meer bijgeladen.
)Ontgrendel de voorklep met de hendel inhet interieur, maak de veiligheidshaak los en open de klep. )Plaats de steun in een van de gaten om de
voorklep open te houden. )Draai de moer 1
los. )Ver wijder de afdekplaat van de accu om bijde klemmen te komen.
To egang tot de accu
Wij raden af om de accukabels los te nemen.Echter, als de auto langdurig (meer dan een maand) wordt stilgezet, is het vooral in de winter beter om deaccu uit de auto te nemen en deze vorstvrij op te slaan.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats omde elektronische regeleenheid te laten resetten.
Page 93 of 177

8
Praktische informatie
91
Laad de accu nooit bij zonder deaccukabels los te nemen en de accu uitde ruimte onder de voorklep te halen. Neem de accukabels niet los als het verklikkerlampje "Ready" brandt en ookniet als de tractiebatterij geladen wordt.
Vóór het losnemen van de kabels
Wacht 2 minuten na het afzetten vanhet contact alvorens de accukabels loste nemen.
Accu's bevatten giftige stoffen zoals lood en zwavelzuur en mogen nooit bij het gewone afval gezet worden. Lever oude accu's daarom altijd in bijeen erkend bedrijf dat accu's op een milieuverantwoorde wijze afvoert.
)Neem de minkabel (–) van de accu los. )Ver wijder het afdekkapje 2
van de (+) klem. )Draai de moer 3
los. )Neem de pluskabel (+) van de accu los. )Verwijder de accu. )Laad de accu op volgens de instructies van de fabrikant van de acculader. )Plaats de accu in de auto en sluit de kabels aan, te beginnen met de pluskabel (+).
Na het aansluiten van de kabels
Zet na het aansluiten van de kabels het contact aan en wacht één minuutvoordat u start zodat de elektronische systemen gereset kunnen worden. Als er zich na deze handelingen toch nog problemen voordoen, raadpleeg dan het CITROËN-netwerk of eengekwalificeerde werkplaats.Vergeet niet de radio zelf opnieuwin te stellen, raadpleeg daarvoor het desbetreffende hoofdstuk.
Controleer of de accupolen en de klemmen schoon zijn. Als dat niet het geval is (witte of groene aanslag, roest) maak dan de kabels losen maak de polen en de klemmen goed schoon.