Page 82 of 177

Veiligheid
80
Zijairbags
Activering
De zijairbags worden aan de desbetreffende
zijde opgeblazen bij een ernstige zijdelingse
aanrijding binnen (een gedeelte van) de
impactzone opzij (B ), loodrecht op de lengteas
van de auto en vanaf de buitenzijde richting de
binnenzijde van de auto.
De zijairbag wordt opgeblazen tussen de
inzittende voorin en het desbetreffende portierpaneel. De zi
jairbags beschermen de bestuurder en
de voorpassagier bij een ernstige zijdelingseaanrijding om de kans op letsel te verkleinen.
De zijairbags zijn aangebracht in het frame van
de rugleuning, aan de por tierzijde.
Detectiezones voor een
aanrijding
A. Impactzone vóór. B.
Impactzone opzij.
Window-airbags
De window-airbags beschermen de bestuurder en passagiers bij een ernstige zijdelingse
aanrijding, om de kans op hoofdletsel te
verkleinen.
De window-airbags zijn aangebracht in de
stijlen en in de hemelbekleding.
Bij een lichte zijdelingse aanrijding of bij over de kop slaan, kan het zijn dat deairbag niet wordt geactiveerd.
Bij een aanrijding van achteren of een frontale aanrijding wordt de airbag niet geactiveerd.
Activering
De window-airbag wordt bij een ernstige
zijdelingse aanrijding gelijktijdig met de
zijairbag aan dezelde zijde opgeblazen binnen (een gedeelte van) de impactzone opzij (B ),haaks op de lengteas van de auto en van buiten naar binnen gericht.
De window-airbags worden opgeblazen tussen
de ruiten en de inzittenden vóór en achter.
Als dit controlelamp
je gaat branden en een melding verschijnt op het display
van het instrumentenpaneel, raadpleeg
dan het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats om het
systeem te laten controleren. De kans bestaat dat de airbags bij een ernstige
aanrijding niet worden geactiveerd.
In het geval van een storing
Page 83 of 177

7
Veiligheid
81
Maak er een gewoonte van om normaal rechtop in de voorstoelen te zitten. Draag altijd een correct afgesteldeautogordel.
Zorg dat er zich niets bevindt tussen de airbag en de inzittenden (kinderen, huisdieren,objecten...). Dit kan de goede werking van deairbag belemmeren en/of de inzittende bij hetopblazen van de airbag ver wonden.
Laat na een aanrijding of diefstal van uwauto de airbagsystemen controleren.
Werkzaamheden aan airbagsystemenmogen uitsluitend door het CITROËN-netwerk of door een gekwalificeerdewerkplaats worden uitgevoerd.
Zelfs als alle bovenstaande voorschriftenworden nageleefd, blijft de kans bestaanop letsel of lichte brandwonden aan het
hoofd, de borst of de armen als de airbag wordt geactiveerd. De airbag wordt namelijk zeer snel opgeblazen (binnen enkele milliseconden) en loopt ver volgens even snel leeg, waarbij de warme gassen via de daarvoor bestemde openingen naar buiten stromen.
Zijairbags
Bedek de stoelen uitsluitend met daarvoor goedgekeurde stoelhoezen, die in combinatie met actieve zijairbags gebruikt kunnen worden.Voor informatie over de stoelhoezen die geschikt zijn voor uw auto kunt u zichwenden tot het CITROËN-netwerk (zie hoofdstuk "Praktischeinformatie - § Accessoires").Bevestig nooit iets aan de rugleuning van de stoelen (kleding...): dit zou bij het afgaan van de airbags kunnen leiden tot ver wondingen aan armen of borstkas.Ga niet onnodig dicht tegen het portierpaneel zitten.
Airbags vóór
Houd het stuur wiel niet aan de spaken vast en laat uw handen niet op het stuurwielkussen rusten.
De voorpassagier mag zijn voeten niet op hetdashboard laten rusten. Het is raadzaam niet te roken in de auto. Als de airbag wordt opgeblazen, kunnen brandende sigaretten of een pijpbrandwonden of ander letsel veroorzaken.
Ver wijder het stuur wiel nooit, maak geen gaten in de stuurwielbekleding en sla er niet op.
Windowairbags
Bevestig nooit iets op de hemelbekleding; dit zou bij het afgaan van de windowairbagskunnen leiden tot hoofdletsel. Demonteer nooit de handgrepen van het dak(indien aanwezig); deze maken deel uit van de bevestiging van de windowairbags.
Houd u aan de volgende veiligheidsvoorschriften voor een maximale effectiviteit van de airbags:
Page 162 of 177

Technische gegevens.........................122,123Te l l e r..............................................................r18Tr a c t i e b a t t e r ij........................................82,122
T
Waarschuwingslampjes................................23Waarschuwing vergeten verlichting..............58Wiel demonteren...........................................96Wiel monteren...............................................96Wiel verwisselen...........................................96Window-airbags ......................................80,81
W
Tr e f w o o r d e n r e g i s t e r
160
Urgence-oproep....................................72,128USB-aansluiting....................................46,137USB-box ..................................................44,46
U
Veiligheidsgordels.............................65,75-77Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen..........................................62,66-68Ventilatie...................................................47-49Ventilatieroosters .......................................... 47Verbruiks-/energieopwekkingsindicator.......r27Vergrendeling van binnenuit.........................35Ver keer sinformatie (TA)..............................133Verklikkerlampjes....................................19,22Ver war ming...................................................49Vloeistofniveau ver warmingssysteem ........119Voor klep ......................................................116Voorstoelen ...................................................38
V
Zekeringen ..................................................107Zekeringen vervangen................................107Zij-airbags...............................................80,81Zijknipperlicht..............................................104Zonneklep.....................................................45
Z