Brandstof
Berlingo-2-VP-papier_nl_Chap06_Verifi cation_ed01-2014
140
BRANDSTOF TANKEN
Te laag brandstofniveau
Tanken
Het tanken dient met afgezette motor
te geschieden.
- Open de brandstofvulklep.
- Steek de sleutel in het slot en draai de sleutel een kwart omwenteling om.
- Trek de tankdop uit de vulopening en bevestig deze aan de haak aan
de binnenzijde van de vulklep.
Een mechanisch systeem
voorkomt dat tijdens het tanken
de linker schuifdeur geopend
kan worden. Let erop dat niemand de
schuifdeur probeert te openen als de
brandstofvulklep geopend is.
Na het sluiten van de brandstofvulklep
kan de schuifdeur geblokkeerd worden.
Druk dan tegen de schuifdeur om deze
te sluiten en vervolgens te openen.
Als het minimum
brandstofniveau is bereikt,
gaat dit lampje branden.
Er bevindt zich nog
ongeveer
8 liter in de tank. Tank bij de
eerstvolgende gelegenheid om een
lege brandstoftank te voorkomen.
Rijd de tank nooit helemaal leeg, dit
zou tot storingen in de emisseregeling
en/of het inspuitsysteem kunnen
leiden. Op een sticker aan de binnenzijde van
het tankklepje staat de voorgeschreven
soort brandstof aangegeven.
Er moet minstens 5 liter bijgevuld
worden voordat de meter de nieuwe
hoeveelheid brandstof in de tank
correct aangeeft.
Bij het verwijderen van de tankdop kan
er enige zuiging ontstaan. Dit vacuüm
is normaal en komt door de afdichting
van het brandstofcircuit.
Laat het vulpistool bij het aftanken
van de auto nooit meer dan 3 keer
automatisch uitspringen. Indien dit wel
gebeurt, kunnen er storingen optreden.
De inhoud van de brandstoftank
bedraagt ca. 60 liter.
- Vergrendel na het tanken de vuldop
en sluit de vulklep. Brandstofkwaliteit voor
benzinemotoren
Auto's met benzinemotoren kunnen
probleemloos rijden op biobrandstoffen
van het type E10 en E24 (deze
bevatten resp. 10% en 24% ethanol)
die voldoen aan de Europese
richtlijnen EN 228 en EN 15376.
Brandstoffen van het type E85 (deze
bevatten tot 85% ethanol) zijn
uitsluitend geschikt voor auto's die
speciaal bestemd zijn voor dit type
brandstof (BioFlex-auto's). De kwaliteit
van de ethanol moet voldoen aan de
Europese richtlijn EN 15293.
Auto's die kunnen rijden op
brandstoffen met een ethanolgehalte
tot 100% (type E100), worden alleen
verkocht in Brazilië.
Sneeuwkettingen
Berlingo-2-VP-papier_nl_Chap07_Aide rapide_ed01-2014
150
SNEEUWKETTINGEN
Onder winterse omstandigheden
verbeteren sneeuwkettingen de tractie
en het remgedrag van de auto. Uitsluitend de aangedreven wielen
mogen van sneeuwkettingen
worden voorzien. Een
noodreservewiel mag niet worden
voorzien van een sneeuwketting.
Houd u altijd aan de ter plekke
geldende regelgeving over het
gebruik van sneeuwkettingen en
de maximaal toegestane snelheid. Montagetips
Als u onderweg sneeuwkettingen
moet monteren, zet de auto dan
langs de kant van de weg stil op
een vlakke ondergrond.
Trek de handrem aan en plaats eventueel wielblokken voor of
achter de wielen om te voorkomen
dat de auto wegglijdt.
Monteer de sneeuwkettingen, volg daarbij de aanwijzingen van de
fabrikant.
Rijd langzaam weg en rijd een klein stukje met een snelheid van
maximaal 50 km/h.
Zet de auto stil en controleer of de kettingen correct gespannen zijn.
Rijd niet met sneeuwkettingen
op een sneeuwvrij gemaakte
weg om schade aan de banden
en het wegdek te voorkomen. Het is
raadzaam voor vertrek het monteren
van de sneeuwkettingen te oefenen;
doe dit op een vlakke en droge
ondergrond. Als uw auto is voorzien
van lichtmetalen velgen, controleer dan
of de ketting en de bevestigingen de
velg niet raken.
Gebruik uitsluitend kettingen die
geschikt zijn voor het type velg van uw
auto:
Neem voor meer informatie over
sneeuwkettingen contact op met
het CITROËN-netwerk of een
gekwalifi ceerde werkplaats.
Maat van de af
fabriek gemonteerde banden Maximale
afmeting van de schakels
195/65 R15
9 mm
195/70 R15
205/65 R15
215/55 R16
215/50 R17
9.2
Berlingo-2-VP-papier_nl_Chap09a_BTA_ed01-2014
URGENCE-OPROEP OF ASSISTANCE-OPROEP
CITROËN OPROEP NAAR URGENCE MET
LOKALISERING
Druk in geval van nood langer dan 2 seconden op deze toets. Het knipperen van het groene LED-lampje en een geluidssignaal bevestigen dat de oproep naar de alarmcentrale CITROËN-Urgence is verstuurd * . een geluidssignaal bevestigen dat de oproep naar de alarmcentrale CITROËN-Urgence is verstuurd * . een geluidssignaal bevestigen dat de oproep naar de
Door deze toets meteen opnieuw in te drukken, wordt de oproep geannuleerd. Het groene LED-lampje dooft.
Wanneer u deze toets op een willekeurig moment langer dan 8 seconden ingedrukt houdt, annuleert u de oproep.
CITROËN OPROEP NAAR ASSISTANCE MET LOKALISERING
Bij het aanzetten van het contact, gaat het groene lampje 3 seconden branden. Dit duidt op een goede werking van het systeem.
Het oranje lampje knippert: er is een storing in het systeem.
Het oranje lampje blijft branden: de noodbatterij moet vervangen worden.
Raadpleeg in beide gevallen het CITROËN-netwerk.
Door deze toets meteen opnieuw in te drukken, wordt de aanvraag geannule\
erd.
Dit wordt bevestigd door een gesproken bericht.
Druk langer dan 2 seconden op deze toets voor het aanvragen van hulp bij het stranden van de auto.
Een gesproken bericht bevestigt dat de oproep is verstuurd * .
WERKING VAN HET SYSTEEM
Het groene LED-lampje blijft branden (zonder te knipperen) wanneer de \
verbinding tot stand is gebracht. Aan het einde van het gesprek gaat het lampje uit.
Deze oproep wordt beheerd door de CITROËN-Urgence alarmcentrale die de informatie over de lokalisatie van de auto ontvangt en een waarschuwing kan zenden naar de gekwalifi ceerde hulpdiensten. In landen waar de alarmcentrale niet operationeel is of wanneer de lokalisatie uitdrukkelijk is geweigerd, wordt de oproep meteen doorgestuurd naar de hulpdiensten (112), zonder lokalisatie.
Wanneer de elektronische eenheid airbags een botsing heeft waargenomen, wordt onafhankelijk van het eventueel afgaan van de airbags, automatisch een noodoproep gedaan.
* Deze diensten zijn afhankelijk van bepaalde voorwaarden en beschikbaarhe\
id. Raadpleeg het CITROËN-netwerk. Deze diensten zijn afhankelijk van bepaalde voorwaarden en beschikbaarhe\
id. Raadpleeg het CITROËN-netwerk. Deze diensten zijn afhankelijk van bepaalde voorwaarden en beschikbaarhe\
id.
Wanneer u uw auto buiten het CITROËN-netwerk hebt gekocht, raden wij u aan de aanwezigheid van deze diensten bij het netwerk te laten controleren en eventueel confi gureren. In een meertalig land kunt u het systeem laten confi gureren in de offi ciële landstaal van uw voorkeur.
Om technische redenenen, zoals het verbeteren van de telematicadiensten aan de klant, behoudt de constructeur zich het recht \
voor om op elk willekeurig moment het telematicasysteem in de auto te wijzigen.
Indien u gebruik maakt van de dienst CITROËN eTouch, beschikt u ook over aanvullende diensten via uw persoonlijke pagina MyCITROEN op de CITROËN-internetsite voor uw land. Surf hiervoor naar www.citroen.com. over aanvullende diensten via uw persoonlijke pagina MyCITROEN op de CITROËN-internetsite voor uw land. Surf hiervoor naar www.citroen.com. over aanvullende diensten via uw persoonlijke pagina MyCITROEN op de
9.5
01
Berlingo-2-VP-papier_nl_Chap09b_RT6-2-7_ed01-2014
Selecteren:
- vorige/volgende radiozender (automatisch).
- vorige/volgende nummer van een CD of mediaspeler.
- linker of rechter gedeelte van het scherm als er een menu wordt weergegeven.
Links/rechts voor de functie " De kaart verplaatsen ".
Huidige bewerking afbreken, terug naar vorige map.
Lang indrukken: terug naar vorige weergave.
Lang indrukken: resetten van het systeem.
Toegang tot het menu " Telefoon " en weergave van de laatste gesprekken of inkomend gesprek accepteren.
Toegang tot het menu " Confi guratie ".
Lang indrukken: toegang tot het GPS-bereik en de demo-modus.
Toegang tot het menu " Verkeersinformatie TMC " en weergave van de actuele verkeersinformatie.
Selecteren:
- vorige/volgende item in een lijst of een menu.
- vorige/volgende mediabestand.
- vorige/volgende radiofrequentie (stap voor stap).
- vorige/volgende MP3-bestand.
Omhoog/omlaag voor de functie " De kaart verplaatsen ".
BASISFUNCTIES
9.10
05
Berlingo-2-VP-papier_nl_Chap09b_RT6-2-7_ed01-2014
Overzicht van de laatste bestemmingen.
" " " " " " " " " " " " " " " " " " " " " " " NavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatieNavigatie " " " " " " " " " " " " " " " " " " " " " " "
Selecteer " Opties " in het navigatiemenu en vervolgens " Laatste bestemmingen wissen " en bevestig uw keuze om de laatste bestemmingen te wissen. Selecteer " Ja " en bevestig uw keuze.
Het is niet mogelijk om één enkele bestemming te wissen.
Wissel tussen het menu en de lijst (links/rechts).
" Bestemming kiezen "
" Etappes en route "
" Opties "
" Kaartbeheer " Kaartbeheer " Kaartbeheer
" Navigatie stoppen / hervatten "
NAVIGATIE
Naar het menu "NAVIGATIE"
Druk op N AV .
of
Raadpleeg het CITROËN-netwerk om updates voor de kaartgegevens te verkrijgen.
Druk kort op het uiteinde van de lichtschakelaar om de laatste gesproken instructie te herhalen.
9.21
05
Berlingo-2-VP-papier_nl_Chap09b_RT6-2-7_ed01-2014
NAVIGATIE
Druk op N AV voor het menu " Navigatie ".
GESPROKEN NAVIGATIEBERICHTEN INSTELLEN
Selecteer " Opties " en bevestig uw keuze.
VOLUMEREGELING/UITSCHAKELEN
Selecteer " Instellen gesproken berichten " en bevestig uw keuze.
Selecteer de volumeweergave en bevestig uw keuze.
Selecteer " Uitschakelen " om de gesproken instructies uit te schakelen.
Selecteer " OK " en bevestig uw keuze.
Stel het gewenste volume in en bevestig uw keuze.
Het instellen van het volume is mogelijk door de volumeknop te bedienen tijdens de weergave van een route-aanwijzing.
Het volume van de instructies kunt u ook instellen via het menu " SETUP " / " Spraaksynthese ".
9.24
06
Berlingo-2-VP-papier_nl_Chap09b_RT6-2-7_ed01-2014
VERKEERSINFORMATIE
INSTELLEN VAN DE FILTERS EN DE WEERGAVE VAN TMC-BERICHTEN
Een TMC-bericht (Trafi c Message Channel) is informatie met betrekking tot het verkeer en het weer die in real time wordt ontvangen en doorgestuurd naar de bestuurder in de vorm van gesproken berichten en vi\
suele waarschuwingen op de navigatiekaart.
Het navigatiesysteem kan in dat geval een alternatieve route voorstellen\
.
Druk op TRAFFIC voor weergave van het menu "Verkeersinformatie TMC".
Selecteer de functie "Geografi sch fi lter" en bevestig uw keuze.
Het systeem biedt de keuze:
- " Bewaar alle berichten : ",
of
- " Bewaar de berichten : "
● " Rondom de auto ", (bevestig de opgegeven kilometers om dit te wijzigen en de afstand te kiezen),
● " Op de route ".
Bevestig met " OK " om de wijzigingen op te slaan.
Wij adviseren:
- een fi lter op de route en
- een fi lter rondom de auto van:
- 20 km in de stad,
- 50 km op de snelweg.
9.27
07
Berlingo-2-VP-papier_nl_Chap09b_RT6-2-7_ed01-2014
TELEFONEREN
Naar het menu "TELEFOON"
" " " " " " " " " " " " " " " " " " TelefoonTelefoonTelefoonTelefoonTelefoonTelefoonTelefoonTelefoonTelefoonTelefoonTelefoonTelefoonTelefoonTelefoonTelefoonTelefoonTelefoonTelefoonTelefoonTelefoon " " " " " " " " " " " " " " " " " "
" Nummer kiezen "
" Contacten "
" Telefoonopties "
" Bluetooth-functies "
" Verbreken "
(tijdens communicatie)
Wissel tussen het menu en de lijst (links/rechts).
of
Overzicht van de laatste binnengekomen en uitgaande gesprekken als er verbinding is met de telefoon.
Druk op PHONE.
Selecteer een nummer in de lijst en bevestig uw keuze met " OK " om een gesprek te starten.
Als u verbinding met een andere telefoon maakt, wordt de lijst met de laatste gesprekken gewist.
Geen verbinding met een telefoon.
Verbinding met een telefoon.
Binnenkomend gesprek.
Uitgaand gesprek.
Bezig met synchroniseren van adresboek.
Communicatie met telefoon bezig.
In de bovenbalk wordt steeds aangegeven