Page 89 of 145

Inleiding89
1.1 ~ 6 voorkeuzetoetsen
◆ Houd een van deze knoppen in‐
gedrukt om de huidige radio‐
zender toe te voegen aan de
huidige favorieten-pagina.
◆ Druk een van deze knoppen in om het kanaal te selecteren dataan die knop is gekoppeld.
2. Knop m met draaiknop VOL
◆ Druk op deze knop om de voe‐ ding in en uit te schakelen.
◆ Draai de knop om het algehele volume in te stellen.
3. RADIO/BAND -toets
FM-, AM-radio of DAB-functie se‐ lecteren.
4. CD -toets
Indrukken om de CD/MP3-diskaf‐
speelfunctie te selecteren.
5. AUX -toets
Indrukken om de audiofuncties
AUX/USB/iPod/Bluetooth te se‐
lecteren.6. O -toets
◆ Indrukken om de Bluetooth-mo‐
dus in te schakelen.
◆ Ingedrukt houden om de stil‐ schakel-/pauzefunctie voor CD
en USB/iPod in en uit te scha‐
kelen.
7. Disksleuf Dit is de sleuf waarin compact
disks worden ingebracht of verwij‐ derd.
8. TONE -toets
Indrukken om de klankinstelmo‐
dus aan te passen/te selecteren.
9. Knop P BACK
Annuleer de ingevoerde functies
of ga terug naar het vorige menu.
10. Multifunctionele knop ◆ Indrukken om het huidige func‐tiemenu weer te geven of om
instelbare functies en instel‐
waarden te selecteren.◆ Draai de draaiknop om de in‐ stelbare functies en instelwaar‐
den te doorlopen of te wijzigen.
◆ Neem in de handenvrije modus met Bluetooth een gesprek aan
door op de knop te drukken.
Draai aan de draaiknop om de
oproep te beantwoorden of te
weigeren en druk op de knop
om te bevestigen.
11. CONFIG -toets
Indrukken om naar het systeem‐
instelmenu te gaan.
12. INFO -toets
◆ Indrukken om de bestandsinfor‐
matie te bekijken bij het gebruik van de afspeelfuncties CD/MP3
en USB/iPod.
◆ Bekijk tijdens gebruik van de ra‐
diofunctie informatie over een
radiozender en de huidige afge‐ speelde song.
13. R-toets
Knop indrukken en disk uitnemen.
Page 90 of 145

90Inleiding
14.TP-toets
Bij het gebruik van de FM RDS-
functie zet u met deze knop de
functie TP (verkeersinformatie)
aan of uit.
15. AS 1-2 -toets
◆ Ingedrukt houden om de radio‐ zenders automatisch op pagina1 of 2 met AS-zenders op te
slaan.
◆ Indrukken om pagina 1 of 2 met
AS-zenders te selecteren.
16. FAV 1-2-3 -toets
Indrukken om de pagina met op‐
geslagen favoriete bestanden te
selecteren.
17. Knoppen 1 / 8
◆ Druk bij het gebruik van de radio
of DAB deze knoppen in om au‐
tomatisch te zoeken naar zen‐
ders met een heldere ont‐
vangst. U kunt de afstemfre‐
quentie handmatig instellen
door deze knoppen ingedrukt te houden.◆ Druk bij het gebruik van de af‐ speelfuncties CD/MP3 en USB/iPod deze knoppen in om on‐
middellijk de vorige of volgende
track af te spelen.
◆ U kunt deze knoppen ingedrukt houden om snel terug/vooruit te
spoelen in de huidige afge‐
speelde songs.
Audioknoppen op stuurwiel
1. Knop xn
In een muziekafspeelfunctie deze
knop indrukken om de stilschakel‐ functie aan of uit te zetten. Tijdens een telefoongesprek kunt u deze
knop indrukken om oproepen af te
wijzen of het gesprek voort te zet‐ ten.
2. q-toets
◆ Indrukken om een oproep te be‐
antwoorden of om naar de mo‐
dus voor terugbellen te gaan.
◆ Ingedrukt houden om naar het oproepenlogboek te gaan of omtijdens een telefoongesprek
heen en weer te gaan tussen de
handenvrijmodus en de modus
voor privé bellen.
3. d SRC c -toets
◆ Indrukken om een afspeelfunc‐ tie voor geluid te kiezen.
◆ Draai aan de knop om de hui‐ dige radiozender te wijzigen of
om andere muziek te kiezen om
af te spelen.
4. Knoppen +
◆ Druk op de knop + om het vo‐ lume te verhogen.
◆ Druk op de knop - om het vo‐ lume te verlagen.
Page 91 of 145

Inleiding91BedieningToetsen en bedieningsorganen
Het Infotainmentsysteem wordt be‐
diend via de functietoetsen, de multi‐
functionele knop en het menu dat op
het scherm is weergegeven.
De in het systeem gebruikte knoppen en bedieningsorganen zijn de vol‐
gende:
■ De toetsen en druk-/draaiknop van het infotainmentsysteem
■ De knoppen van de afstandsbedie‐
ning op het stuurwiel
Systeem aan en uitDruk op de knop m om het systeem
aan te zetten.
Na het inschakelen van de voeding wordt de eerder gebruikte functie uit‐
gevoerd nadat de tijd, de datum, de
temperatuur en de functie gereed
zijn.
Druk op de knop m om het systeem
uit te zetten.
Automatisch uitzetten Als u het Infotainmentsysteem met de knop m inschakelt terwijl de contact‐
schakelaar (contactsleutel van de
auto) in de stand uit staat, wordt het
Infotainmentsysteem 10 minuten na
de laatste activiteit van de gebruiker
automatisch uitgeschakeld.Volumeregeling
Draai aan de knop VOL om het vo‐
lume te regelen.
■ Gebruik de afstandsbediening op het stuurwiel en druk op de knop‐
pen + en - om het volume aan te
passen.
■ Het huidige geluidsniveau wordt aangegeven.
■ Bij het inschakelen van het Infotain‐
mentsysteem wordt vanzelf het ge‐ luidsniveau ingesteld dat eerder al
Page 92 of 145

92Inleiding
was geselecteerd (wanneer dit la‐
ger is dan het maximale beginvo‐
lume).
■ Bij het inschakelen van de voeding kan de waarde voor het maximale
beginvolume afzonderlijk worden
ingesteld (wanneer het eerdere vo‐ lumeniveau lager dan het maximale
beginvolume is).
Automatische volumeregeling Wanneer de instelling voor rijsnel‐
heidsafhankelijk geluidsvolume actief
is, wordt het geluidsvolume automa‐
tisch aangepast op basis van de rij‐
snelheid van de auto ter compensatie voor het geluid van motor en banden.(Zie Instellingen → Radio-instellingen
→ Autom. volumeregeling ).
Volumebegrenzing bij hoge
temperaturen Wanneer binnenin de radio de tem‐
peratuur zeer hoog wordt, begrenst
het infotainmentsysteem het instel‐
bare maximale volume.
Zo nodig wordt het volume automa‐
tisch verlaagd.Geluidsinstellingen
Vanuit Tooninstellingen kan de klank‐
weergave naar wens worden inge‐
steld, afhankelijk van de functies van
de FM-, AM- of DAB-radio en van elke audiospeler.
Druk TONE om de betreffende func‐
tiemodus te gebruiken.
Selecteer de gewenste klankrege‐
lingsmodus door aan de multifunctio‐
nele knop te draaien en druk dan op
de multifunctionele knop.
Selecteer de gewenste klankrege‐
lingswaarde door aan de multifuncti‐
onele knop te draaien en druk dan op
de multifunctionele knop.
Menu Geluidsinstellingen ■ Bas : stel het lage tonen-niveau in
tussen -12 tot +12.
■ Midrange : stel het middenbereikni‐
veau in tussen -12 tot +12.
■ Treble : stel het hoge tonen-niveau
in tussen -12 tot +12.
■ EQ (equalizer): klankstijl selecteren
of uitschakelen ( UIT ↔ Pop ↔
Rock ↔ Klassiek ↔ Gesproken ↔
Country ).
Page 93 of 145

Inleiding93
■Fader : stel de balans tussen de
voorste/achterste luidsprekers in
vanaf voor 15 tot achter 15 bij het voertuigmodel met zes luidspre‐
kers.
■ Balans : stel de balans tussen de
linker/rechter luidsprekers in vanaf
links 15 tot rechts 15.
Een functie selecteren
FM-, AM- of DAB-radio
Druk op de knop RADIO/BAND om
FM-, AM- of DAB-radio te selecteren.
Druk op de multifunctionele knop voor
het openen van FM-menu, AM-
menu of DAB-menu met opties voor
het selecteren van zendstations.
CD/MP3 diskspeler
(1) Audio-CD
(2) Audio-CD met tekst
(3) MP3/WMA CD
Steek een af te spelen audio CD- of MP3-disk (WMA) met de afgedrukte
zijde naar boven toe in de disksleuf.
Wanneer disk al is ingelegd, druk dan
op de knop CD om de CD/MP3 speler
te selecteren.
Druk op de afstandsbediening op het
stuurwiel op d SRC c om de CD-/
MP3-speler te selecteren.
(1) Audio-CD
(2) MP3-/WMA-CD
Druk op de multifunctionele knop om
het menu met opties voor de betref‐
fende functies of het menu van het
betreffende apparaat te openen.
Page 94 of 145
94Inleiding
Afspelen via USB/iPod-audio of AUX-ingang
Sluit de USB/iPod met af te spelen
muziekbestanden aan op de USB- aansluiting of sluit de audio-uitgang
van de te beluisteren externe audio‐
apparatuur aan op de AUX-ingang.
Wanneer het USB-, iPod- of AUX-ap‐ paraat al geplaatst is, druk dan steeds
op de knop AUX om de gewenste
functie ( AUX → USB → Bluetooth au‐
dio → AUX → ...) te selecteren.
Druk op de afstandsbediening op het stuurwiel op d SRC c om de gewenste
modus te selecteren.
Druk op de multifunctionele knop om
het menu met opties voor de betref‐
fende functies of het menu van het
betreffende apparaat te openen.
Handenvrij telefoneren met Bluetooth
Druk op de knop O om handenvrij
telefoneren met Bluetooth te selecte‐ ren.
Druk op de multifunctionele knop om het menu Bluetooth met opties voor
de betreffende functies te openen.
Personaliseren
Hoofdknoppen en
bedieningsorganen De in Instellingen gebruikte knoppen
en bedieningsorganen zijn de vol‐
gende.
Page 95 of 145

Inleiding95
(11) Knop CONFIG
Druk op deze toets om naar het
Instellingen -menu te gaan.
(10) Multifunctionele knop ■ Draai aan de draaiknop om het/de gewenste menu of optie te selecte‐
ren.
■ Druk de knop in om in het huidige menu of in het te stellen item naar
het gedetailleerde instellingenven‐
ster te gaan of dit te selecteren.
(9) Knop P BACK
Annuleer het ingevoerde item of ga
terug naar het vorige scherm of
menu.
Het instelmenu gebruiken voor persoonlijke instellingen ■ Instelmenu en -functies kunnen af‐ wijken, afhankelijk van het voertuig‐
model.
■ Naslaginformatie: Informatietabel voor het onderstaande menu
Instellingen .Voorbeeld: Instellingen → Tijd Datum
→ Insteldatum: 23 jan 2012
Druk op de CONFIG-toets voor het
Instellingen -menu.
Bekijk eerst de informatietabel voor
het onderstaande menu Instellingen
en draai dan aan de multifunctionele
knop om naar het gewenste instellin‐
genmenu te gaan; druk vervolgens de
multifunctionele knop in.
■ Weergegeven wordt een lijst met details voor het betreffende instel‐
lingenmenu of functie.
■ Als de betreffende lijst met details nog een andere gedetailleerde lijst
heeft, kunt u deze actie herhalen.
Page 96 of 145
96Inleiding
Draai aan de multifunctionele knop
om naar de gewenste instelwaarden
of functie te gaan en druk de multi‐
functionele knop vervolgens in.
■ Herhaal deze handeling als de be‐ treffende gedetailleerde lijst be‐
staat uit meerdere items.
■ Voer de betreffende instelwaarde in
of wijzig deze, anders verandert de functie.
Informatietabel voor InstellingenTalen (Languages)
Selecteer de gewenste taal voor het
display.
Tijd en datum
■ Tijd instellen : stel handmatig de
uren en minuten in voor het huidige
tijdstip.
■ Datum instellen : stel handmatig het
huidige jaar/maand/datum in.
■ Tijdopmaak instellen : selecteer de
12h- of 24h-weergave.
■ Datumopmaak instellen : kies de
gewenste weergave voor de da‐ tum.
YYYY.MM.DD: 2012 jan. 23
DD/MM/YYYY: 23 jan. 2012