135
6
Veiligheid
Zijairbags
Activering
De zijairbags worden aan de desbetreffende
zijde opgeblazen bij een ernstige zijdelingse
aanri
jding binnen (een gedeelte van) de
impactzone opzij (B ), loodrecht op de lengteas
van de auto en vanaf de buitenzijde richting de
binnenzijde van de auto.
De zijairbag wordt opgeblazen tussen de
inzittende voorin en het desbetreffende portierpaneel. De zi
jairbags beschermen de bestuurder en
de voorpassagier bij een ernstige zijdelingse
aanrijding om de kans op letsel te verkleinen.
De zijairbags zijn aangebracht in het frame van
de rugleuning, aan de por tierzijde.
Detectiezones voor een aanrijding
A. Impactzone vóór.
B. Impactzone opzij.
Windowairbags
De windowairbags beschermen de bestuurder
en passagiers (uitgezonderd de middelstepassagier achter) bij een ernstige zijdelingseaanrijding, om de kans op letsel aan de zijkant
van het hoofd te verkleinen.
De windowairbags zijn aangebracht in de stijlen
en in de hemelbekleding.
Bij een lichte zijdelingse aanrijding of bij over de kop slaan, kan het zijn dat deairbag niet wordt geactiveerd.
Bij een aanrijding van achteren of een frontale aanrijding wordt de airbag nietgeactiveerd.
Activering
De windowairbag wordt gelijktijdig met
de zijairbag aan de desbetreffende zijde opgeblazen bij een ernstige zijdelingse
aanrijding binnen (een gedeelte van) de
impactzone opzij (B ), waarbij de krachten
loodrecht op de lengterichting van de auto en
vanaf de buitenzijde richting de binnenzijde van
de auto worden uitgeoefend.
De windowairbag wordt opgeblazen tussen de
inzittenden vóór en achter en de ruiten.
Als dit waarschuwin
gslampje gaat branden in combinatie met eengeluidssignaal en een melding op
het multifunctionele display, raadpleeg dan het
PEUGEOT- net wer k of een gekwalificeerde
werkplaats om het systeem te laten controleren.
De kans bestaat dat de airbags bij een ernstige
aanr
ijding niet worden geactiveerd.
Storing
136
Veiligheid
Maak er een gewoonte van om normaal rechtop in de voorstoelen te zitten. Draag altijd een correct afgesteldeautogordel. Zorg dat er zich niets bevindt tussen de airbag en de inzittenden (kinderen, huisdieren, objecten...). Dit kan de goedewerking van de airbag belemmeren en/of de inzittende bij het opblazen van de airbag verwonden.
Laat na een aanrijding of diefstal van uw auto de airbagsystemen controleren. Werkzaamheden aan airbagsystemenmogen uitsluitend door het PEUGEOT-netwerk of door een gekwalificeerdewerkplaats worden uitgevoerd.
Zelfs als alle bovenstaande voorschriftenworden nageleefd, blijft de kans bestaan op letsel of lichte brandwonden aan het hoofd, de borst of de armen als de airbagwordt geactiveerd. De airbag wordt namelijk zeer snel opgeblazen (binnen enkelemilliseconden) en loopt vervolgens even snel leeg, waarbij de warme gassen via dedaarvoor bestemde openingen naar buitenstromen.
Zijairbags
Bedek de stoelen uitsluitend met daarvoor goedgekeurde stoelhoezen, die in combinatie met actieve zijairbags gebruikt kunnen worden. Voor informatie over destoelhoezen die geschikt zijn voor uw auto kunt u zich wenden tot het PEUGEOT-netwerk.Raadpleeg de rubriek "Accessoires". Bevestig nooit iets aan de rugleuning van de stoelen (kleding...): dit zou bij het afgaan van de airbags kunnen leiden tot ver wondingen aan armen of borstkas.Ga niet onnodig dicht tegen het portierpaneel zitten.
Airbags vóór
Houd het stuur wiel niet aan de spakenvast en laat uw handen niet op het stuurwielkussen rusten.
De voorpassagier mag zijn voeten niet op het dashboard laten rusten. Het is raadzaam niet te roken in de auto. Als deairbag wordt opgeblazen, kunnen brandendesigaretten of een pijp brandwonden of ander letsel veroorzaken.
Ver wijder het stuur wiel nooit, maak geen gaten in de stuurwielbekleding en sla er niet op.
Houd u aan de volgende veiligheidsvoorschriften voor een maximale effectiviteit van de airbags:
Window-airbags
Bevestig nooit iets op de hemelbekleding; dit zou bij het afgaan van de window-airbags kunnen leiden tot hoofdletsel.
Demonteer nooit de handgrepen van het dak (indien aanwezig); deze maken deel uit vande bevestiging van de window-airbags.
326
Index
Tankbeveiliging.............................................193Technische gegevens ..........201,203,206, 208Te l a ag brandstofniveau................................191Telefoon................................256, 258,259, 261Te m p e r a t u u r r e g e l i ng .......................................68Tijdelijke bandenspanning (met set) .............147Tijd instellen....................................................43TMC (verkeersinformatie) .............................232To egang tot de achterbank ( 3-deurs) ............58To evoer van buitenlucht..................................68Touchscreen............................................ 40, 215Trekhaak........................................................181
Waarschuwingssignaal sleutel in contact......79Waarschuwing vergeten verlichting..............113Wassen (adviezen) ........................................184
Wiel demonteren...........................................156Wiel monteren...............................................156Wiel verwisselen...................................153,154
Window-airbags....................................135,136
Zekeringen....................................................168Zekeringen vervangen..................................168Zekeringkast dashboard ...............................168Zekeringkast motorruimte.............................168Zij-airbags .............................................135,136Zijknipperlicht................................................164Zonnescherm (panoramadak)........................56Zuinig rijden....................................................19
Z
U
Uitschakelen airbag passagier.....................r133Updaten risicozones.....................................228USB...............................................................246USB-aansluiting ......................................74, 284USB-poort.....................................................246
V
Veiligheidsgordels..........................130-132,140Veiligheidsvoorzieningen
voor kinderen.......133, 137, 138,141, 143-145Ventilatie........................................14, 19, 64-66Ventilatieroosters............................................64Vergrendeling kofferdeksel.............................55Ver keer sinfor matie ( TA)gggg .......................233,280Ver keer sinfor matie ( TM C)() ....................232, 233Verklikkerlampjes ................................23,27, 28Verlichting overdag.......................114, 161,163Ver snellingshendel..........................................19Ver war ming .........................................14,19,66Voorstoelen .....................................................57
TW