.
.
Inhoud
Instrumentenpanelen 21Verklikkerlampjes 23Meters 33Boordcomputer 38Boordcomputer met touchscreen 40Datum en tijd instellen 43
Controle tijdens het rijdenIn één oogopslag
Sleutel met afstandsbediening 44Alarm 51Elektrisch bedienbare ruiten 53Achterklep 55Panoramadak 56
Toegang tot de auto
Voorstoelen 57Achterbank 60Achterbank 62Stuurwielverstelling 63Ventilatie 64
Ver war ming 66Handbediende airconditioning 66
Automatische airconditioning metgescheiden regeling 68Achterruitverwarming 71Indeling van het interieur 72Voor zieningen bagageruimte 76
Comfort
Starten-afzetten van de motor 79Handbediende parkeerrem 80Handgeschakelde versnellingsbak 81Opschakelindicator 822Tronic versnellingsbak met 5 versnellingen 832Tronic versnellingsbak met 6 versnellingen 86Automatische versnellingsbak 90Stop & Start-systeem 93Hill Holder 96Snelheidsbegrenzer 97Snelheidsregelaar 99Park Assist 102Parkeerhulp 106
Rijden
Spiegels 108Lichtschakelaar 110LED-verlichting 114Verlichting overdag 114Automatische verlichting 116Koplampen verstellen 117Statische bochtverlichting 118Ruitenwisserschakelaar 119Automatische ruitenwissers 121Plafonnier 123Sfeerverlichting interieur 124
Zicht Eco-rijden
.
7
In één oogopslag
Interieur
2Tronic versnellingsbak
Met dit systeem kunt u tijdens het rijdenkiezen tussen automatisch en handmatigschakelen.
5 versnellingen
Sfeerverlichting interieur
Het gedimde licht van de sfeerverlichting
verbetert bij weinig buitenlicht het zicht in het interieur. De verlichting bestaat uit een
aantal lampen die zich bevinden onder het
instrumentenpaneel, in de beenruimte, in
de pla
fonnier en aan beide zijden van het panoramadak.
Automatische airconditioningmet gescheiden regeling
Deze functie maakt het mogelijk de airconditioning op een bepaald comfortniveau in te stellen. Aan de hand
van deze instelling en de weersomstandigheden wordt
de airconditioning ver volgens automatisch geregeld.
Audio- en communicatiesystemen
Deze systemen zijn voorzien van de
nieuwste technologie: autoradio met MP3 -
afspeelmogelijkheid, USB-aansluiting,
Bluetooth handsfree set, navigatiesysteem
met kleurenscherm, AUX-aansluitingen, hifi-
audiosysteem, ...
83 124
68 275 215
Autoradio Bluetooth
301
Autoradio
To u c h s c r e e n
6 versnellin
gen
86
8
In één oogopslag
10. Verstelbare en afsluitbare
zijventilatieroosters.
11.Zijruitontwaseming.
12 .Instrumentenpaneel.
13. Voorruitontwaseming. 14 .
Zonnesensor.
15. Dashboardkastje / Uitschakeling
passagiersairbag.
16
.Airbag passagier.
17. Multifunctioneel display / Autoradio.
18. Middelste verstelbare en afsluitbareventilatieroosters.
Cockpit
1.
Schakelaars snelheidsregelaar/-begrenzer. 2.
Stuurkolomschakelaars touchscreen.3.
Schakelaar verlichting en
richtingaanwijzers. 4.
Schakelaar ruitenwissers/ruitensproeiers/boordcomputer.5.
Hendel motorkapontgrendeling.
6.Hendel stuurwielverstelling.
7. Airbag bestuurder.
Claxon.
8.Koplampverstelling. 9. Rij drukschakelaars.
19.
Schakelaar alarmknipperlichten en centrale
vergrendeling. 20. Bedieningspaneel ver warming/
airconditioning. 21.12V- aansluiting.
USB-/Jack-aansluiting.
Extra USB-aansluiting. 22. Open opbergvak.
Bekerhouder. 23. Ver snellingshendel.24.
Middenarmsteun met opbergvakken.25.Handrem.
14
In één oogopslag
Verwarming of handbediende airconditioning
LuchtverdelingLuchtopbrengstLuchtrecirculatie/ Toevoer van buitenluchtTemperatuurHandbediendeairconditioning
WARM
KOUD
ONTWASEMENONTDOOIEN
Vent ilat ie
Tips voor instellingen in het interieur
Automatische airconditioning:gebruik bij voorkeur de volledig automatische stand door op de toets "AUTO"
te drukken.
.
19
In één oogopslag
Eco-rijden
Door in de dagelijkse praktijk een aantal aanwijzingen op te volgen kunt u het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot van uw autoverminderen.
Maak optimaal gebruik van de
versnellingsbak
Als uw auto is voorzien van een handgeschakelde versnellingsbak, rijd dan rustig weg, schakel zo snel mogelijk de tweede versnelling in en schakel bij voorkeur relatief snel over naar een hogere versnelling. Volgde aanwijzingen van de schakelindicator (indien aanwezig) die op het instrumentenpaneel worden weergegeven.
Als uw auto is voorzien van een automatische versnellingsbak of een elektronische gestuurde versnellingsbak, laat de selectiehendeldan in de stand Drive "D"
of Auto "A"(afhankelijk van het typeversnellingsbak) staan en trap het gaspedaal niet bruusk of diep in.
Kies voor een soepele rijstijl
Houd afstand van de auto's voor u, rem bij voorkeur af op de motor in plaats van het rempedaal te gebruiken en trap het gaspedaal geleidelijk in. Als u deze aanwijzingen naleeft, neemt het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot af en wordt de geluidsoverlast door het verkeer beperkt.
Als het verkeer goed doorstroomt, gebruik dan vanaf een snelheid van ongeveer 40 km/h de snelheidsregelaar (indien aanwezig).
Gebruik op slimme wijze de elektrische
voorzieningen
Als bij het instappen blijkt dat de temperatuur in de auto hoog is opgelopen, open dan alle ruiten en de ventilatieroosters alvorens de airconditioning in te schakelen.
Sluit vanaf een snelheid van 50 km/h de ruiten, maar laat deventilatieroosters geopend.
Gebruik de voorzieningen in het interieur die de temperatuurstijging kunnen beperken (blinderingspaneel van het panoramadak,zonneschermen, enz.).
Schakel de airconditioning uit zodra de gewenste temperatuur is bereikt (behalve bij auto's met een automatische airconditioning).
Schakel de achterruitverwarming en de ontwaseming uit zodra deze niet meer nodig zijn als deze niet automatisch worden aangestuurd.
Schakel de stoelverwarming zo snel mogelijk uit.
Schakel de verlichting en de mistlampen uit als het zicht voldoende is.
Laat de motor vooral 's winters na het starten niet stationair warmdraaien, maar rijd zo snel mogelijk weg: uw auto warmt sneller op als u rijdt.
Sluit als passagier zo min mogelijk multimedia-apparatuur (DVD -speler, MP3 -speler, spelcomputer, enz.) op de auto aan om het
elektriciteitsverbruik, en dus het brandstofverbruik, te beperken.
Koppel externe apparatuur los als u de auto verlaat.
64
Comfort
Vent ilat ie
De lucht kan afhankelijk van de instellingen van de bestuurder via verschillende circuits worden
toegevoerd:
- rechtstreekse toevoer naar het interieur (toevoer van buitenlucht),
- toevoer via het ver warmingscircuit,
- toevoer via het circuit van deairconditioning.
Bedieningspaneel
Het systeem wordt bediend via het bedieningspaneel A
van de middenconsole.
1.Uitstroomopeningen voor het ontdooien of ontwasemen van de voorruit.
2. Uitstroomopeningen voor het ontdooien of ontwasemen van de zijruiten. 3.
Afsluitbare en verstelbare
zijventilatieroosters.
4. Afsluitbare en verstelbare middelste
ventilatieroosters.
5. Uitstroomopeningen beenruimte
voorpassagiers.
6.Uitstroomopeningen beenruimteachterpassagiers.
Luchtverdeling
Luchttoevoer
De lucht in het interieur, die overigens wordt
gefilterd, wordt van buitenaf toegevoerd via het
luchtrooster onder de voorruit, of is lucht die in
het interieur wordt gerecirculeerd.