Page 233 of 307
Wisserbladen voorruit vervangen
Ga als volgt te werk:
❒hef de wisserarm op, druk op het klepje A
fig. 165 van de springveer en schuif het
wisserblad van de arm los;
❒monteer het nieuwe wisserblad door het klepje
in de speciale zitting op de wisserarm te
blokkeren.
❒breng de wisserarm voorzichtig tegen de ruit.
Schakel de ruitenwissers niet met van
de ruit opgeheven wisserbladen in.Wisserblad achterruit vervangen
Ga als volgt te werk:
❒til de dop A fig. 166 op, draai de moer B los en
verwijder de wisserarm C;
❒monteer de nieuwe wisserarm op correcte wijze,
draai de moer B volledig vast en breng de dop A
omlaag.
fig. 165
L0F0186
fig. 166
L0F0222
229WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 234 of 307
RUITENSPROEIERS
Ruitensproeier
De sproeiers van de voorruit A fig. 167 zijn niet
verstelbaar. Als de ruitensproeiers niet werken,
controleer dan eerst of er ruitensproeiervloeistof in
het reservoir zit (zie “Controle van
vloeistofniveaus” in dit hoofdstuk).
Controleer vervolgens of de sproeikoppen niet
verstopt zijn. Gebruik zo nodig een speld om ze
vrij te maken.
BELANGRIJK Bij versies met schuifdak moet het
schuifdak gesloten zijn alvorens de ruitensproeiers
te bedienen.Achterruitsproeier
De sproeiers van de achterruit zijn niet
verstelbaar. De sproeier bevindt zich boven op de
achterruit fig. 168.
fig. 167
L0F0221
fig. 168
L0F0223
230WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 235 of 307

KOPLAMPSPROEIERS
(voor bepaalde versies/markten))
De koplampsproeiers bevinden zich in de
voorbumper fig. 169. De koplampsproeiers
worden ingeschakelt wanneer bij brandend
dimlicht en/of grootlicht de ruitensproeiers
worden ingeschakeld.
Controleer regelmatig de conditie en de
aanwezigheid van vuil in de koplampsproeiers.
CARROSSERIEBESCHERMING TEGEN ATMOSFERISCHE
INVLOEDEN
Op de auto zijn de beste technologische
oplossingen toegepast om de carrosserie tegen
roest te beschermen.
De belangrijkste oplossingen zijn:
❒lakproducten en lakspuitsystemen die de auto
de benodigde weerstand tegen roest en
schurende elementen verschaffen
❒toepassing van verzinkte (of voorbehandelde)
plaatdelen met een hoge corrosiebestendigheid
❒het aanbrengen van gespoten wasproducten met
een hoog beschermend vermogen op de
onderzijde, in de motorruimte, in de wielkuipen
en andere elementen
❒het aanbrengen van kunststofmaterialen met
een beschermende functie op de meest
blootgestelde delen: onderzijde portieren,
binnenzijde spatborden, randen enz.;
❒toepassing van "open" holle ruimtes om te
voorkomen dat condensvorming en
vochtophoping roest van binnenuit bevorderen.
CARROSSERIEGARANTIE
De auto bezit een garantie tegen doorroesten,
veroorzaakt door corrosie, van alle originele
structuur- of carrosseriedelen.
fig. 169
L0F0023
231WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Voor de algemene voorwaarden van deze garantie
wordt verwezen naar het garantieboekje.
Page 236 of 307

TIPS VOOR HET BEHOUD VAN DE
CARROSSERIE
Lak
Werk beschadigingen van de laklaag, zoals
krassen en schuurplekken, onmiddellijk bij om
roestvorming te voorkomen.
Het normale onderhoud van de lak beperkt zich
tot het wassen van de auto: de frequentie is
afhankelijk van het gebruik van de auto en van de
omgeving. Zo is het bijvoorbeeld raadzaam de
auto vaker te wassen in gebieden met sterke
luchtverontreiniging of bij het rijden over wegen
met strooizout.
Ga als volgt te werk om de auto correct te wassen:
❒verwijder de antenne van het dak als de auto
in een wastunnel wordt gewassen, om
beschadiging ervan te voorkomen;
❒als voor het wassen van de auto
hogedrukreinigers worden gebruikt, houd dan
een afstand van minimaal 40 cm t.o.v. de
carrosserie aan om beschadiging of aantasting te
voorkomen. Onthoud dat stagnerend water op
lange termijn de auto kan beschadigen;
❒maak de carrosserie eerst nat met een
waterstraal onder lage druk;
❒was de carrosserie met een zachte spons met een
lichte zeepoplossing en spoel de spons
regelmatig uit;
❒spoel goed af met schoon water en droog met
een luchtstraal of een zeemleren lap.Droog de minder zichtbare delen (bijv. randen van
portieren, motorkap, koplampranden) zorgvuldig,
aangezien in deze zones water makkelijker kan
stagneren. De auto moet na het wassen niet
onmiddellijk binnengezet worden, maar even
buiten gelaten worden zodat waterresten kunnen
verdampen.
Was de auto nooit als hij in de zon heeft gestaan of
als de motorkap nog warm is: de glans van de
lak kan afnemen.
De kunststof carrosseriedelen moeten op dezelfde
wijze als de rest van de auto gewassen worden.
Parkeer de auto zo min mogelijk onder bomen: de
hars die uit de bomen druppelt, maakt de lak
mat en vergroot de kans op roestvorming.
BELANGRIJK Vogelpoep moet zo snel en zo goed
mogelijk verwijderd worden, omdat hierin
bijzonder agressieve zuren aanwezig zijn.
Schoonmaakmiddelen verontreinigen
het milieu. Was daarom de auto op een
plaats waar het afvalwater direct wordt
opgevangen en gezuiverd.
232WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Om de esthetische eigenschappen van
de lak te behouden, mogen er geen
schuur- en/of poetsproducten voor het
reinigen van de auto worden gebruikt.
Page 237 of 307

Ruiten
Gebruik specifieke schoonmaakmiddelen en
schone, zachte doeken om krassen en
beschadigingen te voorkomen.
BELANGRIJK Veeg het binnenoppervlak van de
achterruit voorzichtig met een doek af, en volg
hierbij de richting van de elektrische
weerstandsdraden om de achterruitverwarming
niet te beschadigen.
Koplampen
Gebruik een zachte, vochtige doek die in water
met een specifiek autowasmiddel is gedrenkt.
BELANGRIJK Gebruik nooit aromatische stoffen
(bijv. benzine) of ketonen (bijv. aceton) om de
plastic lampglazen van de koplampen te reinigen.Motorruimte
Spuit de motorruimte na het winterseizoen
zorgvuldig uit: hierbij mag de waterstraal niet
rechtstreeks op de elektronische regeleenheden of
op de motoren van de ruitenwissers worden
gericht. Laat deze werkzaamheden uitvoeren door
een gespecialiseerd bedrijf.
BELANGRIJK Voor het uitspuiten van de
motorruimte moet de contactsleutel in de stand
STOP staan en de motor koud zijn. Controleer na
het reinigen of de verschillende beschermingen
(bijv. rubberen doppen en kappen) niet verwijderd
of beschadigd zijn.
233WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 238 of 307

INTERIEURControleer af en toe of er geen water onder de
matten is blijven staan, waardoor het plaatwerk
kan gaan roesten.
BELANGRIJK
Gebruik nooit ontvlambare
producten zoals petroleum of
wasbenzine voor het reinigen van het
interieur van de auto. De elektrostatische
lading die door het wrijven tijdens het
reinigen ontstaat, kan brand veroorzaken.
BELANGRIJK
Bewaar geen spuitbussen in de auto:
ontploffingsgevaar. Spuitbussen
mogen niet blootgesteld worden aan
temperaturen boven 50°C. Wanneer de auto
in de zon staat, kan de binnentemperatuur
deze waarde ruim overschrijden.STOELEN EN STOFFEN BEKLEDING
Verwijder stof met een zachte borstel of een
stofzuiger. Gebruik een vochtige borstel voor
velours bekleding.
Reinig de stoelen met een spons bevochtigd in een
oplossing van water en neutrale zeep.
KUNSTSTOF EN GECOATE
INTERIEURDELEN
Reinig kunststof interieurdelen met een vochtige
doek (bij voorkeur een microvezeldoek) en een
oplossing van water en een neutraal, niet-
schurend reinigingsmiddel. Gebruik voor het
reinigen van olieachtige of hardnekkige vlekken
speciale producten zonder oplosmiddelen die
het originele voorkomen en de kleur van de
interieurdelen niet veranderen.
Verwijder stof met een microvezeldoek, eventueel
bevochtigd met water. Het gebruik van papieren
doekjes wordt afgeraden, aangezien deze resten
achterlaten.
234WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
BELANGRIJK Gebruik nooit alcohol, benzine en
afgeleide producten om het glas van het
instrumentenpaneel te reinigen.
Page 239 of 307

LEDEREN STOELEN
(voor bepaalde versies/markten)
Verwijder het droge vuil met een zeemleren lap of
een iets vochtige doek, zonder al te hard te
drukken. Dep vloeistoffen of vetvlekken op met
een absorberende, droge doek zonder hierbij
te wrijven. Reinig vervolgens met een zachte doek
of een zeemleren lap bevochtigd met water en
neutrale zeep. Als de vlek nog niet verwijderd is,
gebruik dan een speciaal reinigingsmiddel en volgt
de aanwijzingen strikt op.
BELANGRIJK Gebruik nooit alcohol. Controleer
of de gebruikte reinigingsproducten geen alcohol
of alcoholderivaten, zelfs niet in kleine
hoeveelheden bevatten.LEDEREN INTERIEURDELEN
(voor bepaalde versies/markten)
Gebruik uitsluitend water en neutrale zeep om
deze delen te reinigen. Gebruik nooit alcohol
of producten op basis van alcohol. Controleer
alvorens een specifiek product voor
interieurreiniging te gebruiken, of het geen alcohol
en/of stoffen op basis van alcohol bevat.
235WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 240 of 307

TECHNISCHE GEGEVENS
IDENTIFICATIEGEGEVENSWij adviseren om nota te nemen van de
identificatiecodes. De volgende identificatiecodes
zijn op de plaatjes ingeslagen en vermeld:
❒Typeplaatje met identificatiegegevens.
❒Chassisnummer.
❒Identificatieplaatje carrosserielak.
❒Motorcode.TYPEPLAATJE MET
IDENTIFICATIEGEGEVENS
Het typeplaatje is aangebracht aan de linkerkant
van de bagageruimte fig. 170 (til de mat op voor
toegang) en vermeldt de volgende gegevens:
BNummer typegoedkeuring.CIdentificatiecode autotype.D
Chassisnummer.
EMax. toelaatbaar gewicht van volgeladen auto.FMax. toelaatbaar gewicht van volgeladen auto
met aanhangwagen.G
Max. toelaatbaar gewicht op vooras.
H
Max. toelaatbaar gewicht op achteras.
IMotortype.LCode van carrosserieversie.M
Nummer voor onderdelen.
N
Correcte waarde van de absorptiecoëfficiënt van
de rookgassen (voor dieselmotoren).
fig. 170
L0F0029
236WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTER