4127
Kenmerken van uw auto
Automatisch ontwasemingssysteem(alleen voor verwarmings- enventilatiesysteem, indien van
toepassing)
Het automatische
ontwasemingssysteem verkleint de kans
op het beslaan van de binnenzijde van
de voorruit doordat de aanwezigheid van
vocht aan de binnenzijde van de voorruit
automatisch gesignaleerd wordt. Het automatische
ontwasemingssysteem werkt als de
klimaatregeling ingeschakeld is. Deze indicator geeft aan dat
het automatische
ontwasemingssysteem heeft
geregistreerd dat er vocht
aanwezig is op de
binnenzijde van de voorruit
en dat het systeem in
werking is.
Als er meer vocht in de auto aanwezig is,
gaat het systeem steeds een stap verder. Stap 1 : Inschakelen van de airconditioning
Stap 2 : Stand toevoer buitenlucht Stap 3 : Blazen van lucht naar de
voorruit
Stap 4 : Vergroten van de luchtstroom naar de voorruit
Als uw auto is uitgerust met een
automatisch ontwasemingssysteem, zal
dit systeem automatisch geactiveerd
worden als aan de voorwaarden voldaan
is. Als u echter het automatische
ontwasemingssysteem wilt uitschakelen,
drukt u binnen 2 seconden 4 keer op de
toets voor de voorruitontwaseming terwijl
u de toets AUTO ingedrukt houdt. Het
controlelampje knippert 3 keer om aan te
geven dat het systeem uitgeschakeld is.
Volg bovengenoemde procedure om het
automatische ontwasemingssysteem
weer in te schakelen.
✽✽
AANWIJZING
Als handmatig de stand airco uit
geselecteerd wordt terwijl het
automatische ontwasemingssysteem in
werking is, knippert het controlelampje
van het automatische
ontwasemingssysteem 3 keer om aan te
geven dat de stand airco uit niet kan
worden geselecteerd.
OPMERKING
Verwijder de behuizing van de regensensor boven aan de voorruit
aan passagierszijde niet. Eventueleschade aan onderdelen die hierdoor kan ontstaan, valt nietonder de fabrieksgarantie.
OBK042235
439
Kenmerken van uw auto
Binnenspiegel
Stel de binnenspiegel zo af dat u in het
midden van de spiegel het midden van
de achterruit ziet. Stel de spiegel af
voordat u gaat rijden.
Binnenspiegel met dag-/nachtstand
Stel de spiegel af voordat u wegrijdt en
deze in de dag-stand staat.
Trek de hendel onder aan de spiegel naar u toe om de spiegel in de
nachtstand te zetten om verblinding door
de koplampen van achteropkomend
verkeer te voorkomen.
Houd er rekening mee dat het beeld in despiegel in de nachtstand minder duidelijk is dan in de dagstand.
Elektrochromatische binnenspiegel
(ECM - Electric chromic mirror) (indien van toepassing)
De elektrochromatische binnenspiegel
voorkomt automatisch verblinding door
achteropkomend verkeer. De sensor in
de spiegel registreert de lichtinval en
absorbeert door middel van een
chemische reactie de weerspiegelingen
van de koplampen van
achteropkomende auto's.
Zodra de motor draait, worden de lichtreflecties automatisch gedimd. Als de selectiehendel in de
achteruitstand (R) wordt gezet, wordt debinnenspiegel in de helderste stand
gezet om het uitzicht naar achteren zo
duidelijk mogelijk te maken.
SPIEGELS
WAARSCHUWING -
Zicht
naar achteren
Zorg er indien mogelijk voor dat het
uitzicht door de achterruit niet
belemmerd wordt.
WAARSCHUWING
Wijzig de binnenspiegel niet en
monteer geen grotere spiegel.
Hierdoor kan tijdens een ongeval of
bij het activeren van de airbagletsel ontstaan.
OPMERKING
Gebruik voor het reinigen van de spiegel een papieren doekje of vergelijkbaar materiaal dat vochtigis gemaakt met glasreiniger. Spuit
niet direct glasreiniger op despiegel. Hierdoor kan er glasreiniger in de spiegel komen.
OBK049115N
Dagstand
Nochtstand
Kenmerken van uw auto
40
4
Bedienen van elektrische binnenspiegel:
Druk op de AAN/UIT-knop (1) om de
automatische dimfunctie in te
schakelen. Het spiegelcontrolelampje
zal gaan branden.
Druk op de AAN/UIT-knop (1) om de automatische dimfunctie uit te
schakelen. Het spiegelcontrolelampjedooft.
De standaardinstelling voor de binnenspiegel is AAN als het contact instand ON staat. Buitenspiegel
Stel de spiegels af voordat u gaat rijden.
Uw auto is uitgerust met zowel een linker
als een rechter buitenspiegel. De
spiegels kunnen elektrisch versteld
worden met de schakelaar. De spiegels
kunnen worden ingeklapt ombeschadigingen in een automatische
wasserette of bij het rijden door een
smalle straat te voorkomen.
WAARSCHUWING -
Buitenspiegel
De rechter buitenspiegel is convergerend. Bij uitvoeringen
voor sommige landen is ook de
linker buitenspiegel convergerend.
Objecten in de spiegel zijn
daardoor dichterbij dan ze lijken.
Gebruik bij het veranderen van rijstrook daarom uw binnenspiegelof kijk opzij om de werkelijke
afstand tot het achteropkomende
verkeer vast te stellen
OPMERKING
Gebruik geen krabber om de
spiegel ijsvrij te maken; hierdoor
kan het spiegelglas beschadigd raken. Forceer een bevroren spiegelniet tijdens het verstellen. Verwijderijs met een ruitontdooier of met een
spons of zachte doek en heet water.
OPMERKING
Forceer de buitenspiegel niet alsdeze vastgevroren is. Spuit de
buitenspiegel indien nodig in metruitontdooier (gebruik geen koelvloeistof) of zet de auto op eenwarme plaats om het ijs te laten smelten.
WAARSCHUWING
Klap de buitenspiegels niet in en
verstel ze ook niet tijdens het
rijden. Hierdoor kunt u de controle
over de auto verliezen waardoor
een ongeluk met ernstig letsel of
schade het gevolg kan zijn.
OBK049022N
ControlelampjeSensor
477
Kenmerken van uw auto
De parkeerhulp waarschuwt de
bestuurder tijdens het achteruitrijden met
een signaal zodra de afstand tussen de
auto en een voorwerp achter de auto
minder dan 120 cm wordt. Het systeemdient slechts als hulpmiddel en
vermindert niet de noodzaak om
voorzichtig te rijden. Het bereik van de
parkeersensoren is beperkt en niet alle
voorwerpen worden even goed
opgemerkt. Blijf daarom altijd alert
tijdens het achteruitrijden.Werking van de parkeerhulp
Werking
Het systeem wordt ingeschakeld als de
achteruitversnelling wordt ingeschakeld en het contact in stand ON staat.
Bij een snelheid van meer dan 10 km/h
wordt het systeem mogelijk niet juist
geactiveerd.
Het bereik van de parkeersensoren bedraagt ongeveer 120 cm.
Als er zich meerdere voorwerpen achter de auto bevinden, zal het dichtstbijzijnde
als eerste worden geregistreerd.
Waarschuwingssignalen
Wanneer een voorwerp zich 120 - 61cm van de achterbumper bevindt:
Zoemer klinkt met tussenpozen.
Wanneer een voorwerp zich 60 - 31 cm van de achterbumper bevindt:
Zoemer klinkt vaker.
Wanneer een voorwerp zich binnen 30 cm van de achterbumper bevindt:
Zoemer klinkt onafgebroken.
PARKEERHULP (INDIEN VAN TOEPASSING)
WAARSCHUWING
De parkeerhulp dient slechts als
hulpmiddel. De werking van de
parkeerhulp kan worden beïnvloed
door verschillende factoren
(inclusief de luchtverontreiniging).
Het is de verantwoordelijkheid van
de bestuurder om het gebied achter
de auto te controleren alvorens
achteruit te rijden.
OBK042131
Parkeerhulp
Kenmerken van uw auto
78
4
Gevallen waarin de parkeerhulp niet werkt
De parkeerhulp werkt mogelijk niet
goed in de volgende gevallen:
1. Er zit ijs op de sensor. (Het systeem
werkt weer normaal zodra het ijs
gesmolten is.)
2. Er zit vuil, zoals sneeuw of water, of een andere substantie op de sensor.
(De sensor werkt weer normaal zodra
deze vrij is gemaakt.)
3. Bij het rijden op oneffen wegen en op hellingen.
4. Als bepaalde hoogfrequente geluiden, zoals claxons, motorfietsmotoren,
luchtremmen van vrachtwagens, enz.
binnen het bereik van de sensor
aanwezig zijn.
5. Bij zware regenval of opspattend water.
6. Bij de aanwezigheid van afstandsbedieningen of mobiele
telefoons binnen het bereik van de
sensor.
7. Als de sensor bedekt is met sneeuw.
8. Aanhanger, rijden met. Het sensorbereik kan in de volgende
gevallen afnemen:
1. Er zit vuil zoals sneeuw of water op de
sensor. (De sensor werkt weer
normaal zodra deze vrij is gemaakt.)
2. Bij extreem hoge of lage buitentemperaturen.
De volgende voorwerpen worden
mogelijk niet opgemerkt door desensoren:
1. Smalle voorwerpen als touwen, kettingen enz.
2. Voorwerpen die de hoogfrequente signalen van de sensor absorberen,
zoals kleding, sponsachtige
materialen en sneeuw.
3. Bij voorwerpen lager dan 1 meter en smaller dan 14 cm. Waarschuwingen parkeerhulp
Het waarschuwingssignaal klinkt
mogelijk niet regelmatig als het
voorwerp achter de auto beweegt of
een grillige vorm heeft.
De correcte werking van de parkeerhulp kan verstoord raken als de
bumperhoogte of de inbouwpositie van
de sensoren is gewijzigd of als de
bumper of sensor beschadigd is.
Achteraf gemonteerde accessoires
kunnen het bereik van de sensoren
beïnvloeden.
Voorwerpen die kleiner zijn dan 40 cm worden mogelijk niet of niet goed
geregistreerd. Wees alert.
Als de sensor bedekt is met sneeuw, vuil of water werkt deze mogelijk niet
goed totdat deze weer schoon endroog is gemaakt met een zachtedoek.
Druk of sla niet op de sensor en voorkom dat er krassen op de sensor
komen. De sensor kan beschadigd
raken.
479
Kenmerken van uw auto
✽✽AANWIJZING
Het systeem werkt alleen in het gebied
waar de parkeersensoren zijn geplaatst.
Bovendien worden kleine of smalle
voorwerpen als palen, of voorwerpen
die zich tussen de verschillende sensoren
bevinden mogelijk niet door de sensoren
geregistreerd.
Kijk tijdens het achteruitrijden altijd
waar u rijdt.
Informeer bestuurders die onbekend
zijn met de auto over de mogelijkheden
en beperkingen van het systeem.Zelfdiagnose
Als u geen waarschuwingsgeluid hoort of
als de zoemer met tussenpozen klinkt als
u de stand R inschakelt, kan dit duiden
op een storing in de parkeerhulp. Als dit
gebeurt adviseren we u het systeem telaten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
WAARSCHUWING
Wees extra voorzichtig als u dicht
langs voorwerpen of personen, in
het bijzonder kinderen, rijdt. Houd
er rekening mee dat sommige
voorwerpen mogelijk niet door de
sensoren worden geregistreerd.
Controleer altijd met eigen ogen ofde weg vrij is.
WAARSCHUWING
Schade aan de auto en persoonlijk
letsel, ontstaan vanwege het
onjuist functioneren van de
parkeerhulp, vallen niet onder de
garantie. Rijd altijd veilig en
voorzichtig.
Kenmerken van uw auto
80
4
De parkeerhulp waarschuwt de
bestuurder tijdens het rijden met een
signaal zodra de afstand tussen de auto
en een obstakel voor de auto minder dan60 cm of achter de auto minder dan 120
cm wordt. Het systeem dient slechts als
hulpmiddel en vermindert niet de
noodzaak om voorzichtig en oplettend te
rijden. Het bereik van de parkeersensoren is
beperkt en niet alle voorwerpen worden
even goed opgemerkt. Blijf daarom altijd
alert tijdens het rijden.
Het parkeerhulpsysteem voor maakt
gebruik van 2 sensoren in de
voorbumper. Deze 2 sensoren bestrijken
een gebied links en rechts opzij. Dat
betekent dat het parkeerhulpsysteem het
middengedeelte voor de voorbumper nietdekt.
Werking van de parkeerhulp
Werking
Dit systeem wordt ingeschakeldwanneer de toets van de parkeerhulp
wordt ingedrukt terwijl het contact instand ON staat.
PARKEERHULP (INDIEN VAN TOEPASSING)
OBK042226
OBK042131
■
Type A
■Type B
PPPPaaaarrrrkkkkeeeeeeeerrrrhhhhuuuullllpppp
PPPPaaaarrrrkkkkeeeeeeeerrrrhhhhuuuullllpppp
WAARSCHUWING
De parkeerhulp biedt slechts
aanvullende informatie.
De bestuurder dient altijd zelf voor-
en achteruit te kijken. De werking
van het systeem kan worden
beïnvloed door allerlei factoren en
kan niet blindelings worden
vertrouwd. De bestuurder blijft
altijd verantwoordelijk.
OBK042227
OBK042227L
■ Type A
■Type B
481
Kenmerken van uw auto
Wanneer u de achteruitversnellinginschakelt, wordt de parkeerhulp
automatisch ingeschakeld en wordt de
parkeerhulp geactiveerd. Het systeem
wordt automatisch uitgeschakeld
wanneer u een andere versnelling dan
de achteruitversnelling inschakelt en
meer dan 10 km/h rijdt.
Het bereik van de parkeersensoren bij het achteruitrijden bedraagt ongeveer
120 cm bij een snelheid van maximaal10 km/h.
Het bereik van de parkeersensoren bij het vooruitrijden bedraagt ongeveer 60
cm bij een snelheid van maximaal 10km/h.
Als er zich twee voorwerpen achter de auto bevinden, zal het dichtstbijzijnde
als eerste worden geregistreerd.
✽✽ AANWIJZING
Mogelijk werkt het systeem niet
wanneer het wordt ingeschakeld terwijl
de afstand tot het voorwerp al minder
dan ongeveer 25 cm is.
Afstand tot voorwerp
Waarschuwing slampjeWaarschuwings-signaalWanneer de auto vooruitrijdtWanneer de autoachteruitrijdt
120cm~61cm
Voor---
Achter-Zoemer klinkt met tussenpozen
60cm~31cm
Voor-
Achter-Zoemer klinkt met
kortere tussenpozen
30cm
VoorZoemer klinkt
onafgebroken.
Achter-Zoemer klinkt
onafgebroken.
✽✽ AANWIJZING
De daadwerkelijke waarschuwingssignalen en -lampjes wijken mogelijk af van de gegeven voorbeelden afhankelijk van de status van de objecten of sensoren.
Reinig de sensor niet met een hogedrukreiniger.
Soorten waarschuwingslampjes en -signalen: met waarschuwingssignaal
: zonder waarschuwingssignaal