WAARSCHUWING!
W
anneer u het waarschuwingslampje
voor het airbagsysteem op het instru-
mentenpaneel of het bericht "SERVICE ACTIVE
HOOD" (onderhoud actieve motorkap noodza-
kelijk) op het EVIC negeert , kan dat betekenen
dat de actieve motorkap, en daarmee de bescher-
ming van voetgangers, niet functioneert . Als het
lampje niet gaat branden tijdens de gloeilamp-
controle wanneer u de contactsleutel omdraait ,
blijft branden nadat u de auto hebt gestart of
gaat branden tijdens het rijden, dient u een be-
zoek te brengen aan uw erkende dealer.
Wijzigingen aan onderdelen van het actieve
motorkapsysteem kunnen tot gevolg hebben dat
het systeem bij een aanrijding niet functioneert .
Breng geen wijzigingen in de onderdelen of be-
drading aan. Breng geen wijzigingen aan in de
voorbumper of de carrosseriestructuur en mon-
teer geen andere voorbumpers of kappen.
Het is gevaarlijk zelf onderdelen van het ac-
tieve motorkapsysteem te repareren.Waarschuw
iedereen die aan uw auto werkt dat de auto is
uitgerust met een actief motorkapsysteem.
(Vervolgd)(Vervolgd)
Probeer geen onderdelen van het actieve mo-
torkapsysteem te wijzigen. De actieve motorkap
kan per ongeluk omhoog schieten of mogelijk
niet goed meer werken als deze is gewijzigd.
Breng de auto naar een erkende dealer voor
reparaties aan de motorkap.
Bestuurders moeten zich bewust zijn van voet-
gangers. Let altijd op voetgangers, dieren, andere
voertuigen en obstakels. U bent verantwoordelijk
voor de veiligheid en dient uw aandacht voortdu-
rend op de omgeving te richten.Anders bestaat er
een risico op ernstig of zelfs dodelijk letsel.
GEAVANCEERD
AUTOGORDELWAARSCHUWINGSSYSTEEM
(BELTALERT
®)
BeltAlert
®
is een voorziening die de bestuurder en
voorpassagier (indien BeltAlert
®voor de voorpassa-
gier aanwezig is) eraan herinnert de veiligheidsgordel
om te doen. Deze voorziening is altijd actief wanneer
het contact is ingeschakeld. Als de veiligheidsgordel van
de bestuurder of voorpassagier niet is vastgegespt, gaat
het waarschuwingslampje voor de veiligheidsgordels
branden totdat beide gordels vóór zijn vastgegespt.
194
UW AUTO
VEILIGHEID STARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
De BeltAlert
®
waarschuwingscyclus begint wanneer
de auto een snelheid van meer dan 8 km/u bereikt: het
waarschuwingslampje voor de veiligheidsgordels knip-
pert en er klinkt een geluidssignaal met tussenpozen.
Wanneer de cyclus is gestart, wordt deze volledig
afgewerkt of gestopt wanneer de desbetreffende vei-
ligheidsgordels zijn vastgegespt. Nadat de cyclus is
voltooid, blijft het waarschuwingslampje voor de veilig-
heidsgordels branden totdat de desbetreffende veilig-
heidsgordels zijn vastgegespt. De bestuurder behoort
alle overige inzittenden erop te wijzen hun veiligheids-
gordels vast te gespen. Als een veiligheidsgordel vóór
niet is vastgegespt bij een snelheid hoger dan 8 km/u,
geeft BeltAlert®zowel een geluidssignaal als een visu-
ele aanduiding weer.
BeltAlert
®
voor de voorstoel aan passagierszijde is
niet actief wanneer er niemand in de stoel zit.
BeltAlert
®kan worden geactiveerd wanneer zich op
de voorstoel aan passagierszijde een dier of zwaar
voorwerp bevindt of wanneer de stoel is neergeklapt
(indien deze voorziening aanwezig is). Het wordt aan-
bevolen huisdieren aangelijnd, of in een met de veilig-
heidsgordels bevestigde reismand, op de achterbank te
vervoeren en bagage goed op te bergen.
BeltAlert®kan door uw erkende dealer worden in- en
uitgeschakeld. FIAT Group Automobiles S.p.A. raadt
het uitschakelen van BeltAlert
®af. OPMERKING:
Ook als het BeltAlert
®is uitgescha-
keld, blijft het waarschuwingslampje voor de veilig-
heidsgordels branden zolang de bestuurdersgordel of
de gordel van de voorpassagier (indien uitgerust met
BeltAlert
®) niet zijn vastgegespt.
VEILIGHEIDSGORDELS EN
ZWANGERSCHAP
Vrouwen die in verwachting zijn dienen altijd de veilig-
heidsgordel te dragen. Dit biedt de beste bescherming
voor zowel de aanstaande moeder als de nog ongebo-
ren baby.
Zwangere vrouwen dienen het heupgedeelte van de
gordel laag over het middel en zo strak mogelijk over
de heupen te dragen. Houd de gordel laag, zodat deze
niet over de buik loopt. Op deze wijze zullen de heupen
de krachten opvangen bij een aanrijding.
195
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD