1
Wij danken u voor uw keuze voor de
4007, synoniem voor vertrouwen, pas-
sie en inspiratie.
Elk geleverd model kan, afhankelijk van
het uitrustingsniveau, de carrosserieva-
rianten, de uitvoeringen en de specifi e-
ke kenmerken voor het land waarvoor
de auto bestemd is, slechts van een
deel van de in dit boekje vermelde uit-
rustingen zijn voorzien.
Verwijzing: dit symbool verschijnt bij advie-
zen met betrekking tot de be-
scherming van het milieu.
dit symbool verwijst naar de
bladzijde waar meer informatie
over de desbetreffende functie
is te vinden.
Waarschuwing:
dit symbool geeft waarschuwin-
gen weer die u absoluut dient
te respecteren omwille van uw
veiligheid en die van anderen en
om schade aan uw auto te voor-
komen.
dit symbool vestigt uw aandacht op
aanvullende informatie die u helpt
de gebruiksmogelijkheden van uw
auto optimaal te benutten.
Symbolen
Bescherming van het milieu:
Informatie: Dit instructieboekje is ontwikkeld om u
in de gelegenheid te stellen onder alle
omstandigheden optimaal gebruik te
maken van de mogelijkheden van uw
4007.
In het eerste deel van het boekje is de
belangrijkste informatie samengevat
om u in korte tijd vertrouwd te maken
met de bediening van uw 4007.
Vervolgens komen alle details van uw
4007 op het gebied van comfort, veilig-
heid en rijden uitgebreid aan bod, zodat
u en uw passagiers maximaal van de
auto kunnen genieten.
1
CONTROLE TIJDENS HET RIJDEN
Verklikkerlampje
weergave
Oorzaak
Handelingen / Opmerkingen
Gordel
bestuurder niet
vastgemaakt
Continu De bestuurder heeft zijn
gordel niet vastgemaakt. Er verschijnt tegelijkertijd een melding op het
instrumentenpaneel.
Maak de bestuurdersgordel vast.
ABS
Continu Storing in het
Antiblokkeersysteem
(ABS). Er verschijnt tegelijkertijd een melding op het
display van het instrumentenpaneel. De normale
remwerking blijft behouden zonder bekrachtiging,
maar wij raden u aan om te stoppen. Laat het
systeem controleren door het PEUGEOT-netwerk
of een gekwalifi ceerde werkplaats.
Airbags en
gordelspanners
Continu
Gaat enkele seconden
branden en gaat vervolgens
uit wanneer het contact in
de stand "ON" wordt gezet. Moet uitgaan als de motor wordt gestart. Als het
blijft branden, raadpleeg dan het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalifi ceerde werkplaats.
Gaat branden bij een
storing in airbag of
gordelspanner. Er verschijnt tegelijkertijd een melding op het
instrumentenpaneel. Laat het systeem meteen
controleren door het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalifi ceerde werkplaats.
Dynamische
stabiliteitscontrolesysteem
(ASC)
Continu
Gaat branden bij een
storing in het dynamische
stabiliteitscontrolesysteem. Er verschijnt tegelijkertijd een melding op het
instrumentenpaneel. Laat het systeem meteen
controleren door het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalifi ceerde werkplaats.
1
CONTROLE TIJDENS HET RIJDEN
Waarschuwingsmeldingen (contact in de stand "ON")
Melding
weergave
Oorzaak
Oplossing-actie
Opmerkingen
ABS
Continu Storing in het
antiblokkeersysteem
(ABS). Raadpleeg het
PEUGEOT-netwerk of
een gekwalifi ceerde
werkplaats. De remmen werken nog,
zonder bekrachtiging,
maar wij raden u aan om
te stoppen.
Remsysteem
Continu
Gekoppeld
verklikkerlampje:
Het remvloeistofniveau
in het reservoir is te laag. Stop de auto en vul
remvloeistof bij of raadpleeg
het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalifi ceerde werkplaats.
Als de melding blijft
branden, raadpleeg dan het
PEUGEOT-netwerk of een
gekwalifi ceerde werkplaats.
Gekoppeld
verklikkerlampje:
Storing in het remsysteem. Raadpleeg het
PEUGEOT-netwerk of een
gekwalifi ceerde werkplaats.
Stop onmiddellijk.
Parkeerrem
vergeten
Continu U rijdt met aangetrokken
parkeerrem. Zet de parkeerrem los.
Koelvloeistoftemperatuur
Knipperen
Hoge
motortemperatuur Wacht tot de motor
afgekoeld is en vul indien
nodig koelvloeistof bij als
de melding knippert.
Stop zo snel mogelijk
op een veilige plaats.
Knipperen
Raadpleeg snel het
PEUGEOT-netwerk of
een gekwalifi ceerde
werkplaats als de
melding knippert
en
het verklikkerlampje
Service gaat branden.
Veiligheidsgordel
Continu De bestuurder heeft de
veiligheidsgordel niet
vastgemaakt of heeft deze
losgemaakt. Maak uw veiligheidsgordel
vast.
Er klinkt een onderbroken
geluidssignaal wanneer
de snelheid hoger is dan
8 km/h.
6
VEILIGHEID
HULPSYSTEMEN BIJ HET
REMMEN
Uw auto is voorzien van de volgende
systemen, die u helpen om de auto in
een noodsituatie veilig tot stilstand te
brengen:
- het antiblokkeersysteem (ABS),
- de elektronische remdrukregelaar
(REF).
Trap het rempedaal bij een
noodstop krachtig en volledig in
en laat het niet los. De twee verklikkerlampjes gaan
tegelijkertijd branden en de
twee waarschuwingsmeldingen
verschijnen afwisselend op het
display van het instrumentenpa-
neel.
Zorg er bij vervanging van de
wielen (banden en velgen) voor,
dat deze voldoen aan de voor-
schriften van de constructeur.
Storing
Wanneer dit verklikkerlampje gaat bran-
den, in combinatie met een melding op
het display van het instrumentenpa-
neel, is er een storing in het ABS-sy-
steem waardoor u tijdens het remmen
de controle over de auto zou kunnen
verliezen.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of
een gekwalifi ceerde werkplaats. Wanneer deze twee verklikkerlampjes
branden in combinatie met de mel-
dingen op het display van het instru-
mentenpaneel, is er een storing in de
elektronische remdrukregelaar, waar-
door u tijdens het remmen de controle
over de auto zou kunnen verliezen.
Stop zo snel mogelijk op een veilige
plaats.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of
een gekwalifi ceerde werkplaats.
Antiblokkeersysteem (ABS) en
elektronische remdrukregelaar
(REF)
Deze systemen zorgen tijdens het rem-
men voor een betere stabiliteit en be-
stuurbaarheid van uw auto en voor een
betere controle in scherpe bochten,
vooral op een slecht of glad wegdek. Het verklikkerlampje brandt ge-
durende enkele seconden na het
aanzetten van het contact (stand
ON). Raadpleeg het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalifi ceerde
werkplaats als het lampje niet
uitgaat of niet gaat branden.
Bij stilstaande auto
Tijdens het rijden
Als het verklikkerlampje perma-
nent brandt, is er een storing in
het ABS-systeem, waardoor u
tijdens het remmen de controle
over de auto zou kunnen verliezen.
Stop zo snel mogelijk op een veilige
plaats.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of
een gekwalifi ceerde werkplaats.
Inschakelen
Het ABS-systeem werkt alleen wan-
neer de snelheid van de auto hoger is
dan 10 km/h. Zodra de snelheid lager
wordt dan 5 km/h wordt het systeem
uitgeschakeld.
Het ABS-systeem treedt automatisch in
werking, wanneer de kans bestaat dat
een wiel blokkeert.
De normale werking van het antiblok-
keersysteem kan merkbaar zijn door
het trillen van het rempedaal.
9
PRAKTISCHE INFORMATIE
Zekeringen dashboard
De zekeringkasten bevinden zich in het
onderste deel van het dashboard ach-
ter het gesloten opbergvak aan de lin-
kerkant.
Toegang tot de zekeringen
)
Open het klepje A
,
)
Trek het klepje naar u toe en verwij-
der het,
)
Vervang de zekering (zie de desbe-
treffende paragraaf).
Zekering
Ampère
Functies
1
*
30 A
Verwarming.
2
15 A
Remlichten, derde remlicht, intelligente
servicecentrale (BSI).
3
10 A
Mistachterlichten.
4
30 A
Ruitenwissers en ruitensproeier vóór.
5
10 A
Diagnoseaansluiting.
6
20 A
Centrale vergrendeling, buitenspiegels.
7
15 A
Audiosysteem, telematica, multifunctioneel display,
handsfree set.
8
7,5 A
Sleutel metafstandbediening, elektronische eenheid
airconditioning, instrumentenpaneel, rij schakelaars,
bedieningspook, bediening op de stuurkolom.
9
15 A
Multifunctioneel display, instrumentenpaneel.
10
15 A
Intelligente servicecentrale (BSI).
11
15 A
Ruitenwisser achter.
12
7,5 A
Instrumentenpaneel, elektronische eenheid
vierwielaandrijving, front airconditioning,
elektronische eenheid ABS, multifunctioneel
display, automatische koplampverstelling,
stoelverwarming, elektronische eenheid airbags,
sensor verdraaiing stuurwiel, schuif-/kanteldak,
achterruitverwarming, afstandbediening.
13
- Niet gebruikt.
14
10 A
Contactslot.
15
20 A
Schuif-/kanteldak.
16
10 A
Buitenspiegels, autoradio, telematica.
9
PRAKTISCHE INFORMATIE
Reservezekeringen
De reservezekeringen bevinden zich in het deksel van de
zekeringkast in de motorruimte.
Het deksel bevat geen reservezekeringen van 7,5 A,
25 A of 30 A. Als een zekering met een van deze am-
pèrages vervangen dient te worden, ga dan als volgt
te werk:
Vervang een zekering van 7,5 A
door een reserve-
zekering van 10 A,
vervang een zekering van 25 A
door een reservezekering van 20 A
, en vervang een
zekering van 30 A
door de zekering van het audio-
systeem (Nr. 31).
* De hoofdzekeringen zorgen voor een extra beveiliging van de elektrische installatie. Alle werkzaamheden aan de
hoofdzekeringen dienen door het PEUGEOT-netwerk of een gekwalifi ceerde werkplaats te worden uitgevoerd.
Zekering
Ampère
Functies
22
20 A
Elektronische eenheid motor, sensor water in diesel, inspuitpomp (Diesel), luchthoeveelheidsme-
ter, sensoren water in brandstof, lambdasonde, sensor stand nokkenas, elektroklep ontluchten
absorptievat, sensor wagensnelheid, elektroklep variabele distributie (VTC), elektroklep EGR.
23
15 A
Brandstofpomp, brandstofniveaumeter.
24*
30 A
Startmotor.
25
- Niet gebruikt.
26
*
40 A
Elektronische eenheid ABS, elektronische eenheid ASC.
27
*
30 A
Elektronische eenheid ABS, elektronische eenheid ASC.
28
*
30 A
Ventilator condensator.
29
*
40 A
Ventilator radiateur.
30
30 A
Zekeringkast dashboard.
31
30 A
Audioversterker.
32
30 A
Elektronische eenheid dieselmotor.
Zekering
Ampère
33
10 A
34
15 A
35
20 A
VISUELE INDEX
EXTERIEUR VÓÓR
Sleutel afstandsbediening, starten,
batterijen ................................... 73-76
Centrale vergrendeling ......................79
Open dak ..................................... 82-83
Ruitenwisser vóór ........................ 90-91
Regensensor .....................................90
Motorkap openen ............................126
Motor ....................................... 127-128
Slepen .............................................152
Buitenspiegels ...................................61
Portieren openen/sluiten ............. 79-80
Brandstof tanken ...............................84
Brandstofmeter ..................................84
Verlichting, richtingaanwijzers,
mistlampen, koplampen ........... 86-89
Lampen vervangen .................. 137-140
Remmen .................................. 112, 131
ABS .................................................103
Banden, bandenspanning ...............160
Remblokken ....................................131
Lichtmetalen velgen ........................132
VISUELE INDEX
EXTERIEUR ACHTER
Derde remlicht .................................141
Achterklep ................................... 80-81
Ruitenwisser achter ...........................91
Reservewiel, krik, wiel verwisselen,
monteren .............................. 132-136
Onderste gedeelte achterklep ...........81
Trekhaak ..........................................154
Parkeerhulp achter .................. 123-124
Slepen .............................................152
Achterlichten, richtingaanwijzers,
mistlachterlicht .......................... 86-89
Lampen vervangen .................. 141-143
Buitenspiegels ...................................61
Zijknipperlichten ..............................140
Portieren openen/sluiten ............. 79-80
Remmen .................................. 112, 131
ABS .................................................103
Banden, bandenspanning ...............160
Remblokken ....................................131
Lichtmetalen velgen ........................132
Accessoires .....................................156
Allesdragers ....................................155