BELANGRIJK
De vervaldata van de explosieve
lading en de klokveer staan vermeld
op een specifiek etiket in het
dashboardkastje. Neem contact op met het
Lancia Servicenetwerk om ze te laten
vervangen wanneer de vervaldatum nadert.
BELANGRIJK
Laat bij diefstal of poging tot diefstal,
vandalisme of overstromingen het
airbagsysteem door het Lancia
Servicenetwerk controleren.
BELANGRIJK
Als de contactsleutel in stand MAR
staat of wanneer de motor is uitgezet,
kunnen de airbags ook geactiveerd worden
als de auto door een andere auto wordt
aangereden. Om die reden mogen kinderen
nooit op de voorstoel worden geplaatst,
ook als de auto stilstaat. Als de sleutel echter
in de stand STOP staat, wordt bij een
ongeval geen enkel veiligheidssysteem
(airbag of gordelspanners) geactiveerd. In
dat geval duidt de niet-activering niet op een
storing van het systeem.
BELANGRIJK
Wanneer de contactsleutel naar de
stand MAR wordt gedraaid, gaat het
waarschuwingslampje
(bij actieve
frontairbag aan passagierszijde) enkele
seconden branden, om eraan te herinneren
dat de passagiersairbag bij een botsing
geactiveerd wordt. Hierna moet het lampje
doven.
BELANGRIJK
Het
waarschuwingslampje
knippert om te wijzen op
een
storing van het lampje. In dit geval worden
de explosieve ladingen van de
passagiersairbag gedeactiveerd (voor
bepaalde versies/markten).
BELANGRIJK
De activeringsdrempel van de airbag
is hoger dan die van de
gordelspanners. Bij aanrijdingen die tussen
deze twee drempelwaarden liggen, treden
alleen de gordelspanners in werking.
142WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
"Fix&Go Automatic" kitDeze bandenreparatiekit bevindt zich in een
speciale houder in de bagageruimtefig. 121. In
deze houder zitten ook een schroevendraaier
en het trekoog.
De kit fig. 122 bevat:
❒busje A fig. 122 met afdichtmiddel, voorzien
van:
❒vulleiding B;
❒sticker C met het opschrift "max. 80 km/h”, na
de reparatie van de band aan te brengen op een
voor de bestuurder zichtbare plaats (op het
dashboard);
❒compressor D met drukmeter en
aansluitnippels, te vinden in de bagageruimte;❒informatiefolder (zie fig. 123), voor een correct
gebruik van de snelle bandenreparatiekit, die
vervolgens overhandigd moet worden aan het
personeel dat de band behandeld met FIX&GO
moet repareren;
❒een paar beschermende handschoenen in het
zijvak van de compressor;
❒adapters voor het oppompen van verschillende
elementen.
BELANGRIJK
Overhandig de informatiefolder aan
het personeel dat de band zal
repareren die behandeld is met de
bandenreparatiekit.
fig. 121
L0F0093
fig. 122
L0F0006
178WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTENNOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARDKASTVERLICHTING
Ga als volgt te werk om de lamp te vervangen:
❒open het dashboardkastje en verwijder het
lampje A fig. 150;
❒open het deksel B en vervang de lamp;
❒dek het lampenglas af met de beschermkap B;
❒monteer het plafondlampje A door eerst het
lampje aan een zijde correct te monteren en
vervolgens de andere zijde ervan aan te
drukken, zodat het hoorbaar vastklikt.
ZEKERINGEN VERVANGENALGEMENE INFORMATIE
Het elektrische systeem wordt beveiligd door
zekeringen: bij een storing of bij oneigenlijk
gebruik van het systeem brandt de zekering door.
Controleer eerst of de zekering is doorgebrand
wanneer een elektrisch onderdeel niet meer werkt:
de geleidende band A fig. 151 mag niet
onderbroken zijn. Als dit wel het geval is, dan
moet de zekering worden vervangen door een
nieuw exemplaar met dezelfde stroomsterkte
(zelfde kleur).
B = zekering intact;
C = zekering met doorgebrande geleidende band.
Neem het tangetje D uit de zekeringenkast op
de linkerzijde van het dashboard om de
zekeringen te vervangen.
fig. 150
L0F0065
fig. 151
L0F0005
192WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTENNOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
196WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTENNOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Zekeringenkast op het dashboard
De regeleenheid bevindt zich aan de linkerkant van
de stuurkolom en de zekeringen zijn makkelijk
bereikbaar via het onderste deel van het dashboard.
De zekeringen bevinden zich in de zekeringenkast die
is afgebeeld in fig. 156.
INLEIDINGDeze autoradio is ontworpen volgens de specifieke
kenmerken van het interieur met een aangepast
design dat aansluit op het ontwerp van het
dashboard.
Hieronder zijn de gebruiksaanwijzingen
opgenomen. Wij adviseren om deze zorgvuldig
door te lezen.
TIPS
Verkeersveiligheid
Raak, voordat u gaat rijden, vertrouwd met de
verschillende functies van de autoradio (bijv. het
opslaan van radiostations).
Ontvangstomstandigheden
Tijdens het rijden veranderen de
ontvangstomstandigheden voortdurend. De
ontvangst kan gestoord worden door de
aanwezigheid van bergen, gebouwen of bruggen,
of wanneer u ver verwijderd bent van de zender.
Opmerking
Het volume kan toenemen wanneer
verkeersinformatie of nieuws wordt ontvangen.
BELANGRIJK
Een te hoog volume tijdens het rijden
kan zowel voor de bestuurder als de
passagiers gevaarlijk zijn. Regel het volume
altijd zodanig dat geluiden uit de omgeving
hoorbaar blijven.
Onderhoud en verzorging
Maak het frontpaneel uitsluitend met een zachte,
antistatische doek schoon. Reinigings- en
polijstmiddelen kunnen het oppervlak
beschadigen.
CD
Vuil, krassen of vervormingen op CD's kunnen
sprongen tijdens de weergave en een slechte
geluidskwaliteit veroorzaken. Volg deze tips voor
een optimale geluidsweergave:
❒gebruik alleen CD's met het merk:
259
AUTORADIO
D
agverlichting (DRL)
– "Daytime Running
Lights" ............................ 50
Dashboardkastje
passagierszijde .................... 67
Dashboardkastverlichting
– lamp vervangen .............. 192
Dashboard ........................... 5
De auto langdurig stallen .... 154
De motor starten ......... 144-170
Derde remlicht .................... 187
De sleutels ............................ 26
Dieselfilter .......................... 221
Dimlicht
– bediening ......................... 51
– lamp vervangen .............. 184
Display................................. 9
– Bedieningsknoppen .......... 11
DPF (Dieselroetfilter) ......... 119
DPF filter ........................... 119
DRLs (Dagverlichting) ......... 50
Dualdrive (elektrische
stuurbekrachtiging) ............ 96
Een wiel vervangen ............ 172
Elektrische ruitbediening. 75-76Elektrische
stuurbekrachtiging
"Dualdrive" ........................ 96
EOBD .................................. 95
EOBD (systeem)................... 95
ESC systeem ........................ 88
ESC (systeem)...................... 88
Fix&Go Automatic kit ........ 178
Follow me home (systeem) ... 53Gear Shift Indicator
(systeem) ........................... 10
Gebruiksomstandigheden.... 150
Gebruik van de
versnellingsbak ................. 147
Geprogrammeerd
onderhoudsschema ............ 209
Gewichten en belastingen.... 24
Gordelspanners ................... 125
Grootlicht
– bediening ......................... 52
– lamp vervangen .............. 184H
andbediende
airconditioning ................... 40
– onderhoud ....................... 41
Handrem ............................ 146
Hendels op het stuurwiel– linkerhendel .................... 50
Herconfigureerbaar
multifunctioneel display ..... 10
Hill Holder ........................... 88
Hill Holder (systeem) ........... 88
Hoofdairbag ....................... 139
Hoofdsteunen ....................... 33
Identificatiegegevens
– chassisnummer ............... 234
– identificatieplaatje
carrosserielak ................. 234
– motorcode ...................... 234
– typeplaatje met
identificatiegegevens....... 233
Imperiaal/skidrager.............. 84
Inbouwvoorbereiding
autoradio ............................ 97
Inbouwvoorbereiding voor
draagbaar
navigatiesysteem................. 98
Inbouwvoorbereiding voor
"Isofix" kinderzitje ............ 133
Instapverlichting .................. 53
Instrumenten
– Instrumenten ................... 6
Instrumentenpaneel.............. 6
Instrumenten (paneel)
300
8
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTER
Multifunctioneel display ....... 9Niveaus
215-216-217Onderhoud en zorg ............. 208
– geprogrammeerd
onderhoud ...................... 208
Onderhoud en zorg
– geprogrammeerd
onderhoudsschema ......... 209
Onderhoud en zorg
– intensief gebruik van de
auto................................ 213
Onderhoud en zorg
– periodieke controles........ 213
Opheffen van het voertuig... 205Parkeer-/dagverlichting
(DRL)
– lamp vervangen .............. 183
Parkeerlichten ...................... 51
Parkeer-/remlichten ............ 187
Parkeersensoren.................. 100
Parkeren ............................. 146
Plafondverlichting achter
– lamp vervangen .............. 190
Plafondverlichting
– bagageruimteverlichting .. 63– plafondverlichting
achter .............................. 62
– plafondverlichting voor .... 60
– verlichting
dashboardkastje............... 63
Plafondverlichting voor
– lamp vervangen .............. 189
Planfondverlichting voor
– bediening ......................... 60
Pollenfilter .......................... 221
Portieren .............................. 72
– Centrale
portiervergrendeling ........ 72
Prestaties (topsnelheid)....... 247
Reiniging en onderhoud
– auto-interieur ................. 231
– carrosserie ...................... 228
– koplampen ..................... 230
– Kunststof en gecoate
interieurdelen ................. 231
– Lederen interieurdelen ... 232
– Lederen stoelen .............. 232
– motorruimte ................... 230
– ruiten ............................. 230
– stoelen ............................ 231Remmen
– kenmerken ..................... 238
– remvloeistofniveau ......... 220
Richtingaanwijzers
– bediening ......................... 52
– lamp vervangen .............. 185
Rijstijl ................................. 149
Ruiten reinigen..................... 54
Ruiten (reinigen) ................ 230
Ruitensproeier ...................... 54
– vloeistofniveau
ruitensproeier ................. 219
Ruitensproeiers van
achterruit .......................... 227
Ruitensproeiers van
vooruit .............................. 227
Ruitenwissers ....................... 54
– niveau
controleren ...... 215-216-217
– wisserbladen................... 225
– wisserbladen vervangen .. 226
SBR systeem....................... 122
Schemersensor ..................... 51
Schuifdak............................. 69
Slepen van de auto.............. 206
302
controleren .........
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTER
– reservewiel ..................... 240
– Wielen en banden ........... 223
Wielen
– velgen en banden............ 240
Wielophanging .................... 239Zekeringenkasten
(ligging) ............................ 194
Zekeringen
– overzicht zekeringen ....... 199
– Zekeringenkast in de
bagageruimte ................. 198
– Zekeringenkast in de
motorruimte ................... 194
– Zekeringenkast op het
dashboard ...................... 196Zekeringen vervangen......... 192
Zijairbag............................. 139
Zijairbags (zijairbag -
hoofdairbag) ..................... 139
Zitplaatsen ........................... 31
– Instelmogelijkheden ......... 31
Zonnekleppen ...................... 69
304
Fiat Group Automobiles S.p.A. - Parts&Services - Technical Services - Service Engineering
Largo Senatore G. Agnelli, 3 - 10040 Volvera - T (Itali )
Druknummer 603.99.094NL- 10/2011 - 1 Editieorino a
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTER