Page 225 of 324

ning van elke band wordt getoond en
een eventuele lage bandenspanningknippert.
Als dit gebeurt, dient u direct te stop-
pen en de banden met te lage span-
ning (knipperend op het EVIC-
scherm) op de spanning te brengen
die in de bandenspanningstabel staat
vermeld. Het systeem wordt automa-
tisch bijgewerkt, de spanningswaarde
op het EVIC-scherm houdt op met
knipperen en het TPM-
verklikkerlampje gaat uit, zodra het
systeem de juiste bandenspanning re-
gistreert. Het is mogelijk dat u eerst
ongeveer 20 minuten met een snel-
heid boven de 24 km/u moet rijden,
voordat het TPMS-systeem deze in-
formatie ontvangt.
Waarschuwing onderhoud TPMS
Als er een systeemfout wordt ontdekt,
knippert het TPM-lampje gedurende
75 seconden en blijft vervolgens con-
tinu branden. Bij een systeemfout
gaat er ook een geluidssignaal af. Ver-
der verschijnt er op het EVIC 3 secon-
den lang het bericht "SERVICE TPM
SYSTEM" (TPM-SYSTEEM CON-
TROLEREN) en daarna worden erstreepjes (- -) weergegeven in plaats
van de bandenspanning om aan te
geven welke sensor niet meer werkt.
Als de contactschakelaar wordt uitge-
zet en vervolgens weer aangezet, zal
deze volgorde worden herhaald indien
de systeemfout zich nog steeds voor-
doet. Als de storing in het systeem is
opgeheven, stopt het TPM-
verklikkerlampje met knipperen, ver-
dwijnt het bericht "SERVICE TPM
SYSTEM" (TPM-systeem controle-
ren) en verschijnt er een spannings-
waarde in plaats van de streepjes.
Systeemfouten kunnen optreden door
de volgende oorzaken:
1. Signaalstoring door elektronische
apparatuur of als men langs installa-
ties rijdt die dezelfde radiofrequenties
gebruiken als de TPM-sensoren.
2. Kleuring van de autoramen met
stoffen die radiosignalen kunnen
blokkeren.
3. Veel sneeuw of ijs aan de wielen of
de wielkasten.
4. Het gebruik van sneeuwkettingen
op het voertuig.
5. Gebruik van wielen/banden die
niet zijn uitgerust met TPM-sensoren.
Op de EVIC verschijnt ook het bericht
"SERVICE TPM SYSTEM" gedu-
rende minimaal vijf seconden wan-
neer een sensor zich op de onjuiste
plaats bevindt. In een dergelijk geval
verschijnt het bericht "SERVICE
TPM SYSTEM" gevolgd door een
grafiek met de bandenspanningen.
Dit duidt erop dat de bandenspannin-
gen nog steeds van de TPM sensoren
worden ontvangen, maar dat deze
zich mogelijk niet op de juiste plaats
bevinden. Het systeem behoeft echter
nog steeds onderhoud zolang de mel-
ding "SERVICE TPM SYSTEM" (on-
derhoud TPM-systeem) wordt weer-gegeven.
Auto's met een thuiskomer
1. De thuiskomer heeft geen TPM-
sensor. Het TPM-systeem registreert
de spanning van de thuiskomer dan
ook niet.
2. Indien u de thuiskomer aanbrengt
in plaats van een band met een span-
ning onder de waarschuwingsgrens,
blijft het TPM-verklikkerlampje
219
Page 226 of 324

branden en klinkt er een geluidssig-
naal de volgende keer dat u de auto
start. Daarnaast zal de grafische voor-
stelling in het EVIC een knipperende
spanningswaarde blijven tonen.
3. Nadat de auto maximaal 20 minu-
ten met een snelheid van meer dan
24 km/u heeft gereden, gaat het waar-
schuwingslampje voor lage banden-
spanning gedurende 75 seconden
knipperen en daarna aanhoudend
branden. Verder verschijnt er op het
EVIC 3 seconden lang het bericht
"SERVICE TPM SYSTEM" (TPM-
SYSTEEM CONTROLEREN) en
daarna worden er streepjes (- -) weer-
gegeven in plaats van de bandenspan-ning.
4. Telkens wanneer het contact wordt
aangezet klinkt het geluidssignaal,
knippert de controlelamp banden-
spanning gedurende 75 seconden en
blijft daarna branden, op het EVIC
wordt het bericht "SERVICE TPM
SYSTEM" (TPM-systeem controle-
ren) gedurende minimaal vijf secon-
den weergegeven en vervolgens wor-
den streepjes (- -) in plaats van de
bandenspanning weergegeven.5. Zodra de oorspronkelijke weg-
band is gerepareerd of vervangen en
op de auto wordt gemonteerd in
plaats van de thuiskomer, wordt het
TPMS automatisch bijgewerkt. Ver-
der gaat het TPM-verklikkerlampje
uit en geeft de grafiek op het EVIC de
nieuwe spanningswaarde weer in
plaats van de streepjes (- -), tenzij de
spanning in een van de vier wegban-
den onder de waarschuwingsgrens
valt. Het is mogelijk dat u eerst onge-
veer 20 minuten met een snelheid bo-
ven de 24 km/u moet rijden, voordat
het TPMS-systeem deze informatieontvangt.
TPMS BUITEN WERKING STELLEN
Het TPMS kan buiten werking wor-
den gesteld als alle vier de wielen met
banden worden vervangen door wie-
len met banden die geen TPMS-
sensoren hebben, bijvoorbeeld wan-
neer winterbanden op de auto worden
gezet. Om het TPMS buiten werking
te stellen, moeten eerst alle vier wielen
met banden worden vervangen door
banden die niet voorzien zijn van ban-
denspanningssensoren (TPM-sensoren). Rij daarna minstens 20 mi-
nuten met een snelheid van meer dan
24 km/u. Het TPM-systeem geeft een
geluidssignaal, het TPM-
verklikkerlampje knippert gedurende
75 seconden en brandt daarna con-
tinu en het Elektronisch voertuigin-
formatiecentrum (EVIC) geeft de
melding "SERVICE TPM SYSTEM"
(onderhoud TPM-systeem) weer en
vervolgens liggende streepjes (--) in
plaats van de spanningswaarden. De
eerstvolgende keer dat het contact
wordt ingeschakeld, zal het TPMS
geen geluidssignaal meer laten horen
en geen melding "SERVICE TPM
SYSTEM" meer tonen in het EVIC.
De liggende streepjes (--) blijven ech-
ter de plaats innemen van de span-
ningswaarden.
Om het TPMS weer in werking te
stellen, moeten alle vier banden met
wielen weer vervangen worden door
banden die voorzien zijn van TPM-
sensoren. Rij daarna tot 20 minuten
met een snelheid van meer dan
24 km/u. Het TPM-systeem geeft een
geluidssignaal, het "TPM-
waarschuwingslampje" knippert ge-
220
Page 291 of 324

Locatie Patroonzekering Minizekering Omschrijving
10 30 A roze — Bestuurdersportier
11 30 A roze — Passagiersportier
12 — 20 A geel Sigarettenaanstekers, instrumentenpaneel en aansluitcon-tact achterconsole
15 40 A groen — Verwarmings-/aircoventilator
16 — — Zekering — Reserve
17 — — Zekering — Reserve
18 — — Zekering — Reserve
19 — — Zekering — Reserve
20 — — Zekering — Reserve
21 — — Zekering — Reserve
22 — — Zekering — Reserve
23 — 10 A rood Brandstofklep/diagnosepoort
24 — 15 A blauw Radioscherm
25 — 10 A rood Bewaking bandenspanning
26 — — Zekering — Reserve
27 — 25 amp Blanco Versterker
31 — 25 amp Blanco Elektrisch verstelbare stoelen
32 — 15 A blauw HVAC-module/groep
33 — 15 A blauw Contactschakelaar/draadloze module
34 — 10 A rood Module stuurkolom/klok
35 — 10 A rood Sensor accu
36 — — Zekering — Reserve
37 — 15 A blauw Radio
38 — 20 A geel Aansluitcontact in armsteun
40 — — Zekering — Reserve
41 — — Zekering — Reserve
42 30 A roze — Ontwaseming achter
43 — 25 amp Blanco Verwarmde stoelen achter/stuurwiel
44 — 10 A rood Parkeerhulp/dode hoek/camera
45 — 15 A blauw Groep/achteruitkijkspiegel/kompas
285
Page 292 of 324
Locatie Patroonzekering Minizekering Omschrijving
46 — 10 A rood Adaptieve cruisecontrol
47 — 10 A rood Adaptieve verlichting vóór
48 — 20 A geel Actieve vering
49 — — Zekering — Reserve
50 — — Zekering — Reserve
(51) — 20 A geel Verwarmbare voorstoelen
52 — 10 A rood Verwarmde bekerhouders/schakelaars verwarmde stoelenachter
53 — 10 A rood HVAC-module/binnentemperatuursensor
54 — — Zekering — Reserve
55 — — Zekering — Reserve
56 — — Zekering — Reserve
57 — — Zekering — Reserve
58 — 10 A rood Airbagmodule
59 — — Zekering — Reserve
60 — — Zekering — Reserve
61 — — Zekering — Reserve
62 — — Zekering — Reserve
63 — — Zekering — Reserve
64 — 25 amp Blanco Achterruiten
65 — 10 A rood Airbagmodule
66 — — Zekering — Reserve
67 — 15 A blauw Run Sense
68 — 15 A blauw Verlichting/zonwering achter
69 — — Zekering — Reserve
70 — — Zekering — Reserve
286