!
!
i
!
6
IN EEN OOGOPSLAG
OPENEN
Wegklapbaar dak
De bediening van het dak is vol-
ledig voor eigen verantwoordelijk-
heid van de bestuurder.
Let erop dat er zich, tijdens het
openen of sluiten van het dak,
geen personen in de buurt van
het bedieningsmechanisme bevin-
den; hiermee wordt risico op letsel
voorkomen.
Het is sterk af te raden het dak te
bedienen bij harde wind. Tijdens het wassen van uw auto:
- vergrendel de auto met behulp
van de afstandsbediening of de
sleutel,
- sproei niet in de richting van het
bovenste gedeelte van de rui-
ten,
- houd bij het wassen van de auto
met een hogedrukreiniger het
uiteinde van de lans minstens 1
meter bij de ruiten en de portier-
rubbers vandaan.
Wacht na het wassen van uw auto of
na een regenbui tot het dak is opge-
droogd alvorens het te openen. Het is raadzaam het dak te bedie-
nen bij draaiende motor en stil-
staande auto. Wacht met rijden tot
de melding "beweging van het dak
beëindigd" op het multifunctionele
display verschijnt.
De bediening van het dak kan al-
leen worden uitgevoerd bij een wa-
gensnelheid lager dan 10 km/h op
een vlakke weg en rustig rijdend.
Voorwaarden
)
Start de motor.
)
Het is verplicht te controleren of:
- de ruitbediening is gereset (zie
het desbetreffende hoofdstuk),
- de buitentemperatuur hoger is
dan -15°C.
Voorzorgsmaatregelen vóór het
bedienen van het dak
)
Zet de auto stil op een horizontale
ondergrond.
)
Controleer of er geen voorwerpen
zijn die het bewegen van het dak
kunnen hinderen:
- er mogen geen voorwerpen op de
beweegbare hoedenplank 1
of op
het bagageafdekscherm 2
en de
zijbekleding 3
zijn geplaatst,
- eventuele bagage mag het afdek-
scherm niet omhoogdrukken,
- leg alle losse voorwerpen in de ba-
gageruimte, zoals een jasje en een
paraplu, onder het bagagenet 4
.
)
Zorg ervoor dat het bagageafdek-
scherm 2
goed is vastgemaakt.
)
Sluit het kofferdeksel op de juiste
manier.
U kunt het dak maximaal vier keer
bedienen voordat het systeem in
de beschermende modus treedt
om te voorkomen dat de dakmo-
toren beschadigd raken. Laat het
systeem ongeveer 10 minuten rus-
ten; raadpleeg als het dak daarna
nog niet bediend kan worden het
PEUGEOT-netwerk of een gekwa-
lifi ceerde werkplaats.
4
!
i
i
78
TOEGANG TOT DE AUTO
Met deze procedure wordt de wer-
king van de ruitbediening en de au-
tomatische functie bij het openen
van de portieren gereset.
Bediening van de vier ruiten
Met deze bediening kunnen alle ruiten
in één keer worden geopend of geslo-
ten. Neem bij het verlaten van de auto,
zelfs voor een korte periode, altijd
de sleutel uit het contact.
Wanneer tijdens het bedienen van
de ruit iets tussen de ruit en de
sponning bekneld raakt, moet de
ruit weer worden geopend. Druk
daarvoor op de desbetreffende
schakelaar.
Wanneer de bestuurder de ruit
aan passagierszijde bedient, moet
deze ervan verzekerd zijn dat nie-
mand het correcte sluiten van de
ruit verhindert.
De bestuurder moet ervan verze-
kerd zijn dat de passagiers op de
juiste manier gebruik maken van
de elektrische ruitbediening.
Zorg ervoor dat kinderen zich tij-
dens het bedienen van de ruit niet
kunnen bezeren.
Resetten
Nadat de accukabels los zijn geweest
of na een storing moet de ruitbediening
worden gereset. Voor elke schakelaar
op het bedieningspaneel aan bestuur-
derszijde:
)
laat de schakelaar los en trek hem
opnieuw omhoog totdat de ruit vol-
ledig is gesloten,
)
houd de schakelaar na het sluiten
nog ongeveer drie seconden vast,
)
druk op de schakelaar om de ruit
automatisch te openen,
)
druk als de ruit volledig is geopend
nogmaals op de schakelaar en houd
deze nog ongeveer 1 seconde vast.
Tijdens deze handelingen is de be-
veiliging tegen beknellen uitgescha-
keld.
)
Druk op schakelaar 6
en laat deze
weer los. De ruiten worden volledig
geopend.
)
Door opnieuw op de schakelaar te
drukken, stoppen de ruiten.
of
)
Trek aan schakelaar 6
en houd deze
vast. De ruiten worden volledig ge-
sloten.
)
Als u de schakelaar loslaat voordat
de ruiten volledig gesloten zijn, stop-
pen ze.
Het inschakelen van deze bediening
geschiedt onder volledige verant-
woordelijkheid van de bestuurder.
218
09
1
4
5
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1RADIO MEDIANAV ESC TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK
3
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1RADIO MEDIANAV ESC TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1NAV ESC TRAFFICADDR
BOOKSETUPSETUP
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1RADIO MEDIANAV ESC TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK26
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1RADIO MEDIANAV ESC TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQRS9WXYZ0*#
1RADIO MEDIANAV ESC TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK
DATUM EN TIJD INSTELLEN
Stel de parameters met de draaiknop
in en ga verder met de volgende
door de 4-weg navigatietoets tegebruiken.
Druk op
OK om te bevestigen.
Selecteer de functie "Datumformaat"en druk op OK om te bevestigen.
Selecteer met de draaiknop hetgewenste formaat en druk op OK om
te bevestigen.
Selecteer de functie "Datum en
tijd instellen" en druk op OK om te bevestigen.
Druk lan
ger dan 2 seconden op de toets SET UP voor toegangtot:
Deze instellingen dienen altijd opnieuw te worden uitgevoerd nadat
de accu los
gekoppeld is geweest.
Druk op de toets
SET UP.
Selecteer de functie "Tijdformaat" en
druk op OK om te bevestigen.
Selecteer met de draaiknop hetgewenste formaat en druk op OK om
te bevestigen.
Datum en tijd instellenj
Selecteer de functie "Datum en tijd" en druk op OK om te bevestigen.
Beschrijving unitjg
GPS-dekkingg
Demomodus
Datum en tijdj
Principe van de GPS-synchronisering (GMT):
1. Bevestig de selectie "GPS-synchronisering (GMT)", de tijd wordt
ingesteld op de GMT-tijd en de datum wordt gereset.2. Verplaats met de 4-weg navigatietoets de cursor op het veld van de
uren en druk op OK.
3. U kunt nu met de draaiknop de tijd instellen op de tijdzone van uw keuze.
Let op: bij de overgang van zomer- naar wintertijd en andersom moet de tijdzone opnieuw handmatig worden gewijzigd.
230
01
11
55
101
22
334466
131
111
99
144155
77881212161
1. Motor afgezet:- Kort indrukken: aan/uit .- Lang indrukken: CD pauzeren,geluidsweergave radio onderbreken.Draaiende motor: - Kort indrukken: CD pauzeren, geluidsweergave radio onderbreken.- Lang indrukken: resetten van het systeem. 2. Volumeregeling (individueel voor iedere geluidsbron, inclusief berichten enwaarschuwingen van het navigatiesysteem). 3. Toegang tot het Menu "Radio". Weergave van het zenderoverzicht. 4. To egang tot het Menu "Muziek". Weergave van tracks.
5. To egang tot het Menu "SETUP". Lang indrukken: toegang tot het GPS-bereiken de demo-modus.6. To egang tot het Menu "Telefoon". Weergave van het logboek gesprekken.7. To egang tot het Menu "MODE".Selecteren van het achtereenvolgensweergeven van:Radio, Kaart, NAV (tijdens navigatie), Telefoon (tijdens een gesprek), Diagnose auto (waarschuwingen). Lang indrukken: black-panelfunctie (DARK). 8. To egang tot het Menu "Navigatie". Weergave van de laatst gekozen bestemmingen. 9. To egang tot het Menu "Verkeer". Weergavevan de actuele verkeersinformatie. 10. ESC: huidige bewerking afbreken. 11. CD uitwerpen.
12. Selecteren van de vorige/volgenderadiozender in het overzicht.Selecteren van de vorige/volgende MP3-afspeellijst. Selecteren van het vorige/volgende pagina in een lijst.gg j
13. Selecteren van de vorige/volgendegg g
radiozender. Selecteren van de vorige/volgende titel vaneen CD of vorig/volgend MP3-bestand. gg
Selecteren van het vorige/volgende item in een lijst.
14. Toetsen 1 t/m 6: Selecteren van een in het geheugen opgeslagen radiozender. Lang indrukken: in het geheugen opslaanvan de huidige radiozender.
15. SD-kaartlezer, uitsluitend voor navigatie.
16. Selectieknop voor de weergave op het display,g
afhankelijk van de context van het menu. g
Kort indrukken: contextmenu of bevestigen. Lang indrukken: specifi ek contextmenu vang
de weergegeven lijst.
BASISFUNCTIES
BEDIENINGSPANEEL Peugeot Connect Nav
3 - 4. Lang indrukken: toegang tot de audio-instellingen:geluidsverdeling voor/achter, links/rechts, lage-/hogetonenregeling, sfeerinstellingen, loudness, automatische volumecorrectie, standaardinstellingen.
285
INDEX
Radio ..............................................207
Regelmatige controles............144,145
Regelmatig onderhoud .....................20
Rembekrachtigingsysteem.............104
Remblokken....................................145
Remlichten......................................158
Remmen .........................................145
Remschijven...................................145
Reservewiel ....................................151
Reservoir koplampsproeiers...........142
Reservoir ruitensproeiers ...............142
Resetten van de ruitbediening.........77
Nulstelling dagteller..........................r40
Nulstelling onderhoudsindicator.......r39
Navigatiesysteem...........................196
Nekverwarming.................................65
Niveau brandstofadditief diesel......143
Niveau koelvloeistof.................f36,142
Niveaukoplampsproeiervloeistof.....f92,142
Niveau remvloeistof........................f142
Niveau ruitensproeiervloeistof....f92,142
Niveaus controleren ...............142,143
Niveaus en controles...............140-143
Niveaustuurbekrachtigingsvloeistof.......f142
Noodbediening portieren..................81
Noodoproep ....................102,182,183
Noodremassistentie........................104
Noodremassistentie (AFU) .............104
Mat verwijderen ................................98
Menustructuren display..................219
Milieu..........................................20,74
Mistachterlicht...........................86,158
Mistlampen vóór...............r86,155,157
Monochroom display C.....................50
Motoren..................................174,176
Motorkap.........................................138
Motorkapsteun................................138
Motorolieniveaumeter...............r37,142
Multifunctioneel display (met autoradio)...........42, 45,47,49
Multimediaspelers...........................208
Parkeerhulp achter.........................r135
Parkeerhulp vóór............................r136
Parkeerlichten.............85,87,155,158
Peugeot connect Com 3D...25,47, 49, 50,185,188,190-192,219
Peugeot connect assistance..........182
Peugeot connect Nav.................45,49
Peugeot connect Sound...................42
Peugeot Connect Plug.....................97
PEUGEOT CONNECT SOS..........182
PIN-code.........................................216
Plafonniers........................................93
Portieren ...........................................79
Portieren sluiten...............................79
P
N
O
R
Oliefilter..........................................r144
Oliefilter (vervangen)......................144
Olieniveau.................................37, 142
Oliepeilstok...............................37, 142
Onder de motorkap................140, 141
Onderhoudscontroles.......................20
Onderhoudsindicator........................r38
Ontdooien.........................................56
Ontgrendelen....................................70
Ontgrendelen bagageruimte.......70, 82
Ontgrendelen van binnenuit .............80
Ontluchten brandstofsysteem.........139
Opbergnet.........................................99
Opbergvak..........................95, 98, 100
Opbergvakken ............................95, 97
Opbergvakken portieren...................95
Openen bagageruimte ................70, 82
Openen motorkap........................... 138
Openen portieren.................70, 79, 81
Openen ruiten...................................77
Openen wegklapbaar dak..................4
Openen wegklapbaar
kleurendisplay ..............................49
Opschakelindicator.........................r123
Overzicht gewichten ...............174,176
Overzicht motoren..................174,176
Overzicht zekeringen ......................160
286
INDEX
Uitschakelen airbag passagier....................................r110
USB-aansluiting................................97
Sneeuwkettingen ............................179
Sneeuwscherm...............................172
Snelheidsbegrenzer........................131
Snelheidsregelaar...........................133
Snelmenu's.....................................192
Spaarfase ....................................... 168
Starten van de auto..................72, 125
Stilzetten van de auto ...............72, 125
Stoelen achter..........................r66, 106
Stoelen verstellen .......................62, 63
Stoelverwarming...............................65
Stop & Start.................52, 57,83,128,138,144,166
Stuurkolomschakelaars..................190
Stuurslot...........................................72
Stuurwiel (verstellen)........................69
Supervergrendeling ..........................71
Synchroniseren
afstandsbediening.........................73
Synchroniseren van deafstandsbediening ........................73
Schakelaar nekverwarming..............65
Schakelaars stoelverwarming ..........65
Schakelaar wegklapbaar dak.............4
Selectiehendel automatischetransmissie.................................125
Selectiehendel handgeschakelde
versnellingsbak..........................122
Serienummer auto ..........................179
Set voor tijdelijkebandenreparatie.................100,146
Sfeerverlichting.................................94
SIM-kaart........................................216
Sjorogen...........................................99
Slepen van een auto......................169
Sleutel met
afstandsbediening............70,72,74
Tankbeveiliging.................................84
Technische gegevens .............174, 176
Te laag brandstofniveau...................83
Telefoon ...........................183, 213-215
Teller............................................r22-24
Tijdelijke bandenspanning(met set).....................................146
Tijd instellen....................................218
Resetten van het op een kier zetten van de portierruiten ...........77
Richtingaanwijzers...101, 155,157,158
Riem .................................................99
Roetfilter.................................r143,144
Roetfilter (vervangen).....................144
Roll-bars...................................66,106
Ruitbediening....................................77
Ruitbediening (vier ruiten tegelijk) ....77
Ruitensproeiers vóór........................r92
Ruitenwisserbladen
vervangen ............................93,169
Ruitenwissers.............................91,92
Ruitenwisserschakelaar..............91,92
S
T
U
V
TMC (verkeersinformatie) ...............205
Toegang tot deachterbank...................................64
Toerenteller..................................r22-24
Trekhaak.........................................171
Veiligheidsgordels...................107,109
Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen.............. 110,114,117-121
Ventilatie...............................20,53,55
Ventilatieroosters ..............................53
Verbindingstoets PEUGEOT..........183
Vergrendeling kofferdeksel...............82
Vergrendeling van binnenuit.......................................80
Verkeersinformatie (TA) ..................206
Verkeersinformatie (TMC)......205,206
Verklikkerlampjes......26, 30, 32,35,40
Verlichting bagageruimte..................94
Verlichting overdag ...................87,155
Versnellingshendel...........................20
Verwarming.................................20,55
Vo orstoelen.................................62,63