Page 166 of 377

491
Kenmerken van uw auto
Stand RECIRCULATIEIn de stand RECIRCULATIE
wordt de lucht uit het
passagierscompartimentdoor het systeemgerecirculeerd en,
afhankelijk van de gekozen
functie, gekoeld of
verwarmd.
Stand BUITENLUCHT In de stand BUITENLUCHT
stroomt de lucht van
buitenaf in het
passagierscompartiment.
Deze lucht wordt,
afhankelijk van de gekozen
functie, verwarmd of
gekoeld.
✽✽AANWIJZING
Let op: door langdurig gebruik van de
stand RECIRCULATIE kunnen deruiten beslaan en zal de lucht in hetpassagierscompartiment muf worden.Daarnaast kan de lucht in het
passagierscompartiment extreem droogworden bij langdurig gebruik van de
airconditioning in de stand
RECIRCULATIE.
D240205ABH
Aanjagerschakelaar
De aanjagersnelheid kan worden
ingesteld op de gewenste snelheid door
op de aanjagertoets te drukken.
Hoe hoger de aanjagersnelheid is, hoe
meer lucht wordt aangevoerd. Druk op detoets OFF om de aanjager uit te
schakelen.
WAARSCHUWING
Langdurig recirculeren kan leiden tot een verhoogde
luchtvochtigheid in het interieur,
waardoor de ruiten kunnen
beslaan en het uitzicht
belemmerd wordt.
Ga niet slapen in de auto wanneer het
airconditioningssysteem of de
verwarming ingeschakeld is.
Door een afname van de
zuurstofconcentratie en/of de
lichaamstemperatuur kunnen deinzittenden letsel oplopen.
Langdurig recirculeren kan slaperigheid veroorzaken,
waardoor de bestuurder de
controle over de auto kan
verliezen. Schakel daarom zo
veel mogelijk de stand
BUITENLUCHT in.
OBK049069
Page 167 of 377
Kenmerken van uw auto
92
4
D240206AUN
Airconditioning
Druk op de toets A/C om de
airconditioning in te schakelen (het
controlelampje gaat branden).
Druk nogmaals op de toets om de
airconditioning uit te schakelen. D240208AUN
Stand OFF
Druk op de toets OFF om het
verwarmings- en ventilatiesysteem uit te
schakelen. Het is in dat geval echter nogsteeds mogelijk om de luchtcirculatie en
de luchttoevoer met de toetsen te
bedienen, zolang het contact in standON staat.Werking systeem
D230501AUN
Ventilatie
1. Zet de luchtcirculatietoets in stand
() .
2. Schakel de stand BUITENLUCHT in met de luchttoevoertoets.
3. Stel de temperatuur in op de gewenste waarde.
4. Zet de aanjager op de gewenste snelheid.
OBK049070OBK049071
Page 168 of 377

493
Kenmerken van uw auto
D230502AEN
Verwarmen
1. Zet de luchtcirculatietoets in stand() .
2. Schakel de stand BUITENLUCHT in met de luchttoevoertoets.
3. Stel de temperatuur in op de gewenste waarde.
4. Zet de aanjager op de gewenste snelheid.
5. Als u de uitstromende lucht gedroogd wil hebben, kunt u het
airconditioningssysteem aanzetten
(indien van toepassing).
Schakel de stand ( ) of ( ) in wanneer de voorruit beslaat. Tips voor het gebruik
Om te voorkomen dat stof of
onaangename geuren in het interieur
van de auto terechtkomen, kan de
schakelaar voor de luchttoevoer
tijdelijk in de stand RECIRCULATIE
worden gezet. Selecteer de stand
BUITENLUCHT weer zodra de bron
van irritatie gepasseerd is om weer
frisse lucht toe te laten tot het interieur.
Frisse lucht is beter voor de fysieke
gesteldheid van de bestuurder en
bovendien aangenamer.
De lucht voor het verwarmings- en ventilatiesysteem wordt aangevoerd
via de roosters in de paravan onder de
voorruit. Zorg er daarom voor dat deze
roosters niet geblokkeerd zijn door
bladeren, sneeuw of andere objecten.
Voorkom dat de voorruit beslaat door de stand BUITENLUCHT teselecteren, de aanjager in de
gewenste stand te zetten, de
airconditioning in te schakelen en de
gewenste temperatuur in te stellen. D230503ABKAirconditioning
(indien van toepassing)
Alle HYUNDAI-airconditioningssystemen
zijn gevuld met het milieuvriendelijke
koudemiddel R-134a dat niet schadelijk
is voor de ozonlaag.
1. Start de motor. Druk op toets A/C.
2. Zet de luchtcirculatietoets in stand () .
3. Schakel de stand BUITENLUCHT of RECIRCULATIE in met de toets
luchttoevoer.
4. Stel de aanjagersnelheid en de temperatuur bij om een maximaal
comfort te bereiken.
Page 170 of 377
495
Kenmerken van uw auto
D230300BEN Interieurfilter
(indien van toepassing)
Het interieurfilter, dat achter het
dashboardkastje is gemonteerd, filtert de
lucht die via het verwarmings- enairconditioningssysteem naar het
interieur wordt gevoerd. Als het filter in de
loop van de tijd verstopt raakt door stof
en andere verontreinigingen, neemt de
luchttoevoer via de uitstroomopeningen
af en kan de voorruit aan de binnenzijdebeslaan, ook al is de stand
BUITENLUCHT gekozen. Laat, als dat
het geval is, het interieurfilter vervangen
door een officiële HYUNDAI-dealer.
✽✽AANWIJZING
Page 171 of 377

Kenmerken van uw auto
96
4
D250000AEN
Draai de temperatuurknop volledig
naar rechts (maximaal verwarmen) en
zet de aanjagerknop op de hoogstesnelheid om maximaal te ontdooien.
Zet de knop voor de luchtcirculatie in stand VERWARMEN/ONTWASEMEN,
wanneer tijdens het ontdooien of
ontwasemen warme lucht in de
voetenruimte gewenst wordt.
Verwijder voor het rijden alle sneeuw en ijs van de voorruit, de achterruit, de
buitenspiegels en alle zijruiten.
Verwijder alle sneeuw en ijs van de motorkap en van de
luchtaanvoeropening in het
paravanrooster om de werking van de
kachel en het ventilatiesysteem te
verbeteren en de kans op het beslaan
van de voorruit te verminderen.
Verwarmings- en ventilatiesysteem, handbediend Verwarmings- en ventilatiesysteem, handbediend D250101AEN
Binnenzijde voorruit ontwasemen
1. Kies een willekeurige
aanjagersnelheid, maar schakel de aanjager niet uit.
2. Stel de gewenste temperatuur in.
3. Selecteer de stand of .
4. De stand BUITENLUCHT en de airconditioning worden automatisch
ingeschakeld.
Als de airconditioning en de stand
BUITENLUCHT niet automatisch worden
ingeschakeld, druk dan op de
desbetreffende toetsen.
Als de stand wordt geselecteerd,
wordt de aanjagersnelheid verhoogd.
VOORRUIT ONTDOOIEN EN ONTWASEMEN
WAARSCHUWING -
Voorruitverwarming
Gebruik de standen ( ) of ( )
niet in combinatie met koelen bij
een extreem hoge
luchtvochtigheid. Door het
temperatuurverschil tussen de
buitenlucht en de voorruit, kan de
voorruit plotseling beslaan,
waardoor het zicht wegvalt. Zet in
dat geval de modusselectie in de
stand ( ) en de aanjager op de
laagste stand.
OBK049107
Page 172 of 377
497
Kenmerken van uw auto
D250102AEN
Buitenzijde voorruit ontdooien
1. Zet de aanjager in de hoogste stand.
2. Stel de temperatuur in op maximaal.
3. Kies stand ( ).
4. Het systeem schakelt de toevoer vanbuitenlucht en de airconditioning automatisch in.
Als de stand wordt geselecteerd,
wordt de aanjagersnelheid verhoogd. Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem D250201AEN
Binnenzijde voorruit ontwasemen
1. Zet de aanjagerknop in de gewenste
stand.
2. Stel de gewenste temperatuur in.
3. Druk op de toets voorruitontwaseming () .
4. Op basis van de omgevingstemperatuur zal de
airconditioning automatisch worden
ingeschakeld en zullen de stand
BUITENLUCHT en een hogere
aanjagersnelheid worden gekozen. Als de airconditioning, de stand
BUITENLUCHT en de hogereaanjagersnelheid niet automatisch
worden ingeschakeld, druk dan op de
desbetreffende knoppen.
Als stand ( ) geselecteerd wordt,
wordt de aanjagersnelheid automatisch
verhoogd.
OBK049072OBK049108
Page 173 of 377

Kenmerken van uw auto
98
4
D250202ABK
Buitenzijde voorruit ontdooien
1. Zet de aanjager in de hoogste stand.
2. Stel de temperatuur in op maximaal.
3. Druk op de toets voorruitontwaseming
() .
4. Op basis van de omgevingstemperatuur zal de airconditioning automatisch
worden ingeschakeld en de stand
BUITENLUCHT worden gekozen.
Als de stand wordt geselecteerd,
wordt de aanjagersnelheid verhoogd. D250300AUN Ontwasemfunctie
Om de kans op beslaan van de
binnenkant van de ruit tot een minimum
te beperken, wordt de luchttoevoer of deairconditioning automatisch afgestemd
op omstandigheden als het inschakelen
van stand ( ) of ( ). Voer de
volgende handelingen uit om de
ontwasemfunctie uit te schakelen of te
activeren.
D250301ABK
Verwarmings- en ventilatiesysteem,handbediend
1. Zet het contact in stand ON.
2. Zet de luchtcirculatieknop in de stand ONTWASEMEN ( ).
3. Druk de luchttoevoertoets binnen 3 seconden minimaal 5 keer in.
Het controlelampje in de
luchttoevoertoets knippert vervolgens 3
keer met tussenpozen van 0,5 s. Dit geeft
aan dat de ontwasemfunctie is
uitgeschakeld of dat is teruggekeerd
naar de geprogrammeerde status.
Als de accu te ver ontladen of
losgekoppeld is geweest en weer
opgeladen of aangesloten wordt, is de
ontwasemfunctie standaard ingeschakeld.
OBK049073OBK049109N
Page 179 of 377

Kenmerken van uw auto
104
4
D280500AEN
12V-aansluiting
De 12 V-aansluiting is ontworpen om
mobiele telefoons en andere apparaten
die in de auto gebruikt kunnen worden,
op te laden. Deze apparaten mogen nietmeer dan 10 A afnemen als de motor
draait.
OPMERKING - Verlichting
make-upspiegel (indien van toepassing)
Sluit het afdekkapje van de make- upspiegel goed en klap de
zonneklep omhoog na gebruik.
Belemmer, voor uw eigen veiligheid, uw zicht niet wanneeru de zonneklep gebruikt.
OBK049080
OPMERKING
Gebruik de 12 V-aansluiting alleen als de motor draait en verwijder
de plug van het apparaat na gebruik uit de aansluiting. Hetgebruik van de 12 V-aansluitinggedurende langere tijd als de
motor niet draait, kan ertoe leidendat de accu te ver ontladen raakt.
Alleen voor het aansluiten van elektrische apparatuur die werkt
op 12 V en een stroomverbruik heeft van maximaal 10 A.
Zet de airconditioning of de verwarming in de laagste standals de 12 V-aansluiting gebruikt
wordt.
Plaats het afdekkapje op de aansluiting wanneer deze nietwordt gebruikt.
Sommige elektronische apparaten die op de 12 V-aansluiting worden aangesloten, kunnen storingen veroorzaken.De problemen kunnen variëren
van een slechte radio-ontvangsttot storingen in de elektronische systemen en apparaten in deauto.